Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DEENSE BOEREN AAN DE AFGROND

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DEENSE BOEREN AAN DE AFGROND

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Boeren hebben vaak de naam altijd te klagen, maar tot nu toe konden zij hun problemen redelijk binnen de grenzen van het erf houden. Gebukt onder magere of lage inkomens hebben veel boeren zich nog op de been kunnen houden. De kruik gaat zolang te water tot ze breekt. In Denemarken kunnen ze erover meepraten, want daar is de landbouw zowat failliet.

Volksstammen komen pas goed in beweging als de buik- of broekriemverhalen leiden tot inkomensmatiging. Alle politieke, werkgevers- en vakbondsoperaties hebben zich tot nu toe alleen nog maar gericht op een verminderde inkomensstijging of een stabilisatie van het inkomens- of loonpeil.

Er gaat echter een schok door je heen als je in één jaar tijd een inkomensachteruitgang van 85"/o moet slikken. Dat is onmogelijk, zeggen veel mensen. En toch is dat de tragiek van de Deense boeren. Zij hebben de afgelopen jaren heel harde klappen geïncasseerd, zodanig zelfs dat ze nu figuurlijk aan de grond zitten.

Grond in boerenland

In Denemarken zijn nog 180.000 boeren die 120.000 bedrijven exploiteren. De gemiddelde leeftijd van de Deense boer is 52 jaar. Jaarlijks nemen nog 3.000 jonge ondernemers een landbouwbedrijf over. Op het eerste oog lijkt dat een hoopgevende ontwikkeling. De Deense landbouw is voor het grootste deel een akkerbouw, d.w.z. graanteelt. Er zijn ook melkkoeien (ongeveer 1 miljoen dieren) en 10 miljoen varkens.

Net als in Nederland kampt men in de Deense landbouw met financiële problemen bij de overname van een landbouwbedrijf. Praktisch alle landbouwgrond is eigendom van de boeren. Het grootgrondbezit is twee eeuwen geleden verdeeld onder de kleine boeren en landarbeiders. De staat gaf alle kavels in erfpacht aan de landbouwers. Jaarlijks moesten zij daarvoor een zgn. grondschuld betalen aan de staat, maar in feite is deze verplichting zo minimaal dat je beter kunt spreken van grond in boerenhand.

In Nederland worden de meeste landbouwbedrijven overgedragen binnen de familiekring. In Denemarken gebeurt dat maar voor de helft van alle overdrachten. Opmerkelijk is de samenstelling van de groep van bedrijfsovememers: 40% werkte reeds in de landbouw, 40% had voorheen een niet-agrarisch beroep, en de rest had zelfs een totaal ,,landbouwvreemde" zaak of baan.

Rentesteun

Het overnemen van een landbouwbedrijf verloopt niet probleemloos. Een doorsnee Deens bedrijf van 30 a 40 hectare kost ongeveer een half miljoen gulden. De koper financiert dit bedrag voor een tiende deel met eigen middelen, voor 60% uit obligatieleningen, 8% uit bankleningen, 10% uit een verkoperslening en het restant op andere wijze. Sinds 1967 kent Denemarken een Jon

Sinds 1967 kent Denemarken een Jonge Boerenwet. Op basis van deze wet kan de overheid jonge ondernemers bij de koop van een landbouwbedrijf hulp geven via leningen. De overheidslening bedraagt maximaal 65.000 gulden en is met een lage rente belast. Bovendien mag de jonge boer deze rente de eerste vijf jaar bij de hoofdsom van de lening schrijven. Daarna heeft hij een termijn van 16 jaar om de lening af te lossen. Uiteindelijk komt de rentedruk neer op 6V2% per jaar. De overheid geeft buiten dit alles nog een bijdrage-om-niet, d.w.z. een subsidie van 2V2% van de aankoopsom met een maximum van 9.000 gulden.

Somber perspectief

Ondanks alle tegemoetkomingen ziet het perspectief voor de Deense boeren er somber uit. Dan moet het dus heel erg met de landbouw gesteld zijn. In feite is dat ook het geval. Vele boeren hebben grote investeringen gedaan in het bedrijf. Dat gebeurde veelal enkele jaren geleden toen de grondprijzen nog hoog waren, toen de marktvooruitzichten rooskleurig waren en toen de Europese Gemeenschap ongekende mogelijkheden bood. Het tij is gekeerd: de kosten op de boerderij zijn geëxplodeerd, de markten zijn verzadigd en Brussel komt niet verder dan een uiterst schriel prijsbeleid voor de boeren. De situatie is zodanig verslechterd dat met name de Deense landbouw aan de rand van het faillissement staat. Een terugval in het landbouwinkomen van één jaar met ruim 80% is geen sinecure. De jonge boer in Denemarken heeft nauwelijks perspectieven. Je kunt in Denemarken alleen maar een landbouwbedrijf starten als je kapitaal en vakmanschap achter de hand hebt of als je een vrouw trouwt die voor het aanvullend inkomen zorgt.

De Deense landbouwmisére is een veeg teken aan de wand. Je mag alleen maar hopen dal Nederland zijn boeren en tuinders niet laat verpauperen. Dat verdient de land- en tuinbouw in elk geval zeker niet.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 april 1981

Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's

DEENSE BOEREN AAN DE AFGROND

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 april 1981

Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's