Vragen.
Waarom wordt de stam Dan gemist in Openbaring 7?
Een belangstellend lezer vroeg ons al voor een poos, waarom toch de stam Dan m het zevende hoofdstuk der Openbaring van Johannes wordt gemist. Daar worden de twaalf stammen genoemd, en uit eiken stam zijn er 12000 verzegeld ten leven. Behalve het geslacht van Jozef, waarmee vooral Efraim zal bedoeld worden, wordt er uitdr.ukkelijk genoemd het geslacht van Manasse, tezamen met Gad. Een deel van Manasse bewoonde tezamen met Gad, met wien hij hier samen genoemd wordt, het Üverjordaansche. Jozef is tot twee stammen geworden; en nu valt Dan uit. Waarom nu juist hij? Er is allerlei over gezegd. Misschien mogen we met de geboorte beginnen. Dan is de eerste zoon van Rachel, Bilha's dienstmaagd. 'Rachel heeft dezelfde verkeerdheid begaan als Sara. Daar ze niet mear geloofde, dat God haar zelf een zoon zou geven, gaf zij hare slavin Bilha aan Jakob tot vrouw. Dat is een werk des vleesches. Rachel was blijde, toen Dan geboren werd. Bij God was het niet goed. Hij gaf op Zijn tijd aan Rachel toch een zoon, Jozef. Die Jozef wordt verdubbeld. De stam van zijn oudsten zoon Manasse wordt een afzonderlijke stam. Dan verdwijnt langzamerhand. Hij trekt naar het Noorden. Later in 't Boek der Kronieken wordt hij, zooals de Statenvertaling herinnert, reeds niet meer vermeld, 's Menschen werk komt niet in aanmerking.
Er is meer. Jozef weidde volgens Gen. 37 VS. 2 de kudde met de zonen van Bilha en de _ zonen van Zilpa en brach hun kwaad gerucht tot hun vader. Hierom vermoedt men, dat vooral Dan tegen Jozef zal gestookt en verraderlijk zal gehandeld hebben. Het ligt voor de hand. Juist Dan, de eerste zoon van Bilha de dienstmaagd, wordt wegens Jozef den echten zoon van Rachel achteruitgezet. Zou zich de verhouding tusschen Ismaël en Izak niet herhaald hebb.en ?
Vader Jakob heeft bij zijn zegen. Gen. 49, dien verraderlijken aard in Dan gezien en hem vergeleken bij eene slang, die een paard in de poot bijt, zoodat de ruiter met het paard valt. Hij zag het zeker reeds in den zoon zelf, en dan vooruit in den stam. Daarbij werd het hem donker voor de oogen ; de nood kwam over hem. Juist daar roept hij uit: Op Uwe zaligheid wacht ik Heere! Alleen de toevlucht tot het heil des Heeren kan hem over die sombere vooruitzichten heen doen zien.
Reeds vs. 16, voor dat Jakob die sombere voorspelling doet, geeft te kennen, dat er iets is met dien Dan. «Dan zal zijn volk richten, als een der stammen Israels». Dat ziet er reeds zoo uit, alsof hij er eigenlijk maar half bij hoort, alsof het een bijzondere gunst is, dat hij er bij geteld mag worden.
De richter uit Dan is gekomen, Simson. Maar in weerwil van diens sterkte is het niet gekomen tot eene krachtige overwinning over de Filistijnen, zooals bij de andere richters. Het bleef bij enkele slagen, die verlichting gaven aan het volk maar geen verlossing.
Het Boek der Richteren geeft nog eene geschiedenis, waarin de goddelooze aard van den stam Dan uitkomt. Hoewel hun door Jozua aan de Westkust een erfdeel was toegewezen, hadden zij het land niet veroverd. De bezitters waren hun te sterk, en ze geloofden niet. Maar ver in het Noorden overrompelden zij een vreedzaam volk en stichten daar de stad Dan. Op den weg daarheen namen zij van een man op het gebergte Efraim wiens naam Micha was, een gesneden beeld mee, dat die Micha voor zijn geld had gemaakt en haalden den priester dien Micha had aangesteld voor dat beeld, over om met hen te gaan. Toen Micha er iets van zeide, bedreigden ze hem. De stad Dan wordt de zetel van beeldendienst. Later werd te Dan één der beide gouden kalveren gezet, die Jerobeam maakte, opdat de Israëlieten uit zijn rijk niet naar Jeruzalem zouden gaan.
Aan verraderlijken moord paart zich hier eigenwillige godsdienst. Het is weer de zoon der dienstmaagd, die niet erft met den zoon der vrije. De twaalf geslachten, uit wie del44000 verzegeld zijn, vertegenwoordigen de Gemeente Gods, Dan wordt daar niet bij genoemd.
Hierbij moeten we niet denken, dat er nu uit Dan niet één zou zijn zalig geworden en evenmin als het in de bedoeling ligt, dat er in den loop der tijden uit elk der genoemde stammen precies 12000, niet één meer of minder, in den hemel komen. Maar het is de vraag, wie in de gemeente genoemd mag worden en wie niet. Dan, de man van eigen werk, die de voorrechten wil houden, die hem niet toekomen, die niet gelooft maar moordt waar God hem niets bevolen heeft, zwak waar hij sterk, sterk waar hij zwak moet zijn, Dan wordt voorbijgezien ondanks zijne macht en zoogenaamde godsdienstigheid. Jozef, dö verdrukte, gehate, verkochte, verachte, de meester-droomer, komt tot eer; de broeders buigen voor hem, ook Dan. Straks wordt hij tot een dubbelen stam, en de naam van dien Dan, "die het vijandelijk element in Israël vertegenwoordigt, wordt uitgeroeid.
(Zie de uitlegging van Dr. Tjalma over de Openbaring bij H. 7).
L.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 6 juli 1930
Kerkblaadje | 4 Pagina's