Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BUNSCHOTEN-SPAKENBURG IN OPSPRAAK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BUNSCHOTEN-SPAKENBURG IN OPSPRAAK

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Spakenburg gekwetst

Blijkens een bericht in het Nederlands Dagblad van 12 november jongstleden voelt Bunschoten-Spakenburg zich in ziel gekwetst. De kop vermeldt niet of het zijn dan wel haar ziel moet zijn. Burgemeester Groen heeft voor de lokale omroep tekst en uitleg gegeven met als conclusie (of was het de inzet?); Ons dorp is onrecht aangedaan.

Waar gaat het om? Trouwe krantenlezers zullen hier of daar (en overal) het bericht hebben opgepikt. Jongeren werken in visverwerkende bedrijven. Zij zouden om harder te kunnen werken en dus om meer te produceren en te kunnen verdienen, pilletjes slikken of 'lijntjes coke' gebruiken. Als ik de berichten op mij laat inwerken zit de kritiek in het feit dat bedrijven zelf de pilletjes speed verstrekken. Dat verhoogt de productie voor de bedrijven en de inkomsten van de jongelui; zij werken op provisie-basis. Het punt van kritiek op de berichtgeving is niet het feit dat de jongelui drugs gebruiken om meer te presteren en dus om meer te verdienen. Het ziet er naar uit dat dit een vaststaand feit is. Neen, het punt van kritiek is, dat de visver

Neen, het punt van kritiek is, dat de visverwerkende bedrijven zelf deze cocaïne aan de jongeren verstrekken. Daarmee is de naam van het dorp besmeurd, door het slijk gehaald.

Waar vandaan?

Hoe is dit gerucht dan de wereld ingekomen? Mag ook hier niet gelden; Waar rook is, is vuur. In het dorp worden, zo luiden de berichten, veel harddrugs gebruikt. Dat is sinds 1995 voor niemand een geheim. Het is echter de vraag of de visverwerkende bedrijven bij dat gebmik betrokken zijn, ja het gebruik stimuleren om de productie te verhogen. De bedrijven noemen dit bericht belachelijk en laag bij de grond. Ze voelen zich geschokt en nodeloos gekwetst. Men ontkent het bestaan van het drugsprobleem dus niet. Men is echter laaiend over de beschuldiging dat visverwerkende bedrijven de drugs zouden uitdelen om de productie te verhogen. Er kunnen enkele bedrijven zijn die dat doen (er zitten wellicht enkele rotte appels tussen), maar het grote geheel maakt zich hieraan niet schuldig.

De journalisten, zo is de verklaring, zijn creatief omgegaan met losse opmerkingen. De lezer voelt, men ontkent de feitelijkheid van de verschaffing van drugs door bedrijven. Men ontkent niet, dat er iets van waar is, maar bagatelliseert de omvang en de ernst van het probleem. Dat kan in Bunschoten- Spakenburg niet gebeuren.

Wat ervan te zeggen?

Wat hiervan te zeggen? Deze rubriek wacht zich ervoor een roddelrubriek te zijn. Ik ken in de Nederlandse pers wel dagbladen of weekbladen waar zo'n roddelrubriek vuil spuit. Ik gebruik de wachttijden in een ziekenhuis om bladen te lezen die ik zelf nooit zou kopen. Om die reden durf ik het voorgaande met stelligheid op papier te zetten. Ik sta op het standpunt; De lezer moet mijn berichten kunnen controleren. Daarom noem ik de bronnen er bij. Is hiermee de verontwaardiging gerechtvaardigd? En is daarmee Bunschoten-Spakenburgs visverwerkende industrie gerehabiliteerd?

De lezer zal verwachten dat ik van harte ja zal zeggen. Toch valt me dat moeilijk! Niet omdat ik Bunschoten-Spakenburg zwart wil maken. In tegendeel. Vanaf 1945 heb ik door familiale en kerkelijke contacten banden met dat dorp. Ik heb dat dorp, en met name de Christelijke Gereformeerde Kerk daar lief. Bunschoten-Spakenburg doet me wat, vanaf de tijd dat mijn oudste broer daar kort na de Tweede Wereldoorlog predikant is geworden en vijfjaar de gemeente heeft gediend. Ook daarna zijn de contacten gebleven. Daarom zou ik niet graag ten onrechte een woord kwaad van Bunschoten-Spakenburg willen spreken.

En toch

En toch! Er is iets in dit hele verhaal dat mij verontrust. Ik lees dat reeds in 1995 door de gemeente erkend is dat in het dorp veel harddrugs worden gebruikt. Ik heb de nota 'Met andere ogen' nooit onder ogen gehad, maar lees in de krant dat deze nota het hoge druggebruik onder jongeren vaststelt. Nu, zeven jaar later, zo schrijft het Nederlands Dagblad, gaan op verzoek van de politieke partijen de huisartsen, predikanten en jongerenwerkers binnenkort uitzoeken hoe groot het probleem nu werkelijk is. Ik kan niet nalaten bij deze opmerkingen enkele kritische noten te plaatsen.

Als ik goed reken zijn er sinds de verschijning van genoemde nota zeven jaar verlopen. De conclusie van dit nota uit 1995 is kortweg ontstellend, zeker voor een dorpsgemeenschap als Bunschoten-Spakenburg. Wat hebben de politieke partijen in die tussenliggende zeven jaar gedaan? En hebben huisartsen, predikanten en jongerenwerkers in deze zeven jaar de conclusie van het rapport uit 1995 gewoon laten liggen? Ik ben er niet van op de hoogte, maar kan de vraag niet achterhouden.

Zijn ze daarmee niet aan de slag gegaan? Beseffen deze instanties dan niet dat een periode van zeven jaar lang genoeg is om praktijken in het leven te roepen die nu gesignaleerd worden. Hadden overheid, kerken, artsen en jongerenwerkers niet veel eerder de handen ineen moeten slaan om te voorkomen dat er ook maar een geringe mogelijkheid van wat nu wordt bericht, zou ontstaan? Heeft men in dat dorp van visverwerkende bedrijven niet ingezien op welk een mijnenveld de daar werkzame jongeren en de bedrijven zich bevonden. Ik vind de reactie van genoemde instanties wel erg laat komen. Wie laaiend is over deze onterechte beschuldiging moet beseffen dat hij het probleem eerder had moeten aanpakken, om ook maar enige schijn van terechte beschuldiging te voorkomen. Als de feiten zo toegegeven worden is het mij te gemakkelijk om laaiend te worden over de valse beschuldiging en nu pas, zeven jaar na de nota, een onderzoek in te stellen. Ik schrijf dit uit genegenheid voor wat vroeger heette het vissersdorp aan de Zuiderzee. Het is een vriend, die mij mijn feilen toont.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 december 2002

Eilanden-Nieuws | 14 Pagina's

BUNSCHOTEN-SPAKENBURG IN OPSPRAAK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 december 2002

Eilanden-Nieuws | 14 Pagina's