Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kanttekeningen bij de 'Nieuwe Bijbelvertaling'

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kanttekeningen bij de 'Nieuwe Bijbelvertaling'

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Sedert enkele jaren werken het Nederlands Bijbelgenootschap en de Katholieke Bijbelstichting aan een nieuwe Bijbelvertaling. In de jaren 1998 en 2000 zijn de eerste proeven van vertaling uitgekomen. Zolang deze vertaling nog niet gereed is, wordt ze aangeduid als "Nieuwe Bijbelvertaling', afgekort als NBV. Zowel instemmende ais afwijzende reacties zijn sindsdien gehoord. Het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond in de Nederlandse Hervormde Kerk achtte het op haar weg liggen om zich in dit koor van stemmen te mengen. Een achttal auteurs uit die kring werkte samen om een eerlijke bezinning rond de NBV opgang te brengen. Ze willen de gemeente daarin dienen. Immers, het gaat erom dat men, om met Johannes Bogerman te spreken, God 'ook in de Nederlandse taal kan horen spreken'.

Ik geef eerst een overzicht van de diverse auteurs en hun bijdragen. Drs. W.J. Dekker (Reeuwijk) vraagt: "Waarom een nieuwe Bijbelvertaling?" Hij geeft een zevental motieven waarom dat volgens hem nodig is. Enkele daarvan zijn dat het wetenschappelijk Bijbelonderzoek voortgaat, onze taal alsmaar in beweging is en dat onze geseculariseerde cultuur dat noodzaakt. Drs. P.J. Vergunst, algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond, interviewde drs. R.A. Scholma, projectleider van de NBV. De tweede bijdrage in dit boek is daarvan een weergave. De voorzitter van de Gereformeerde Bond, ds. G.D. "Kamphuis (Amstelveen), gaat in op de verstaanskloof tussen de tekst van de Schriften en het hart van de lezer. Alleen de Geest van Pinksteren kan die kloof o verbruggen. Drs. H.J. Lam (Nieuwerkerk aan den IJssel) zet de vertaalprincipes van de NBV en de Statenvertaling naast elkaar. Hij typeert de ene als een bergketen en de ander als een bergmassief. Zijn conclusie is dat er sprake is van fundamentele verschillen. 'Het fundament van nieuwbouw' is de titel van hoofdstuk 5, geschreven door drs. W.Chr. Hovius (Apeldoorn). Daarin bespreekt hij de theologische uitgangspunten van de NBV, Dr. G. van den Brink (docent dogmatiek te Leiden) vervolgens peilt de NBV naar haar filosofische principes. Een heel fundamentele bijdrage! De stelling van de NBV-vertalers is dat het vertalen voorafgaat aan theologie en dogma. Dr. Van den Brink toont overtuigend aan dat dit een onjuist uitgangspunt is. "Vertalen kan niet zonder interpreteren!" Over het Bijbelvertalen in het licht van de Reformatie schrijft dr. W.H.Th. Moehn (Aalburg). Met name de arbeid van Luther en van Calvijn in dit kader komen aan de orde. Hun methode was weliswaar verschillend. Maar van beiden geldt dat ze beseften dat een vertaling in principe nooit voltooid is. Beiden ook hebben hun werk gedaan met vee! aandacht voor de ontvangende taal (het Duits en het Frans). Het slothoofdstuk is van de taalkundige dr. J. de Gier. Hij schrijft dan ook over het taalgebruik in de NBV. Die is goed leesbaar en verstaanbaar, aldus zijn conclusie. Wel is de afstand tussen Statenvertaling en NBV onnodig vergroot.

•Kanttekeningen bij de Nieuwe Bijbelvertaling" is een heel lezenswaardig boek, voor elk gemeentelid dat zich oriënteren wil op de aanstaande nieuwe Bijbelvertaling. Het aantrekkelijke van deze bundel vind ik de frisse onbevangenheid waarmee de beoordeling plaatsvindt. De liefde tot de Statenvertaling klinkt in vrijwel alle bijdragen duidelijk door. En toch wordt geprobeerd de NBV eeriijk en fair te beoordelen. Wel moet ik zeggen dat het pleidooi voor een nieuwe Bijbelvertaling in het eerste hoofdstuk mij wat naïef overkomt. Een en ander wordt gebaseerd op de geschiedenis van Filippus en de kamerling. Echter, deze heidense lezer ontvangt geen nieuwe vertaling, maar hij krijgt uitleg vanuit de tekst die hij in handen heeft. Het is de Heere Zelf die door de prediking van Christus zijn verstaanskloof overbrugt. En de Heilige Geest verficht zijn hart om die Christus der Schriften ook te leren kennen. Hoogtepunten in deze bundel acht ik de bij

Hoogtepunten in deze bundel acht ik de bijdragen van drs. W.Chr. Hovius over de theologie en dr. G. van den Brink over de filosofie van de NBV. Ook het hoofdstuk over de vertaalprincipes van drs. H.J. Lam geeft een goede analyse. Zijn vraag of een vertaling op interconfessionele basis eigenlijk wel mogelijk is en of hier niet een postmoderne taaltheorie achter zit, wordt gefundeerd beantwoord door dr. G. van den Brink. Zelf kan ik me heel goed vinden in de con

Zelf kan ik me heel goed vinden in de conclusies van drs. W.Chr. Hovius. Onderstaand geef ik ze - enigszins verkort - weer. We kunnen, gelet op de beslissing van de Synode van Dordrecht (...)als Schriftgelovige gereformeerden moeilijk bez^'aar maken tegen een nieuwe vertaling van de Bijbel op zichzelf. God zorgde ervoor dal Zijn Woord in alle talen vertaalbaar is. Nooit kan de benadering van de Bijbel neu

traal wetenschappelijk en sleclits taalkundig zijn. Ieder heeft zijn of liaar tlieologische achtergrond.

De Statenvertaling blijft als voordeel hebben dat deze het resultaat was van de arbeid van mensen die door het Woord van God diep gebogen hebben en in de ene, ongedeelde kerk eensgezind waren in leer en leven. (...) Zij kenden de illuminatie of verlichting van de Geest.

De opname van de apocriefe boeken is een theologische beslissing. In de NBV is de daan'oor aangevoerde argumentatie vlak en vatbaar voor misverstanden.

Het ontbreken van een helder geformuleerd uitgangspunt ten aanzien van het Schriftgezag laat ruimte voor Schriftkritische arbeid. Bezielt we de NBV op haar theologische gehalte, dan is niet te ontkennen dat er concessies zijn gedaan aan feministische en oecumenische vormen van theologiseren. Met bijbelse kernbegrippen is niet altijd goed omgegaan. Men laat ridmte voor totaal verschillende geloofsbelevingen, die soms haaks staan op het Bijbels-gereformeerd verstaan van de Schrift.

N.a.v.: Drs. H.J. Lam & drs. P.J. Vergunst (red.), Kanttekeningen bij de 'Nieuwe Bijbelvertaling'. Uitgegeven vanwege het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond in de Nederlandse Hervormde Kerk door uitgeverij Groen te Heerenveen. Paperback. 157 pag. prijs 11,50.

J.M.J. Kieviet

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 februari 2003

Eilanden-Nieuws | 14 Pagina's

Kanttekeningen bij de 'Nieuwe Bijbelvertaling'

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 februari 2003

Eilanden-Nieuws | 14 Pagina's