Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit het Kijkvenster

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit het Kijkvenster

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De mens een minuner? — Cijfers en nog eens cijfers — Waardij van de mens ligt in «en Ander.

We leven in een mechanische wereld. Onlangs hebben we daaraan een artikel gewijd en geschreven over ,,de machinemens". De mens een verlengstuk van de machine. En achter die machines en machine-mensen allerlei berekeningen om én machine én mens zó te laten draaien dat de productie tot in de top wordt opgevoerd. De mens als mens raakt daarbij eigenlijk totaal op de achtergrond. De mens is een ninnmer geworden. In de kaartsystemen van de fabrieken is het niet meneer Jansen of Pietersen, maar no. 681, no. 1012 enzovoort. Er is een economische ontwikkeling gekomen in deze eeuw waarbij de mens niet meer zelf leeft, maar veelal geleefd wordt. In het doorlopend klimaat van mechanisatie en rationalisatie, dag in dag uit werkend aan de lopende band, lijdt dit op de duur tot schade der menselijkheid.

De United States Information Service gaf onlangs een boekje uit dat tot titel draagt: De Verenigde Staten in feiten en cijfers. Daarin staat precies uitgerekend wat een in dat land wonende arbeider in een bepaalde tijd doen kan. B.v. dat hij slechts 7 minuten behoeft te werken om 1 pond brood te kunnen kojien, 8 minuten voor 1 pond rijst, 4% minuut voor 1 pond suiker, 35 minuten voor 1 pond koffie, 29 minuten voor 1 pond bacon, 18 minuten voor 1 dozijn sinaasappelen, 26 minuten voor 1 dozijn verse eieren. In 37 uur kon hij een nieuw pak verdienen, 6% uur moet hij werken voor aankoop van een paar schoenen en een vrouwelijke arbeidskracht 18 uur voor een wollen mantel.

Alles in cijfers! Ook in ons land. Bij ons weet men ook precies te berekenen hoe hoog de index is, theoretisch stelt men een bestaansminimum vast. En' daarnaar worden de „loonrondes" bepaald. In theorie zal het allemaal wel kloppen, maar ik ben toch zo vrij te zeggen, dat de huismoeders van de gestelde loonnormen de eindjes niet aan elkaaJ" weten te knopen! Zoveel voor dit, en zoveel voor dat, maar, er moet toch ook een stukje kleren zijn, de kolen moeten ook betaald en er zijn nog zoveel andere onvoorziene uitgaven.

Nu wil ik hiermee geenszins de vroegere verhoudingen idealiseren. De omstandigheden waaronder men toen leefde en arbeidde waren verre van gunstig. De loonstandaard was absurd laag, er waren ongelimiteerd lange werktijden, er was een verwaarlozing van de hygiëne, slechte woningtoestanden en dag in dag uit een worstelen om een bestaans-minimum. Maar er was toch altijd nog het element van de persoonlijke binding, de enkeling telde in het bedrijf mee en er werd rekening gehouden met zijn belangen.

Het massa-mensdom van tegenwoordig is niet tot de arbeiderswereld beperkt gebleven. De Engelse schrijver Oldham spreekt van „the socialised man", „de vermaatschappelijkte mens" en daarmee doelt hij er op,'dat de samenleving in zijn geheel door de geest van mechanisatie en ontpersoonlijking is aangetast. In het boek van Gheorghiu: „Het vijf-en-twintigste uur, dat zoveel opzien heeft gebaard, wordt dit verschijnsel ten voeten uit getekend. Daarin zegt deze schrgver onder meer: „Het Westen heeft een maatschappij geschapen, welke op een machine lijkt. Het verplicht de mensen om te midden van de machines te leven en aan de wet-ten van die machines zich aan te passen. Als echter de mensen op machines gelijken, zodat ze er zich mee gaan vereenzelv^n, leven er geen mensen op aarde meer."

De mens is schepsel Gods, geschapen naar Zijn beeld. Dat beeld is door de zonde geschonden, maar het is gebleven! ^Gen. 9 : 6) En omdat dèt zo is, bestaan er voor God geen nummers! De Heere zegt zelf door de mond van Jesaja, dat hij de mensen bij name kent: „Ik ben de Heere, die U bij Uw naam roept! Wat een voorrecht dat te weten. Dat heft de mens boven het sociale en economische uit, hoe moeilijk de omstandigheden in het materiële ook zijn. Soms grote moeite om in noodzakelijk levensonderhoud te voorzien, soms een werkkring die afmat en niet bevredigt, soms zo, dat hij in de samenleving niet meetelt •— maar dan bij God uitverkoren en dierbaar!

Waarde in Zichzelf heeft een mens niet. Maar door het geloof in Hem, die om en voor hem Mens geworden is, een begenadigd en wedergeboren mens dus, is een waarde die nergens ter wereld te vergelijken is. Een waardij, die in een Ander ligt. En dat heft hem, boven alles wat hier „mens-onwaardig" genoemd wordt, uit. WAARNEMER.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 5 januari 1952

Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's

Uit het Kijkvenster

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 5 januari 1952

Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's