Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Joden niet gewenst

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Joden niet gewenst

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie wel eens in Israël is geweest, is daar stellig vele malen de naam en het portret van Theodor Herzl tegengekomen. Herzl gaf door het schrijven van het boekje 'De Joodse Staat', dat in vele talen vertaald werd, aan de geschiedenis in het algemeen en aan de historie van het Jodendom in het bijzonder een wending.

(1)

Hy woonde op 22 december 1894 als journalist de degradatie bij van kapitein Dreyfus. Het was in een tijd dat er een golf van antisemitisme door Europa ging. Frankrijk had de oorlog van Duitsland verloren (1870/71). Er moest een zondebok gevonden worden. De Jood Dreyfus werd op grond van vervalste (!) documenten aangewezen als de schuldige en naar het Duivelseiland verbannen. "Sla ze dood, die Joden", brulde het gepeupel toen de onderscheidingstekens van Dreyfus' umform werden getrokken. Dit gebeurde in Frankrijk, in het moderne, beschaafde Frankrijk, waar honderd jaar eerder de rechten van de mens waren geproclameerd.

Dreyfu-ajfaire

Theodor Herzl was in 1860 in Boedapest geboren. Hij was geassimileerd, dat wil zeggen: hij had zich als Jood geheel aan zijn omgeving aangepast. Maar de Dreyfusaffaire bracht een keer in zijn leven. Hij raakte er steeds meer van overtuigd, dat een eigen staat voor de Joden het enige redmiddel was. Hij ging het Joodse volk, dat over de hele wereld verstrooid woonde, steeds meer als één voUc zien en was van mening dat het Jodenvraagsmk alleen maar door de Joden zelf kon worden opgelost. Daarbij was dan wel de hulp van anderen nodig. En zo kwam hij ertoe de ziomstische beweging te organiseren en Europese regeringsleiders van het belang van een Joodse staat in Palestina te overtuigen. In het begin sloegen zijn ideeën niet erg aan. De vele - vaak teleurstellende - inspanmngen bezorgden hem een hartkwaal. Maar langzamerhand wist hij mensen voor zijn opvattingen te winnen.

De verstrooide Joden één volk

In 1897 kwam op zijn initiatief het eerste zionistische wereldcongres m Bazel bijeen. De belangstelling was enorm. Zionistische bewegingen uit alle delen van de wereld hadden hun afgevaardigden gestuurd. Däär werd - volgens Herzl - de Joodse staat gesticht. Daar werd ook de Joodse vlag geïntroduceerd en besloten een Joods Nationaal Fonds te stichten, waann geld zou kunnen worden verzameld om grond te kopen voor het .stichten van kibboetsim (= nederzettingen). En zo werd tiet totaal verscheurde Jodendom door die ene nationale gedachte verbonden tot één volk. Ook met-Joden kregen belangstelling voor het Joodse vraagstuk. Vooral de Engelse pers eiste een oplossing.

Ondertussen reisde Herzl rusteloos van hot naar her om belangrijke personen en regeringsleiders te benaderen: de bankiers Maurice de Hirsch en Edmond de Rothschild, de Turkse sultan, koning Victor Emmanuel van Italië, de Paus, de Duitse keizer, de tsaar van Rusland, enz. En zo wist deze arme journalist, in een tijd dat het antisermtisme hoogtij vierde, uit vodden een vlag en uit een massa vernederde Joden één volk te maken. Hij werd de grondlegger van de Joodse staat, maar hij heeft het resultaat van zijn werk niet mogen zien. Op 44-jange leeftijd stierf hij, uitgeput en verarmd. Onder een overweldigende belangstelling is 'de vader van het zionisme' in Wenen begraven. Zijn stoffe- Ujk overschot is na het ontstaan van de staat Israel naar het land der vaderen overgebracht.

Wie een bezoek brengt aan de militaire begraafplaats even buiten Jeruzalem, treft op de top van een heuvel een grafmonument aan waarop alleen de naam Herzl staat. Dat is voldoende. Iedereen in Israël weet wie Herzl was.

De emigratie komt op gang

Terwijl hij bezig was om bij regeringsleiders erkenning te krijgen voor het stichten van een Joodse staat, gaven duizenden gevolg aan Herzls oproep terug te keren naar het thuisland. Dat waren de pioniers. Blootgesteld aan pogroms (= vervolgmgen) waren ze op weg gegaan om een veihg tehuis voor te bereiden voor de opvang van de in de wereld opgejaagde Joden. Ze kwamen in een gebied dat behoorde tot het - in verval verkerende - Groot-Turkse rijk, temidden van een samenleving van moslims. Het land - dat eens overvloeiende was van melk en homng - was verwaarloosd, de corruptie tierde er welig. Ze waren gegaan om de grond door arbeid te veroveren, om moerassen droog te leggen, bossen te planten en nederzettingen te stichten. Tijdens het werk moesten ze zich beschermen tegen de zon, malaria en geweerschoten.

Toen de scheikundige Chaim Weizmann (de latere eerste president) in zijn laboratorium een oplossing vond om aceton synthetisch te vervaardigen - een uitvindmg die de Engelsen tijdens de Eerste Wereldoorlog in hun oorlogvoenng ten goede kwam - vroeg hij in plaats van geld "iets voor zijn volk". Dat leidde er toe dat de zeer godsdienstige minister van Buitenlandse Zaken Lord Balfour op 2 november 1917 aan Lord Rothschild een brief schreef Daann deelde hij mee dat de Engelse regering bereid was haar medewerking te verlenen aan het tot stand komen van een Nationaal Joods Tehuis in Palestina. Dit was de zogenaamde Balfour-declaration. De Joden beschouwden deze verklaring als de geboorte-akte van de Joodse staat.

Een maand later trok het Engelse leger onder generaal AUenby Jeruzalem binnen. Dat betekende het einde van de Turkse hegemonie over Palestina. Dit was voor heel wat zionisten, overal ter wereld, een reden om naar Palestina te emigreren. Zo zouden ze, onafhankelijk van anderen, een eigen samenleving kunnen opbouwen.

Engeland krijgt het mandaat over Palestina

Was de immigratie tot aan het jaar 1920 beperkt gebleven, na die tijd gingen veel Joden op weg naar Israël. De Arabieren in en rond Palestina zagen dat als een bedreiging. En zo werd deze bevolkingsgroep in een paar decenma een militante tegenstander. In 1921 vonden in Tel Aviv/Jaffa de eerste botsingen tussen Joden en Arabieren plaats, waarbij doden vielen. Het Arabisch probleem zou bij de ontwikkeling van de Joodse samenleving in Palestina het grote struikelblok blijven, tot op de dag van vandaag. Engeland werd door de Volkenbond (een

Engeland werd door de Volkenbond (een voorloper van de Verenigde Naties) belast met het voogdijschap over Palesnna. Het kreeg de opdracht de Balfour-verklaring uit te voeren. Een Joodse zionist. Sir Herbert Samuel, werd door de Engelse regering als Hoge Commissaris aangesteld. Het Joods Agentschap - de voorlopige Joodse regering - werd in het bestuur van het land betrokken. Dit lokte nieuwe itrmugranten aan, vooral vanuit de Oost-Europese landen. Velen ruilen dan een veelbelovende carrière in voor een onzekere toekomst. Het leven in Palestina is nog uitermate priimtief, de wegen zijn nog ongeplaveid, de water- en elektnciteitsvoorziening valt soms dagenlang uit. En het is er nog gevaarlijk ook. De fanatieke en meedogenloze Grootmoefti van Jeruzalem, de fanatieke geestelijke leider van de moslims in Palestina - een man die sterk met Hitler sympathiseerde -, laat geen gelegenheid voorbijgaan om zijn volgelingen tegen de Joden op te hitsen.

Dit weerhoudt de Joden niet om in een snel tempo hun samenleving op te bouwen. Het is indnikwekkend wat er in de jaren twintig in een korte tijd tot stand kwam: een vakorganisatie, een ziekenfonds, een universiteit, een technische hogeschool, een landbouwhogeschool, ziekenhuizen, een eigen taal (het Ivriet), nieuwe steden (o.a. Herzlia, Netanya), een eigen pers, een symfonieorkest....

Onlusten

De snelle toename van de Joodse bevolking leidde evenwel tot steeds meer onrust. In 1929 braken er hevige botsingen uit. Joodse nederzettingen werden aangevallen. Alleen al in Hebron vonden 67 Joden de dood en werden de Joodse enclaves verwoest, telefoondraden doorgesneden, bruggen opgeblazen en Engelse politieposten overvallen om wapens te stelen.

In 1930 verscheen een witboek dat de Joodse emigratie naar Palestina moest beperken In die tijd was McDonald premier van Groot-Brittannië. Toen al begon Engeland aan de Palestijnse druk toe te geven.

Nadat Hitler de macht gegrepen had (1933) en vérgaande anti-Joodse wetten had afgekondigd die de Duitse Joden van alle normale burgerlijke en menselijke rechten hadden beroofd, vluchtten duizenden ontwortelde en dakloze - veelal goed onderlegde, energieke - Joden met wat schamele bezittingen of met helemaal niets naar Palestina. Dat was het enige land waar ze naartoe konden, ondanks de beperkingen die Palestina had afgekondigd.

Voor zo'n 60.000 mannen, vrouwen en kinderen moest onderdak en werk komen. Een advocaat werd kippenfokker; een musicus werd kelner. De stnjd om de wedergeboorte van het land heeft het volk sterk gemaakt.

Maar ze waren er nog met. Nieuwe gevaren en ontberingen stond hen te wachten. De komst van zoveel Joodse immigranten leidde tot een bloedige Arabische opstand in april 1936. Honderden - met zorg aangeplante - bomen werden vermeld; men het treinen ontsporen, deed overvallen op bussen, stak korenvelden in brand en pleegde gewapende overvallen op Joden. Overal lagen Arabische sluipschutters op de loer. Nergens was men veihg. De ondergrondse zelfverdedigingsorgamsatie (de Haganah) reageerde nauwelijks, uit vrees dat de mandaatregering een motief zou hebben om de immigratie verder te beperken.

(wordt vervolgd) v.H.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 april 2003

Eilanden-Nieuws | 28 Pagina's

Joden niet gewenst

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 april 2003

Eilanden-Nieuws | 28 Pagina's