De Reformatie op Goeree-Overflakkee

(U)

MIDDELHARNIS

Na de dood van ds. Heuckelom werd de plaats hetzelfde jaar weer bezet door de komst van ds. P. Zeegers, uit Ooltgensplaat, waarmee men ook weer niet gelukkig was. Hij werd n.1. afgezet na een tweejarig verblijf in 1608. Zijn opvolger was ds. T. Gelinkhuizen, die uit Waarder tot ons overkwam en ook weer na twee jaren vertrok, n.1. naar Woerden.

Ds. Joh. Carpentarius (1612-'19)

Men hoopte te Middelharnis al het goede, en waarom ook niet. Doch er stak weer een storm op, die de gemeente haar predikant en de predikant zijn ambt kostte.

Deze predikant ontmoeten wij in 1619 op de Synode van Delft.

Het was toen do kritieke tijd der remonstrantse troebelen. De grote Synode van Dordrecht was toen gesloten en de provinciale Synoden moesten de opdrachten der Nationale Synoden uitvoeren. Deze predikant was ter Synode ont

Deze predikant was ter Synode ontboden om nader zijn gevoelens aangaande do gereformeerde leer kenbaar te maken. Hij gaf te kennen, dat hij niet tijdens zijn dienst te Middelharnis, maar reeds eerder voordat hij tot het ambt gekozen was, de remonstrantse gevoelens was toegedaan. Dit was voor de toenmalige examinatoren geen bezwaar geweest hem toe te laten. Derhalve zou het hem nu zwaar vallen daarvan afstand te doen en de leerregels van Dordt te ondertekenen. Hij achtte dezen niet overeenkomstig Gods Woord te zijn, maar hij wilde zich desniettemin „leersaam stellen onder Godes woort."

Men zeide hem aan, dat in de voorgaande tijden men vele dingen over het hoofd had moeten zien, daar men niet in staat was wegens de troebelen der tijden het kwaad uit de kerk weg te nemen. De Synode merkte met droefheid, dat ds. Carpentarius bij zijn gevoelen bleef, hetgeen tegen de uitspraken der Nationale Synode indruiste. Daarom was men genoodzaakt hem af te zetten. Men deelde hem meteen mede dat hij zich nu naar het besluit der Edelmogende Heren, aan de Synode toegezonden, als een particulier had te gedragen. Hierop gaf hij ten antwoord, dat hij

Hierop gaf hij ten antwoord, dat hij sommige uitdrukkingen in de acte vermeld niet goed begreep. Ook voelde hij zich bezwaard om zo maar zijn dienst te verlaten en vroeg, of hij dat met een goed geweten wel mocht doen. De Synode antwoordde hem, dat hij dit met goed geweten doen kon, daar hij gebonden was aan de besluiten der Heren Stalen van Holland. Voorts dat hij in zijn geweten niet bezwaard werd, o)ndat hij in zijn godsdienstige overtuiging niet gekrenkt werd, doch dienaangaande de volledige vrijheid mocht behouden, gelijk alle andere burgers. Maar, zo zei hij, andere burgers mo

Maar, zo zei hij, andere burgers mogen hun gevoelens kenbaar maken al zijn zij van andere religie, docji werd hierin belemmerd, waardoor gestelde eis hem te zwaar was. Daai wilde hij enige tijd van beraad hebl De Synode gaf hem drie dagen uitsi

Inmiddels had de Synode verstj dat als het besluit van afzetting ij kerk van Middelharnis zou woi voorgelezen, er een tumult zou staan. Want kort te voren hadden bij geworden vissers een predikant, nl Nicolaas Dammius uit Goeree, die een beurt vervullen zou, met steJ geworpen. Het regende toen pijpestel; waardoor deze rel niet zijn hoogtepi kon bereiken. Een volgende keer' den zij ds. Valerius Tophusius uit terdam die er ook kwam prediln schandelijk mishandeld. De gedepul den der classis hadden nu van de ren Staten opdracht gekregen, 4 praktijken tegen a.s. zondag te vi komen.

Toen de drie dagen verstreken wars kwam de predikant van Middelhat] terug om de acte van de Edelmoget- Heren ten huize van de voorzittercS synode te ondertekenen.

Hiermede was zijn lot bezegeld. ti\ hij deed nu afstand van alle kerkel werk.

De gemeente in

Men kon nu een predikant lenen,! ds. C. Haymannus, die in 1619 kwam] het volgend jaar weer vertrok. De Meneersenaren verlangden 1.

De Meneersenaren verlangden 1. rust en eerbied in de dienst des HeetJI Dit werd hun dan ook gegeven metf komst van ds. J. Ridderus uit Waraifl huizen. Langzamerhand woonde hij Jl een vader onder zijn volk, want J| bleef er tot zijn dood in 1663. }

Mcnoersc, wij nemen afscheid vanj- en. gaan eens kijken in Nieuwe-Tongl

Maai-Eson. Ds. G. van derzi

/TT, ji. B (Wordt vervol

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen