Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De troost der verkiezing

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De troost der verkiezing

Pastorale behandeling van de Dordtse Leerregels

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

(II) In dit artikel zal ik nog iets nader ingaan op het dnedelige boek waarin de artikelen van wijlen ds. L. Vroegindeweij (1901­ 1969) over de Leerregels van Dordt zijn gebundeld. Laat ik met enkele formele puntjes beginnen.

De boeken zijn een sieraad voor de kast. Ze zijn gevat in donkerrode kunststofband met goudopdruk. Aart de vormgeving is veel zorg besteed. Jammer is wel dat er nogal eens een zetfoutje is blijven staan. De oorspronkelijke artikelvorm is gehandhaafd. Wel hebben de bewerkers het geheel in kleinere stukjes verdeeld en deze van tussentitels voorzien. Wat mij betreft had de bewerking iets vrijer mogen zijn. Zo zijn bijvoorbeeld ook de korrekties die ds. Vroegindeweij zelf aanbracht, waarin hij terugkwam op foutjes in vorige artikelen, integraal overgenomen. Dat alles behoeft ech­ ter nauwelijks in mindering te komen op de waardering van deze heruitgave ­ nu in boekvorm.

De vorige keer al noemde ik de vijf hoofdpunten van de gereformeerde leer. Aan de hand daarvan wil ik met u deze bundel nog eens doornemen. De 'five points of Calvinism' zoals ze in het engels genoemd worden, corresponderen namelijk geheel met de doorgaande lijn in de Dordtse Leerregels.

Ik geef eerst een fragment uit het eerste deel waarin meer dan één van deze punten duidelijk tot uitdrukking komen. God heeft Zich een volk uitverkoren om hen in de zaligheid te brengen. Wanneer heeft God dat volk uitverkoren? Vóór d grondlegging der wereld. Wanneer wij niet méér weten te zeggen dan dat God alle mensen heeft uitverkoren om aan hen het evangelie te prediken, dan hebben we een boodschap die tekort schiet. Bij deze leer der verkiezing wordt God

Bij deze leer der verkiezing wordt God de afwachtende God, Die machteloos staat tegenover de mens. Zó wordt van Hem niet in de Schrift gesproken. Hoever de Schrift ook mag gaan op de lijn der aanbieding en hoezeer de mens ook verantwoordelijk wordt gesteld. God zorgt ervoor dat al de uitverkorenen to Christus komen. De uitverkorenen mogen nog zo aan God vijandig zijn gelijk Saulus van Tarsen, zij worden getrokken uit de tnacht der duisternis. Die God tevoren gekend heeft, worden geroepen en dan moeten zij komen. Dit roepen Gods is onwederstandelijk.

1. de verdorvenheid van de mens

'Aangezien alle mensen in Adam gezondigd hebben, en de vloek en de eeuwige dood zijn schuldig geworden...', zo luidt de inzet van de Leerregels. Dat zijn geen vleiende woorden. Ze zijn wel overeenkomstig het getuigenis van de Hei­ lige Schrift. Dominee Vroegindeweij schroomt niet Schrift en confessie getrouw na te spreken. Temeer daar op dit punt het grote geschil tussen de remonstranten en de Dordtse vaderen lag. Over de vrijheid van de menselijke wil ging het ten diepste. De eerstgenoemden hebben, aldus ds. Vroegindeweij, 'nooit geweten hoe groot het gewicht der zonde is. Zij zagen een mens die hijgde naar Gods liefde en die door Gods verwerping uitgesloten werd. Maar de Leerregels zien een vijand van God en Zijn dienst, die hijgt naar de zonde en naar de zelfverheerlijking en de weg naar de hel kiest en die nochtans door Gods wil en kracht gezaligd wordt'.

De mens is na zijn diepe val niet in staat niet tè­ zondigen. De vrijheid van de mens bestaat hierin dat hij zeer vrijwillig de zonde doet. Zijn vrije wil is vrije zonde geworden. Wij zijn vrij te doen wat wij willen. Doch wij zijn niet vrij te willen wat wij moesten willen. (....) De Heere Jezus heeft gezegd: 'Niemand kan tot Mij komen'. Wat is er nodig om tot Christus te komen? Dat wij het willen. Daarom zei de Heere Jezus: 'Gij wilt niet!' In de grond is het een nietkunnen­willen. En dat is een schuldig kunnen. Als er een klein schilfertje van onze eigen wil aan te pas moet komen, blijft ieder mens verloren.

Dit fragment nam ik uit het eerste hoofdstuk. Ze bepaalt de toonzetting van het hele boek. Ds. Vroegindeweij behandelt zijn lezers eerlijk. Hij schetst hun situatie zoals ze ook in werkelijkheid zijn. Uit u geen vrucht meer in der eeuwigheid. Opdat er plaats zij voor Gods eenzijdige genade.

2. de onvoorwaardelijke verkiezing

Als de val van de mens nu werkelijk inhoudt dat hij zich geheel van God vervreemd heeft en totaal afkerig van Hem is, dan kan de zaligheid niet afhankelijk zijn van enige voorwaarde in de mens. De HEERE verkiest zondaren waarbij hij niets van hen in aanmerking neemt. Dat is een wonder! De Leerregels spreken over de uitverkiezing als een diepe, barmhartige en evenzeer rechtvaardige onderscheiding van de mensen, die allen in gelijke staat van verderf zijn. Het is nodig dat Göd het willen en het werken werkt Zonder de ontferming Gods kan er niemand zalig worden. Hi ontfermt zich over wie Hij wil en Hij verhardt wie Hij wil De verharding is een straft dat is zeker Maar wie krijgt die straf? Die zich verhard heeft. En wie krijgt de ontferming? Die zich verhard heeft. Want er is geen onderscheid.

Voor ds. Vroegindeweij was het vanwege de gehoorzaamheid aan Gods Woord om zo te spreken. Overigens in navolging van de belijdenis van de kerk en van mannen als Augustinus, Calvijn en Kohlbrugge. Aanstootgevend voor de natuurlijke mens. Maar voor 'de heilige en Godvrezende zielen een bron van onuitputtelijke troosf. De verkiezing betekent immers dat mijn zaligheid niet afhankelijk is van mijn geloof en bevinding, maar dat ze geheel verankerd is in Gods eeuwig welbehagen. Totaal buiten mezelf ­ in Christus. 'Voor allen die genade van God bij aanvang of voortgang verkregen hebben, is de vastheid der verkiezing tot onuitsprekelijke troost, zo dikwijls als zij door Gods Geest er mee vertroost worden'.

3. de persoonlijke verzoening

Dominee Vroegindeweij wist ook van een prediking die als boodschap heeft dat Christus voor ieder mens gestorven is. 'Ook voor u!; het komt er slechts op aan te geloven dat al uw zonden zijn vergeven en verzoend...' Zo spreekt de Schrift echter niet ­ en de Leerregels verzetten zich er daarom ook tegen.

De Heere Jezus wil dat Nicodemus wederom geboren wordt en dat de rijke jongeling alles verkoopt en dat de Farizeëreen tollenaar wordt. Maar de Heere Jezus wil niet dat de Parizeer gelooft dat het zomaar goed met hem staat Hij wil niet dat iemand denkt Hem te volgen die niet geleerd heeft zichzelf te verloochenen.

De prediking dient daarom onderscheidenlijk 'te zijn. Gericht op de mens in zijn eigen reële noden en schuld. Betekent dat echter dat het evangelie van Gods genade niet aan een ieder mag worden voorgesteld en aangeboden? Is dät de konsekwentie van 'die strenge gereformeerde leer'? Verre daarvan.

Aan ieder persoonlijk mag en moet Christus voorgesteld worden als de Zaligmaker in Wie de zaligheid is voor de zondaar als hij Jezus aanneemt God schenkt in de prediking aan ieder die het evangelie hoort Christus: 'Hier is Jezus. Hij is voor u als ge Hem hebben wilt tot uw Profeet Priester en Koning. Hij is voor u als gij alle eigengerechtigheid en eigenwijsheid wilt laten varen en u voor deze Koning in het .stof werpen!'(....) Wie het leven met Christus wil hebben, moet de dood in. Hij moet eerst met Christus gekruisigd worden. De mens moet er helemaal aan. Op deze voorwaarde wordt Christus aangeboden. Maar dan ook aan ieder die de prediking hoort.

Het behoort bij de gereformeerde leer en prediking geheel en totaal dat de kabinetten van de evangelische beloften voor allen en een ieder wijd geopend worden. De meest ellendige, de meest verharde zondaar ­ ze worden niet uitgesloten, maar daarentegen met ernst geroepen.

4. de onwederstandelijke roeping

In par. 10 van hoofdstuk III/IV belijden de Leerregels: Men moet het aan God toeschrijven dat 'gelijk Hij de zijnen van eeuwigheid uitverkoren heeft in Christus dat Hij hen alzo ook in de tijd krachtig (of effektief) roept, met het geloof en de bekering begiftigt, uit de macht van de duisternis verlost en tot het Rijk van Zijn Zoon overbrengt'. Dit roepen Gods is dus onwederstandelijk, dat is: onweerstaanbaar. De HEERE breekt met de kracht van Zijn Geest door alle weerstanden heen.

We lezen een enkele zin van Vroegindeweij hierover:

Wat doet God dan? Hij deeh gaven uit aan allen die geroepen worden. Maar nu gaat God met sommigen al verder en verder. Zij blijven zich verzetten. Zij lijden onder hun eigen verzet, maar zij kunnen niet anders. God gaat door, al maar verder. Zij worden overreed da alles tekort is. zolang Christus niet is geopenbaard en toegeëigend. Gods onwederstandelijk werk aan hen gaat al maar verder. (....) Als God voortga met dat werk, het is alleen uit Hem. En als de HEERE het voleindigt, dan gebeurt het om redenen uit God. Zo is er geen reden om te roemen. De zondaar wordt ontdekt als een tegenwerker van God. Hij moet het gaan opgeven en ­ op hoop tegen hoop ­ zich aan de HEERE gaan overgeven. Zo alleen wordt hij gered. Omdat de HEERE zegt: Ik wil en zij zullen... Onwederstandelijk.

5. de volliarding der heiligen

Het laatste hoofdstuk van de Canones is gewijd aan de belijdenis dat God de Zijnen tot het einde toe bewaart. Hij zal Zijn werk niet laten varen maar volbrengen wat Hij ooit begon. Vanwege de overgebleven inwonende zonde of door de aanvechtingen van de wereld en de satan zouden degenen die genade ontvingen, nog verloren gaan. Althans, als zij aan hun eigen krachten waren overgelaten. Evenwel ­ God is getrouw, die hen in de genade, hun eenmaal gegeven, barmhartig bevestigt en tot het einde toe krachtig bewaart.

... tot het einde toe! Vele ontroerende bladzijden vol schreef dominee Vroegindeweij over deze waarheid. Het gehele derde boekdeel is ermee gevuld. En nog vóór hij zijn verhandeling over dit slotkapittel had afgerond, mocht hij in zijn sterfjaar 1969 zelf ervaren de waarheid van het psalmversje dat hij ergens citeert: Gij hebt ellendigen dat land / bereid door Uwe sterke hand / o, Israels Ontfermer.

Ik zou nog andere onderwerpen kunnen noemen, waarover ds. Vroegindeweij in deze artikelenserie schreef Ik zal het niet doen. Wel hoop ik dat dit tweetal bijdragen u de smaak gegeven heeft om er meer van te weten. Koop deze bundel dan of geef hem in deze geschenkenmaand weg aan anderen! Wellicht zijn er zovelen dat de uitgeefster toch nog besluit voor een tweede druk te zorgen. Ik hoop het. Uit het laatste boekdeel tot slot nog het volgende.

Zalig worden is een eenzijdig werk van God. Het is ook een gang, een weg die wij niet verklaren kunnen. Hoe ver kan het gaan met de gelovigen, onbegrijpelijk ver! Maar de HEERE is zo getrouw als sterk. Zij hebben hun boze aard, maar de HEERE laat niet toe dat deze boze aard hen verderft Eerst haalt God hen uit hun doodsstaat. Een nieuw zoeken wordt in hen geboren. De HEERE maakt een nieuw begin. Doch van Hem is ook de voortgang. Israël woonde in Kanaan. Telkens weer heersten vreemde volken over hen. Zij konden zichzelf niet verlossen. Maar telkens weer zocht de HEERE hen op. Hij bracht ze terug tot het aanroepen van Zijn Naam. Hij houdt Zijn volk vast ook als zij onder water gaan. Hierin bestaat de volharding der heiligen. In een weg van bevinding worden ze teruggebracht. Jezus zag Petrus aan...

N.a.v. Ds. L. Vroegindeweij. De troost der verkiezing. In drie delen. Gebonden. Totaal 800 pag. Prijs ƒ 105,-. Middelhamis JMJ Kieviet

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 december 1991

Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's

De troost der verkiezing

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 december 1991

Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's