Rondom de Landbouwschool
Zodra het aardappelgewas is te beoordelen, zal de poterteler moeten selecteren, d.w.z. rasonzuivere, zieke en verdachtziekte planten moeten verwijderen. Dit moet zo vroegtijdig en zorgvuldig mogelijk geschieden, want elke zieke plant betekent een smetstofbron. Ontwikkelen zich bladluizen m het veld, dan kan van deze zieke plant uit de smetstof — het virus — op andere planten worden overgebracht. Zijn alle zieke planten tijdig verwijderd, dan kan besmetting alleen geschieden door gevleugelde bladluizen, die uit andere velden aanvliegen, hetgeen als regel pas op een later tijdstip geschiedt.
Indien de selctie te laat geschiedt, dus in de periode, dat er reeds bladluizen aanwezig zijn, dan ziet men later vaak, dat de rondom de open plek staande buurplanten, de primaire besmetting m het loof vertonen.
In tegenstelling tot deze primaire besmetting spreekt men van secundaire besmetting, indien uit een knol een zieke plant groeit. Bij de selectie dient de teler met al
Bij de selectie dient de teler met alleen te letten op de zieke planten, doch op de planten van een ander ras en op planten, die afwijkingen vertonen van het normale type. De afwijkende planten kunnen ontstaan door mutatie, d.i. een plotselinge verandering m de eigenschappen, welke verandering erfelijk blijkt te zijn. Een typische mutant is het „mannetjestype", dat zich onderscheidt door een forsere bouw, vaak sterk bloeit en later afsterft. In alle rassen kunnen deze afwijkingen ontstaan.
Er komen echter in de aardappelvelden ook minder sprekende afwijkingen voor, die, indien ze niet worden verwijderd of worden voorkomen (door stamselectie) aanleiding kunnen geven, dat het aardappelgewas minder regelmatig en minder uniform is.
Al deze mutanten worden als rasonzuivere planten beschouwd en mogen in de velden niet voorkomen. Uit de aard van de zaak vormen de ziekten — en in het bijzonder de virusziekten — wel de belangrijkste problemen bij de aardappelselectie. In de practijk gaat het m de eeiste
In de practijk gaat het m de eeiste plaats om de vraag of een plant gezand IS of door een ziekte is aangetast. Welke ziekte de plant heeft kan m vele gevallen van belang zijn, doch komt bij de selectie op de tweede plaats. Immers het gaat er bij de selectie om of een plant al dan niet dient te worden verwijderd. Deze verwijdering moet zo volledig mogelijk geschieden. Ook de eventueel aanwezige knollen moeten worden verwijderd. Deze planten moeten op afdoende wijze onschadelijk worden gemaakt. De selecteur mag de uitgetrokken planten niet in de sloot gooien of op het perceel laten liggen. De beste methode is de planten mee naar het bedrijf te nemen en in een kuil te werpen en met aarde te bedekken. Een nogal eens geconstateerde fout is, dat men de oude knol en reeds gevormde jonge knollen met voldoende verwijdert. Er zijn ook handelingen, die de teler
Er zijn ook handelingen, die de teler niet mag verrichten of doen verrichten en wel in het algemeen dié handelmgen, welke misleidend zijn of waardoor een juiste beoordeling bij de keuring wordt bemoeilijkt of na de keuring de waarde van het pootgoed kan verminderen. Verboden is o.m. het alleen vervrijderen van de aangetaste plantendelen, indien een plant maar gedeeltelijk door een ziekte is aangetast. Dit is een zeer laakbare handeling, omdat het zeer wel mogelijk IS, dat de knollen reeds zijn besmet en in de nateelt een teleurstellend resultaat geven.
Het sproeien of spuiten van aardappelpercelen tegen phytophthora mfestant (de aardappelziekte) is gewenst en noodzakelijk. Toch mag een teler een perceel aardappelen niet zo zwaar besproeien, dat de beoordeling practisch onmogelijk wordt, mdien aan de aangeslotene bekend was of kon zijn, dat de keurmeesters binnen enkele dagen de percelen komen inspecteren. Vroeger kwam dit nogal eens voor, doch nu deigelijke percelen, zo spoedig enige verdachte verschijnselen worden geconstateerd, toch zonder meer worden afgekeurd of in een lagere klasse worden teruggebracht, heeft een dergelijke misleiding nimmer het gewenste effect en daarom informeert men liever, wanneei de keurmeesters komen en wacht men een paar dagen met sproeien. Wenselijk is, dat men het selecteren
Wenselijk is, dat men het selecteren van het gewas laat voorafgaan aan andere noodzakelijke werkzaamheden in het aardappelgewas, zoals aanaarden, schoffelen etc. Door deze werkzaamheden worden de luizen verspreid en kunnen van zieke planten naar gezonde verhuizen. Daarom eerst zo veel mo gelijk do zieke planten met luis en al veiwljderen en onschadelijk maken en daarna b.v. aanaarden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 6 juni 1951
Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's