Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

STORMEN ROND VREDENHOF

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

STORMEN ROND VREDENHOF

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Daar is t'ie!" schreeuwt hij met overslaande stem en meteen stormt hij de kamer uit naar buiten.

Adriaan en Tonia verbleken.

Even kijken ze als versuft voor zich uit, maar dan krijgt de jonge boer zijn tegenwoordigheid van geest terug en holt de molenaar achterna, gevolgd door een sidderende Tonia.

Enkele seconden later staan ze buiten.

Zij horen het knetteren van vlammen.

„De hooiberg!" steunt Adriaan en er trekt een waas voor zijn ogen.

Tonia kan geen woord uitbrengen van schrik. O, wat is het opeens raar in haar hoofd. Dan weet zij niets meer en valt...

Adriaan weet niet wat hij eerst doen moet, maar gelukkig richt Tonia zich weer op. Dan stormt hij naar de hooiberg vlak achter de

Dan stormt hij naar de hooiberg vlak achter de schuur. Hij ziet het direkt. Daar is niets meer aan te doen. Hoog laaien de vlammen op en in een minimum van tijd is de hooiberg één laaiende vuurzee...

„De brandweer!" schreeuwt de molenaar. „Ik ga naar het dorp".

Meteen holt hij weg en is weldra in het donker van de nacht verdwenen.

Als versteend staat Adriaan bij de brandende hooiberg met een doodsbleke Tonia naast hem.

Stormen zijn nu op de Vredenhof gekomen.

Hoog laaien de vlammen op en vernielen alles wat zij tegenkomen.

Er is geen houden meer aan.

Vredenhof brandt...

HOOFDSTUK 6

Het is stil in het dorp aan de Lek, de avond is gedaald, het wordt nacht. Op de rivier zijn de schepen voor anker gegaan en met gestreken zeilen wachten zij op de nieuwe dag. De meeste dorpsbewoners zijn reeds lang ingeslapen als de torenklok twaalf slagen laat horen. Door de verlaten Dorpsstraat loopt een man, maar het schijnt wel alsof hij niet in het dorp thuishoort.

Telkens kijkt de vreemdeling behoedzaam om zich heen en hij waagt het niet onder een van de weinige brandende straatlantaarns door te lopen, want met een grote boog loopt hij er omheen. Zijn hoed heeft hij dan ook tot ver over de oren getrokken, want niemand mag hem herkennen. Het is de man, die de vorige nacht bij Adriaan van

Het is de man, die de vorige nacht bij Adriaan van der Zande op Vredenhof in de hooiberg heeft geslapen en door de jonge boer 's morgens vroeg is betrapt, toen hij vier konijnen wilde stelen, om deze weer aan een of andere sjacheraar door te verkopen. Het was hem echter niet gelukt en de boer had hem er met een knuppel zó van langs gegeven, dat hij er bont en blauw van ziet. Alles doet hem nu nóg pijn en met bittere wraakgevoelens is hij vervuld.

Als de zwerver het renteniershuis in de Dorpsstraat passeert, hoort hij plotseling het geluid van zware voetstappen.

In een minimum van tijd duikt hij in elkaar en springt, zo goed en zo kwaad het gaat, over het hek de tuin in. In elkaar gedoken wacht de man achter een struik in spanning af.

Hij hoeft niet lang te wachten, want enkele ogenblikken later loopt met langzame passen de dorpsveldwachter voorbij. Nee, deze kan niet vermoeden dat er achter een struik een man naar hem zit te loeren. Niets wijst er op, dat deze nacht het vreedzame Lekdorp zal worden opgeschrikt door een brand op een van de vele boerderijen.

De zwerver grijnst.

„Dat is een meevaller", sist hij tussen zijn tanden

Die kerel gaat precies de andere kant op en dat moet hij net hebben, want pottekijkers kan hij niet gebruiken

Voorzichtig kijkt hij de veldwachter achterna, die weldra om een hoek verdwenen is.

Dan vervolgt hij zijn weg naar de Lekdijk. Zijn ogen beginnen te fonkelen van wraaklust als hij in het donker van de nacht het silhouet van de hofstee van Van der Zande ontwaart.

Maar plotseling staat de nachtelijke wandelaar stokstijf stil. Geërgerd fronst hij zijn wenkbrauwen en verachtelijk spuwt hij op de grond. Nee, daar had hij helemaal niet op gerekend: de

Nee, daar had hij helemaal niet op gerekend: de boer is nog op. Er brandt licht in de kamer. De zwerver loopt verder, maar staat dan weer

De zwerver loopt verder, maar staat dan weer besluiteloos stil. Jammer dat die lui nog op zijn, want nu moet hij het nóg voorzichtiger doen. Nog even kijkt hij om zich heen en dan schuifelt

Nog even kijkt hij om zich heen en dan schuifelt hij voorzichtig de dijk af en staat enkele ogenblikken later op het erf van Vredenhof waar alles rustig is.

„Wat zal het spul branden", grijnst hij. „Hij zal die boer wel krijgen. O, zijn wraak zal zoet zijn, branden zal heel zijn gedoe".

Zo vlug mogelijk loopt de man naar de hooiberg en ondertussen haalt hij een doos met lucifers uit zijn zak.

Opnieuw overtuigt hij zich of er geen onraad is, dan bukt hij zich voorover en steekt op vier plaatsen de nog tot over de helft gevulde hooiberg aan

Knetterend springen kleine vlammetjes omhoog.

„Ziezo", grijnslacht de onverlaat. „Laat die boer nou maar lachen". Meteen zet de brandstichter het op een lopen en is

Meteen zet de brandstichter het op een lopen en is weldra in het donker van de nacht verdwenen. Op veilige afstand kijkt hij naar het resultaat van zijn werk en dat het goed gebeurd is, ziet hij wel.

Een enorme vlammenzee verlicht de omtrek en een huizenhoge rookwolk stijgt op en drijft weg over de weilanden. Dan loopt hij dwars door de weilanden verder, totdat hij tiij een klein schuurtje komt. Hier blijft hij staan, totdat...

In het renteniershuis in de Dorpsstraat is alles rustig. De oude boer en tante Marie zijn na het bezoek van Adriaan en Tonia direkt naar bed gegaan en het had niet lang geduurd, of beiden waren ingeslapen.

Nee, zij hebben er geen vermoeden van, dat de vredige rust van de laatste jaren ernstig zou worden­verstoord. Deze nacht zouden de boer en zijn zuster nooit meer vergeten. De hofstee die hen lief is zal in deze nacht een geblakerde puinhoop worden.

Van der Zande ligt rustig te slapen, maar plotseling wordt hij wakker. „Wat is dat?"

„Wat is dat?"

De oude boer wrijft verschrikt zijn ogen uit. Hij hoort het driftig klepperen van de klok in de toren.

Maar nee, dat kan immers niet, hij droomt! Het luiden van de klok gaat verder en Van der Zande hoort mensen door de Dorpsstraat hollen. Er is zeker iets gebeurd?

Er is zeker iets gebeurd?

Maar dan...!

De oude boer is opeens klaarwakker en hij steunt als een gewond dier.

„Nee, nee, dat niet!" klinkt het schor.

Meteen stapt hij zijn bed uit en schiet zo vlug als het maar kan zijn kleren aan. (wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 10 december 1991

Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's

STORMEN ROND VREDENHOF

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 10 december 1991

Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's