Mijn verhaal op rijm: Door kinderogen
Watersnoodramp 1953
In opdracht van mijn vader, als kind meegenomen aan moeders veilige arm
een spanning meevoerend, met veel onbegrip en toch zo kalm,
want we waren toch met het hele gezin!,
stevig optomend tegen de wind en de storm in.
Het wassende water kwam steeds dichter aan de rand van de dijk, waarover ik liep.
Ik wist het zeker, dit moest nu éénmaal zo, vader en moeder hadden altijd gelijk.
Het vertrouwen was zo diep.
Niet achterom kijken, niets vragen.
Alleen dacht ik even 'm'n nieuwe rode mantel had ik vandaag mogen dragen'.
Boven op de dijk, nog maar nauwelijks aangekomen
Begon de dijk (gelukkig een eind verderop) scheuren te vertonen.
En door het sterk kolkende water, werd er een groot gat in de dijk geslagen.
Bij mijn grootouders kregen we onderdak voor enkele dagen
Daar moesten we naar de zplder, het water kwam tree voor tree steeds hoger het huis bin
Ontredderd keek ik naar de volwassenen, wat moesten we nu beginnen?
Een tante knielde en ging in gebed en vroeg of deze ramp aan ons voorbij mocht gaan
als kind komen er zoveel indrukken op je af, je ziet het allemaal aan.
Toen het water over de dijken de polders in liep, kwam langzaam maar zeker het besef
het ergste hebben we nu gehad.
Een plank werd gelegd van de éne naar de andere dijk over het gat.
We zijn allemaal over de loopplank gegaan
en kwamen veilig in Vader's pakhuis aan.
Een weeklang onder jute zakken geslapen, en weinig proviand
Het water zakte en zagen vanuit de pakhuisramen, de kadavers in de straten
tussen het modderzand.
Toen werden we gesommeerd te evacueren, ja dat moest, om ziekte te voorkomen
Vanaf de kade te Ooltgensplaat vervoerd per boot en vanaf Rotterdam per bus,
zijn we toen in Baarn aangekomen.
3 dagen in 't Zendingscentrum werden we echt onthaald en daar konden we ons
na lange tijd douchen en verschonen.
In een gebouw met grote opslagruimtes kreeg ik veel kleding zoals ondergoed,
jurk, schoenen en sokken, muts en wanten.
En zelfs Prinses Irene 's bontmantel.
Je houdt het niet voor mogelijk
maar met vele andere evacués werd ik uitgenodigd
om de verjaardag van Prinses Marijke te vieren in Paleis Soestdijk.
Ik zie me nog lopen door de lange marmeren gang,
ik dacht, je kan hier wel verdwalen, maar onder begeleiding van
Piettie van Oranje was ik niet bang.
In Baarn werden we gestationeerd in een pension aan de Vondelstraat
Daar bleven we zelfs langer dan de maand Maart.
Het werd wel Mei, want het défilé,
op 30 April, bij Paleis Soestdijk maakten we óók nog mee.
Daarna gingen we weer terug naar ons gehavende huis op GoereeOverflakkee.
Ondanks dat men veel reddingswerk aanbood vonden wel 1835 mensen
de verdrinkingsdood.
Zeeland, ZuidHolland en Brabant zaten toen in diepe rouw en verdriet
Dat het zó omvangrijk was, als kind wist ik dat toen niet.
Veilig en gezond kwamen wij weer thuis na zo 'n grote ramp, met de positieve ervaring,
dat mensen je helpen en goed voor je willen zijn in nood.
Dat men je niet alleen materiële maar ook psychische hulp aanbood.
Bij al het negatieve wat er in de wereld om ons heen gebeurt, is dit ook een waarheid.
Bedankt mensen, ik denk nog steeds met warme gevoelens terug aan de hulp in die tijd.
Rita Wibbelink-Okker, tel. (0547) 261937
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 4 februari 2003
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's
![Mijn verhaal op rijm: Door kinderogen](https://www.digibron.nl/images/generated/eilanden-nieuws/reguliere-editie/2003/02/04/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 4 februari 2003
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's