De Wereld in uw Huis
Internet brengt de wereld en het wereldse in huis. Dat geldt voor open internet, maar voor een belangrijk deel ook voor gefilterd internet. Met een smartphone hebben we de wereld op zak. Sociale media en wereldse nieuwssites dringen een wereldse levensstijl aan ons op. Als we eerlijk zijn, kunnen we dit alles niet ontkennen. Maar de grote vraag is vervolgens: wat doen we in de praktijk met deze wetenschap?
In ‘De Banier’ van voor de oorlog heeft een tijdlang een column gestaan die als titel droeg: ‘Overdenkingen van Krijn’. In de column van 26 augustus 1932 gaat de schrijver feitelijk op bovenstaande problematiek in. 1 Internet, sociale media, wereldse nieuwssites, smartphones waren er toen uiteraard nog niet, maar wel wereldse dagbladen en niet te vergeten de radio. Die brachten ook de wereld in huis. Hieronder kunt u lezen hoe volgens schrijver Krijn onze opstelling zou moeten zijn tegenover dergelijke wereldse media. Maar mogelijk zegt u dat het gebruikmaken van internet niet helemaal te vergelijken is met het gebruikmaken van de wereldse media van toen. Want internet hebben we veelal voor ons beroep en voor een toenemend aantal andere nuttige zaken nodig, maar die wereldse media van toen bijna niet. Dat is juist, maar toch houdt Krijn ons wel een spiegel voor. Leest u maar mee:
Overdenkingen van Krijn
“Waarde lezers, de laatste dagen heb ik een paar keer een zogenaamde neutrale krant ontvangen en - laat ik het maar direct zeggen, want het moet me toch van het hart - voor de zoveelste maal heb ik me afgevraagd hoe het toch mogelijk is dat nog in zovele van onze gezinnen zulke bladen gevonden worden. Laat men zich toch niet wijsmaken dat het lezen van een zodanige krant geen invloed op iemands gedachten en karakter kan hebben. O, hoe vergissen degenen zich die er zo over denken! Men heeft - en daar ben ik het roerend mee eens - onder onze mensen weinig of niets op met de radio. Waarom? Is die radio op zichzelf zondig? Zeker niet. Deze uitvinding kan waarlijk wel zeer nuttig zijn. Denkt u bijvoorbeeld maar aan het gebruik ervan op schepen, voor het verzenden van berichten. Ook in een oorlog kan het radiobericht onschatbare diensten bewijzen. En trouwens, al was het alleen maar voor het snel verspreiden van marktberichten, beurskoersen enz., dan was de waarde van de radio op zichzelf al onnoemelijk groot. Maar… ja, er komt een grote ‘maar’ aan. Nu heeft de wereld op die uitvinding beslag gelegd voor vermaak. Nu komen daar in duizenden bij duizenden woningen de toneelspelen, de dansmuziek, de roomse of moderne of neogereformeerde preek en wat het al meer mag zijn. Allemaal dingen die vroeger in die huizen niet waren en die er ook nu niet behoren. Het oppervlakkige, jolige Christendom van onze dagen doet natuurlijk braaf mee. Nog onlangs is aangetoond dat die ‘Christelijke’ zender ook al walsen en dansjes afdraait, maar onder andere namen. En zo brengt de radio, of het nu ‘Christelijk’ of ‘neutraal’ of een mengsel van allebei is, ‘de wereld in uw huis’.
Ik las die woorden ‘de wereld in uw huis’ eens in een advertentie over die radiotoestellen en ik dacht zo bij mezelf: ‘dat is nu precies de waarheid’. Die fabrikant wil reclame maken, maar voor het volk dat van de wereld en haar zondige ijdelheden een walg heeft leren krijgen (zij het dan ook alleen maar uit kracht van opvoeding), betekent zijn woord een waarschuwing. ‘De wereld in uw huis’. En daarom heeft ons volk aan die radio allerminst behoefte. Nee, zo zeg ik het niet goed: ons volk mocht wel waakzaam zijn dat het zich tot deze dingen niet onder schoonschijnende, vroom klinkende maar nochtans holle en bedrieglijke leuzen laat verleiden. Men hale toch niet met open ogen de wereldse, zondige pretmakerij in zijn huis. Vooral met het oog op het opkomend geslacht is hier waakzaamheid terdege geboden. Waarom zou u voor uw jongens en meisjes de verleiding in uw huis halen? U mag dat niet doen omdat u het niet kunt verantwoorden. En wanneer u uw verantwoordelijkheid ook ten opzichte van de opvoeding van uw grotere kinderen helder bewust bent, dan zult u zich aan deze modedingen ook niet overgeven.
Zuigkracht
Ik weet dat velen van onze mensen het tot dusver geheel met me eens zijn. Vrijwel allen zullen de waarheid van het bovenstaande moeten toestemmen. Maar hoe durft men dan toch de tegenstrijdigheid aan om wel de radio te weren en niet de ‘neutrale’ en half wereldse, half Christelijke kranten?! Hoe is het mogelijk dat in gezinnen waar de oude waarheid in ere is, bladen worden gelezen die hetzij bedekt, hetzij openlijk die waarheid gram zijn en het in hun artikelen meermalen doen blijken aan de kennis van ’s Heeren wegen geen lust te hebben, maar integendeel, de paden van de wereld te beminnen en aan te prijzen. Hoe kan men er vrede bij hebben dat de kinderen schreeuwende bioscoopadvertenties met zwoele en sensationele opschriften lezen? Dat zij kennisnemen door middel van reclames van de meest goddeloze ziel en lichaam verdervende winkelartikelen die helaas in de grote stad openlijk te koop worden aangeboden? Al was het alleen maar het gevaar van die twee soorten advertenties dat uit de ‘neutrale’ pers dreigde, dan moest dit voor ouders die hun plicht verstaan, reeds voldoende aanleiding zijn om dergelijke lectuur uit hun huizen te bannen, voor eens en voor goed!
Maar daar is meer. Daar is de geweldige zuigkracht die op onze jeugd uitgaat van de sportverdwazing, waar hier ook mee te rekenen valt. Bladzijden vol kan men lezen over voetbalhelden, zwemkampioenen, boksers, wielrenners en ik weet niet wat al meer. Als ware sport het belangrijkste wat de wereld heeft, zo schrijft men erop los. Grote verslagen van wedstrijden op zondag, persgesprekken met kampioenen, foto’s van de gevierde grootheden in allerlei standen en liefst met zo weinig mogelijk kleren aan, minutieuze uiteenzettingen over de wijze van slaan van een of andere tennispeelster… Ziedaar, wat u te lezen krijgt. En denkt u nu dat dit alles uw kinderen onbewogen laat? Maar dan vergist u zich deerlijk en u zult te laat die vergissing bewenen! Van die enorme en in de grond goddeloze sportvergoding gaat voor de grote massa een sterke bekoring uit. Vraag eens aan een jongen zo van 16 of 17 jaar, ook uit onze kringen, of hij vijf beroemde voetballers kent. Tien tegen een dat hij u vlot wat namen noemt. Maar vraag hem eens naar het leven van Calvijn, prins Willem of Datheen. Vraag hem eens naar de betekenis van de Dordtse Synode bijvoorbeeld (…). Tien tegen een dat hij met een mond vol tanden staat. Dat nu is het vreselijke: dat degelijke lectuur wordt achtergesteld bij de sportkranten. En zult u, ouders, eraan meewerken dat uw kind door de massale suggestie wordt aangegrepen en de eerste stap zet op de weg naar het oppervlakkige, wereldse leven? Maar dat zou toch vreselijk zijn!
Verleidingen weghouden
O zeker, u kunt er uw kind niet voor bewaren in eigen kracht. Daar ben ik evenzeer als u van overtuigd, mijn lezer. Maar dat ontslaat u niet van de verplichting om alles te doen wat in uw vermogen is om de verleiding uit de omgeving van uw kroost weg te houden [vet; AV]. En dat doet u zeker niet als u avond aan avond de wereld in uw huis haalt door middel van een zogenaamd ‘neutraal’ dagblad. De ernst van dit gevaar kan u niet sterk genoeg worden aangezegd. Trouwens, zou u denken dat uzelf niet de invloed ondergaat van zulke lectuur? Als u dat denkt, staat het niet goed met u! Want dan bent u er reeds zo aan gewend dat u niet meer bemerkt hoe alles indruist tegen Gods Woord. De invloed van dergelijke bladen ondergaat u niet plotseling en snel, nee, langzaamaan, druppel voor druppel wordt het gif ingenomen. En straks zult u ontzet en verslagen staan bij de ruïnerende gevolgen, hetzij bij uzelf, hetzij bij uw kinderen.
Lezers, het moest toch onder ons alzo niet zijn. Laat er toch een radicaal breken komen met deze slechte en gevaarlijke gewoonte voor het te laat is. Ik hoop dat deze weinige en eenvoudige regels nog dezulken eens aan het denken brengen die aan de ‘neutrale’ kranten vasthouden. En dat ze hun fout zullen inzien en herstellen door het kloeke besluit: die ‘neutrale’ krant mijn huis uit en nooit meer erin! Voor onze gezinnen is degelijker lectuur nodig, namelijk zulke die zich bij alle voorlichting richt naar het onfeilbaar en eeuwig blijvend Getuigenis des Heeren.”
Conclusie
Wanneer we de bovenstaande woorden goed op ons laten inwerken en vervolgens projecteren op de situatie in onze tijd, moeten we dan niet zeggen dat we in het algemeen gesproken te ver zijn doorgeslagen in het gebruik van de moderne media met alle gevolgen van dien voor ons en onze kinderen? Gebruik van sociale media zoals Facebook en Instagram is meestentijds niet noodzakelijk, terwijl die ons de wereldse levensstijl wel indringend onder ogen brengen. Laten we daarom zoveel mogelijk stoppen met het gebruik ervan! Ook moeten we eens eerlijk overwegen of we niet aan een mobiel zonder internet genoeg hebben. En het raadplegen van wereldse nieuwssites is sowieso niet nodig, want www.refdag.nl biedt ons voldoende nieuws- en achtergrondinformatie.
Onszelf zonder noodzaak in verleidingen begeven, is dubbel gevaarlijk en tegen de Schrift. Te wijken van het kwaad en te bidden: ‘leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den boze’ is een uitnemender weg. Dat is ook de weg die Pieter Boddaert (1694-1760) aanwijst in zijn gedicht 2 over de zesde bede van het Onze Vader, waaruit we tot slot enkele gedeeltes citeren:
“Maar vergeefs is al mijn bidden,
IJdel is gewis mijn hoop,
Zo ’k moedwillig in het midden
Der gelegenheden loop,
Daar de vijand zijne netten,
Of bedekt of openbaar,
Op de vangst komt uit te zetten,
En ’k mijzelf werp in ’t gevaar.
’t Past mij dan vooral te smeken,
Om bewaring voor mijzelf,
Die met denken, daden, spreken
Zelf mij duizend putten delf.
Kwam ’t mij meerder in gedachten,
Dat ik voor ’t besmette kleed
Mij met ware haat moest wachten,
’k Zou mij moog’lijk zo gereed
In geen zielsgevaar begeven.
’k Trachtte meer in ’s Heeren kracht,
Nader bij mijn hart te leven,
En te houden goede wacht.
(…)
Leer mij op het Heilwoord achten,
Als een noordstar die nooit faalt.
Stuur mijn wil en mijn gedachten,
Eer mijn harte van U dwaalt.
Leer mij steeds mijzelf verzaken
En mistrouwen mijn verstand.
Wil Gij Zelf toch voor mij waken
En mij leiden bij de hand.
Zo zal mij geen wereld schaden.
Satan, in zijn macht verkort,
Zal mij ook niet weer verraden,
Als hem ’t hart gesloten wordt.
Noten:
1) ‘Overdenkingen van Krijn’, in: De Banier, 26 augustus 1932 (herspeld)
2) P. Boddaert, Stichtelyke gedichten, Middelburg 1741, p. 172- 173 (herspeld)
Fotoverantwoording:
a t/m c: depositphotos
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 2018
In het spoor | 64 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 2018
In het spoor | 64 Pagina's