TAALPRAATJE
Vaststellen- bepalen In lonze Taaipraatjes hebben weal enkele keren geschreven over de subtiele verschillen, die sommige synoniemen kenmerken.
Ditmaal wat over de synoniemen vaststellen en hepalen. Deze woorden worden vaak gebruikt zonder op het verschil te letten.
Toch IS er wél miniem verschil. Beide werkwoorden betekenen: iets nauwkeurig aangeven, zodat men weet waar men zich aan moet houden.
Bepalen wil letterlijk zeggen „door palen afzetten". Bij uitbreiding: nauwkeurig opgeven of aanwijzen.
Vaststellen is: iets wat wankel is stevigheid geven; maken dat iets vast staat, zeker is, boven alle twijfel verheven.
Een dag bepalen is daarom beter dan een dag vaststellen. „Het bruidspaar bepaalde de dag, waarop het wilde trouwen."
„De dag van de volgende vergadering bepalen". Men perkt als het ware van alle komende dagen één dag af. Een prijs vaststellen is juister dan een prijs bepalen. „De winkelier stelde de verkoopprijs vast". Hij maakt daarmee een eind aan iets wat onzeker is. „De banken stelden de dagkoers vast". „De Oranjevereniging vergaderde op de bepaalde dag en het bepaalde uur om het feestprogramma vast te stellen". Soms kunnen zonder voorkeur beide werkwoorden warden gebezigd.
„Het is moeilijk de oorsprong van dat woord te bepalen" (even goed: vas tte stellen).
Afhalen-ophalen Beide woorden zijn ontstaan uit het werkwoord halen, met als voorvoegsel af en op. Halen is het algemene woord. Van elders naar de plaats van welke men is uitgegaan brengen.
Van een voorwerp. Het boek ligt boven, ik zal het wel even voor je halen. Haal even een pakje sigaretten voor me. Ook figuurlijk: Oudi^ koeien uit de sloot halen.
Van personen. Hij ging hulp halen. In geval van ziekte de dokter halen. De politie erbij halen. In al deze zinnen passen afhalen en ophalen niet. In bepaalde gevallen kan men dn plaats van halen ook afhalen en ophalen gebruiken.
Ophalen wordt gebezigd in de betekenis van: in het voorbijgaan meenemen. „Kom je me morgen ophalen, om een eind te gaan wandelen". Men kan in deze zich ook halen en afhalen gebruiken, maar ophalen is in het .spraakgebruik het meest gangbaar. Afhalen betekent: van een plaats, waar men weet dat iemand zich bevindt, naar huis geleiden of brengen (af is dan verwijderen van de genoemde plaats).
Ik kom je wel aan het station afhalen. Iemand aan de kade afhalen. De bruidegom haalde zijn bruid af, om haar naar het stadhuis te brengen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 maart 1979
Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's