Progressiviteit en conservatisme
De term „progressief" is tegenwoordig „let van de lucht. Ze is een modewoord ' „orden en tevens een soort sjibbolet „m iemand politielt te testen. Wie zegt nrogressief te zijn komt door dit examen en wie de moed iieeft — want die behoort er inderdaad toe — om zich als mservatief uit te geven, die zakt als n baksteen. Deze terminologie speelt de na-oorlogse politiek een grote rol. Er waait een stormachtige progressieve wind over ons land en de wereld en wie lelfs maar in geringe mate daar tegenin ^lil gaan die ziet zich het stempel van conservatisme opgedrukt. Het is zelfs zover gekomen, dat velen in ons land de politieke scheidslijn niet meer zien lopen tussen levensbeschouwelijke beginselen, maar tussen het al of niet progressief zijn in sociaal opzicht. Het lijkt ons wel gewenst hieraan eens enkele beschouwingen te wijden. Het woord progressief komt van een
Latijns werkwoord, dat „voortschrijden" betekent, terwijl conservatief — eveneens uit het Latijn afkomstig — vertaald moet worden met „bewarend". Zo heeft het eerste woord de betekenis gekregen van vooruitstrevend, gericht op vooruitgang en het laatste, behoudend, vasthoudend aan bestaande toestanden, afkerig van ingrijpende veranderingen en van allerlei nieuwigheden. Progressiviteit IS dus vooruitstrevendheid en conservatief wordt gelijkgesteld met behoudzucht.
De tegenstelling progressief-conservatief is tegenwoordig het voornaamste politieke dogma, dat nog met hartstocht wordt gepropageerd. Vooral de socialisten hanteren ze met wellust. Wie niet progressief is in socialistische zin wordt bij de conservatieven ingedeeld, al willen ze nog wel erkennen, dat er in de andere partijen mm of meer progressieve elementen zitten, maar die behoren via de doorbraak toch eigenlijk bij de P.v.d.A. De hele doorbraak-antithese berust op deze tegenstelling.
Tot op zekere hoogte is zij inderdaad reéel. Er zijn in onze ingewikkelde samenleving een aantal begrippen, die paarsgewijs steeds tegenover elkaar staan: individu en gemeenschap, vrijheid en gebondenheid, eenheid en verscheidenheid, oud en nieuw, staatsbemoeiing en staatsonthouding enz. Onze maatschappelijke ontwikkeling beweegt zich daartussen en kan in de één of andere richting doorslaan. Iedereen kiest bewust of onbewust daarin partij. De conservatief wordt geacht het accent te leggen op de vrijheid van het individu op het goede in de bestaande toestand, op behoud van wat oud is, op een positieve waardering van de traditie en vele bestaande normen, kortom hij wil veel van het bestaande bewaren en is weinig geneigd het nieuwe te aanvaarden alleen omdat het nieuw is. Wie daarentegen progressief ingesteld is, heeft voor keur voor het accent op de gemeenschap ziet er niet tegenop de maatschappelijke vrijheid te beperken, geeft de staat een grote beschikkingsmacht, ziet de sociale kwestie als nummer één van alle problemen, wil steeds hervormen, heeft weinig eerbied voor de traditie, maar een des te groter verwachting van het nieuwe op allerlei gebied.
Hoewel beide begrippen voornamelijk op politiek gebied gebezigd worden, moeten ze toch uitgebreid worden tot alle levensterreinen: godsdienst, ethiek en cultuur. Wie religieus-kerkelijk vasthoudt aan de oude gereformeerde behjdenis, wordt conservatief genoemd, maar wie met alle mogelijke nieuwe theologieën van midden-orthodoxe of vrijzinnige inslag meegaat, is progressief! Zo staat het ook met de zondagsviering en de houding t.o.v. het seksuele leven. En niet het minst ook ten opzichte van allerlei cultuuruitingen zoals de moderne beeldhouw-, schilder- en literaire kunst. Wie zogenaamd „open" staat voor al het nieuwe op dit gebied, ook al is het nog zo dwaas, die is progressief! En wie aan de hand van oude normen, die men dan liefst traditioneel noemt, het nieuwe goed selecteert, die is conservatief.
Wanneer we dit alles overdenken, kunnen we dunkt ons wel tot de conclusie komen, dat beide termen toch in wezen heel betrekkelijke begrippen innouden. Want waar ligt de grens? Ook de meest verstokte progressivist zal toch moeten toestemmen, dat niet al het oude verkeerd en al het nieuwe goed is. Ieder verstandig mens zal toegeven, dat kritiekloze aanvaarding van alle nieuwigheden op welk gebied ook onverantwoord is en anderzijds, dat men met radicale verwerping van al het oude, Alleen omdat het oud is, evenzeer onverstandig handelt. Het oude is immers niet goed omdat het oud is en het nieuwe niet omdat het nieuw is. Zowel het oude als het nieuwe moeten getoetst worden aan bepaalde normen. En deze zyn het dus, die beslissen over progressief en conservatief. Wie bijbelse normen aanlegt, zal automatisch in de conservatieve hoek gedrukt worden, omdat ocze normen in vele opzichten de mooerne cultuur veroordelen. En wie zijn normen ontleent aan een humanistisch voormtgangsgeloof, die zal weinig moei. m om progressief te zijn.
we zien dus, dat deze termen grote verwarring kunnen stichten. Er zijn "•v. boeren, die geestelij k-cultureel conervatief zijn, omdat ze strenge normen aanleggen op grond van hun levensovertuiging, maar die in hun bedrijf de odernste machines gebruiken en op dit ebied dus zeer progressief zijn. Op po- «leic terrein zijn beide begrippen ook zeer betrekkelijk. In de 19e eeuw werden de liberalen als vooruitstrevend beschouwd en streden ze fel tegen de conservatieve richting, maar nu worden ze vrijwel algemeen voor conservatief aangezien. De Partij van de Arbeid beschouwt zichzelf als zeer progressief, maar de P.S.P., die links ervan staat, vindt ze verburgelijkt en daarom conservatief. In beide termen zit dus een zeer grote dosis relativisme.
We zullen het er wel over eens kunnen zijn, dat er dus allerlei gradaties in deze begrippen voorkomen en dat wel niemand voor 100'»/o óf progressief óf conservatief is. Ieder individu en elke partij heeft beide elementen in zich, al is het wel zo, dat er meestal één over heerst. Het vervelende is, dat met name bepaalde politieke partijen de woorden met propagandistische bedoelingen misbruiken. De term progressief is al zolang bij het publiek erin gehamerd als het summum van sociale bewogenheid, dat zij als het ware een „heilig" cachet worden. Dat schijnt een politieke doodsbang zijn als conservatief betiteld te worden. Dat schijnt een poliieke doodszonde te zijn. Vandaar dat de K.V.P., de A.R.P., de C.H.U. en de V.V.D. er prat op gaan ook progressief te zijn. En omdat te bewijzen, gaan ze zover mee met allerlei sociale, financiële, economische en politieke wensen, die van ultra-progressieve zijde worden voorgesteld, dat er dikwijls een hartroerende eenstemmigheid is in de aanbidding van de afgod der progressiviteit. Men kan zelfs spreken van een nieuwe ziekte „proigressivitls". Dit woord zult u vergeefs m Groot Van Dale zoeken, want we hebben het zelf maar gefabriceerd met behulp van het in medische kringen gebruikte achtervoegsel „itis".
De enig juiste houding in deze controverse lijkt ons, dat we ons volkomen distantiëren van dit spraakgebruik, omdat het te tendentieus is. Wie zich ijij de beoordeling van allerlei problemen laat leiden door de normen van het Woord Gods, kan rustig het hem opgelegde odium en achterlijkheid accepteren. Immers, zowel het oude als het nieuwe moeten daaraan worden getoetst. Als we zien wat de progressivisten uit de tijd der Franale revolutie teweeggeWrachü hebben, wat de communistische progressiviteit heeft uitgewerkt, wat de moderne cultuuroptimisten thans aan verwording te zien krijgen en waartoe de socialistische progressiviteit op het gebied van lonen, staatsuitgaven en staatsbemoeiing voor onze economie en ons burgerleven betekent, die zal in alle gemoedsrust zich laten indelen bij de conservatieven, wetend dat hij probeert het goede te conserveren en het nieuwe te accepteren, voorzover het past op de juiste geestelijke en maatschappelijke normen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 juni 1964
Eilanden-Nieuws | 10 Pagina's