Gezinsverzorging

Wat er rond ons eiland reeds geschiedde

III. Laat ons thans eens een kijkje nemen op de eilanden om ons heen, hoe het daar reilt en zeilt. En dan beginnen we met het eiland Rozenburg, dat het eerst begon met de gezinsverzorging. Reeds enkele jaren geleden kwam daar de eerste gediplomeerde gezinsverzorgster. Het initiatief is uitgegaan van de

Het initiatief is uitgegaan van de Vereniging van Plattelandsvrouwen maar een speciale vereniging van gezinsverzorging is opgericht, waarin diverse instellingen en de plaatselijke kerken zijn vertegenwoordigd die ook subsidiëren.

Dagelijks trekt de gezinsverzorgster op haar fiets erop uit, weer of geen weer. Het gehele eiland met de wel zeer verspreid wonende bevolking is haar arbeidsterrein. Zij is vertrouwd beeld geworden in de samenleving, en men zou haar niet meer willen missen.

Vervolgens komt met de oudste rechten het eiland Ysselmonde, waar te Barendrecht twee gezinsverzorgsters werden tewerk gesteld. Dit werk gaat uit van de Gereformeerde Kerk aldaar, doch breidt zich ook uit over de niet leden der kerk, met dien verstande, dat de laatste eerst dan aan bod komen, wanneer dit mogelijk is, afhankelijk van de gezinstoestanden der leden van eigen kerk. Men kan dus feitelijk niet spreken van plaatselijke gezinsverzorging in breed verband, mogelijk komt dit nog. Volledigheidshalve hebben wij echter deze gemeente aangehaald. Ook hier is prachtig werk verricht.

Op Voorne en Putten is te Spijkenisse eind '47 een vereniging opgericht door de diaconieën der plaatselijke kerken, later is de regeling in handen gegeven van vertegenwoordigers van gemeente. Diaconieën en Groene Kruis. Bepaalde men zich eerst tot Spijkenisse, thans is dit uitgebreid tot Spijkenisse- Hekelingen - Geervliet - Simonshaven - Hoogvliet en Poortiigaal. Men heeft thans in dienst, drie gediplomeerde en een ongediplomeerde kracht.

Ongeveer gelijktijdig is eveneens op initiatief der Diaconieën te Brielle een vereniging opgericht, echter in handen gegeven van het Groene Kruis. Ook daar is een gediplomeerde kracht werkzaam, terwijl een tweede in opleiding is. Oostvoome en omgeving werkt met een kracht die nog in opleiding gaat, dit werk gaat uit van het Groene Kruis. Plannen tot uitbreiding van dit werk tot het overige deel van het eiland zijn nog in voorbereiding. Ook in de Hoekse Waard heeft men

Ook in de Hoekse Waard heeft men niet stil gezeten. In 's-Gravendeel was in de loop van '48 een vereniging tot stand gekomen uit de Diaconieën der plaatselijke kerken. Het werk der gezinsverzorging werd aangevat en men stelde een gediplomeerde kracht aan, een tweede moest kort daarop reeds worden aangesteld.

Te Zuid Beijerland geschiedde dit even eens, doch nauw had het kind het levenslicht aanschouwt of het ging weer heen.

Telkens maakte men in de overige gemeenten van de Hoekse Waard plannen, maar veel verder dan plannen kwam men toch niet. Er waren er die het zeer licht opvatten en er waren er die het zwaar deden. En het eindigde als de laatste regel van dat bekende versje „en de zaak bleef" zo ze was." We schrijven begin Maart '49. Te Klaaswaal komen bijeen de besturen van de drie bonden van Plattelandsvrouwen en boerinnen t.w. de twee neutrale en de Christelijke. Bovendien het Groene Kruis in de Hoekse Waard. Zo gaat het toch niet langer. Er moet wat gedaan worden de nood dringt. Er is nu lang genoeg gewacht en het is nog tijd dat er begonnen wordt. En men begint. De handen worden ineengeslagen en als iemand anders het doet, wel, dan zullen zij het doen. Een voorlopig comité wordt opgericht, en men gaat aan het werk.

Kort gezegd, maar het doen was andere peper. Wat een avonden zijn aan dat werk zoek gegaan. Wat een bergen werk moesten worden verzet, wat een tegenstellingen overbrugt. Wat een tijd en opoffering heeft dat gekost. Alle respect en hulde voor die vrouwen. Die, ondanks moeiten en zorgen in eigen gezin, na volbrachte dagtaak, door regen en siegen, storm en mist, uit de verre uithoeken van het eiland kwamen. Gedreven door een begeerte, dit werk van barmhartigheid aan te vatten en te doen slagen. Wat was het vaak niet dicht bij het middernachtelijk uur, eer men de terugtocht kon aanvaarden. En dat soms per fiets de lange weg terug naar huis moest worden afgelegd door het wijde landschap dat daar lag te slapen onder een klare sterrenhemel of waar de storm en hagel op ranselde.

Veel van deze avondvergaderingen op de eilanden mocht ik persoonUjk medemaken, telkens vervulde mij diepe bewonfenng voor die vrouwen op Voorne en I'utten en de Hoekse Waard.

Er rustte zegen op de arbeid in Klaaswaal, want korte tijd daarna waren de voorbereidende werkzaamheden in een dusdanig stadium gekomen, dat beslissingen moesten worden genomen van verstra'vkende betekenis. Men wilde dit doen uitvoeren door een bestuur, waarin het eilana in al zijn geledingen vertegen woordigd zou zijn, het voorlopig comité droeg haar werkzaamheden in andere handen over.

Een hoofdbestuur werd gevormd, waarin zitting kregen de subsidiërende gemeente-kerken en diverse instanties, t.w. Groene Kruis, de Streekvereniging en elk aer drie Eenden van Plattelands­ vrouwen en Boerinnen. Gevormd werd de Stichting Gezinsverzorging voor de Hoekse Waard, omvattende 8 gemeenten. Aangesteld zouden worden voorlopig drie gediplcmeerde krachten afkomstig van de Interkerkelijke Opleiding. Dez.e krachten nemen elk enkele gemeenten voor hun rekening. In elk der 8 gemeenten is een zgn. werkcomité bestaande uit enkele dames, die het plaatselijk centrum van het werk vormen. Zo zijn daar buiten ons eiland verschillende verenigingen ontstaan. Daar zijn er bij die reeds de kinderschoenen zijn ontwassen, en geheel zelfstandig door het leven gaan. Er zijn ook nog kinderen bij die pas beginnen te lopen. De eerste stapjes zijn afgelegd en vol belangstelling staat alles toe te zien hoe het de gang door het leven verder zal maken. Het zal heus niet op rolletjes gaan. Het zal nog weleens vallen en struikelen, misschien nog weleens een schram of een buil oplopen." Maar weet: ge

„Met vallen en met op te staan, Zo moet men door het leven gaan."

Laat deze kinderen rustig hun gang gaan, en dring of duw niet alleen om het op de been te helpen, wellicht zou het in het gedrang onder de voet worden gelopen, en het zou misschien dan biyven liggen. Wees gerust, elk stapje wordt zorgvuldig bewaakt en angstval-

Wat een Lorloge zijn eigenaar te vertellen heeft

Dag mijnheer, Ja, ik ben het. Uw horloge Nu U mijn eigenaar geworden bent en v^ng geruime tijd samen moeten doorbrengen is het misshcien wel goed, dat wig even kennis maken. Ik ben goed en mooi — dat heeft de horloger U tenminste verteld — en ik zal U, indien U het goed vindt, nu enkele aanwijzingen geven inzake de manier, waarop ik verzorgd moet worden om lang te kunnen leven.

In de allereerste plaats, mijnheer, U kent toch de snelheid van Uw polsslag? 70 slagen per minuut, heeft men mij verteld. Wat is dat langzaam. De mijne slaat 300 keer per minuut, dus 18000 keer per uur. Wat zegt U daarvan? Ik weet ook, dat U gaat rusten, wanneer U vermoeid bent. Maar' voor mfl is er geen rust weggelegd. Uren, dagen, maanden, jaren mogen voorbij gaan, ik moet lopen, steeds maar doorlopen en goed lopen! Ik doe het met plezier. Mijnheer, en met Uw welwillende hulp indien U de volgende raadgevingen vriit opvolgen:

ie Leg mij bij het afdoen nooit op een koude oppervlakte. Loopt U bij plotselinge overgang van warmte naar koude niet het gevaar rheumatiek op te lopen? Bij mij kanzo'n plotselinge overgang het breken van de veer tengevolge hebben.

2e Wind mij steeds op op hetzelfde uur, elke avond of élke morgen. Ik ben erg gesteld op 'n geregeld leven. Trouwens U zoudt het ook niet leuk vinden als U vandaag Uw ontbijt kreeg om 6 uur en morgen om 11 uur.

3e Opereer mfln tere organen niet zelf. Er bestaan ook voor mij „dokters". Voor U en mijn welz^n. M-ynheer, ik raad U aan mij bij de geringste ongesteldheid toe te vertrouwen aan mgn „dokter", die bekend staat als „vakbekwaam horlogemaker".

4e Behandel mij nooit op ruwe wijze en zorg er vooral voor, dat U mij nooit laat vallen. Ik heb heel snel kneuzingen en meestal z^n die „inwendig",

5e Met regelmatige tussenpozingen en minstens ééns in de twee jaar heb ik 'n goed bad nodig. Daarvoor moet U mij toevertrouwen aan de vakman, die mij door en door kent Hij zal mtjn uiterst kleine organen reinigen en mij olie geven, zodat ik kan bleven voortgaan met U trouw te dienen.

Ziedaar Mijnheer wat ik U te zeggen had. Doe mij het genoegen aan het bovenstaande te denken en wij zullen samen in goede verstandhouding en tevreden over elkaar oud worden. lig gevolgd door de aangestelde voogden, zorgvuldig uitgekozen. In vrijden kring staan daar om dat kind een Burgemeester, Predikant, Dokter, Diaken Onderwijzers. En enkele dames, he vrouwelijk element vertegenwoordigende, voorkomen dat het kind al te gekke capriolen zal maken. In een volgend artikel gaan we bezien wat op ons FlaJutee geschiedde.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen