Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Calvijn over de Joden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Calvijn over de Joden

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer het waar is, dat hij Israël het hartelijkst liefheeft, die het vurigst voor Israël bidt, dan heeft de hervormer Calvijn daarin een eerste plaats ingenomen en anderen daartoe opgewekt, zoals een blik in de Liturgie van Geneve uit het jaar 1543 (La forme des prières) ons laat zien, waar in het gebed na de prediking ook aan Israël wordt gedacht: "Uw volk Israël heeft U vaak tot toorn verwekt door zijn misdaden. Gij hebt naar Uw rechtvaardig oordeel hen gestraft, maar wanneer zij zich weer tot U wendden, hebt Gij hen in ontferming aangenomen. Hoe krenkend hun beledigingen ook waren. Gij hebt uit liefde tot Uw verbond dat Gij met Uw knechten Abraham, Izaak en Jakob gemaakt hadt. Uw roede en Uw vloek nog afgewend, zodat hun gebeden door U niet afgewezen worden".

Of Calvijn ooit gelegenheid heeft gehad zijn liefde tot Israël door het onderwijzen van Joden ook in de praktijk te tonen, is niet bekend, maar ook niet waarschijnlijk. In Zwitserland waren maar weinig Joden; slechts in enkele kantons werden zij geduld, maar in de meeste mochten zij zich niet vestigen . . .

In het jaar 1561 vroeg de predikant van Winterthur, Ambrosius Blaurer, aan Calvijn of in een Christelijke staat Joden geduld mochten worden. In zijn woon- 21plaats woonde al vele jaren een Joods gezin, dat door de meeste inwoners gehaat werd. Velen eisten dat dit gezin uitgewezen zou worden, maar het bestuur van Winterthur was besluiteloos. Hoe jammer, dat het antwoord van de Hervormer op deze vraag niet bekend is, al staat het naar onze overtuiging vast!

uit; Gods grote daden aan Israel, blz. 19. Medegedeeld door Ds D. van Heyst.

Dit artikel werd u aangeboden door: Stichting Vrienden van dr. H.F. Kohlbrugge

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 januari 1988

Kerkblaadje | 8 Pagina's

Calvijn over de Joden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 januari 1988

Kerkblaadje | 8 Pagina's