Troost door herdenken
De meidagen
De meicTagen zijn vooral vanaf 1945 gekenmerkt door herdenken! In de meidagen van 1940 werd Nederland in de Tweede Wereldoorlog betrokken. Deze was aan het eind van de zomer van 1939 ingeleid door afkondiging van de mobilisatie van het Nederlandse leger. Ik herinner me nog als de dag van gisteren hoewel het bijna zeventig jaar geleden is dat mijn vader als reservelegerpredikant werd opgeroepen. Hij moest zich melden in Den Helder, dus in de kop van NoordHolland.
Gedurende de mobilisatietijd en in de oorlogsdagen deed hij daar zijn werk onder de militairen. Daarop volgden de oorlogsjaren.
En dan de meidagen van 1945. Uit berichten, opgevangen via de op een geheime plaats verborgen radio, konden we de opmars van de geallieerde troepen in het zuiden van het land en later in het noorden, volgen. Ons gezin woonde in het Westland. Wij werden als laatsten bevrijd. De capitulatie van de Duitse troepen maakte een einde aan de bezetting. De roodwitblauwe vlag wapperend van de toren van de dorpskerk, bevestigde het nieuws van de bevrijding.
Nog altijd herdacht
Nog altijd wordt de bevrijding herdacht, in tal van plaatsen. Na een bijeenkomst in een kerk althans daar gebeurt dat in Apeldoorn is er de stille tocht naar het monument voor de gevallenen in het (Oranje)park. Via radio en televisie wordt Nederland in de gelegenheid gesteld om op afstand getuige te zijn van herdenkingen in Amsterdam, op de Waalsdorpervlakte in Den Haag en op tal van andere plaatsen.
De dodenherdenking gaat vooraf aan het vieren van de bevrijding, ook na zoveel jaren!
Wat is het motief om het verleden zich zo voor de geest te roepen en daarmee bezig te zijn?
Ontleend aan een Psalm De titel boven deze column
De titel boven deze column vinden we als opschrift boven een Psalm. U moet in Psalm 77 zijn om bij het onderwerp van deze column te komen.
Dat is een psalm die uit twee gedeelten bestaat. In de verzen 111 klaagt de dichter zijn nood aan God.
De klacht bijna zou men spreken van een aanklacht loopt uit op de verzen 10 en 11, die ik letterlijk citeer: "Heeft God vergeten genadig te zijn? Heeft Hij Zijn barmhardgheden door toorn toegesloten?" daarop volgt zelfs deze uitspraak: "Daarna zei ik: Dit krenkt mij; maar de rechterhand des Allerhoogsten verandert."
Het is nogal iets dat we hier over God lezen; men kan nog beter zeggen: wat we hier tegen God in lezen. Hoe er wordt geklaagd, ja zelfs beschuldigd! "De rechterhand des Allerhoogsten verandert."
Dit is wel een dieptepunt in de omgang met God. Hoe durft een mens dat tegen God te zeggen? Toch komen deze woorden in de Bijbel voor, nog wel uit de mond van een gelovige Israëliet.
En dan de wending. Op de zojuist geciteerde woorden volgt; "Ik zal de daden des HEEREN gedenken. Ja, ik zal gedenken Uw wonderen van oudsher; en zal al Uw werken betrachten en van Uw daden." (vs. 12, 13).
Door het herdenken van de daden des Heeren komt er een wending in het hart van de dichter. Na de klacht over God komt er de diepe verwondering. Hij gaat terug op wat God voor Zijn volk Israël is geweest, met name de verlossing uit Egypte en de doortocht door de zee!
In de wonderen van verlossing en bevrijding, in de zorg van God voor Zijn volk in de geschiedenis herkent de dichter God als een genadig, barmhartig en verlossend God.
God was en is aan het werk
De kern van Psalm 77 is dat de dichter God aan het werk ziet, hoe moeilijk de omstandigheden blijkens de verzen 811 ook geweest zijn.
In het bijbelse levensgevoel is er plaats voor verdriet, voor vragen vanwege het niet kunnen begrijpen van Gods weg met een mens of met een volk.
Het is goed om dat eens heel duidelijk uit te spreken. Zulke vragen worden niet weggedrukt of verzwegen. Integendeel, ze staan levensgroot als een schreeuw in de Bijbel.
Ze zijn echter niet het laatste woord en gelukkig ook niet het hoogste woord.
Boven deze smart en vertwijfeüng uit, gaat het gedenken van Gods daden van verlossing en bevrijding. Men leze de verzen 1519.
In het herdenken van Gods daden ligt troost. Ze zijn een houvast en een bemoediging om het geloof niet op te geven, maar er in te volharden.
Laten we ons herdenken van de meidagen toen, in de meidagen van nu mogen beleven als een bevrijding door Gods hand.
Hoeveel tranen er vergoten zijn, hoeveel verdriet er geleden is. God helpt er doorheen, ja zelfs er bovenuit.
Het slot van Psalm 77 luidt: "Gij leiddet Uw volk als een kudde door de hand van Mozes en Aaron". Het beeld van de Herder
Het beeld van de Herder wijst vooruit naar Jezus Christus, Die Zichzelf de Goede Herder noemt.
Bij alle verdriet en teleurstelling, door mensen teweeggebracht en ons aangedaan, zullen we de daden des Heeren gedenken daden en woorden van genade en ontferming.
Zo heeft het herdenken van de meidagen 1940 èn 1945 een diepe betekenis.
Troost door herdenken herdenken tot troost.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 mei 2008
Eilanden-Nieuws | 10 Pagina's