Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een God van wonderen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een God van wonderen

ZACHARIA 8: 1-8

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vorige keer stonden we stil bij de woorden die Zacharia spreken moest in antwoord op de vraag over het vasten. De boodschap was duidelijk: het gaat niet om de godsdienstige vormen, maar om de hartelijke gehoorzaamheid aan de Heere. Dat was vroeger zo – Zacharia heeft uitvoerig teruggegrepen op de woorden van de profeten van weleer – en dat is nog altijd zo. Die blik in het verleden bleek een blik op een zwarte bladzijde. De vaderen, zo hoorden we immers, ‘weigerden op te merken’ en ‘zij maakten hun hart als een diamant’. Nu wendt de profeet de blik echter naar de toekomst. En dat blijkt een genadige wending! Uit de woorden die Zacharia nu spreken mag, blijkt zo duidelijk dat de Heere in gunst en niet in wraak Zijn lust vindt. En eindigde hoofdstuk 7 met ‘Maar Ik heb hen weggestormd…’, nu horen we: ‘Ik heb geijverd over Sion met een groten ijver…’ Dat de profeet de blik naar de toekomst wendt, betekent niet dat hij enkel in de verte ziet; de toekomst neemt al een begin in het heden. De Heere wil van genade weten; de herbouw van de tempel die bezig is, is daarvan een heerlijk teken.

De boodschap die Zacharia nu brengen mag, heeft een bijzondere vorm. Tot tien keer toe klinkt in dit achtste hoofdstuk: ‘Alzo zegt de HEERE…’. Het gaat dus om tien Godsspraken, tien machtige beloften van heil. Veel van wat we nu horen herinnert aan wat we eerder in dit boek al hebben gehoord en gezien. Het is alsof Zacharia het zijn volk nóg weer eens voor moet houden, om zodoende Gods beloofde heil van een uitroepteken te voorzien.

In de eerste Godsspraak (vers 2) zegt de HEERE: ‘Ik heb geijverd over Sion met een grote ijver…’ Zijn liefdesijver is ontbrand. Voor Sion betekent dat een rijke zegen; voor haar vijanden betekent het dat ze te maken krijgen met Gods toorn. Waarin de zegen voor Sion gelegen is, blijkt uit de tweede Godsspraak (vers 3). Hij zal terugkeren en weer wonen in Jeruzalem. Daaraan zien we tegelijk hoe aangrijpend het oordeel was geweest. De Heere was van de stad geweken, Hij was van hen heengegaan. En wat een vreugde dan als Hij weerkeert! De uitwerking is er dan ook naar: we horen van vernieuwing en van heiliging. Jeruzalem zal genoemd worden ‘een stad der waarheid’ en Sion ‘een berg der heiligheid’. Vóór de ballingschap had de Heere de stad wel met Sodom en Gomorra vergeleken en haar om haar ontrouw een hoer genoemd. Nu krijgt ze een nieuwe naam! Ze zal de ‘stad der waarheid’ of ‘de getrouwe stad’ heten. Sion zal weer een heilige berg zijn, omdat hij van God begeerd is en met Zijn woning hoog vereerd is (Ps. 132). De Heere is er weer te vinden voor wie Hem met ootmoed en verwachting zoekt. De heerlijkheid die zich hier aftekent, gaat uiteindelijk die van een aardse stad te boven. Ontwaren we hier niet de contouren van het nieuwe Jeruzalem?

Die gedachte dringt zich temeer op als ons in de derde Godsspraak een blik gegund wordt ín de stad (vers 4-5). Oude mannen en vrouwen zullen er op de straten zitten en veel jonge kinderen zullen er spelen. We zien: als Hij er woont, is het er goed toeven voor Zijn volk. We zullen deze woorden moeten zien als een tekening van een tijd van heil. De ouderdom geldt Bijbels gezien als een kostbare gave. Dat er veel ouden van dagen in de stad te vinden zijn, laat ook zien dat er vrede heerst. Het beeld dat oprijst uit deze woorden staat immers in schril contrast met een stad in oorlogstijd, die gekenmerkt wordt door verwoesting en vele doden. De vele kinderen op de straten van de stad tonen dat God Zijn belofte vervult aangaande het talrijke nageslacht uit Abraham. Wat een vrede en wat een aangename rust heersen in deze stad waar de HEERE wonen wil! Zoals ds. J. Westerink in zijn prachtige boek over deze profeet opmerkt, is de verleiding groot om hier bij wijze van contrast lijnen te trekken naar de praktijken van abortus en euthanasie. Of op zijn minst de vraag te stellen: Komen we die niet daar tegen, waar de Heere níet woont?

Deze heerlijke boodschap kan in de ogen van Zacharia’s tijdgenoten – die niet meer zijn dan een rest – te wonderlijk zijn, maar daarom is het dat in de ogen van de HEERE niet! Dat is de vastheid waar de vierde Godsspraak stem aan geeft (vers 6). Het is het hart van deze eerste vijf heilsbeloften. Hij is God en geen mens. Bij Hem zal geen ding onmogelijk zijn. Wie deze stad in het oog krijgt, kan maar zingen: ‘Dit werk is door Gods alvermogen, door ’s HEEREN hand alleen geschied. Het is een wonder in onz’ ogen: wij zien het, maar doorgronden ’t niet!’ De vijfde Godsspraak (vers 7-8) verkondigt dat de HEERE Zijn volk uit het Oosten en het Westen brengen zal om hen te doen wonen in Jeruzalem. Hier zal in de eerste plaats te denken zijn aan de achtergebleven Judeeërs. Hij noemt ze vol liefde ‘Mijn volk’. Om Hem tot een volk te zijn, terwijl Hij hun tot een God zal zijn. De uitdrukking ‘van de opgang der zon tot aan haar ondergang’ kan ook betekenen dat ze overal vandaan zullen komen. En zo is het gegaan. In Zacharia’s eeuw. En daarna, ook voorbij de grens van de oude bedeling. De HEERE brengt ze toe. Hij brengt ze tot de gemeenschap van Zijn Zoon. Rechtvaardig in Hem zullen ze altoos bij Hem wonen.

Sommelsdijk,

ds. P.C. Hoek

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 november 2020

Kerkblad | 24 Pagina's

Een God van wonderen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 november 2020

Kerkblad | 24 Pagina's