Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De separerende prediking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De separerende prediking

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

IN ONZE TIJD GAAT DE SEPARERENDE PREDIKING STEEDS MEER VERDWIJNEN. EN DAT ZOU ONS MET DIEPE ZORG MOETEN VERVULLEN. WIJ WILLEN EERST MET ELKAAR NAGAAN WAT NU EIGENLIJK SEPARERENDE PREDIKING IS. EN DAN WILLEN WIJ ONS VOORAL HOUDEN AAN GODS WOORD EN WEL IN HET BIJZONDER AAN DE PREDIKING VAN DE HEERE JEZUS. HIJ HEEFT GODS WOORD VOLMAAKT GEPREDIKT. WIJ WILLEN ECHTER OOK MET ELKAAR NAGAAN WAT DE BEZWAREN ZIJN, DIE IN ONZE TIJD TEGEN EEN SEPARERENDE PREDIKING WORDEN INGEBRACHT EN WIJ WILLEN EEN ERNSTIGE POGING DOEN OM DIE BEZWAREN TE WEERLEGGEN.

Wat is nu eigenlijk separerende prediking

Misschien is het u wel bekend dat ik ben opgegroeid in Rotterdam. Wij hadden vroeger thuis een voor- en achterkamer, die door schuifdeuren van elkaar gescheiden waren. Soms werd die afscheiding tussen de voor- en achterkamer ook wel separatie genoemd. Dat is een Latijns woord en dat betekent scheiden. De separatie gaf in de woning waarin ik opgroeide de scheiding aan tussen de voor- en de achterkamer. Separeren betekent dus in dat licht gezien: onderscheidenlijk preken. In de prediking moet een onderscheid openbaar komen. Wat dat betekent heeft dr. T. Hoekstra in zijn gereformeerde homiletiek als volgt onder woorden gebracht: ‘De zuivere lijn moet getrokken worden tussen hen die in waarheid God vrezen en hen die het Evangelie van Christus ongehoorzaam zijn...’. Wie denkt dan met mij niet aan de sleutelmacht, die Christus aan Zijn discipelen en daarin aan Zijn Kerk en dan bijzonder aan Zijn dienstknechten heeft gegeven? Een sleutel is immers om in- en uit te sluiten. De scheidslijn moet in de prediking op grond van Gods Woord duidelijk getrokken worden. Iedereen die het kerkgebouw verlaat na de prediking van Gods Woord moet weten waar hij of zij aan toe is.

In de rechte prediking heeft de predikant er duidelijk oog voor te hebben, dat er ondanks alles toch maar twee soorten kerkmensen zijn. De scheidslijn valt niet samen met de kerkmuren, maar die scheidslijn loopt dwars door de gemeente heen. Het is een scheidslijn die voor het oog onzichtbaar is. Daarom spreken wij wel over een zichtba-re- en een onzichtbare kerk. De Heere Jezus heeft aan het einde van de Bergrede, de gelijkenis uitgesproken van de wijze en de dwaze bouwer. Zo besloot de Heere Jezus Zijn prediking. Beiden bouwden een huis, alleen had het huis van de dwaze bouwer geen goed fundament. Hij bouwde op het zand, terwijl de wijze bouwer zijn huis bouwde op de steenrots. Eigenlijk staat er ‘in de steenrots’. Voor het oog was er geen onderscheid, dat werd echter anders toen de waterstromen kwamen en de winden gingen waaien. Toen kwam het onderscheid openbaar. Dat fundament van die wijze bouwer zat onder de grond. Dat was onzichtbaar. Ook in de bekende gelijkenis over de vijf wijze en vijf dwaze maagden heeft de Heere Jezus gesepareerd in Zijn prediking. Ook daar was het verschil niet te zien. Het was aan de buitenkant niet te zien, dat die vijf wijze maagden ook olie in hun vaten hadden en die vijf dwaze maagden niet. Het waren allemaal maagden, laten wij dat goed vasthouden. Wij zouden zeggen in onze tijd tien jonge vrouwen, die voor het oog een heel nette levenswandel hadden. Daarom worden ze toch maagden genoemd! Dus het gaat hier niet om kerkmensen en wereldse mensen, maar alleen om kerkmensen. Net zoals in de eerste gelijkenis van de wijze en de dwaze bouwer.

Met dit gegeven hebben wij in de prediking heel ernstig rekening te houden. De prediking moet zich richten op Gods kinderen, maar ook op de onbekeerden. Beiden moeten in de prediking worden aangesproken. Een preek mag niet ontaarden in een stichtelijke toespraak voor Gods kinderen, maar ook niet in een evangelisatietoespraak voor de onbekeerden. De preek moet niet alleen beschrijvend zijn, maar ook appellerend. Hierbij betreft het appellerend element in de prediking ook Gods kinderen. Wat is het gebed toch nodig voor Gods knechten om de Heere te smeken of ze getrouw mogen zijn in de bediening om het brood der kinderen niet te nemen en de hondekens voor te werpen. Er moet een duidelijk onderscheid worden gemaakt in de prediking van Gods Woord. Altijd maar weer moet worden gevraagd wat het adres is van de boodschap.

Het valt mij steeds meer op dat het vooral de oudere mensen zijn die nog weten dat er twee wegen zijn. En dat er een wonder in het leven van een mens moet gebeuren om van de brede weg gebracht te worden op de smalle weg. Hoewel die onderscheiding ook bij de ouderen aan het vervagen is. Bij de jongeren ligt dat over het algemeen anders. Als er in de prediking niet meer wordt gesepareerd op grond van Gods Woord, dan bedriegen wij mensen voor de eeuwigheid en daar moet in de prediking duidelijk op gewezen worden. Soms krijg ik de sterke indruk dat de mensen zich vroeger nog konden bedriegen, maar nu in onze tijd komt dat steeds minder voor. Volgens mij is het precies andersom. De leugen gaat steeds meer hoogtij vieren, de duivel krijgt steeds meer vrij spel, dat zie je in de wereld, maar ook in de kerk, want die geest houden wij niet buiten de kerk. Het zijn de geestelijke boosheden in de lucht en de lucht dringt overal door.

Een nadere separatie

Wij hebben het eerst gehad over de staat van de mens. Van nature zijn wij dode zondaren. Wij moeten levend worden gemaakt. Dat is het wonder van de levendmaking of van de wedergeboorte. Er is slechts een tweeërlei staat, het is dood of levend. Wij zijn in Adam en dat is de dood of wij zijn van Adam afgesneden en door een oprecht geloof, gewerkt door de Heilige Geest, in de wedergeboorte in Christus ingelijfd. Nu is er echter nog een nadere separatie zowel naar de ene kant als ook naar de andere kant. Daarmee bedoelen wij zowel naar de onbekeerden als naar de bekeerden. Er zijn mensen die de eerste separatie nog wel willen. Ze willen nog wel horen, dat wij van nature dood zijn door zonde en misdaden, maar ze willen niet horen van een nadere separatie. Dat gaat ze te ver. Ze willen liever niet horen dat er ook standen zijn in het genadeleven. Echter, ook als een mens niet wederom geboren is, is er verschil en dan gaat het over mensen die leven op de erve des verbonds onder de bediening van Gods Woord. Ook over die verschillende soorten mensen, die leven onder de bediening van Gods Woord en toch nog onbekeerd zijn, heeft de Heere Jezus duidelijk gesproken.

Onverschillige mensen

Dus niet alle dode zondaren zijn hetzelfde. Er is onderscheid tussen mensen die leven onder de bediening van het Woord en toch het leven der genade niet deelachtig zijn. Wij hebben ook hier de Heere Jezus in Zijn prediking als Sions hoogste Profeet ten voorbeeld. Hij heeft ons de gelijkenis geleerd van het zaad in de akker. Dat zaad viel bij de weg, dat zijn de onverschillige kerkmensen, die de preek al kwijt zijn als ze het kerkgebouw verlaten. Zij horen de prediking niet eens meer. Ze keren op den duur de kerk de rug toe. Het zijn over het algemeen de potentiële kerkverlaters. Ze komen niet alleen onder jongeren voor, maar ook onder ouderen. Er zijn ook ouderen, die totaal onverschillig in Gods huis zitten. Als een mens jong is dan zegt de duivel: je hebt de tijd nog wel en als een mens oud is, dan zegt hij: je hebt je tijd nu gehad.

Dus onverschillige mensen kom je tegen van jong tot oud. Jonge mensen die werkelijk onverschillig zijn zullen echter wel eerder breken met de kerk. Ouderen blijven meestal wel zitten. Ze blijven niet zomaar thuis, maar de prediking gaat wel langs hen heen.

Oppervlakkige mensen

Onder de oppervlakkige mensen zijn mensen die zoveel beter lijken. Het gevoel wordt snel geraakt en ze zitten bewogen onder de prediking te luisteren. Ze lijken op Orpa. Er zijn er bij die eerst werelds hebben geleefd. Ze worden netter. Ze hebben soms liefde tot Gods volk. Orpa had Naomi lief. Het heeft haar echt heel wat gekost om afscheid van haar te nemen. Het zaad valt echter in de ondiepe aarde. Dat zijn de oppervlakkige hoorders van het Woord. Het zaad ontkiemt spoedig, maar het verdort als de zon in haar kracht gaat schijnen. Zolang er maar geen beproevingen komen gebeurt er niets, maar als de beproeving komt dan bezwijkt het tijdgeloof. Ze zijn meestal niet zo gesteld op een ontdekkende prediking. Ze leven vooral op hun gevoel. Ze zijn als de dochters van Jeruzalem, die hartelijk weenden om het lijden van de Heere Jezus. Ze zien hun gevoel aan voor het geloof. Ook dat is een heel groot gevaar. Ook zulke mensen moeten onder de prediking van het Woord worden gewaarschuwd. Ook aan zulke mensen moet aandacht besteed worden in de prediking van het Woord.

Tweeslachtige mensen

Het zaad viel ook onder de doornen. Het zaad wies ook, maar de doornen ook en zij verstikten op den duur het goede zaad. Zo zijn er heel wat kerkmensen, vooral onder onze jongeren, die in twee werelden leven. Ze proberen God en de wereld te dienen. Als de Heere dan niet genadig ingrijpt dan wint de wereld het. Ze hinken op twee gedachten. Ze zijn nooit tot de hartelijke keus des geloofs gekomen, die Gods kinderen door genade mogen maken. Ze willen met hun ene been op de brede weg wandelen, die naar het eeuwig verderf voert en met hun andere been op de smalle weg, die tot het eeuwige leven leidt. Wij zullen verstaan, dat het onmogelijk is om de Heere te dienen met een half hart.

Onder de tweeslachtige mensen mogen wij ook rekenen de hypocrieten. Een hypocriet was vroeger in Griekenland een toneelspeler. Die toneelspeler kon een arme sloeber zijn, maar hij speelde in het toneelspel voor koning. Hij deed zich heel anders voor dan hij was. Dat is een hypocriet. Die gedraagt zich anders dan hij of zij is. Het zijn geveinsden. Judas is zo iemand. Hij wist maar al te goed, dat de zonde hem nooit de dood was geworden. Zijn boezemzonde was de geldgierigheid. Met die zonde is nooit een breuk gekomen, die zonde heeft hij gekoesterd en het is tenslotte zijn val geworden. Hij diende de Heere Jezus voor een goede positie, voor aards gewin. Hij was een verscheurende wolf in schaapsklederen. Hij vertoonde wel de gedaante van de godzaligheid, maar hij heeft de kracht daarvan verloochend.

Onder de tweeslachtige mensen zijn er ook, die heel anders zijn. Ze bedriegen zichzelf ook en zijn ook nooit van koning veranderd. Ze zijn altijd in hetzelfde regiment blijven dienen. Ze strijden onder de verkeerde banier. Ze menen, met Saulus van Tarsen van eertijds, Gode een dienst te doen, maar bedriegen zichzelf. Ze hebben een godsdienst waar ze voor God niet mee kunnen bestaan. Ze menen Abrahams zaad te zijn, maar gaan wel voor eeuwig verloren.

Zo is er een onderscheid tussen kerkgangers. Er zijn er die vreemd zijn aan het geestelijke leven. En dat onderscheid moet in de prediking wel worden aangegeven. Er zijn er onder de hoorders, die naar hetgeen de Heere Jezus heeft gezegd ‘niet verre zijn van het Koninkrijk Gods’. Of ‘die tot de hemel toe verhoogd zijn’. Ze zijn er niet ver bij vandaan, maar ze zijn er wel buiten. En als zij verloren gaan, dan zullen ze met vele slagen geslagen worden.

Wordt vervolgd

Katwijk aan Zee, ds. B. Reinders

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 december 2020

Kerkblad | 24 Pagina's

De separerende prediking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 december 2020

Kerkblad | 24 Pagina's