Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Te Dirksland zullen 54 oude woningen worden herbouwd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Te Dirksland zullen 54 oude woningen worden herbouwd

20 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is hoge uitzondering als er in de week, waarin Nieuwjaar valt, raadsvergaderingen gehouden woi'den; zo'n uitzondering vormde de bijeenkomst van de gemeenteraad van Dirksland. B. en W. hadden de heren raadsleden met spoed bijeen geroepen. Wij hadden verwacht dat het om. een geldlening zou gaan, want dat zijn tegenwoordig zaken, die de gemeentebesturen tot grote activiteit aanzetten. En inderdaad bleek ons toen wij de agenda in handen kregen, dat afwikkeling van financiële aangelegenheden in de meerderheid waren, maar het spoedeisende bleek voort te vloeien uit een zeer bijzonder voorstel: enige maanden geleden besloot de gemeenteraad tot het voteren van 21.600 gld. voor verbetering van 54 oude woningwetwoningen, die in de eerste wereldoorlog op allesbehalve deugdelijke manier gezet zijn; men begon aan het herstel, maar al spoedig constateerde men dat zulks met genoemd bedrag op lapwerk zou uitdraaien. En daarom vroeg de Woningbouwvereniging nu een voorschot van niets meer, maar ook niets minder, dan 160.000 gld. Voor het bedrag van ƒ 21.600 zou hersteld worden door de laagste inschrijver Pa. v. Hennink te Sommelsdijk en thans bleek, dat Wederopbouw deze aannemer voor het bedrag van ƒ 160.000 wenst aan te houden. En dat heeft deining veroorzaakt in de Dirkslandse ambachtswereld, zodat wij ditmaal de tribune ongewoon druk bevolkt vonden met aannemers en uitvoerders uit de eigen gemeente.

Ontevredenheid onder amoacntslieden

Op de heer M. de Bonte na was de gemeenteraad voltallig toen burgemeester Van Heijst met gebed opende. De burgemeester hield zijn gebruikelijke nieuwjaarsspeech, waarin hij o.a. zei:

Nieuwjaarsrede

„Heren leden van de raad en secretaris, TT wilt mij wel toestaan om een terugblik te werpen op het afgelopen jaar. In de eerste plaats zij het mij vergund U Gods zegen toe te wensen als wethouders en raadsleden, in gezin en werk. Wij gevoelen het in deze tijd zozeer, dat wij afhankelijk zijn van God; dat wij allen ons afhankelijk van Hem mogen weten en Hem in alles om raad en bijstand willen vragen.

Bij deze terugblik mag ik constateren, dat het merendeel van wat wij van plan waren te doen ook kon worden uitgevoerd. Allereerst geldt dat voor de bouw van 26 woningen. Dit heeft in vlot tempo zijn beslag gekregen en 26 gezinnen hebben prettig en goed onderdak gevonden. Niettegenstaande de tegenwoordige monetaire moeilijkheden spreek ik de hoop uit, dat in 1952 toch woningen gebouwd kunnen worden, hetzij door de woningbouwvereniging, hetzij door particulieren. Het spreekt van zelf, dat de particulieren, die in deze stappen willen ondernemen, op de volle medewerking van het gemeentebestuur zullen kunnen rekenen.

Ook andere zaken hebben hun beslag gekregen, herstel van straten en o.a. de restauratie van de gevel van het gemeentehuis. Wij hopen, dat de restauratie niet beperkt zal blijven tot het uitwendig van het raadhuis.

Daarnaast mag ik niet onvermeld laten de reorganisatie van het gasbedrijf. Ik stel er prijs op te verklaren, dat wij over de resultaten zeer tevreden zijn. De klachten hebben opgehouden bij de directeur binnen te komen en ik blijf de raad dankbaar voor het destijds genomen besluit. Dank wil ik in dezen ook betuigen aan de directeur van het bedrijf hier zowel als aan de directeur van dat te Middelharnis.

Deze reorganisatie enz. konden geschieden voor het verbod voor grote investeringen. Vorig jaar kon ik in de Nieuwjaarsrede dat besluit al aankondigen en helaas is het ook gevallen en U weet dat nu veel noodgedwongen moet blijven rusten. Maar dit wil niet zeggen, dat vrij nu op onze lauweren moeten gaaji rusten. Dat blijkt ook wel uit deze agenda! Uit de voorstellen om woningen te gaan verbeteren. Maar wel moeten verschillende wensen achter gehouden worden. Wel hopen wij dit jaar nog aan te vangen met aanleg van een speelweide, waarop de jeugd zich naar hartelust zal kunnen vermaken.

En heden heb ik nog geïnformeerd naar herstel van de Kerkgracht; door de directie van de DUW werd nog geen beslissing genomen en deze werd verdaagd tot 24 Januari. Vele zaken hebben zich in de afge

Vele zaken hebben zich in de afgelopen jaar ook voltrokken, die belangrijk waren voor het culturele leven in de gemeente. Als zeer bijzonder daarvan wil ik vermelden het jubileum van onze muziekvereniging Amicitia. Het jubileum is o.a. gevierd met een bazar, die zeer ordelijk is verlopen en met de komst van nieuwe instrumenten. Gaarne spreek ik mijn beste wensen uit voor de vereniging.

Mogen wij allen bezield zijn van goede wil om het beste te zoeken voor de gemeente en de inwoners. Wij zullen op elkaar moeten kunnen rekenen om de gemeentebelangen belangeloos te dienen. Spr. eindigde met de wens, dat Gods onmisbare zegen op die arbeid zou mogen rusten."

Aldus ongeveer burgemeester Van Heijst in zijn nieuwjaarstoespraak tot de gemeenteraad.

Als oudste der raadsleden beantwoordde de heer D. Poortvliet de burgemieester. Ook hij prees de onderlinge samenwerking in de raad. Wel zijn er tal van zaken behandeld en wel is er een streng verschil in principes in de raad, maar tot ernstige botsingen leidde dit niet, hoogstens in het geval van de stichting van bijzondere scholen. In de raad is de burgemeester de stimulerende kracht en het verheugde spr. te kunnen constateren dat het de voorzitter gelukt om vele zaken tot een goed eind te brengen. Spr. hoopte dat deze agenda ook geen aanleiding tot onenigheid zou geven, maar de voorzitter nog lang in het belang van Dirksland zal kunnen werken en dat alle raadsleden datgene zullen doen, dat de gemeente tot voordeel en welvaart strekt. Aansluitende op hetgeen de voorzitter gezegd had over de muziekvereniging en de bazar sprak de heer Poortvliet de hoop uit, dat B. en W. en iedereen ook de volle medewerking zal verlenen aan de bazar van het Groene Kruis. Voor het overige hoopte spr. dat er geen ernstige dingen zullen gebeuren, waardoor de verhoudingen zich zouden toespitsen, 3pr. besloot met nogmaals dank te betuigen aan de voorzitter voor diens leiding en medewerking.

En dan zette men zich tot het afhandelen van de agenda.

De notulen van de vergadering van 27 November werden vastgesteld.

Ingekomen waren:

Goedkeuring van Ged. Staten op het raadsbesluit van 27 November 1951 tot het vaststellen van het crediet in rekeningcourant bij de Bank voor Nederlandse Gemeenten voor het jaar 1952; goedkeuring van Ged. Staten van het raadsbesluit van 27 November 1951 tot het aangaan van een kasgeldlening bij de gemeente Herkingen groot 35000 gld. Bericht van Ged. Staten inzake ver

Bericht van Ged. Staten inzake verdaging van de beslissing over de goedkeuring van de gemeentebegroting 1952 en idem op de begroting van het gasbedrijf.

Een dankbetuiging werd ontvangen van de familie Rooij voor het besluit om de nieuwe straat in het uitbreidingsplan de naam van „Secretaris Rooijlaan" te geven.

Voorgesteld werd om al deze stukken voor kennsigeving aan te nemen en aldus geschiedde.

De bij raadsbesluit van 29 December 1950 vastgestelde Tijdelijke Ziektekostenregeling voor het gemeentepersoneel werd vastgesteld tot 1 Januari 1952. Aangezien voor het gemeenteperso

Aangezien voor het gemeentepersoneel nog geen algemene rijksregeling is vastgesteld geeft de minister van binnenlandse zaken bij circulaire van 19 November 1951 in overweging voor 1952 wederom een tijdelijke regeling vast te stellen, overeenkomende met de tijdelijke regeling voor het rijkspersoneel.

Aldus werd door B. en W. voorgesteld en door de raad aangenomen.

Voorts heeft de minister van binnenlandse zaken bij circulaire van 3 December aan het gemeentebestuur medegedeeld dat aan het rijkspersoneel een uitkering ineens (en nettobedrag van 5 gld.) in de zin van het toelagebesluit 1951 zal worden toegekend. De minister gaf in overweging deze uitkering ineens ook aan het gemeentepersoneel te verstrekken.

B. en W. deden het hiertoe strekkende voorstel en de raad maakte er niet het minste'bezwaar tegen.

De leden van het algemeen bestuur van de Stichting Drinkwaterleiding worden voor de tijd van vijf jaren benoemd. De laatste benoeming voor Dirksland heeft plaats gehad in November 1946, zodat een nieuwe benoeming* nodig was.

Voor deze gemeente hebben in het waterleidingbestuur zitting de heren G. v. 't Geloof en M. de Bonte. Herbenoeming werd voorgesteld.

Door een wijziging van de statuten van de stichting was het thans ook nodig dat voor deze bestuursleden eventueel een plaatsvervanger kan optreden. Voorgesteld werd als plaatsvervanger van de heer van 't Geloof te benoemen de heer B. M. Zoeteman en voor de heer De Bonte de heer D. Poortvliet.

De heer Van Proojjen stelde de voorzitter de vraag of de vergaderingen wel druk bezocht worden. Spr. had vernomen dat het van de kant van Dirksland maar slapjes was.

De voorz. antwoordde, dat de vergaderingen meestal op een voorde heer De Bonte zeer ongelegen tijdstip vallen.

De heer D. Poortvliet vertelde, dat de heer De Bonte hem heeft gezegd, dat hij er practisch nooit tijd voor heeft. De voorz. wilde toch de aanbeveling

De voorz. wilde toch de aanbeveling maar aanhouden; de heer De Bonte kan altijd nog zelf bedanken. Spr. accentueerde tegelijkertijd, dat er belangrijke veranderingen op het gebied van de tarifiëring bij de waterleiding te wachten zijn.

De heer Bestman stelde een vraag over het maximaal toegestaan verbruik van water, waarop de voorz. antwoordde, dat ook dit verband houdt met het tarief. Alles bij elkaar is het een zeer ingewikkelde en moeilijke zaak.

En daarop trok de raad aan het stemmen. Benoemd werden opnieuw de heren Van 't Geloof en De Bonte en tot vervangers de heren Zoeteman en D. Poortvliet.

Mooie lening van ingezetene

Een ingezetene is bereid gebleken om aan de gemeente Dirksland een geldlening te verstrekken, groot 10.000 gld. voor 10 jaar nl. van 1 Febr. 1952 tot 1 Febr. 1962 tegen het vastgestelde rentepercentage van 3% per jaar. Aangezien voor verschillende kapitaalsuitgaven nog geen vaste geldleningen werden gesloten stelden B. en W. voor deze lening wel aan te gaan.

De voorz. gaf blijk van zijn ingenomenheid met deze aanbieding en de raad besloot conform voorstel. Bij raadsbesluit van 29 Dec. 1950 werd

Bij raadsbesluit van 29 Dec. 1950 werd besloten om de schoolgeld verordening voor de bewaarschool te wijzigen, waarbij werd bepaald, dat aan on- en minvermogenden reductie op het schoolgeld kon woi'den verleend, zulks ter beoordeling van B. en W. De minister heeft tegen de woorden

De minister heeft tegen de woorden „zulks ter beoordeling- van B. en W." bezwaar en wenst in de verordening te zien aangegeven in welke gevallen aan belastingplichtige als on- en minvermogende moet worden aangemerkt.

Voorgesteld werd nu om een schoolgeldplichtige bij een zuiver inkomen van 800 gld. als onvermogend aan te geven en bij een zuiver inkomen van 1200 gld. als minvermogend met een verhoging van 100 gld. voor elk kind beneden 17 jaar.

De heer D. Poortvliet vond dat hierdoor een stukje afgenomen wordt van de autonomie der gemeente. Hij zag er in, dat de minister het nu vast stelt in plaats van de raad. De voorz. noemde deze opvatting niet

De voorz. noemde deze opvatting niet juist. ,,Maar dan vind ik die bedragen veel

,,Maar dan vind ik die bedragen veel te laag!" verklaarde de heer D. Poortvliet, „met 800 gld. ben je thans te arm om te lachen!"

Spr. vond het ook niet duidelijk geformuleerd en zei te rekenen op een juiste behandeling van deze zaken door B. en W.

De voorz. zegde dit laatste bij voorbaat en gaarne toe.

De heer Boon stelde voor de bedragen te verhogen.

De voorz. zei van een en ander geen gevolgen voor de practische toepassing te verwachten, maar uiteindelijk bleek de raad er unaniem voor om de bedragen een paar honderd gulden hoger te stellen.

54 woningen in Egypte noioeten worden herbouwd!

En dan volgde het belangrijke voorstel betreffende het voorschot van 160.000 gld. aan de Woningbouwvereniging Dirksland.

Het prae-advies van B. en W. hieromtrent luidde als volgt:

„Bij raadsbesluit van 20 Jimi werd aan de woningbouwvereniging Dirksland een voorschot van 21600 gld. verleend voor het herstel van de 54 woningwetwoningen in de blokken I t.m. IV. Met het herstel van enkele woningen werd begonnen en het bleek daarbij, dat de voorgenomen herstellingen ten enenmale onvoldoende waren. Om de woningen goed te herstellen vraagt daarom de Vereniging een voorschot van 160.000 gld. Deze aanvrage is in overleg met de Provinciale Directie van de Wederopbouw en Volkshuisvesting opgesteld.

Voorgesteld wordt de gevraagde verhoogde voorschotten te verlenen."

De voorz. lichtte het voorstel nog nader toe. De voorgestelde verbeteringen bleven — naar later bleek — zeer ten achter bij wat nodig was om de woningen in een zodanige staat te brengen dat deze een behoorlijk aantal jaren zouden meekunnen. Wat men van plan was zou maar lapwerk geweest zijn en vooral door de zeer slechte toestand van de muren dreigde toch nog algeheel verval. De ambtenaren van Wederopbouw, die op de eerste aanbesteding nauwkeurig toezicht hebben gehouden, zijn toen gekomen met nadere voorstellen. Het merendeel van het meer benodigde bedrag wordt door het ministerie ter beschikking gesteld en als dit niet het geval zou zijn kwam dit voorstel zeer waarschijnlijk niet ter tafel. De regering zal nu ook aansprakelijk zijn voor het exploitatietekort, althans voor drievierde daarvan, terwijl eenvierde deel voor rekening van de gemeente komt en dat zal de gewone dienst belasten met plm. 4 procent. Daarom is een en ander grondig besproken. Doet men het niet, gaat men niet tot het herstel over, dan blijven er ernstige klachten komen en dreigt onbewoonbaarheid der huizen. Daarom menen het bestuur van de woningbouwvereniging en B. en W. dat men er toe over moet gaan. Deze herstellingen zullen ook verbeteringen a.an de huizen en de Indeling betekenen. De woningen worden doelmatiger, vooral wat de slaapruimte betreft.

Wel zal een huurverhoging moeten volgen. Van de grootte dier verhoging valt momenteel nog niets te zeggen. Contact daarover moet nnet de minister worden opgenomen.

Getracht zal worden om de afschrijving over langere termijn te laten lopen; er resten op deze woningen nog 18 termijnen, waarover men deze 160.000 gld. zou moeten verdelen, maar de woningbouwvereniging eni B. en W. hopen het op dertig jaar te kunnen brengen, alhoewel men, bij afschrijving in 18 jaar, de jaren nadien winst zou kunnen maken.

Deze zaak, aldus vervolgde de burgemeester, heeft ook de belangstelling van anderen, namelijk van de ambachtspatroons, die op deze vergadering hun belangstelling ook tonen. B. en W. hebben getracht om het werk in eigen gemeente te houden, maar de woningbouwvereniging had al een overeenkomst met Fa Van Hennik voor de 20.000 gld. Deze heeft het werk moeten stoppen en op verzoek van Wederopbouw een nieuwe opgave moeten doen. Hij kwam toen met een billijk bedrag, dat geheel overeenstemde met de begroting van Wederopbouw. De minister staat nu op het standprmt dat het werk aan Fa. Van Hennik gegeven moet worden. Anders zou men hem toch schadeloos moeten stellen. Hij heeft moeten stoppen en hinder ondervonden. Een en ander gebeurt weloverwogen. Maar B. en W. zouden het wel liever onder de patroons in de eigen gemeente zien. In elk ander geval staat het ministerie zeer op openbare inschrijving, maar in de gegeven omstandigheden vril men daarvan persé af vrij ken.

Creen besloten zitting!

De heer S. Poortvliet was de eerste die het woord vroeg en verkreeg. Hij begon met te zeggen, dat hij een grote verantwoordelijkheid vond om zijn stem aan het voorstel te geven. Spr. v/ilde dat nader verduidelijken, maar werd geïnterrumpeerd door de heer D. Poortvliet, die luid betoogde, dat de raadsleden niets van de achtergrond dezer dingen wisten. Hij wenste nader ingelicht te worden en vroeg de voorzitter over te gaan tot geheime zitting.

„Daar ben ik zeer sterk tegen!" riep de heer Van Es.

„... het is altijd pijnlijk om personen te noemen enz.!", motiveerde de heer D. Poortvliet zijn verzoek, maar de heer Van Es maakte tegenwerpingen: „het is een zaak, die het gemeentebelang raakt en de gemeentenaren mogen weten hoe het in elkaar zit!" zo vond hij.

„Daar ben ik het volkomen mede eens!" betuigde de heer Albreg'ts zijn instemming met de woorden van de heer Van Es.

„En ik handhaaf mijn voorstel. Het gaat over personen!" hield de heer D. Poortvliet vol.

De "voorz. trachtte beide partijen te bevredigen. Hij stelde voor de raad gelegenheid tot verder spreken te geven en daarna nog even in comité te gaan.

En dan kon de heer S. Poortvliet zijn onderbroken betoog vervolgen. ,,Het gaat om een groot bedrag", aldus spr. „en het gehele werk en dit bedrag komen m handen van deze uitvoerder. Van het totaal komt 40.000 gld. voor rekening van de gemeente en dat geeft een annuïteit die niet gering is. Ik heb ook bewoners gesproken, die zeggen, dat het niet nodig is. Kan de woningbouwvereniging de woningen niet beter verkopen en voor het geld nieuwe zetten?" zo vroeg spr.

„Dat mag beslist niet!" verklaarde de voorz.

„We gaan ze nu eerst afbreken en dan opbouwen!" vond de heer S. Poortvliet, die het betreurde en pijnlijk vond, dat men gekoppeld zit aan één uitvoerder. „In deze 160.000 gld. zit ook het sa

„In deze 160.000 gld. zit ook het salaris van de opzichters!" verduidelijkte de voorz. verder. „De minister heeft grote belangstelling voor deze zaak. Er is een langdurige studie aan het voorstel voorafgegaan. De heren waren van oordeel dat er iets moest gebeuren en uiteindelijk heeft men dit grapje te danken aan de zeer slechte materialen, die bij de bouw in de eerste oorlog gebruikt zijn. Wel heeft men mij verteld, dat er toen ook grote moeilijkheden waren met de materiaalvoorziening..."

„Da's niet waar hoor!" onderbrak de heer D. Poortvliet.

„Goed, persoonlijk kan ik dat niet beoordelen. Maar in ieder geval het feit, dat de minister iets wil doen, zegt mij veel. Nu is er 3000 gld. nodig voor iedere woning, maar nieuwbouw komt op 10.000 gld. En het aantal klachten der bewoners is immers legio! Dat aan de plaatselijke aannemers voorbijgegaan wordt onderschrijf ik, maar bij de eerste inschrijving was Fa. van Hennik veel lager.

De heer S. Poortvliet vond dat de regering ook schuld heeft aan de slechte toestand der woningen en wel ais gevolg van de onderhoudspolitiek.

De heer D. Poortvliet zei nu geen prijs meer te stellen op geheime zitting. Hij releveerde dat de plaatselijke ambachtslui bij eerste inschrijving, zoals de voorzitter zei veel te hoog waren.

„Nou, veel?" verzachtte de voorz.

„In ieder geval hoger!" vervolgde de heer ï). Poortvliet. „Maar nu krijgen ze geen gelegenheid meer! Wij dragen voor een en ander de verantwoordelijkheid en dus zal geen lid van dit college maar rauwelings voorstemmen. Waarom houdt men nu geen openbare aanbesteding ? Ik pleit niet voor het belang der ambachtslieden, verstaat U me goed, maar voor het belang der gemeente!" aldus de heer D. Poortvliet, die daarop vroeg of de voorzitter nog eens nader uitleg wilde geven.

„Dat is zojuist al gedaan!" vond de heer Koon.

„Wij hebben niet het minste bezwaar tegen onze ambachtslieden en ik sta er prijs op dat te verklaren!" antwoordde de vobrz., idie daarop de gang van zaken nog eens ten voeten uit schilderde en vertelde, dat ivoor de eerste aanbesteding Van Hennik juist klaar was met de nieuwbouw in de gemeente. Vermoedelijk om zijn mensen aan het werk te houden heeft hij scherp ingeschreven en daarop het werk gegund gekregen. Toen hij begonnen was kwam hij zoveel narigheid tegen, dat hij er op attendeerde en algemeen kwam men tot de slotsom dat men bezig was goed geld naar kwaad geld te gooien. H. heeft schade gehad van het stoppen van het werk en nu wijst de minister op de schadeloosstelling die men H. zou moeten betalen. Dat zou ook niet voor de poes zijn. En dus heeft men hem gelegenheid gegeven het werk te vervolgen na een tweede inschrijving, die eveneens billijk x'esultaat had. De begrotmg van het ministerie klopte met de inschrijving, iets wat maar zelden voorkomt. Maar inder-daad hadden B. en W. ook liever gezien dat de ambachtslieden een kans kregen.

Ontevredenheic

„Jammer, dat het niet anders te re. gelen was!" vond de heer D. Poort- Vliet.

„Ja er zijn meer moeilijkheden!" vertelde de voorz. „Er wordt per blok van 4 woningen verbeterd. Gedurende het werk moeten dus telkens vier gezinnen elders onderdak zoeken. Men heeft gelukkig al de beschikking over een woonbarak. Voorts zit er huurderving aan vast Spr. deelde mee dat ook de kerkeraad medewerkt door het verschaffen van tijdelijke woonruimte, tesamen met het Groene Kruis.

„Is niet te bepalen, dat van Hennik verplicht wordt werkUeden uit deze gemeente aan te nemen?" vroeg de heer D. Poortvliet.

„We kunnen hem toch niet verplichten om zijn eigen personeel te ontslaan!" vond de voorz. „Hij heeft al schilders van hier inge

„Hij heeft al schilders van hier ingeschakeld, en smeden. Verplichten is bezwaarlijk" meende de heer Boon.

„Dat voorstel valt me niet vreemd!" verklaarde de heer Van Es. „In de vorige vergadering, toen het over die 21.600 gld. ging, heb ik al gevraagd: is het niet te weinig? Ik heb gezegd dat de huizen eerst tegen de grond moesten. En nu is het verschil niet gering. Men had voor dit bedrag een nieuwe aanbesteding moeten houden. Hebben B. en W. daar wel genoeg op aangedrongen? Die aanbesteding zou ook wel lager kunnen uitvallen, dan 160.000 gld.! Trouwens dan kwam v. H. ook weer in de gelegenheid. Voor de gemeente kon er nog wel eens voordeel in zitten. Naar een rioleringswerkje, dat vier man kunnen doen, moet worden ingeschi-even, naar het dak van een gasfabriek enz. Maar voor een werk van 120.000 gld. is het niet nodig.

„Wij hebben er terdege op aangedrongen!" verzekerde de voorz.

„Maar men achtte zich hier moreel gebonden. Inderdaad het verschil is groot. Maar spr. wilde ook niet voorbij zien, dat v. H. concurrerend heeft ingeschreven.

„Ik kan maar niet begrijpen, dat men niet gezien heeft, dat men met 21000 gld niets kon doen. Het bedrag is nu maar eventjes achtmaal zo groot," aldus de heer Albregts. „Nu worden de plaatselijke ambachtslieden de dupe van de stommiteit van ambtenaren. Er wordt hersteld ten gunste van H. Die mocht wel een prijs indienen! En is aan die prijs niet geschaafd?" zo wilde spr. weten.

De voorz. verklaarde pertinent dat zulks niet het geval is geweest. „Het bedrag van de schadevergoeding zou ook nooit groot kunen zijn!" dacht de heer Albregts.

„Naar het oordeel van het ministerie is de opgave van v. H. zeer concurrend," deelde de voorz. nog eens mede, „en hij was ook de eerste keer aanmerkelijk lager!" „We zitten voor een fait accompli!"

„We zitten voor een fait accompli!" merkte de heer Albregts op.

„Het gaat er niet om dat de raad maar gauw het jawoord zegt!" antwoordde de voorz.

„Je schrikt er van!" vond de heer Albregts.

„Ja, daar moesten wg ook eerst doorkomen!" gai de voorz. toe.

De heer Boon (voorz. woningbouwvereniging; verslagg.) deelde mede, dat de woningbouwvereniging ook voor het feit gesteld is. Het Rijk heeft zelf ingegrepen. Nu heeft men het zover gekregen, dat men de woningen kan redden. Met klem is er op aangedrongen dat de ambachtslieden zouden mededingen, maar het Rijk heeft drievierde van de stemmen In kapittel. Men kan weigeren, maar daar zitten ernstige consequenties aan vast! De heer Van Es bleef nog eens een

De heer Van Es bleef nog eens een lans breken voor publiek aanbesteden en dan gaf de voorz. nogmaals enige toelichting. Uiteindelijk zakte de discuasie ineen en werd het besluit tot verstrekken van het voorschot ad 160.000 gld. zonder stemming aangenomen.

De ambachtslieden verlieten direct de tribune.

Bondvraas

In de rondvraag verklaarde de heer Grootenboer in het wederwoord van de heer D. Poortvliet tot de voorzitter iets gemist te hebben, namelijk de wens en de bede, dat de Heere aan de burgemeester kracht en lust en bekwaamheid zal schenken om met vrtjsheid de gemeente verder te besturen. Spr. wenste persoonlijk de voorzitter een biddend leven voor de Troon der Genade toe. Be heer Van Prooyen bracht afzetting

Be heer Van Prooyen bracht afzetting van een ka'tje aan de Oranjelaan ter sprake. Nu moet bij omwonenden de kolenboer met de zak kolen door de voorkamer om achter te kimnen komen. De voorzitter bleek niet te weten wie de „pleger" van deze afzetting waa Secretaris Goemaat verliet stilletjes de zaal. Toen hij terug kwam bleek h^ op onderzoek uit te zijn geweest en hij deelde mede, dat vanwege de polder de afscheiding werd gezet. Het zal verder uitgezocht vcorden!

De heer D. Poortvliet vroeg de aandacht van B. en W. voor het nog altijd bestaan van het tonnetjesstelsel in de gemeente. „In het stenen tijdperk is al eens besloten om het op te ruimen, maar het is er nog altijd!" betreurde spr. ironisch.

Dit onderwerp bracht de tongen los en vooral wijdde men aandacht aan zeer onhygiënische toestanden aan de Gelderse dijk, waar zelfs een W.C. op een sloot Zou uitmonden.

De vloorz. beaamde het ongewenste, niaar moest wijzen op de bestaande moeilijkheden met kapitaalsuitgaven.

De heer S. Poortvliet was de laatste vraagsteller. Hij vroeg waarom men een zandbak houdt voor een blok huizen in de Oranjelaan, terwijl alle andere blokken een mooi perk hebben.

De voorz. antwoordde, dat deze bak bq wijze van proef is aangelegd. Er wa,s toen nog niets bekend van een speelweide. Maar nu die er komt verdwijnt de Zandbak!

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 januari 1952

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's

Te Dirksland zullen 54 oude woningen worden herbouwd

Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 januari 1952

Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's