De begroting 1951 te Ooltgensplaat heeft een nadelig slot van ruim f 10500.

„Alhoewel de inkomsten voor de gemeente in verband met de financiële verhouding tussen het Rijk en de Gemente, practisch geen ruimte laten om enig Werk ter hand te nemen, daarenboven de normale uitgaven regelmatig een stijgende lijn vertonen, zal er toch naar gestreefd moeten worden datgene nog te verrichten wat voor het op peil brengen der gemeente een gebiedende eis genoemd mag worden," aldus Burg. Hordijk.

De gemeenteraad van Ooltgensplaat kwam Vrijdagmiddag onder leiding van burgemeester Hordijk voltallig bijeen.

De opening geschiedde als gebruikelijk met gebed door de voorzitter.

Gelezen en aangeboden werden de notulen van de twee vorige vergaderingen, tot welker goedkeuring men besloot.

Ingekomen stukben: Schrijven bestuur der Stichting „De Drinkwaterleiding Goeree en Overflakkee", daarbij toezendend de begroting van dit bedrijf voor 1951.

Controle-rapport Verificaticbureau kas en boeken van de Gemeenteontvanger over het 3e kwartaal 1950 met de mededeling dat deze in orde waren.

Schrijven Kon. Ned. Gym. Verbond inzake toekenning van subsidie.

B. en W. stelden voor deze stukken voor kennisgeving aan te nemen, hetgeen geschiedde.

Voorstel tot intrekking van het raadsbesluit van 20 Sept. 1950 inzake aankoop van grond van W. v. Kempen en te besluiten aan te kopen het perceel grond, kadastraal bekend gemeente Ooltgensplaat, sectie A no. 250c. eigenaar W. van Kempen D.Wz., groot 8 ca voor ƒ 24.—, alsmede de op dit perceel aansluitende brug voor ƒ 134.—. De Raad besloot conform het voorstel

De Raad besloot conform het voorstel Voorstel tot het verlenen van medewerking krachtens art. 72 der L.O. wet 1920 voor de aanschaffing van nieuwe gordijnen voor de Bijz. School m.d. Bijbel.

Werd goedgevonden. De Commissie tot Wering van Schoolverzuim voor Achthuizen en Langstraat werd aangevuld met de heren G. A. de Smet en A. J. van Peperstraten.

Woonrulmteconimjssie herbenoemd Als leden in de commissie van Advies, bedoeld in art. 8 van de Woonruimtewet 1947 werden herbenoemd de heren P. Jordaan, Joh. van Kempen, Joh. Korteweg, J. Moerenhout en P. v. d. Vliet.

Besloten werd tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling inzake de gascentrale „Flakkee", inhoudende, dat voor toetreding van de gemeente Dirksland tot deze regeling kan worden volstaan met een besluit van de Raad dier gemeente.

Voorstel tot vaststelling ener verordening, regelende het verlenen van een voorschot over het tijdvak 1 September tot 31 December 1950 voor die gemeente-ambtenaren, welke aanspraak hebben op de tweede 5% loonsverhoging over 1951.

Werd z.h.s. aangenomen. Een reeds vroeger gesloten kasgeldlening, groot ƒ 80.000, met de Ned. Handel Mij. loopt 14 November a.s. af. Genoemde instantie is niet bereid deze te verlengen. B. en W. stellen daarom voor dit bedrag thans te lenen bij de Bank voor Ned. Gemeenten tegen 1%% rente, hetgeen de Raad goedkeurde.

In verband met de brugplannen heeft de Fl. Gemeenschap kasgeld nodig en verzoekt daarom ƒ 0.25 per inwoner beschikbaar te stellen hetgeen in mindering zal worden gebracht op de te nemen aandelen. De Raad besloot conform dit verzoek.

Begroting B. A. 1951 Het salaris van de geneesheer, aldus de heer van Es, staat nog steeds op het oude niveau. Zou dit ook niet, evenals alle salarissen verhoogd moeten worden? Volgens de voorz. heeft de vestigingspremie er ook reeds betrekking op en bovendien deelt genoemde arts mee in de procentuele verhoging van 5'/.

Z.h.s. werd hierop de begroting Burg. Armbestuur 1951 goedgekeurd. Inkomsten en uitgaven ƒ 12328.75. De subsidie der gemeente bedraagt ƒ 4000.—.

Eveneens werd goedgekeurd de begroting 1951 der openbare Bewaarschool. Bijdrage der gemeente .ƒ 2500.—. Inkomsten en uitgaven ƒ 6554.26.

Vaststelling giemeentebegroting dienstjaar 1951

„Was het voor het dienstjaar 1951," aldus de voorz., ,,voor het eerst sinds jaren mogelijk U een begroting aan te bieden, waarbij werd medegedeeld, dat als gevolg van de noodvoorziening gemeente-financiën het evenwicht tussen inkomsten en uitgaven was hersteld, de begroting 1951 biedt deze mogelijkheid al niet meer. De meerdere uitgaven in deze begroting, worden niet gecompenseerd door hogere inkomsten en hebben er toe geleid dat het nadelig saldo ƒ 10.573.72 bedraagt. De post onvoorziene uitgaven is daarbij geraamd op .f 7000.— waarin een post van ƒ 4500.— is opgenomen voor de verhoging der salarissen met twee maal 5%." De vraag kan gesteld worden of het niet juister zou zijn een aantal kapitaals werken achterwege te laten. Wij meiun deze vraag ontkennend te moeten beantwoorden, daar het niet vei antwoord moet worden geacht het bestaansmaximum voor deze gemeente zodanig laag te stellen dat ook de volksgezondliriil er door in het gedrang komt. Na deze enkele opmerkingen, gaf de voorz. de begroting in zijn geheel in di.scussie.

Algemene beschouwing™ Voor de algemene beschouwingen op de begroting was dhr A. Langew(\< (P.v.d.A.) de eerste die het woord vroeg. Hij sprak als volgt:

Mijnheer de voorzitter.

Allereerst onze dank voor de ons toegezonden begroting met zijn zeer duidelijke memorie van toelichting. Ook het algemene beeld dat wij kregen bracht ons verheldering.

Het secretariepersoneel brengen wij ook onze dank voor het werk hieraan geleverd. Zoals wij de begroting zien is zij voor ons volkomen te aanvaarden behoudens enkele punten die wij giaag gewijzigd zouden zien wat uit de besprekingen wel zal blijken. Het slot der begroting laat zich enigszins somber aanzien door het tekort van ruim ƒ 10.500, maar een mogelijkheid op nog verdere bezuiniging is er niet. Gezien de toestand waarin onze gemeente verkeert, zouden wij nog verder moeten gaan. Alles is nog gebaseerd op het uiterst noodzakelijke. De bestrating roept in alle delen van onze gemeente om verbetering'. Al wat mogelijk is zal daarvoor uitgetrokken moeten worden.

Ook eisen onze straten een scherper toezicht om het graven van putten en sleuven door de nutsbedrijven. Voor 50^,; zijn onze straten daarmee verwoest. Wat eenmaal dicht was bleef dicht en verbetering werd niet geëist. Dit zal in onze gemeente nog- geleeid moeten worden anders zullen we met slechte straten blijven zitten.

Ook wil ik er op aandringen M. d. V. om er spoed achter te zetten, dat de ontpoldering werkelijkheid wordt. Jaren is men daar al over bezig maai' tot resultaat is men nog niet gekomen. Ik zeg dit mede hierom, om dat ook de Pi. Bernhardstraat om verbetering roept wat leiden zal tot verbetering' van het verkeer. Wat de gezondheid betreft het dempen van de open rioolsloten en daar nog aan verbonden de oprit naar de Oudedijk waar ook verbetering dringend noodzakelijk is. Het rioleringsplan wacht nog steeds op uitvoering. Wij vertrouwen dat spoedig een aanvang gemaakt kan worden. De spuisluis, hiermee verband houdend, is thans al in een ver gevorderd stadium gekomen en ooii daarmee is onze haven weer gebaat.

De electrificatie is dit jaar werkelijkheid geworden wat ook een uitkomst )5 voor de gemeente. Eén ding moet ik betreuren dat niet allen het genoegen smaken te z^jn aangesloten. Vele verhuurders zgn zelfs niet vatbaar om het Ie verrekenen met de huur. Het is des te meer te betreuren daar juist de mindei gesitueerden verstoken blijven.

Wat betreft de straatverlichting, dit wordt de hoogste tijd dat er wat aan gebeurd. Het is niet verantwoord zo de winter in te gaan, daarom zou ik er op aan willen dringen om nog' enige gaslantaams te plaatsen.

Wat betreft de woning toestand m onze gemeente, die is zeer slecht te noemen. Na een lijdensweg' zijn de nieu-we woningen tot voltooiing gekomen. Ik noem dit met opzet voor onze gemeente een lijdensweg.

Teleurstellingen kwamen steeds overnieuw wat ook financiële schade betekende. En dit alles is te wijten aan geen goed inzicht. Ik betreur het nog dat gij U uitsprak door de situatie van Dame te verdedigen en die der werknemers in deze te veroordelen. Ik spreek in deze lof uit over de hou

Ik spreek in deze lof uit over de houding der werknemers tegenover zulk een werkgever. Wij zoeken de oorzaak bij de archi

Wij zoeken de oorzaak bij de architect. Er is geen goede controle geweest. Of er in 't begin der bouw niet te ver gegaan is, met het uitbetalen van termijnen is voor mij nog twijfelachtig. Deskundige op dit gebied ben ik niet. Maar dit is voor mij zeker, men had vertrouwen in de aannemer. Het is ee.n wonder te noemen dat men niet dieper in de put zit. Over de architect kan Ik geen lof uitspreken gezien wat bij de aflevering, geaccepteerd werd, maar later zal de bouwvereniging de vruchten er van plukken. Het is voor mij onbegrijpelijk dat er geen open oog was voor de misstanden die plaats vonden. Een

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen