Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hans Van De Berghoogte

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hans Van De Berghoogte

Vervolgverhaal

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam - H. A. van Bottenburg N.V.

— 27 —

„Je zult er van opzien hoe we dit jaar de logeerkamer opgeknapt hebben". „Heus tante? Ik ga dadelijk kijken".

„Heus tante? Ik ga dadelijk kijken".

„Eerst nog even een kopje koffie". „Graag, ze is verrukkelijk. Anne heeft

„Graag, ze is verrukkelijk. Anne heeft eer van haar werk. Wat bedoelde ze toch toen zij zei: ik heb de huwelijksboot overgedaan?" „Kind! heb je daar dan al dadelijk

„Kind! heb je daar dan al dadelijk naar gevraagd?" „Ja, ik zei, dat het ieder jaar weer

„Ja, ik zei, dat het ieder jaar weer een verrassing was haar hier nog te zien en vroeg: wanneer stap je nu eindeUjk in de huwelijksboot? Wat is er dan?" „Hij is al maanden met een ander getrouwd". „Dat is ook wat! En is ze daar dan zo

„Dat is ook wat! En is ze daar dan zo makkelijk onder?" „Maar kind, als je toch niet van

„Maar kind, als je toch niet van Iemand houdt!"

„Waarom is zij het dan begonnen?"

„Zo iets weet je toch vooruit niet". „Nu, ik wel hoor!" bloost Rudi, die tegelijk van haar stoel opspringt om nu toch eindelijk naar boven te kunnen gaan. ,t Werd met zoveel klem gezegd, dat oom Ernst en tante Guus elkaar veelbetekenend aanzagen. Dan volgde mevrouw De Grave haar nichtje naar boven.

„Onbeleefd tante, dat ik zo vooruit vloog?"

„Je had opeens zo'n haast om uit ons gezicht te komen, dat vertrouw ik maar half".

„Ja, ik was even onbeleefd".

„Nu meisje, wat zeg je van deze kamer? Hebben we niet goed voor je gezorgd?"

„O tante Guus, wat gezellig, een echte schrijftafel en stromend water! En wat heeft u een zonnekinderen in huis gehaald". „Ik weet toch, dat je zoveel van bloe

„Ik weet toch, dat je zoveel van bloemen houdt!"

„Ja, hoe meer hoe liever. Wat staan die donkere dahlias' beeldig in die groene kan en die gezellige klokjes op de schrijftafel. U heeft eer van uw werk". „We hopen maar, dat je hier weer heerlijk uitrust, je hebt het dit keer wel nodig, je ziet zo weggetrokken".

„Ja, ik ben een beetje moe". „Dan maar veel rusten en proberen

„Dan maar veel rusten en proberen weer op krachten te komen".

't Zal aan uw goede zorgen niet liggen, tante".

„Nu ga ik ten minste al voor de koffietafel zorgen en kan jij rustig wat uitpakken. Je hoort het beUetje wel. Tot straks".

* « * Neen, ze kon niet dadelijk aan het uitpakken gaan. Even genieten van dat ruime bekende uitzicht. Wat was het hier toch altijd weer mooi. Ver weg aan de gezichtseinder schoorstenen, een kerktoren, bossen hoog en laag, donker en lichtgroen, schitterende heidevelden, alles even mooi, om tranen van in je ogen te krijgen. En dan die rust, die weldadige rust. Gek eigenlijk, dat ze zo jong nog daar zo'n behoefte aan had. Wat was de lucht weer wonderUjk mooi. Stukken blauw met hier en daar groepen grillig gevormde witte wolken «n hoog boven alles de stralende zon. Op die rustige stille omgeving hadden Nel en Toos, twee studievriendinnen van de Kweek, nog wel af durven geven. Zij zaten liever aan zee of daar, waar je ten minste 's avonds nog eens „uitkon". Wat had je nu in zo'n dorp met nooit iets anders dan lucht en uitgestrekte vlakten voor je! Daar moesten zij niets van hebben. En plagend hadden ze gevraagd, „daar ziet toch niemand?"

vraagd, „daar ziet toch niemand?" „Niemand", had ze wat smalend gezegd, ,,'t is toch geen onbewoond eiland!"

zegd, ,,'t is toch geen onbewoond eiland!" „Jullie moest eens weten hoe oom Ernst en tante Guus me verwennen! En dat was toch ook zo! Wat het dat alleen?

Een hoog rood kleurt het wat bleke meisjesgezicht, dan keert zij zich snel om en begint haar koffer uit te pakken. Stel je voor, dat tante kwam zien hoe ver ze was. Gelukkig was het tafelbelletje nog niet gegaan. Oom was trouwens ook nog boven. Straks zijn nieuwe schrijfbureau eens bewonderen. Daar hoorde zij 't bekende belletje, schel en toch met iets melodieus in haar klank. Vlug even handen wassen. Makkelijk dat stromende water. Toen ze om zich heen keek, kwam ze tot de ontdekking alleen wat wanorde geschopt te hebben. Daar kwam oom al.

„Al thuis Rudi?"

„Daar is nooit veel tijd voor nodig, oom!"

„Ik moet vanmiddag een gezin bezoeken waar een van de meisjes ernstig ziek is, een leerlingetje van mij, ga je mee? Maar 't is een heel eind".

,,Als u het lopen kunt, kan ik het ook". „Ja, maar jullie stadsmensen zijn niet veel lopen gewend".

„Daar heeft u gelijk in, ik fiets aUes". „Daarom!"

„Maar vanmiddag ga ik dolgraag mee. Moet u buiten het dorp zijn?"

„Ja een heel eind".

„Neemt u dan weer een binnenweg, zo dwars door de bossen?" „Je weet, dat doe ik bij voorkeur, ten

„Je weet, dat doe ik bij voorkeur, ten eerste snijdt dat af en ten tweede is dat meestal veel mooier. En dan moet je maar eens met je vraag voor de dag komen. Je had toch iets te vragen?" „Ja en net geschikt voor zo'n rustige wandeling".

„Ik ben benieuwd wat ik te horen krijg".

„En Rudi, al opgeschoten?" ,,Maar weinig tante, mijn tijd verdroomd met uit het raam zien. Ik vind alles weer zo mooi!"

„Ik hoop, dat je er echt van genieten zult. Vanmiddag ga je met oom mee?"

„U vindt het toch wel goed, tante?"

„Zelfs héél goed, ik zou toch niet mee kunnen, ten eerste is het mij te ver en ten tweede heb ik vanmiddag voor de Weck te zorgen".

„Nu, ik zal oom wel gezelUg bezig houden tante".

„Ja, dat vertrouw ik je wel toe. Het is maar jammer, dat wij geen dochter hebben en iemand in huis nemen doe je niet zo licht, zoiets kan mee-, maar ook tegenvallen en dan zit je er mee".

„Krijgt u goede berichten van Bram?" „Die maakt het best. Je weet, dat hun tweede kindje geboren is?" „Ja, moeder vertelde het mij. Grap

„Ja, moeder vertelde het mij. Grappig als ze straks over komen zit u opeens in de kleinkinderen. Dan oom, zal het levendig genoeg worden".

„Ja, ja, dat kon men nog wel eens tegenvallen, die Indische kinderen zijn meestal zo druk, zo veeleisend, zo anders opgevoed. Ik heb er ook twee op school, maar lastpakken hoor en slordig! Ze zijn daar zo gewend, dat alles achter hen wordt opgeruimd en hun wordt nagedragen".

„Over hoeveel tijd komt Bram met verlof?"

„Pas over twee jaar".

„Dat is nog een hele ruk. Schrijft Ine nog altijd even hartelijk?"

„Ja, daar hebben we geen klagen over, als ze later is zoals ze nu schrijft, zal dat best meevallen. Bram is heel gelukkig met haar".

„Ik zal je de laatste foto's eens laten zien Rudi".

„Graag tante!" „Die kun je beter vanavond laten zien

„Die kun je beter vanavond laten zien moeder, na de koffie ga ik liever dadelijk op stap. Rudi blijft nog lang genoeg.

Stralend lag de uitgestrekte vlakte vóór haar. Om stil van te worden, dacht Rudi. Oom kende dat van haar, liet haar dus even, zelf verdiept in het gezin dat hij als schoolhoofd bezoeken zou.

„Oom!" Vertrouwelijk voelde hij haar arm door de zijne gestoken. „Egoïstisch om zo te lopen zwijgen hé, maar alles overweldigt me ook weer zo. Vond u het leven toen u jong was soms ook zo moeilijk? Zo zwaar, zo... ik weet er haast geen uitdrukking voor. 'tl s me soms net alsof vader en moeder me niet begrijpen. Of die maar één model kennen, mij naar dat model willen vormen als 't ware".

wordt vervolgd

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 februari 1981

Eilanden-Nieuws | 10 Pagina's

Hans Van De Berghoogte

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 februari 1981

Eilanden-Nieuws | 10 Pagina's