Dorpsjeugd
Zover mijn herinneringen gaan, speelden mijn vriendjes en ik altijd aan de kaai en de haven. Al vroeg hadden wij de zwemkunst onder de knie, zonder zwemonderricht en vele gevaarlijke capriolen, leerden wij toch vrij spoedig 't water beheersen. Als zo'n klein joch wat te lang onder bleef, werd hij al spoedig nar boven gehaald door een grotere jongen. Verdrinken bij 't zwemmen heb ik maar een paar keer beleefd en juist waren dat kinderen van overbezorgde ouders, waarvan de kinderen stiekum alleen te water gingen en jammerlijk omkwamen. Ik zie het nog steeds voor mij als die knapen met hun door
Ik zie het nog steeds voor mij als die knapen met hun door de zon gekleurde huid, mager en vlug door 't vele zwemmen en elke dag gewaagde avonturen uithalen. De trek naar' t water heb ik geërfd van mijn overgrootvader van moeders' kant Cornells Legierse en van mijn ooms, welke allen goede schippers waren. Als ik nu op de TV kijk naar 't Frieske Skütsje Sielen komen mijn gedachten weer jaren terug. Hoe mijn familieleden allen zo'nm tjalk van 60-70 ton bevaarden.
Soms met wind tegen storm aan, voeren zij uit naar Rotterdam of Antwerpen. Ook dikwijls de Maas op tot Luik toe.
Zo benk ik eens met een van mijn ooms gevaren naar Luik in België. Toen wij aardappels gelost hadden, kon 't schip niet los komen door de lage waterstand van de Maas. De stuwen, die later in de Maas zijn aangebracht— o.a. Lith- Bergen en Beek — hebben die toestand veel verbeterd. Ook ging ik als jongen wel eens met neef Bert Durruel per sleepkast van de S.H.V. uit Rotterdam naar de kolenhavens boven Keulen (Wesseling). Dat waren onvergetelijke tochten. Wel kreeg ik in Rotterdam een teerkwast in mijn handen en moest helpen de luiken teren. Zo voeren wij ook wel eens met mijn vriend Kees zijn opa naar Antwerpen en lagen dan in de Kokkerille haven of de Waalsche kaai aan 't Zwind. De zeeuwse mosselvissers lagen met hun hoogaarsen te wachten op vrouwen die met een emmertje mossels kwamen kopen, 't Was altijd een boeiend gezicht, hoe die drukke Antwerpse dames, kakelend over de prijs met de schippers, onder Vlaamse kwinkslagen, handel dreven. Ook heb ik verschillende keren met opa en mijn oom overal heen gevaren. Eén tocht herinner ik mij nog bijzonder goed: Hier hadden
Eén tocht herinner ik mij nog bijzonder goed: Hier hadden wij vlees geladen met een grote bovenlading. Dan werd de giek opgedirkt, zoals ze dat noemen. Een flinke Ooster bries hadden wij tegen op weg naar 's Gravendeel, waar 't vlas bewerkt werd. Bij 't hellegat onder Dinteloord moesten wij leveren. Dat is zig-zag varen tegen wind in. Weer zo'n gewaagd zig-zag gangetje.'t VIas ging schuiven enhet schip kapseisde. Opa smeet mij direkt in 't roefie en ging toen met de knecht met bijlen de touwen afhakken. Dat lukte en de bovenlagen vlas vielen in 't water, waardoor 't schip weer recht kwam te liggen. Een hachelijk avontuur was weer voorbij, 't Was hard werken voor die mensen en een karige boterham. Toch was 't altijd gezellig bij de zwierige schippersmaten. Jammer dat dit alles tot het verleden behoort
Hoog water was voor ons — jongens — altijd een pretje. Veel natte pakken zijn daarbij gehaald. In de grei-tijden — dat is bij een stand der maan en gelijk een Noordwester storm — liep heel de kade onder. De huizen op de kade moesten dan zg. „spongen", dat is een houten schot voor de deur zetten en dan opvullen met zg. ebbe-slik, wat op de platen buiten gehaald werd. Bij de Voorstraat plaatste men ook zo'n „spong" en op de Zuiddijk. Alle jaren werden de spongen gecontroleerd door de gemeente. Ons huis was voorzien van een lange gang. In de koopakte
Ons huis was voorzien van een lange gang. In de koopakte van dit huis stond een aantekening, dat bij hoog water, doorgang gegeven moest worden aan de werkers van de spongen. Bij storm moesten wij ook 's nachts bij de vooren achterdeur staan, anders werden de deuren door de storm vernield. Altijd was dit gebeuren een machtig, maar ook angstig
Altijd was dit gebeuren een machtig, maar ook angstig gezicht. Toen opa hoogbejaard was, verkocht hij zijn houten tjalk. Geld om stil te leven was er niet. Om wat bij te verdienen kocht hij een oud paard om bij tegenwind, de zeilschepen naar tuiten te trekken. Hij was te stijf geworden om op dat paard te komen. Het moest eerst over de havendijk lopen, dan 't z.g. Paardenpad bij 't verbreden van 't gors en eindelijk zover mogelijk 't water in. Verschillende keren heb ik 't paard bemand. Hiervoor een vast bedrag van 10 cent per keer. Opa kreeg voor dit karwei ƒ 2,00 per geval. Als hij 2 schepen op een dag had, was de goede man zijn vrienden te rijk. In mijn herinnering speelt nog de zg. „postkoets".
In mijn herinnering speelt nog de zg. „postkoets". Deze reed naar Middelhamis voor de boot naar Rotter
Deze reed naar Middelhamis voor de boot naar Rotterdam. „De Eendracht" heette deze boot. Voor de omnibus liepen in de zomer 2 paarden, maar in de winter, bij slechte wegen, soms 4. 's Avonds mochten wij tot 7 uur opblijven, om dit evenement te zien. Bij de Molens op de dijk begonnen de koetsiers al op een hoorn te blazen. Op de kaai stonden dan veel mensen op de omnibus te wachten. Meestal uit nieuwsgierigheid. Met de komst van de tram is er al veel veranderd in het dorp. De mensen gingen wat meer reizen, 't Reisgeld voor toen de tijd al redelijk. Dagretour 2e klasse Rotterdam 95 cent, Ie klasse retour ƒ 1,20. Retour Nieuwe Tonge 15 cent. Middelhamis 30 cent.
De eerste auto op 't eiland was heel wat: Moos de Haas, een rijke veekoopman uit Middelhamis had een 2e hands Spijkerauto gekocht, 't Was een Nederlandse wagen; de Spijker autofabriek stond in Amsterdam, 't Was een grote open wagen. Voorop prijkten twee carbidlampen van koper. In de wagen zat een carbid reservoir, 't Was een geweldig fel licht. Mijn vrienden en ik stonden eens voor schooltijd op de kaai, toen er een driewielige auto met reclame van Esders Kleeding uit Rotterdam binnenreed. De chauffeur sprak ons aan; of wij genegen waren, de dorpen op 't eiland mee af te rijden, om reclame-boekjes huis aan huis te bezorgen. Zonder nadenken stapten wij in, vergaten de school en verdere dingen en reden heel de dag mee. 's Avonds kregen wij ƒ 1,50 per man, wat voor ons toen een aanzienlijk bedrag was. Wij hadden 's middags in Dirksland bij café v. d. Doel nog
Wij hadden 's middags in Dirksland bij café v. d. Doel nog lekker mogen eten. Voor toen — onvergetelijke dingen. Op school waren wij de andere dag de helden, behalve voor de onderwijzer die er heel anders over dacht! In dien tijd waren ze nogal royaal met fikse klappen.... Wat nu de jeugd aan sport doet is fantastisch: machtige
Wat nu de jeugd aan sport doet is fantastisch: machtige sportvelden en dure kleding. Wij misten dat vroeger, hoewel bij nader inzien, wij wellicht evenveel pret hadden. Soms waren wij weken bezig om oude planken en balken naar de haven te slepen. Wij bouwden hiervan een groot vlot, alles werd stevig aan elkaar gesjord met touw en ijzerdraad. Een lange spar voor mast Oude zakken werden voor zeil aan elkaar genaaid en zo vaarden wij de Grevelingen op, soms tot Battenoord of Herkingen. Onvergetelijke herinneringen!
Oom Jan was veerman op de Vliet naar Steenbergen. Hij voer met een hoogaars met zeilen. Dikwijls heb ik die tocht meegemaakt. In 't cafeetje op 't Sas v. d. Vliet, werd nogal eens een stevig biertje gedronken. De andere veerlui waren daar ook veel aanwezig. Gebr. van Nimwegen uit Ooltgensplaat.... van Wijnand en Hans van Boven van de Vliet. Na wat kruiken bier werden de schippers hun hoofden steeds roder en sterke verhalen almaar kleuriger. Op 't laatst deugde niemand als hun en de rest van de wereld was een soepje.
Als we van de Vliet terug voeren, moest ik de helmstok maar nemen. Oom Jan loosde eerst het overtollige bier, staande achter de fok. Dan ging hij op de plecht zitten slapen. Ik kon al aardig overweg met de zeilen. Oom Jan kon zo vast niet slapen, als de wind niet goed in 't zeil kwam, voelde hij 't direct, begon te tieren dat de gaffel gelijk met 't wimpeltje moest blijven en dat ik dankbaar mocht wezen, dat ik van zo'n goede schipper mocht leren.
Op een Zondagmorgen ging ik weer met hem naar de Vliet. Drie militairen die terag moesten van verlof naar Bergen op Zoom. 't Was een goed vrachtje, want hij had retourvracht ook. De kruiken bier werden goed geledigd. Toen wij in Oude Tonge kwamen, moest ik de zeilen maar opraimen, want hij ging naar bed. Ik ben thuis gaan eten en toen met twee vriendjes de zeilen gaan mimen. Toen kwam het snode plan om zélf eens de haven uit te gaan met de hoogaars. Voor de wind de haven uit ging prachtig, toen aan de wind naar Bminisse. Terug moesten wij leveren. Dat ging goed, maar de haven in leveren was zo'n precies werkje, dat alleen een ervaren zeiler kon. 't Werd al donker, wij werden angstig. Toen uit nood, zijn wij terag gezeild naar een plaat in de Grevelingen en daar voor anker gezet Goed geankerd, voor en achter. Toen zijn wij met ons kleren op 't hoofd gebonden, in 't donker over 't vaarwater gezwommen. In 't dorp was al paniekstemming over de boot Onze ouders liepen al aan de buitendijk met de plaatselijke politie. Eerst dolgelukkig dat 't goed afgelopen was, maar na enige tijd veranderde die stemming niet in ons voordeel!
Twee ooms zijn 's nachts met een roeiboot de hoogaars gaan halen. Uit angst dat 't geval niet goed verankerd zou zijn. Maar hiervoor kregen wij nog een pluim, dat 't in orde was.
Na 't zwemmen kwamen wij altijd langs de boerderij van K. Dingemans. Deze had een grote boomgaard met heerlijke appels en peren aan de kant van de weg. Met een polstok sprongen wij om beurten over de brede sloot die als afscheiding voor de boomgaard was, en deden ons tegoed aan al dat lekkers. Toen kwam de boer op 't slimme idee, een ijzerdraad ervoor te spannen. Hieraan bevestigde hij met een ketting een grote kwaaie herdershond, die van de ene kant naar de andere kant kon lopen. Als tegenoffensief deden een paar jongens met ophitsen, de hond zijn aandacht afleiden en aan de andere kant sprongen dan 2 jongens erover. Bij 't temgkomen 't zelfde spelletje. Toch was in die tijd voor veel kinderen een moeilijke tijd. Grote gezinnen van 10 ä 12 kinderen was gewoon. Als in de winter geen werk was bij de boeren, heerste er bittere nood.
Soms konden zij niet eens naar school, omdat er geen geld was voor klompen enz. Via 't Gemeentebestuur werden bonnen verstrekt voor brood en wat spek. Ook een bon voor kolen. Geld om wat anders te kopen was er niet Mijn verre herinnering was, dat een keer per week de kinderen de boer op mochten met de bedelzak voor wat brood en aardappelen, 't Was toen voor velen een harde armoedige tijd. Heel de zomer moesten zij koeien wachten op de dijken, 7 dagen per week voor plm. ƒ 3,00 per week en per zomer een paar werkschoenen. In 't najaar moesten zij dan tarwe en aardappelen rapen, wat overgeschoten was bij 't oogsten.
In de winter mochten deze knapen weer naar school. De ontwikkeling liet vanzelf wel wat te wensen over. Met 12a 13 jaar was de school ten einde. Enigen gingen naar de ambachtsschool, wat toen de enige
Enigen gingen naar de ambachtsschool, wat toen de enige kans was voor verdere ontwikkeling. De meeste jongens gingen bij de boer werken en verder wat bij de smid, timmerman of bakker in de leer. Soms ook wat jongens die als klein maatje gingen varen. Hoogst een enkele ging naar Oudenbosch voor Mulo of HBS. Zelden studeerde een jongen verder.
In 1917 is in Middelhamis de HBS gesticht. Hierdoor is voor velen de kans op verdere studie geopend. Wat eerst door enkele gevolgd werd, maar alle jaren nam 't leerlingenaantal toe. Een aardig tal jongens zijn zo met verdere studie opgeklommen.
Zo zijn wij de lagere school verlaten en ging iedere zijn weg. Maar 's avonds kwamen wij veel samen; in de zomer aan de haven, in de winter in de bakkerij van mijn vader, waar 't altijd lekker warm was. Achteraf bekeken hadden wij jongens toch veel plezier. Zoetjesaan werden wij opgeschoten jongens, wat gepaard ging met minder fraaie dingen. Op een dag hadden wij wat geld verdiend en wilden groot gaan doen. Winkelier Snoek in de Voorstraat verkocht „Encore" sigaretten: 5 cent 'tpakje van 10 stuks. Met ons drieën rookten wij dat pakje op en de gevolgen bleven niet uit Overgevend en als een lijk zo bleek kwamen wij thuis en gingen direct naar bed. Zo stond eens op de Achterweg een motorfiets: een oude
Zo stond eens op de Achterweg een motorfiets: een oude rode Indian vanfietsenmakerv. d. Berg. Wij probeerden 't ding op gang te krijgen en warempel.... 't pakte. Toen 't schoolslop door in de Nieuwstraat. Koos voorop, ik op 't duo. Bij de Kerkstraat wilde Koos gas minderen maar door 't nemen van de verkeerde handel, schoot 't rode gevaarte bij bakker v. d. Linde door de voordeur, de toonbank omver. Schade ƒ 60,00 wat door onze ouders moest worden betaald. Met veel consternatie en pijnlijke straf eindigde dit drama.
Onze mooie jongensjaren gingen voorbij en wij moesten aan 't werk. Ik wilde graag schipper worden, maar mocht niet van vader. Bakker was óók niet zo best maar economisch wat beter als schipper. De oorlog no. I was voorbij en in 1919 was in Rotterdam veel werk. Mijn vrienden gingen in de boter werken. Ook vriend Koos, waar ik u al eerder over vertelde. Deze knaap bekeek 't anders. Hij stond meer te kletsen als te werken en stond zo op de kant. Hij neusde eens in de binnenstad en zag op de Nieuwe Haven een paar oude panden. De meeste jongens tobden met huisvesting. Koos ging praten en huurde 't zaakje en op afbetaling een oude biljart en meubels. Hij liet de jongens kaarten of biljarten en schonk een biertje, zo hield hij de jongens van de straat. Eenjaar later kwam ik in Rotterdam en zocht onze vriend op en stond perplex van wat ik zag. Op krediet een maatpak, bolhoed en gouden horloge met ketting. De zaken gingen goed, hij kocht later in de Beierlandse laan een restaurant met koks en kellners en werd man in bonus. De meeste jongens zijn goed geslaagd, werden tiambestuurder. Bertje werd chef-kraanmachinist enz. Zo eindigden onze jeugdjaren.
Zo eindigden onze jeugdjaren.
Ik denk nog dikwijls aan onze mooie dorpsjaren. Mijn vrienden zijn allen overleden. Ik ben gelukkig nog in goede gezondheid en leef verder in mooie herinnering.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 23 december 1987
Eilanden-Nieuws | 28 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 23 december 1987
Eilanden-Nieuws | 28 Pagina's