Verbreding verdienmodel binnen visserijsector in volle gang
STELLENDAM – De verbreding van het verdienmodel van de kottervloot is sinds eind vorig jaar goed op dreef gekomen en piekte in het eerste kwartaal. Niet de door het ministerie van LNV gewenste verbreding van het verdienmodel, maar de flexibiliteit in het overschakelen naar andere vangstmethoden heeft de voorkeur bij veel vissers.
Vrijwel alle overgebleven visserijbedrijven die een boomkorkotter runnen, zien niets in de onrealistische adviezen van de overheid om multi-inzetbaar te zijn. Met multi-inzetbaar bedoelt het ministerie dat een boomkorkotter gedurende een bepaalde periode van het jaar ook werk kan verrichten voor de offshore, het onderzoek of zelfs ingezet kan worden voor het opruimen van lading die van megacontainerschepen overboord geslagen is. Een kotter is ontworpen om met vistuigen aan de slag te gaan en vissers zijn producenten die bijdragen aan de behoefte van Europeanen om gezond en onbewerkt voedsel te willen eten. De diversificatie van vangstmethoden is de boomkorvloot door de strot geduwd, want dit jaar is het tongquotum met liefst 60% verlaagd. Dat betekent dat de basis van het verdienmodel van een boomkorkotter, met tong als belangrijkste doelsoort, zeker daar waar het de opbrengst betreft, heel erg wankel is geworden. Omdat velen willen blijven vissen en totaal geen passie hebben voor andersoortige maritieme activiteiten, zijn andere vangstmethoden in beeld gekomen.
Ongequoteerd
De verlaging van het tongquotum heeft ervoor gezorgd dat er een ander visplan gemaakt moet worden om het hele jaar te kunnen renderen. Het hele jaar de boomkorvisserij uitoefenen met een gering tongcontingent is een riskante opgave. Gemiddeld genomen moet een kotter over minimaal 100 ton tong beschikken om een heel jaar rendabel te kunnen draaien. Voor sommigen dus onmogelijk. Vandaar dat een tijdelijke visserij met de bordentrawl op wijting en vooral pijlinktvis, immers ongequoteerd, in beeld is gekomen. Dat impliceert dat er een verbouwing moet plaatsvinden en een nettenrol op het achterschip nodig is. Half maart bereikte het aantal vissersvaartuigen dat bij zowel Damen Maaskant als Padmos voor een aanpassing voor de kant lag een piek. Onder andere de UK-68, TX-43, Z-201, OD-3 en de ARM-20 lagen voor de kant in verband met het plaatsen van een nettenrol of naar aanleiding van afronding van eerdere verbouwingsactiviteiten. Inmiddels staat vast dat de boomkorkotters GO 23 en de GO 37 dit jaar ook voorzien zullen worden van een nettenrol.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 april 2024
Eilanden-Nieuws | 20 Pagina's