Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ouddorpse schoolkinderen schrijven over De Ramp

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ouddorpse schoolkinderen schrijven over De Ramp

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Van de Koningin Beatrixschool in Ouddorp ontvingen we via e-mail een verzameling verhaaltjes over de watersnoodramp van 1953. Kinderen uit groep 5a hebben die zelf geschreven en mochten er van hun juf een aantal van naar... Eilanden Nieuws sturen! En natuurlijk zouden ze het dan ook fijn vinden als enkele verhaaltjes nog geplaatst zouden worden ook..., als ’t even kan ook nog met een foto! Nou, leest u maar eens even mee, ook met het inleidend briefje dat Ellis en Stefanie namens de hele groep schreven. En groep 5a: hartelijk bedankt!

Aan de redactie van Eilanden Nieuws,

Wij zijn Ellis Melissant en Stefanie Voogd uit groep 5a. Wij tnogen een mailtje van de juf naar de krant sturen. We hebben verhaaltjes en foto's voor in de krant. U mag zelf weten welke verhaaltjes en foto’s u in de krant zet. We zijn benieuwd welke verhaaltjes en foto's er in de krant komen.

Hartelijke groeten van Ellis Melissant en Stefanie Voogd van de Koningin Beatrixschool te Ouddorp

Watersnoodramp 1953 (Van Maria Maliepaard)

Het was zondagnacht. Ineke is aan het slapen. Ze hoort opeens de kerkklokken. Wat zou dat betekenen? Een bange angst schrikt door haar keel. Ze hoort ook gebons op de ramen.

“Papa, mama!” roept ze.

“Kom maar naar beneden" zegt mama.

“Wat is er?” vraagt Ineke.

“Je weet toch dat de dijken niet zo sterk zijn?”

“Ja mam!”

“De dijken zullen het niet meer houden!”

“Wat...?”, zegt ze bevend.

“En”, zegt mama nog meer, “het water komt eraan.”

Ineke snikt het uit.

“Stil maar”, zegt mama. Ze probeert Ineke te troosten.

Als Ineke zich heeft aangekleed, gaan ze vlug naar beneden. Papa is al beneden. “Kom. buiten ligt al een bootje klaar!” Ze gaan gauw in het bootje zitten. Ze hebben ook nog spulletjes meegenomen. Het water staat nog niet zo hoog, gelukkig.

Het is twee maanden later. Ineke en haar ouders wonen in een gebouw. Ze horen dat er velen verdronken zijn. “Laten we de Heere danken dat wij zijn gered!”

Het verhaal over de ramp (Van Jan Sperling)

Het is zaterdagavond. Het waait heel hard, maar Willem gaat naar bed. De volgende morgen kijkt hij naar de dijk. En dan schrikt hij. De dijken scheuren! Er komen mannen aan. Een man zegt: “Kom Willem!" Maar Willem blijft gewoon zitten. Het water staat al een meter hoger. De volgende ochtend gaan de mannen weer kijken. Maar dan schrikken ze. Willem ligt daar op de grond. Dood. Dit verhaal is echt gebeurd, in Ouddorp. want dat vertelde mijn buurman.

De watersnoodramp 1953 (Van Joanne Dam)

“Wat waait het ma,” zegt Mati. “Ja kind”, zegt moeder. “Ga nu maar lekker slapen, want morgen moeten we naar de kerk." Even later komt moeder kijken. Mati slaapt. Opeens wordt Mati wakker. Wat is dat? De kerkklokken luiden! Ze gaat naar beneden. Als ze beneden is, ziet ze dat ze allemaal beneden zijn. Dan vraagt ze: “Waarom luiden de klokken?” Moeder zegt: "Gisteren zei je toch dat het zo hard waaide? Nou. ze denken dat de dijken het niet meer houden! Vader is al zandzakken vullen." Opeeps galmt er door de straat: "Naar boven!" Opeens is iedereen in rep en roer. De broodtrommel en nog veel meer etenswaren gaan naar boven. Matrassen en nog veel meer. Opeens schiet Mati iets te binnen. Ze zegt: “Mama, prinses Beatrix was vandaag toch jarig, want het was 31 januari.” “Ja kind, maar nu helpen!" Als alles klaar is, valt Mati in slaap. Als ze ’s morgens wakker wordt, hoort ze dat het water drie meter hoger staat dan normaal. Van de trap zie je nog maar twee treden. Dan zegt vader: "Ik denk dat het komt door de Tweede Wereldoorlog, want na de oorlog waren de dijken niet sterk genoeg meer. Toen zijn ze ook niet meer hersteld. Ik heb de oorlog zelf ook meegemaakt. Het is nu acht jaar geleden." Stil hebben ze naar vader geluisterd. Dan opeens horen ze: “Zijn jullie er nog?” “Ja” roepen ze. Er wordt een plank tegen het raam gezet, daar moeten ze op lopen om in een bootje te komen. Mati moet eerst. Zij is het jongst. Nog maar negen jaar. Dan volgen de anderen. Als ze allemaal in het bootje zijn, gaan ze naar de boerderij van boer Landers. Als ze gaan slapen, leest boer Landers uit de Bijbel, ’s Morgens vroeg wordt Mati wakker. Ze ziet dat er drie mannen voor het raam staan. Ze vraagt aan haar vader: “Waarom staan die mannen daar?” Haar vader zegt: “Als er een vliegtuig of een helikopter komt, moeten de mannen met een wit doek zwaaien. Dan weet de piloot dat er mensen zijn.” Even later horen ze een helikopter komen. De mannen zwaaien met een wit doek zo hard ze maar kunnen. De helikopter vliegt weer weg. Even later komt er een boot. Ze mogen mee. Ze gaan naar een gebouw in Rotterdam. Zelf komen ze uit Nieuwe Tonge. Als ze er een hele tijd zijn, horen ze dat er 1835 mensen zijn verdronken. “O, wat erg!” zeggen Mati en haar zussen Els, Ellen, Esther, Ruth en Greet. “Ja, dat is zeker erg” zeggen vader en moeder. Dan opeens staat er een vrouw naast hen. Ze zegt: “Weten jullie hoe laat en wat voor datum het is?” Ze schudden hun hoofd. “Jullie kunnen weer naar huis!” Een jaar later woonden ze in een leuk huisje. Toen ze thuis kwamen hebben ze eerst de Heere gedankt. Er moest heel veel gebeuren, voordat ze er weer echt in konden wonen. Ze zijn nu allemaal groot. En Mati is zuster geworden.

Het was zaterdag. Het waaide heel hard. De mensen dachten: het zal wel weer overgaan, maar het ging niet over! ’ s Nachts waaide het nog. Het water kwam drie meter hoger dan normaal. En de dijken waren niet zo sterk na de Tweede Wereldoorlog. Maar opeens, midden in de nacht gebeurde het. De mensen hoorden de noodklokken luiden. Maar niet iedereen. Daarom bonsden de mannen bij elkaar op de ruiten. Het duurde niet lang of het water stroomde binnen. Er ging een hele groep mannen zandzakken neerleggen, maar het water stroomde verder. Het water kwam al tot aan de daken. Er kwamen bootjes het dorp binnen varen. Er werden heel veel mensen gered, maar er zijn ook 1835 mensen verdronken. Er kwamen ook mensen uit andere landen helpen. De Zweden hebben ook geld opgehaald en daar hebben ze weer huizen van gemaakt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 januari 2003

Eilanden-Nieuws | 16 Pagina's

Ouddorpse schoolkinderen schrijven over De Ramp

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 januari 2003

Eilanden-Nieuws | 16 Pagina's