Herfst aan de kust natter dan in het binnenland

. Gemiddeld over het hele jaar staat augustus bekend als de natste maand van het jaar, al geldt dit niet voor de westelijke kustprovincies waar het gemiddelde maximum auideUjk in de herfst Ugt.

De vier maanden augus'tus, september, oktober en november geven voor de volgende drie kustplaatsen de volgende neerslaggemiddelden te zien:

Den Helder 72 77 87 81 mm Den Haag 74 82 79 81 mm

Den Haag 74 82 79 81 mm Vlissingen 66 74 72 80 mm

Vlissingen 66 74 72 80 mm

In Noord-Holland is oktober de netste maand van het jaar, in Zuid'-HoUand september en november, al zijn de verschUlen niet groot, en in Zeeland is novemiber de natste maand.

Op de stations Groningen, De BUt en Zuid Limburg zien wij juist een afname van de regenval na de natte augustus:

Groningen 84 70 66 65 mm

De BUt 82 71 73 74 mm

Zuid Limburg 68 60 64 65 mm

In Groningen een regelmatige teruggang van de neerslag, in De Bilt een fors verschil tussen augustus en september, daarna een vrijwel gelijk cijfer voor de maanden oktober en november en in Limburg na een duideUjk drogere september weer een ielts nattere oktober en november. BUIEN VAN ZEE.

BUIEN VAN ZEE.

Het nattere westelijke kustgebieo' vindt zijn oorzaak uiteindelijk in de temperatuur van het Noordzee-water. Boven land koelt de lucht al merkbaar af, boven zeer maar weinig omdat het water nog een temperatuur van 15 ä 16 graden heeft en dat is heel wat meer dan de 5 ä 8 graden in het binnenland bij helder weer gemeten.

Zodra zich nu een periode van bmen gaat voordoen, zg. onstabiele lucht, aan zijn deze buien boven het zeewater veel aktiever dan boven land, omdat boven zee in die periode de onstabiliteit veel groter is. Deze buien, dikwijls met onweer, trekken dan de kustgebieden binnen, maar omdat daar de aanvoer van warme lucht vanaf het aardoppervlak veel geringer is, verliezen ze hun grootste aktiviteit. OPLANDIGE WIND.

OPLANDIGE WIND.

In deze specifieke buiensituaties zie je het 's avonds boven zee ook dikwijls weerlichten en als het dichterbij is, onweren. In de herfst doet zich dit boven land veel minder vaak voor. Bij een dergelijke situatie moet ook in de hogere luchtlagen een zg. oplandige wind aanwezig zijn, een wind van zee, anders krijgen deze Noordzee-buien geen kans het kustgebied binnen te drijven. Hoeveelheden van 20 ä 30 mm. in een etmaal komen in oktober en november bij zee — onstabiele situaties — vrij dikwijls voor, buien waar men ver landinwaarts dan dikwijls niets van merkt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen