Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Overdenking uit de Heilige Schrift

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Overdenking uit de Heilige Schrift

Het brood der armen

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

„En Jezus nam de broden, en gedankt hebbende, deelde Hij ze..." (Joh. 6.1 Iv)

De uitdeling van het brood

Hierboven staan enkele woorden afgedrukt uit de geschiedenis van de wonderbare spijziging, zoals deze in Johannes 6 staat opgetekend. Welnu, het lijkt aanvankelijk dat Christus op geen enkele wijze gedacht heeft aan het feit, dat de mens van tijd tot tijd ook eten en drinken nodig heeft...

Maar niets is minder waar. Op een onverwacht moment kijkt Jezus Zijn discipel Filippus aan en legt hem de vraag voor vanwaar zij broden zullen kopen. Waarom heeft Hij juist déze discipel hierop aangesproken? Het antwoord is niet zo moeilijk, als wij weten dat Filippus afkomstig geweest is uit het nabijgelegen vissersstadje Bethsaïda! Toch is Filippus erg verlegen geweest met deze vraag. Want wat deed hij? Hij is direkt gaan tellen en rekenen, zoals ook een manager in ónze tijd dit gedaan zou hebben. Hij heeft de schare mensen geschat op vijfduizend mannen, terwijl hij de vrouwen en kinderen buiten beschouwing gelaten heeft. En in de kas van de discipelkring bevindt zich slechts een bedrag van tweehonderd penningen. Nee, Filippus komt tot de konklusie dat zoiets niet haalbaar is. Maar tegelijk komt een änderen discipel

Maar tegelijk komt een änderen discipel hem te hulp. De discipel Andreas heeft snel rondgezien. En zijn oog is op een jongetje gevallen, dat een mandje bij zich heeft met vijf broden en twee visjes. Dit is tenminste iets! Maar verder kan ook Andreas niet komen om iedereen van eten te voorzien. Hij moet Filippus gelijk geven, dat dit niet genoeg is... Zijn de discipelen hiermee van hun taak ontslagen? Nee, Jezus zet hen aan het werk. Hij geeft hen de opdracht om al die mensen rustig te laten zitten. En na het uitspreken van een kort dankgebed deelt Hij het weinige brood uit aan de discipelen, die dit brood op hun beurt moeten uitdelen onder de schare, die in het gras is nedergezeten.

Weet u, lezers, wat opvallend is? Wij lezen nergens in deze wonderbare geschiedenis, dat ook de Heiland zélf van dit brood gegeten heeft. Hijzelf heeft gebrek willen lijden. Hijzelf heeft alles willen missen. Ja, zó kunnen wij de Heere Jezus tijdens Zijn omwandeling op aarde ons het beste voor ogen stellen. Hij, die op deze wijze de oorzaak van ónze eeuwige honger en kommer n.1. de zonde heeft weggenomen. En zo hebben ook de discipelen genoeg brood gehad om uit te delen!

Zoveel zij wilden...

Opmerkelijk is verder, dat wij uit de mond van al die mensen geen enkele wanklank vernemen. Hoe zou dit in ónze tijd geweest zijn? Ik acht het mogelijk, dat velen van ons niet hadden willen eten van dit brood! Want die vijf broden van dat jongetje zijn broden geweest, die volgens de lezing van de Griekse grondtekst uit gérstemeel gebakken waren. Dit brood is niets voor verlekkerde mensen. Met dit brood hebben in die dagen alleen de armen in Israel genoegen moeten nemen. Dus mondjesmaat? Nee, vrij lezen even

Dus mondjesmaat? Nee, vrij lezen eveneens van de 'toespijs' van de visjes! Zo is er sprake geweest van een komplete maaltijd. Een overvloedige maaltijd, zoveel zij wilden! Ik stel mij voor, dat die hongerige mensen in het begin het brood heel snel naar binnen werkten. Maar intussen komen de discipelen er weer aan met een nieuwe voorraad brood. Ja, op deze wijze heeft een ieder kunnen eten, totdat zij verzadigd waren. Is het u duidelijk, lezers? In Christus Jezus hebben wij met een God te maken, die mildelijk geeft en niet verwijt. Met een God, die rijk is in genade en barmhartigheid! Of hebt u neiging om dit tegen te spreken en in twijfel te trekken? In dat geval moet u weten wat u zegt. Toen u nog een kind was, heeft u al geleerd te zingen dat wij met een God te maken hebben, die hongerigen mild'lijk voedt (Psalm 146). Of nóg eenvoudiger, toen u nog een kleuter was: Alwat u ontbreekt, schenk Ik zo gij het smeekt mild en overvloedig (Psalm 81). Ja, laat u dit kindergeloof niet afnemen. Van dat brood der armen moogt u ontvangen, zoveel u wüt!

Het overschot

Er is dus een moment geweest van verzadiging. Maar heeft dit betekent, dat de discipelen toen klaar geweest zijn met hun werk? Nee, Jezus heeft hen iets gezegd wat minstens even belangrijk genoemd kan worden. Zij krijgen van Jezus te horen, dat zij de overgeschoten brokken moeten inzamelen. Zou het kunnen zijn dat met name de christenpolitici in ons rijke werelddeel daar tot heden nog te weinig aandacht aan gegeven hebben? Wij laten dit thans verder rusten.

Wij laten ook de vraag liggen wat de discipelen nu precies met die overgeschoten brokken gedaan hebben. Maar het getal van de twaalf korven met brood heeft méér te betekenen gehad dan wij misschien denken. Zoiets komen wij vaker tegen in het Evangelie van Johannes. Het gaat soms om méér dan wat er eigenlijk te lezen staat. Die twaalf korven met brood hebben wij te zien als een heenwijzing naar de verdere arbeid, die apostelen in de toekomst te wachten staat. Zij zullen straks niet met lege handen de wereld ingaan. In woord en daad zullen zij mogen getuigen van Hem, die door Zijn dood en opstanding in de volle zin het Brood der armen geworden is!

Het is de Heiland steeds om de héle mens te doen geweest, naar lichaam en ziel beide. Daarom, dat Hij verderop in Johannes 6 ook met zoveel nadruk zegt: „Ik ben het Brood des levens!"

Hebben wij dit op te vatten als een onbegrijpelijke geheimtaal waar Christus zich van bediend heeft? Nee, er zijn 'armen', die door de Geest tot deze Christus komen om Hem zó door het geloof te kennen, om ook zó met Hem gemeenschap te hebben aan de Avondmaalsdis.

Meent u, lezers, dat het hier om zeer bijzondere mensen gaat, aan wie dit gegeven wordt? Ach nee, er is eigenlijk veel meer reden om hier van een heel bijzondere Heiland te spreken, die nog steeds overvloedig aan ons kwijtschenkt zoveel als wij willen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 maart 1992

Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's

Overdenking uit de Heilige Schrift

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 maart 1992

Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's