Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De rechte bediening van het Goddelijke Woord

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De rechte bediening van het Goddelijke Woord

Bevestiging en intrede van ds. D. Heemskerk te Ouddorp

6 minuten leestijd

Het was afgelopen woensdag een bijzondere dag voor de hervormde gemeente van Ouddorp. Toen immers mocht zij met vreugde en dankbaarheid de tweede predikantsplaats vervuld zien door de komst van een nieuwe herder en leraar. Naast dr. W. J. op 't Hof zal nu ook ds. D. Heemskerk, gekomen van het Utrechtse Maartensdijk, de gemeente gaan dienen. Als de geruchten juist zijn schudt sinds de aanvaarding van het desbetreffende beroep hier en daar een enkele Ouddorper zijn of haar hoofd om wat de gemeente nu te wachten staat. Twee kapiteins op één schip — hoe moet dat gaan?! Aan het slot van de intrededienst sprak echter ouderling Nelis in dit verband een wijs en bijbels woord. Twee kapiteins- inderdaad, dat is ongehoord, dat kan niet. Maar twee knechten op één schip — daar horen we meer van. Twee dienaren van het Woord — van de Heere Zelf ontvangen, beiden als ware dienstknechten van de allerhoogste God en Hijzelf aan het roer — daarvan mogen we onder de zegen des Geestes verwachting hebben!

Prediker & prediking

„De rechte prediking van het Goddelijke Woord". Hiermee is het onderwerp en de inhoud van de beide gehouden predikaties te typeren. Wie is de prediker? Welke is de ware prediking? Wien geldt het gepredikte? De aanwezigen in deze diensten (vele honderden!) werden niet in het ongewisse gelaten wat hieromtrent de Heere in Zijn Woord openbaarde. In grote ernst en bewogenheid, met klem en aandrang klonk de prediking een- en andermaal. Dominee Op 't Hof had de stof voor de bevestigingspreek gekozen uit de profetieën van de evangelische Jesaja, hoofdstuk 40, de verzen 6,7 en 8. Een stem zegt: Roep! En hij zegt: Wat zal ik roepen? Alle vlees is gras en al zijn goedertierenheid als een bloem des velds. Het gras verdort, de bloem valt af als de Geest des HEEREN daarin blaast; voorwaar, het volk is gras. Het gras verdort, de bloem valt; maar het Woord onzes Gods bestaat in der eeuvtigheid.

In een viertal punten ontvouwde hij de waarheid van dit Woord. De geroepen prediker. De echte roeping komt van boven, van God. De onkundige prediker. De geroepen prediker is een prediker die niet weet wat hij roepen zal, opdat hij het van Hem die hem riep, zou verwachten. Prediking met het oog op de mens. De prediking zet op een ieder het stempel van het oordeel Gods. Alleen langs de weg van de inleving daarvan is er plaats voor het profetische troostwoord. Prediking met het oog op God. God deed alles voor mensen-van-niets. En zij worden nimmer iets. Niet meer ik leef, aldus de apostel Paulus, maar Christus leeft in mij.

In een overvol kerkgebouw deed 's avonds ds. Heemskerk intrede in Ouddorps gemeente. De tekst van de predikatie was genomen uit Handelingen 20, het gedeelte waar Paulus' afscheidswoorden tot de ouderlingen van Efeze zijn weergegeven. Nader vers 21: ....betuigende, beiden Joden en Grieken, de bekering tot God en het geloof in onze Heere Jezus Christus.

Onderscheiden adressering

De apostel getuigt in dit hoofdstuk van zijn bediening in Efeze, hoe hij de ganse tijd de Heere had gediend met alle ootmoedigheid en veel tranen en verzoekingen, en hoe hij niets had achtergehouden van hetgeen nuttig was om te verkondigen en te leren, zowel in het openbaar als bij de huizen. Onder deze prediking hadden zich onderscheiden hoorders gevoegd. Paulus noemt ze: Joden en Grieken. Kerkmensen en wereldse mensen. En beide groepen zijn nog nader te onderscheiden. Wat de eersten betreft: daar waren sadduceën, farizeën, schriftgeleerden. Sommigen hadden slechts een oppervlakkige godsdienst. Anderen hielden zich stipt aan de uiterlijke plichten. Er waren er met grote kennis van de Schriften. Anderen hadden genoeg aan de uiterlijke verbondstekenen. En ten aanzien van de Grieken: sommigen waren spotters, anderen dachten slechts aan eten, drinken en vrolijk zijn. Weer anderen namen zich voor de apostel nog eens nader te horen. Joden en Grieken. De ene groep ergerde zich aan het evangelie des kruises, de anderen achtten het een dwaasheid. Maar hoe het zij, allen waren zij bittere vijanden van vrije genade. Tot al dezen kwam de apostel met het Woord der waarheid, de prediking van de vrijmachtige genade en van de onbegrepen eeuwige zondaarsliefde.

God vraagt naar Joden en Grieken — nog steeds!, aldus ds. Heemskerk. Ten aanzien van elkaar zijn ze onderscheiden, maar beider afkomst is de gezindheid: Wijk van ons want aan de kennis van Uw wegen hebben we geen lust. Of zulks nu openbaar komt in wettische eigengerechtigheid dan wel in schandelijke ongerechtigheid. Tot al dezen had de apostel in Gods Naam een boodschap.

Goddelijke omkering

Beiden betuigde hij met kracht de bekering tot God. Hij trachtte het Woord Gods op hun zielen te binden. Zo wensen ook wij, aldus Ouddorps nieuwe predikant, u de bijbelse bekering te prediken, een bekering die gegrond is op en getoetst kan worden aan het Woord Gods. Deze is meer dan een uiterlijke verandering als van Saul; deze is anders dan een louter opzienbarende omkering als van Simon de tovenaar. Nee, zulk een bekering die terugbrengt tot de levende God uit Wie we gevallen zijn.

Ds. zegde de gemeente toe geen lijdelijkheid te zullen prediken. Immers, als God in ons leven komt, krijgen we een ijver om Hem te dienen. In het hart wordt een liefde tot Hem geboren, die zich uit in een drang om Hem te behagen. Evenwel, we worden in deze weg ontdekt aan onze onmogelijkheden. En we ontvangen een ijver om God aan te lopen opdat Hij doe waartoe wij geheel onbekwaam zijn. Zulk een bekering wens ik u te prediken, aldus ds. Heemskerk, waarin we als een verloren zondaar aan Gods genadetroon komen te liggen. Zulk een bekering waarin de Heere Zelf een levend Godsgemis heeft gewerkt. Daar geldt de toezegging: Ik zal de blinden leiden door de weg die ze niet geweten hebben....

Is ook niet een kenmerk van de prediking der ware bekering dat ze geen rijkbekeerde mensen bedoelt op te kweken? We mogen nooit boven onze onbekeerlijkheid uitkomen. Immers, de Heere zal doen overblijven een ellendig en arm volk; dat zal op de Naam des HEEREN betrouwen.

Krachtige fundering

De apostel sprak niet alleen van bekering. Ook van geloof in de Heere Jezus Christus. Wat zal het behoud van een vloekwaardig zondaar zijn? Hoe kan hij de verdiende straf ontgaan en wederom tot genade komen? Hoor Bartimeiis roepen tot Christus. Zie de tollenaar van verre staan, smekende om genade. Slechts het bloed van de Middelaar redt van het verderf.

Niet in de mens zelf ook niet in de ontdekte mens, is de fundering van de genade te vinden, betuigde ds. Integendeel, ze ligt geheel buiten hem. Welzalig hij die al zijn kracht en hulp alleen van de Heere verwacht! God die rijk is in barmhartigheid heeft hen levend gemaakt met Christus. Uit genade alleen zijn zij zalig geworden. Het is een zéker fundament. Deze krachtige fundering komt voort uit de eeuwigheid. Gods zondaarsliefde was er al vóór de zonde van de mens. Ze is verworven door Christus' bloedstorting. Op grond van recht. De Wet Gods is geheel vervuld. Onwrikbaar vast is deze fundering.

Zoudt ge dan geen smekeling worden om de kracht van dit bloed tot uw heil te ontvangen? zo betuigde ds. zijn gehoor. Als straks de storm van Gods toorn losbreekt, is er slechts verberging achter dit geheel enige middel, op dit krachtige fundament. Gods volk zal zich in de voortgaande ontdekking steeds weer Ieren kennen als een Jood en een Griek. Steeds weer is er bekering nodig. Evenwel, hun heil ligt vast in de tweede Adam. Dat raken ze nimmer kwijt. Zij verstaan de belijdenis: ....mij, de voornaamste der zondaren is barmhartigheid geschied. Daarom: Zijn Naam moet eeuwig eer ontvangen!

Aan het slot van deze dienst sprak ds. Heemskerk nog een aantal personen en mstanties toe. Op zijn beurt werd hij toegesproken door achtereenvolgens burgemeester Van Velzen namens de burgerlijke gemeente, ds. Codée namens ring en classis en ouderling Nelis uit naam van kerkeraad en gemeente. Op diens verzoek zong de gemeente haar nieuwe predikant en zijn gezin de zegenbede uit Psalm 134 toe.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 1988

Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's

De rechte bediening van het Goddelijke Woord

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 1988

Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's