Vervolgverhaal

In de kerk schuifelen mensen, voornamehjk vrouwen en kinderen, van hier naar daar en weer terug Het IS met te zien waar ze naartoe gaan of waar ze vandaan komen Rustelozen zijn het, allemaal, net als de Bekenden zie ik met

Weer zie ik de man in het habijt voorbijgaan, er lopen ook nonnen

Ik moet denken aan de lezende man, naast vtie ik zat De laatste woorden die hij las, bhjven hangen 'Rusteloos blijft ons hart totdat het zijn rust vindt inU'

Aike huilt zachtjes en staat op 'Ik wü een kaarsje aansteken,' zegt hij 'Dat is goed,' zeg ik

HIJ blijft staan en tranen biggelen over zijn wangen Het zoute vocht valt op het natuursteen naast me en trekt een vvi)de krmg

'Ga maar, ik wacht hier op je' 'M'n centen ben ik ook verloren' Mijn hand schiet in de linkerzak van m'n boks en

Mijn hand schiet in de linkerzak van m'n boks en ik geef hem mijn beursje Aike pakt het aan en sjokt weg BIJ ons doen ze niet aan kaarsjes, maar ik ben bh] dat ik m'n ouwe maat kan helpen Hij doet het voor het zielenheü \ an z'n lieve Tnene Als hij denkt dat dat helpt, vooniit maar

Twee nonnen komen langs, de een met kroezen, de ander met water Ik vraag twee volle kroezen en laat die van mezelf opnieuw vullen voor Hakker Wat een heve mensen zijn dat hier Ze praten met, doen gewoon Als Aike terug is, geef ik hem de kroes water die

Als Aike terug is, geef ik hem de kroes water die hij gulzig leegdrinkt We kijken elkaar aan, zeggen mks Het wordt donker m de kerk, de avond valt Overal

Het wordt donker m de kerk, de avond valt Overal worden kaarsen ontstoken en de normen komen met brood Ineens zijn er veel meer nonnen dan vanmiddag

'We bhjven hier vannacht,' zeg ik tegen Aike 'Morgen moet ie me helpen' Hij kijkt me vragend aan

'Ik wd naar m'n huis gaan kiiken' 'Het heeft geen zm, alles is weg' 'Ik wil het zelf zien Ik wil het eerst zien, ik moet nog verder'

'Verder' Wat verder''

Boven uit de gewelven van het gebouw klmkt orgelmuziek Een klem orgel dat aan een püaar hjkt te hangen begmt te spelen Vrouwenstemmen zmgen mee, het zi)n de nonnen, denk ik. Later hoor ik ook mannenstemmen De mensen Imsteren, gaan zitten Aike slaat een kruis en sluit z'n ogen Geluidloos bewegen zijn lippen Deze muziek heb ik nog nooit gehoord, maar als vanzelf sluit ook ik mijn oog, vouw m'n handen en bid 'Laat de watervloed mij met overstromen en laat de diepte mij niet vershnden, en laat den put zijn mond over mij met toesluiten Ik weet het met meer Amen' Ook Aike is klaar met bidden en weer kijken we elkaar aan

'Ik moet er ook achter komen, ik moet ze vmden, Aike Morgen moet ik terug naar de plek Mis schien is het water gezakt en kan ik het zelf gaan zien'

Aike kijkt me aan Het zmgen is gestopt, we krijgen een paardendeken en nog een kroes water en er komt een zachte stilte in de kerk. De mensen proberen te rusten Er hudt een kmd Het geluid kan met verder dan het gewelf, de echo komt terug en dwaalt tussen de nissen en pilaren W^e wokkelen ons in de deken en proberen te slapen Ik denk na over de nieuwe dag, die onverbiddeliik komt, over mezelf en de dingen die moeten gebeuren Ik kan het me niet voorstellen dat ik niemand meer heb

Ik hoop dat Aike met me mee wil lopen, de lange dijk af, richting het dorp Ik moet het gaan ontdekken, maar ik kan het niet alleen Als het is zoals Ajke zegt, wat moet ik dan' W^e zullen die kilometers voor niks moeten lopen Misschien hgt mijn roeiaak er nog, maar de kans dat anderen hem nu gebruiken voor het reddingswerk is groot Ik moet me \ oorbereiden op het ergste Daarna ga ik doen wat ik moet doen

Veel slaap ik met De geluiden zijn hier anders dan op de plaat Het is onrustig en kmderen huilen, moeders troosten, maar het helpt met De nacht verstrijkt traag en ergens roept een kmd om zijn vader Ik hoor geen bromstem die het kmd geruststelt

Door de hoge ramen zie ik het eerste hcht binnenkomen Aike IS ook wakker Hier en daar lopen al nonnen met brood en w ater Hakker snuffelt aan een lege kroes Ik sta op en zoek een aai Als ik terugkom vTaag ik aan een non waar ik de pastoor kan vmden De non loopt voor me uit en brengt me naar zim kamer

'Waar zat je nou'' vraagt Aike 'Ik moest de pastoor spreken,' zeg ik. Verwonderd kijkt hij me aan 'Jij' JIJ bent toch met rooms'' 'Ga je met me mee zoeken'' vraag ik hem, zonder te antwoorden op z n vraag 'Ja, ik ga met je mee Maar eerst moet ik langs mijn

'Ja, ik ga met je mee Maar eerst moet ik langs mijn Tnene'

Als we buiten zijn, lopen we eerst naar de bakker en daar koop ik voldoende brood voor onderweg Drmken zullen we uit de rivier

Voor we de stad verlaten, lopen we naar de plaats waar de verdronkenen hggen Er staan nu kisten Bhjkbaar zijn ze vannacht m kisten gelegd Even verderop delven mannen de graven Aike vraagt wanneer de begrafenis is Een man zegt dat dit rond tien uur zal zijn, als de pastoor er is

'Ik bhjf bij je,' zeg ik tegen Aike, die niet meer weet waar zijn vrouw hgt en me vraagt op de hjst te kijken

'Op nummer 57,' zeg ik. Samen lopen we naar de plek. De hoge popuheren die hier staan, ruisen als de wind erdoorheen gaat En dan meens zijn ze weer stil, juist op het moment dat Aike het deksel dat al los op de kist hgt voorzichtig een stukje wegschuift

'Dag Tnene, dag heve,' mompelt hij 'Ik heb een kaarsje voor je aangestoken, hoor'

HIJ kijkt me aan en kijkt dan weer naar zijn Tnene 'Ze is gewassen door de nonnekes, dat weet ik zeker,' mompelt hij

Met de bovenkant van zijn hand streelt hij haar bleke gezicht, dat lijkt op de marmeren kopjes m de kerL Aan de binnenkant van zijn hand zie ik kloven Dan rusten zijn handen op het deksel van de kist Als hij het deksel op z'n plaats heeft geschoven zegt hij tegen me 'Ik blijf wachten op de man met de spijkers' Het IS pas zeven uur

Het IS pas zeven uur

'Ik wacht ook,' zeg ik en leg mijn hand op zijn schouder

We zijn halverwege Het is een troosteloos landschap bmnendijks Water en scheef gezakte huizen en boerderijen m de polder Van de dijkhuisjes waar veelal gnendwerkers m wonen, is het mmst over

Ik vroeg Aike of hij bever nog bij het graf van Tnene bleef, maar hu ging toch met me mee Hakker sjokt achter ons aan en ik bedenk wanneer ik het Aike zal vertellen Straks' Nu nog met' Eerst het huis zien

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen