Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Deze eeuw nog weinig winterkou!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Deze eeuw nog weinig winterkou!

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een koude, strenge winter lijkt de laatste jaren verder weg dan ooit. Een winter, waarin sneeuw en ijs domineren en de temperatuur voor langere tijd beneden nul daalt, zou vooral de ijsliefhebbers goed uitkomen. Schaatsen op natuurijs is voor veel mensen een speciale belevenis. Niet zonder weemoed zullen de schaatsliefhebbers ook denken aan de laatste elfstedentochten in Friesland. Die werden gehouden in 1985, 1986 en 1997. De laatste van 4 januari 1997 trok niet alleen duizenden deelnemers, maar ook een zeer groot televisiepubliek. In de vijf winters daarna bleef een langdurige strenge vorst vrijwel uit. De laatste winter (2001-2002) was heel erg zacht. Op zaterdag 2 februari 2002, de trouwdag van kroonprins Willem-Alexander en prinses Maxima, werden overal in het land temperaturen tussen de 18 en 20 graden gemeten. Meer hete zomers

dan strenge winters Zonliefhebbers komen in Nederland door

Zonliefhebbers komen in Nederland doorgaans meer aan hun trekken dan sneeuw- en ijsfanaten. Nederland is zeker geen land met een tropisch klimaat, maar onze zomers mogen er soms zijn. Wie de gegevens over de zomers en winters in de voorbije eeuw goed bestudeert, kan niet anders concluderen dat strenge winters in Nederland veel minder voorkomen dan warme zomers. In de twintigste eeuw, die pas enkele jaren achter ons ligt, kwamen de meeste strenge winters voor in de jaren veertig. Dat is dus inmiddels meer dan zestig jaar geleden. De winters van 1940, 1941 en 1942 behoren tot de koudste van de twintigste eeuw.

De absolute topwinter was die van 1947, een winter die overigens al in december van 1946 begon. In geen enkel decennium van de vorige eeuw werden vier of meer strenge winters gehaald. De jaren veertig zouden wat dat betreft ongeslagen blijven. Het tragische was wel dat het tijdens de winters van 1941 en 1942 (steeds vanaf januari gerekend) oorlog was, toen de kolen op de bon waren. Dat drukte de sneeuw- en ijspret natuurlijk ten zeerste. Veel mensen leden onder de zware kou en dat was zeker ook nog zo in de winter van 1946-1947, de strengste van allemaal. Na de bevrijding van Nederland in mei 1945 was er nog jaren sprake van armoede en gebrek bij een aanzienlijk deel van de bevolking. De barre winter van 1947 kwam dan ook voor velen jaren te vroeg. Pas in de jaren vijftig ging de welvaart er langzamerhand op vooruit. De enige winter uit de vijftiger jaren die als een topper mocht gelden, was die van 1956. Ook de zestiger jaren brachten slechts één strenge winter voort, namelijk die van 1962- 1963.Veel sneeuw en barre temperaturen kenmerkten deze winter. De elfstedentocht in 1963 vond plaats onder welhaast Siberische omstandigheden. Opmerkelijk is ook dat de jaren zestig van de vorige eeuw geen topzomer voortbrachten.

Drie op een rij

In de jaren zeventig was het aantal topzomers- en winters ook schaars. Er waren twee topzomers, te weten die van 1975 en 1976. Juni van 1976 was de heetste maand van de eeuw. Hoewel de winter van 1970 met veel sneeuw en ijs met de kerstdagen “ouderwetse” trekken vertoonde, zou het tot eind 1978 duren, alvorens eindelijk weer eens een zeer strenge winter ons land ging domineren. Wekenlang regeerde Koning Winter met botte kracht. Grote delen van het land werden geteisterd door enorme sneeuwval en na de jaarwisseling van 1978-1979 ging het zeer hard vriezen en ijzelen. Veel Nederlanders voelden zich overvallen door de barre kou, die zij voor het laatst in 1963 hadden meegemaakt.

Dan de jaren tachtig. Die zouden wat zomers en winters betreft voor een verrassing zorgen. Mooie zomers waren er in de jaren tachtig meer dan in de overige decennia na de Tweede Wereldoorlog. De zomers van 1983 en 1989 rekenen we tot de top, maar ook in 1982 en 1986 liet de zon zich veel zien.

Ook de ijs- en sneeuwliefhebbers in Nederland kwamen in de jaren tachtig aan hun trekken. Drie strenge winters op een rij, in 1985, 1986 en 1987, steeds vanaf januari gerekend. Vooral de winter van 1985, die direct na de jaarwisseling begon, mocht er zijn. Veel sneeuw en lage temperaturen. Voor het eerst sinds tweeëntwintig jaar was er weer een elfstedentocht. En een jaar later zowaar een herhaling van het Friese schaatsfestijn. Overigens was de winter van 1986 minder streng dan die van 1985. Pas in februari ging het echt vriezen, zodat pas aan het eind van de maand het ijs sterk genoeg was om een elfstedentocht mogelijk te maken. De winter van 1987 speelde zich voornamelijk af in de maand januari. Een snerpende oostenwind zorgde voor barre temperaturen. Op het nippertje ging een derde elfstedentocht niet door. 1996 winterjaar

1996 winterjaar Geel anders verliepen de jaren negentig. Wat

Geel anders verliepen de jaren negentig. Wat zomers betreft verliep dit decennium weer positief. In geen enkel decennium van de vorige eeuw waren er zoveel mooie, zonnige zomers als in de jaren negentig. Slechts de zomers van 1993 en 1996 kwamen niet boven het gemiddelde uit. De zomers van 1992, 1994, 1995 en 1999 waren toppers. Terwijl de zomers van 1990, 1991 en 1997 de sub-top haalden. Pover stak daarbij het aantal strenge winters af. Dat waren er slechts twee en die concentreerden zich voor een groot deel in 1996. Na een koude jaarwisseling ging het in januari 1996 pittig vriezen en koud bleef het ook in februari. Tot een Friese elfstedentocht kwam het niet, maar de meningen over de juistheid van dat besluit waren verdeeld.

Zowaar ging het in december 1996, dus aan het begin van de volgende winter, weer fors vriezen. Al voor de kerstdagen begon men over een elfstedentocht te praten. Op zaterdag 4 januari 1997 ging deze tocht van start en dat zou de tot nog toe laatste elfstedentocht zijn. Noch de winter van 1998, noch die van 1999 kon de ijsliefhebbers in vervoering brengen. De eerste winter van de nieuwe eeuw bracht weinig vorst maar de winter van 2000-2001 zou veel sneeuw ljtrengen, vooral rond de kerstdagen. De winter van 2001-2002, de laatste, was van het zachte soort. Bijzonder zacht was vooral de maand februari. Op de dag van “het huwelijk” was het rond de twintig graden. Qua temperatuur kunnen de winters dus erg verschillen. De laagste temperatuur die de vorige eeuw is gemeten was 24,8 graden en werd gemeten op 27 januari 1942. De hoogste temperatuur die tijdens een winter werd gemeten bedroeg vijftien graden boven nul en wél op 13 januari 1993.

De strenge winters van de vorige eeuw waren het koudst in januari. De winters van 1942, 1947, 1963, 1979, en 1985 zijn daar voorbeelden van. Sommige winters waren het koudst in december. Een voorbeeld daarvan is die van 1996, zodat er al begin januari een elfstedentocht kon worden gereden. Een nog treffender voorbeeld van een ijskoude decembermaand is die van 1933. Toen werd de elfstedentocht zelfs al in december gereden en dat is daarna niet meer gebeurd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 24 december 2002

Eilanden-Nieuws | 46 Pagina's

Deze eeuw nog weinig winterkou!

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 24 december 2002

Eilanden-Nieuws | 46 Pagina's