Raad Oostflakkee bedreef planologie voor verschillende dorpen

Ingekomen stukken.

In tegenstelling tot andere gemeenteraden gaf de raad geen kik op het bij de ingekomen stukken gevoegde schrijven v.h. gem. bestuur van Dirksland m.b.t. de fluoridering v. h. drinkwater. Evenmin was dat 't geval op de brief van alle landartsen en artsen op Goeree-Over- Ilakkee naar aanleiding van bovenbedoeld raadsbesluit en de brief aan G.S. inzake het dringende watertekort.

Onbewoonbaarverklaring opgeheven.

Op voorstel van B. en W., werd de — in de vorige vergadering — uitgesproken onbewoonbaarverklaring van de woningen Voorstraat 24 en 26 te Den Eomei opgeheven. Het genomen raadsbesluit werd als „niet genomen" beschouwd. .,De verv/achting Is gerechtvaardigd dat er een mogelijkheid bestaat deze woningen opnieuw in een bewoonbare staat te brengen", zo gaf de voorz. te kennen, zoals B. en W. was gebleken na zich verder in de belangen van de eigenaren te hebben verdiept.

iVIilieuhygiëne.

Weliswaar bestaat bij B. en W. nog steeds de bereidheid tot instelling van een Commissie Milieuhygiëne maar — zo zette de voorz. uiteen — de moeilijkheid is het vinden van een milieudeskundige. Het lijkt — aldus de voorz. — I niet zinvol een commissie in te stellen die geheel uit niet deskundigen bestaat.

I Woonwagenkamp.

Opnieuw kwam het geïmproviseerde woonwagenkamp te Den Bommel ter sprake. De voorz. kon de raad, die het kamp liever vandaag dan morgen zag \'crdwijnen, deelgenoot maken van enkele „lichtpuntjes" die aan de einder ?iin verschenen. Door de Provinciale Overheid is met een aantal gemeentebesturen uit de wijde regio een bespreking gevoerd teneinde te komen tot een gezamenlijk plan voor de stichting van een centraal kamp, van maximaal twintig wagens per regio.. Wanneer daarover door de deelnemende gemeentebesturen overeenstemming wordt bereikt, wordt er een gemeenschappelijke regeling van kracht. De gemeenten, waarin niet een regionaal kamp wordt gedacht, krijgen dan ontheffing van de verplichting een kamp in stand te houden. lu een dergelijk geval kunnen de woonwagenbewoners — desnoods met de „sterke arm" — gedwongen worden een andere plaats te kiezen. Een uitzondering zal Wellicht gemaakt dienen te worden voor de wagens van seizoenarbeiders die helpen bij de oogstwerkzaamheden.

Huiu-harmonisatie.

Door de P.v.d.A. fractie was d.d. 3 februari een schrijven aan B. en W. gericht m.b.t. de huurharmonisatie. O.a. werd daarin geklaagd dat van enige inspraak van de bewoners van de woningen van de woningbouwvereniging geen sprake is geweest.! De fractie vroeg zich daarom af of het college niet van mening was dat de betreffende verenigingen alsnog de bewoners zouden moeten inlichten en evt. alternatieven met hen zouden dienen te bespreken.

Dhr. A. Both, die namens de fractie het woord voerde, verklaarde het zeer te betreuren dat de Woningbouwverenigingen op het punt van voorlichting over deze materie in gebreke zijn gebleven, behalve dan dat er een summiere circulaire is verzonden. Dat was vooral een grief van dhr. Both dat in Oostflakkee de huurverhoging tengevolge van de harmonisatie hoger zal zijn dan in de overige eilandelijke gemeenten, z.i. doordat bij de vaststelling van het z.g. ,harmonisatiepeü" met name de huur van de keuze-woningen als maatstaf werd genomen. Naast de veronderstelling dat dat wettelijk niet eens is toegestaan omdat die huren nog niet eens vastgesteld zijn, meende dhr. Both öat het niet juist is het daarvan afge- '(-'ide gemiddelde huurbedrag op ƒ 170,— Per maand te stellen. Weliswaar gaf dhr. Schroevers, ambt. ter secretarie een nadere verklaring maar die bevredigde dhr. Both allerminst. Zo zette hij een vraagteken achter de bewering van dhr. Schroevers dat de toegekende puntenwaardering van meer invloed is dan het gemiddelde huurbedrag.

B.1 en W. zegden dhr. Both graag toe zich „op korte termijn ernstig in deze materie te verdiepen", al nemen B. en W. zich niet voor in de plaats te treden van de besturen van de Woningbouwverenigingen, waar het de voorlichting van de huurders betreft.

Spraakleraar.

Door dhr. C. L. M. de Wit (K.V.P.) werd gewezen op het ontbreken van een spraakleraar op het eiland waaraan — zo was dhr. de Wit uit Onderwij skringen te kennen gegeven — zeker wel behoefte bestaat.

Het werd door de voorz. als een „al twintig jaar oud vraagstuk" betiteld. Weliswaar is er bij de gemeenten een grote bereidheid een spraakleraar aan te trekken, maar die zal door de gemeenten betaald moeten worden terwijl ze daartoe financieel niet in staat zijn. „Deze zaak zit nog steeds in de knel zoals meerdere zaken die dringend behartiging behoeven", gaf de voorz. te kennen. Hij wees daarbij o.m., op de behoefte aan een schooladviesdienst, waarvoor het gebied Goeree-Overflakkee te klein is.

Uien.

Door dhr. S. de Jonge werd een onwelriekend probleem aan de orde gesteld. De bewoners van het Groene Kruisgebouw te Den Bommel en andere omwonenden ondervinden veel hinder van stinkende uien. „Er zijn enkele boosdoeners die zich niet zo openbaarlijk bekend maken", moest de voorz. mededelen. Hij hoopte dat een beroep dat op hen zal worden gedaan de hinder weg te nemen niet tevergeefs zal zijn.

Bestemmingsplannen.

Achtereenvolgens werd een viertal bestemmingsplannen vastgesteld waarvan onderstaand een korte beschrijving. De bestemmingsplannen werden door dhr. Goudkamp, dir. Gemeentewerken nader toegelicht aan de hand van gedetailleerde tekeningen:

„Plan Ooltgensplaat Kom".

Het plan Ooltgensplaat kom vervangt de gedeeltelijk goedgekeurde „Regehng Bebouwde Kom Ooltgensplaat" uit 1958. Bij het maken van het nieuwe plan is echter nog meer dan in 1958 uitgegaan van de bestaande situatie.

De bebouwing langs de Slikdijk en de Brandewijnstraat bijvoorbeeld is grotendeelt gehandhaafd; er is geen nieuwbouw gepland in het gebied tussen Zuid-Achterweg en Weespad.

Door het handhaven van een aantal nauwe straatjes blijft de Voorstraat moeilijk bereikbaar, vooral voor vrachtverkeer.! Gezocht is daarom naar een mogelijkheid tot een min of meer vlotte verkeersafwikkeling om deze kern heen. Dit zou kunnen worden bereikt door een reeks van maatregelen, waaronder:

a. verbetering van het kruispunt Zuid- Achterweg-Stoof straat;

b. verbetering van de inrit vanaf de Kerksingel naar de Noord-Achterweg;

c. het doortrekken van de Noord-Achterweg naar de Tramdijk, in het verlengde van de nieuwe weg naar het toekomstige recreatiegebied naar de Hellegatplaten; d. het doortrekken van de Kaai naar

d. het doortrekken van de Kaai naar deze zelfde recreatieweg.

De Molendijk is verder voor een deel als voetgangersgebied gedacht (bedienend verkeer is echter wel mogelijk), waardoor het noodzakelijk zal zijn de wegen beneden langs de dijk over dat gedeelte goed berijdbaar te maken voor auto's. De opritten naar de Molendijk zullen daartoe verbeterd dienen te worden.

Aan het voetgangersgebied zijn op de Molendijk een aantal bestaande winkels. Aan de overkant zijn tevens een aantal nieuwe winkels te realiseren, ter plaatse van de te saneren Tuinstraat. Hier is reeds een aanzet door een tweetal nieuwe moderne winkels, welke op dit gebied een stimulerende werking kurmen uitoefenen. Op het plein, dat hier gaat ontstaan, kan ook de wekelijkse markt gehouden worden. Door deze aanzet en situering is het mogelijk, dat hier een winkelconcentratie gaat ontstaan. Berekeningen hieromtrent zijn nauwelijks te geven door de weinig in opmars zijnde economische en commerciële situatie waarin het winkelapparaat zich momenteel bevindt.

Toch menen B. en W. een mogelijkheid te moeten scheppen om eventuele uitbreiding van vestigingen hier te laten plaatsvinden. Op deze wijze wordt concentratie of uitbreiding van vestigingen — verspreid over de gehele kern — tegengegaan.

Direct achter het nieuw te vormen winkelgebied — in het nu open gehouden binnenterrein — is een mogelijkheid tot de aanleg van een parkachtig groengebied, eventueel met speelgelegenheid en een groot parkeerterrein.

Voorts is in enige parkeergelegenheid voorzien lands de Noord- en Zuid-Achterweg.: De bebouwing langs deze straten bestaat voor een groot deel uit bedrijfs- en opslagruimten, behorende bij de panden die aan de Voorstraat zijn gelegen. Deze straten fungeren erügszins als bèdieningsstraten. Bij de groei van de gemeente Oostflalskee zal ook het gemeentelijk apparaat enigszins uitbreiden. De mogelijkheid voor meer ruimte ten behoeve van deze diensten (nu gevestigd in een pand aan de Voorstraat) is geschapen ter weerszijden van het thans in gebruik zijnde mooie, maar zeer kleine gemeentehuis.

Aan de kop van de haven, bij het begin van de nieuwe recreatieweg, is gelegenheid geboden voor de vestiging van gebouwen ten behoeve van de recreatie, zoals bijvoorbeeld een kantine of verenigingsgebouw voor de jachthaven. Voor het overige en zeker voor het gedeelte ten zuiden van het Weespad sluit het plan geheel aan bij de Regeling Bebouwde Kom 1958.

Teneinde het interne verkeer zo goed mogelijk af te wikkelen, zijn op verschillende punten verbeteringen aangebracht. Door middel van een verkeersdruppél is een overzichtelijker kruispunt geprojecteerd, daar waar de Stoofstraat de Kerksingel en de Zuid- Achterweg elkaar ontmoeten. Hierdoor zal het verkeer, dat de Zuid-Achterweg verlaat of inrijdt gescheiden worden. Tevens is een bredere toegang ont-wrorpen vanaf de Voorstraat naar de Kerksingel.

Tijdens de laatst gehouden bespreking met de stedebouwkundigen is de wenselijkheid uitgesproken de bestemming aan de westzijde van de Julianastraat te wijzigen. Oorspronkelijk lag het in de bedoeling de westzijde van de Julianastraat gelegen tussen de Pieter Biggestraat en het Weespad te verruimen. Grondslag hiervoor was de sanering van de bestaande gedeeltelijk verkrotte panden. Gebleken is, dat verschillende bewoners van de thans bestaande woningen deze verkrotting willen tegengaan en met gebruikmaking van de bestaande premieregeling over willen gaan tot verbetering van hun woningen. In samenhang met de gewijzigde bestemming kan zekerheid worden verkregen, dat verkrotting van het straatbeeld tegen kan worden gegaan. B. en W. achten het initiatief van de bewoners tot verbetering van hun woningen dermate belangrijk, dat zij aan een wijziging van de bestemming gaarne medewerking willen verlenen.

„Den Bommel - Kom".

Het bestemmingsplan „Den Bommel- Kom" vervangt het Wederopbouwplan Den Bommel, herziening 1954 en een deel van het plan Dorp, herziening 1961, aangevuld met plannen voor de kom van het dorp en het bedrijfsterrein ten zuiden daarvan. Het plan omvat het oostelijk gedeelte van de bebouwde kom van Den Bommel, in het noorden begrensd door de toegangsweg vanaf de Boven-Oostdijk naar de Kade eri in het zuiden afgesloten met het industrieterrein aan weerszijden van de Bosdreef, Volgens het ontwerp-streekplan Zuld- Holland-Zuid zal de gemeente Oostflakkee zich in de toekomst voornamelijk op de recreatie moeten gaan richten. In Den Bommel is hier reeds een aanzet toe 'gemaakt door de haven, welke haar functie voor de beroepsscheepvaart grotendeels heeft verloren, als jachthaven in te richten voor ongeveer 100 jachten. Tevens worden er plannen gemaakt voor diverse verblijfsrecreatieobjecten waarvan de capaciteit nog niet volledig bekend is. Al deze objecten worden zo gepland, dat het winkel- en overige voorzieningenapparaat van Den Bommel de recreanten zal moeten verzorgen. Het huidige winkelapparaat van Den Bommel bestaat uit 12 winkels, die op één bedrijf na alle lokaal primair verzorgend zijn. Gezien de huidige situering van de wmkels en gezien het feit, dat simmige winkelbedrijven worden' gedreven als bijverdienste door de echtgenote, terwijl de man werkzaam is in een ander beroep, is het moeilijk te prognoseren of in de komende 10 jaar het winkelapparaat volledig zal worden gerationaliseerd. Uitgaande van de veronderstelling, dat Den Bommel in staat zal zijn de natuurlijke aanwas, werkforens, te blijven huisvesten en hierdoor een

(Vervolg op pag. 4 van dit blad)

jaarlijkse groei van ongeveer 1"/» zal hebben, zal het voorzieningeriapparaat van Den Bommel in 1981 ongeveer 2000 personen exclusief de recreanten moeten verzorgen. Het ligt in de bedoeling wanneer verplaatsingen of nieuwe vestigingen aan de orde zijn, deze alleen in de Voorstraat toe te laten, teneinde deze straat de functie van winkelstraat te geven. Deze concentratie zal de levendigheid vergroten en' de oude functie van de Voorstraat benadrukken, hetgeen weer het woonklimaat ten goede zal komen. De kern van Den Bommel beschikt momenteel niet meer over uitbreidingsmogelijkheden voor plaatselijke bedrijven binnen de kern. Teneinde uitbreidingen van plaatselijke bedrijven niet op ongewenste plaatsen te laten ontstaan eri tevens om inaimte te hebtoen voor het plaatsen van de enorme ruimteverslindende loodsen van de opslagbedrijven van landbouwprodukten — welke anders in het agrarisch gebied zouden moeten worden opgenomen — is men ten zuiden van de kern Den Bommiel tot de inrichting van een bedrijfsterrein overgegaan. Momenteel is dit terrein reeds voor 2/3 deel ingenomen door slechts drie bedrijven, namelijk 2 bedrijven voor de opslag en verkoop van aardappelen en 1 koelhuisbedrij f. Deze bedrijven spelen geen rol in de opvang van potentiële migranten; het zijn zeer arbeidsextensieve bedrijven.

Voorts werden nog vastgesteld het best. plan „Kleine Kreek" te Den Bommel en het bestemmingsplan „Oudeland" te OoItgensplaat. Eerstgenoemd plan omvat de bouw van 128 woningen t.w. 64 woningwetwoningen; 31 premiewoningen; 22 eengezinswoningen (twee onder één kap, vrije sector); 11 bungalows, terwijl ook 79 garages en 65 parkeerplaatsen zijn geprojecteerd.

Het plan „Oudeland" te OoItgensplaat wordt 'begrensd in het noorden' door de verlengde Weesmolenstraat, in het westen door de toekomstige ontsluitingsweg naar het Hellegatplatengebied, in het zuiden ± 450 meter ten zuiden van de Langeweg, evenwijdig aan die weg, en ten oosten door de Esdoomstraat, Roode Kruislaan en Boomgaardpad. Het plan Oudeland sluit aan op de

Het plan Oudeland sluit aan op de bestaande bebouwing van de kern OoItgensplaat. Het is gesitueerd rond een kleine kern van de bebouwing aan de Langeweg. Aan het oostelijk gedeelte van deze bestaande bebouwing is de bestemming „Agrarische doeleinden" gegeven, zodat de daar reeds gevestigde agrarische bedrijven kunnen worden gehandhaafd. Het plan is direct verbonden met de oude dorpskern, welke als verzorgingscentrum zal moeten blijven fungeren. Wel is binnen het plan ruimte gelaten voor bijzondere doeleinden, waarbij gedacht is aan een eventuele kleuterschool of kerk. Het plan omvat 188 woningen, waarvan er reeds 24 zijn gerealiseerd in 1968. Daarna heeft de bouwactiviteit in OoItgensplaat 3 jaar stil gelegen in afwachting van een bouwstroom voor het gehele eiland.

Toen deze pogingen mislukten is een bouwteam voor de gemeente Oostflakkee opgericht en kan het bouwen in de verschillende kernen op efficiënte wijze worden gecoördineerd. Momenteel zijn in „Oudeland" 30 premiewoningen in aanbouw, terwijl de planning voor de volgende jaren er als volgt uitziet: 1972: 19 premiewoningen - 18 woningwetwoningen'; 1973: 10 premiewoningen - 13 woningwetwoningen; 1974: 24 woningwetwoningen; 1975: 27 premiewoningen - 16 woningwetwoningen.

Aan de zuid-oostelijke zijde van" het plan is nog ruimte voor enkele bungalows. Deze zijn niet in de fasering opgenomen. Het plan Oudeland zal dus nog ongeveer aan 600 mensen huisvesting kunnen bieden. Dit kan niet worden gezien als een uitbreiding van het aantal inwoners van de kem OoItgensplaat met 20''/o, doch is naast een inhaalprogramma te beschouwen als een' methode om het negatieve migratieoverschot naar het vasteland, door een aanbod van woningen en tegelijk door het stimuleren van het verzorgingsniveau in de kom van het dorp tegen te gaan. Na 1975 zal aan de zuidzijde van de Langeweg nog enige bebouwing plaatsvinden op het daartoe gereserveerde terrein voor woondoeleinden. Tot 1981 zuUen hier ongeveer 40 woningen worden gebouwd.

INGEZONDEN:

Geachte radaktie. Naar aanleiding van uw artikel „Grondwaterpeil in win-gebied extreem laag", in uw blad van 11 februari j.1. zag ik gaarne het hieronder staande opgenomen in uw blad.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen