Uien laden over de grens

Een prachtige rode Volvo is het, met opdeachterkant van de trailer… „Kijk eens,” wijst Leonard enthousiast. „De Hollandse en de Zeeuwse vlag!” De trailer isnuleeg, maar gisteren zat hij nog vol met uien. Juun natuurlijk, volgens de Zeeuwse broers.

Held Op Sokken

Behendig klimt Leonard de drie treden naar de cabine van devrachtwagen op. Manuël klautert er achteraan. Bij de ingang zit een sticker. ”Held op sokken”, staat erop. De jongens trekken snel hun schoenen uit. In deze vrachtwagen komen alleen helden op sokken. Zoblijft decabine mooi schoon.

Met Papa Mee

Leonard ploft op de chauffeursstoel, achter het grote stuur. „Gisteren had ik echt geluk”, grijnst hij. „Ik was vrij van school. Kon ikmooi met papa mee. Midden in de nacht maakte hij mewakker. We reden naar Duitsland om een vracht uien op te halen. Die moest hier in Nederland gelost worden.”

Manuël klopt op het smalle bed, achter de stoelen: „Als papa ’s nachts rijdt, kun je hier slapen.” Leonard knikt: „Dat lukt mij meestal niet, maar deze keer sliep ik toch een uurtje. Omzeven uur ’savonds kwam ik pas weer thuis. Toen was ikzomoe, dat ik gelijk naar bed ben gegaan.”

„Ik ga alleen overdag mee”, vertelt Manuël. Pas haalde papa fruit op. Toen kon ik de hele dag appels en peren snoepen.” Zijn ogen glimmen: „Mmm, lekker!”

„Hallo, Hallo!”

Leonard klikt een soort walkietalkie aan een telefoonkabel los uit de houder. „Dit isde mike, een soort telefoon. Daarmee kun je met andere chauffeurs praten. Maar eigenlijk gebruikt papa daar nu vooral zijn werktelefoon voor.” Manuël neemt demike van Leonard over en houdt hem bij zijn oor: „Hallo hallo, ik kan nu iemand bellen… Hallo!”

Wat zitten erveel knopjes in de vrachtwagen! Leonard weet precies waar ze allemaal voor zijn. „Dit knopje regelt dat de vrachtwagen niet over de strepen opdeweg komt, en deze dat papa niet te dicht op een andere auto gaat rijden. De vrachtwagen gaat dan piepen.” Hij draait aan een andere knop. „Nu doen de lichten het. Wehebben ook een zwaailicht. Dat staat aan als papa achteruit moet rijden of als er andere gevaarlijke situaties zijn.”

Boven

„Kwak kwak kwak!” Manuël heeft degroene kikkerknuffel gevonden. Het dier woont bovenin devrachtwagen. Zo’n handpop is nog eens leuk speelgoed tijdens een lange rit!

Ook buiten de cabine is genoeg te zien. Aan de trailer zit een steil trappetje dat naar een klein platvorm leidt. In een paar tellen staat Leonard boven. Hij kijkt uit over een stevig zeildoek. „Het dek kan opgerold worden, zodat de trailer open is. Losse uien kunnen dan gemakkelijk via de bovenkant de trailer in.”

Veiligheid

Voorzichtig komt Leonard naar beneden. Manuël is inmiddels op de bestuurdersstoel geklommen, een zilveren koffiemok in zijn hand. „Lekker, koffie!” Hij zet de beker aan zijn mond. „Dit is papa’s beker. Als papa er niet uit drinkt, kan hij de beker in een houder zetten. Zo valt die niet om.”

Uit een kastje buiten de cabine pakt Leonard een veiligheidshelm. „Die zet papa op als hij containers moet vervoeren. Een kraan zet de container met spullen in één keer op de vrachtwagen. Ik mag dan nooit mee. Stel je voor dat de container op mijn hoofd komt…” Soms stoppen boeven ongemerkt verboden spullen in een container of trailer. Drugs bijvoorbeeld, of vluchtelingen. Daarom wordt de vrachtwagen bij de grens van een land streng gecontroleerd. „Gisteren stond de douane ook langs de grens naar Duitsland te controleren, maar het regende zo hard, dat ze ons door lieten rijden.”

Begrensd

De jongens lopen langs de vrachtwagen. Onder de trailer zit een flinke brandstoftank vol diesel. „Papa neemt 1000 liter mee!” vertelt Leonard. „Daarmee kan hij wel 100 rijden!” beweert Manuël. Helaas, dat lukt net niet. De vrachtwagen is begrensd. Daardoor gaat hij niet harder dan 90 kilometer per uur. Als de vrachtwagen helemaal vol is, weegt hij wel 55.000 kilo! Zo’n zware vrachtwagen kan niet snel stilstaan. Wel zo veilig dus, om niet te hard te rijden.

„Pffft”, als Leonard op een zwarte knop drukt, ontsnapt er lucht uit de trailer. Nu kunnen de deuren open. Drie zware grendels voorkomen dat de lading van de trailer zomaar naar buiten kan rollen. Leonard trekt de grendels een voor een naar zich toe. Knarsend gaan de deuren open. Het echoot in de trailer. Die is nu helemaal leeg. Gisteren hebben Leonard en zijn vader alle uien bij een boer afgeleverd. „Als papa de vracht lost, ga ik meestal kijken. Soms kan ik helpen met karren sjouwen. Die breng ik dan naar de goede plek”, vertelt Leonard.

Schoon?

Manuël trekt handschoenen aan. Dat doen vrachtwagenchauffeurs altijd. Zo houden ze schone handen. Tja, schoon blijft Manuël niet helemaal. Op zijn knieën schuift hij de zanderige trailer in. Ach, vieze broeken kunnen in de wasmachine.

Tegen de achterkant van de trailer zit een stevig schutbord, een plaat gemaakt van een soort zeil. Op de vloer liggen beweegbare planken. Samen duwen die de uien naar buiten. Het schutbord komt dan naar voren en de houten planken helpen de uien naar buiten te rollen. Handig zeg!

Beetje Krap

Leonard is al op veel plekken geweest met papa. Elke vakantie gaat hij mee. „Ik zou nog wel eens naar Zwitserland of Denemarken willen. Dat is ver weg. Ik heb dan wel een paspoort nodig. En er moet een stapelbed in de vrachtwagen. We hebben nu maar één bed. Dat is een beetje krap.” Hij haalt zijn schouders op: „Ik kan best op de stoel slapen, maar dat wil papa niet.”

Leonard wil nog één ding laten horen: de toeters. Snel kruipt hij weer achter het stuur. Met een grote grijns drukt hij op de toeter. „Toetoet!” schalt het in twee verschillende tonen over het water. Dan draait Leonard de sleutel om. De motor begint te ronken. Tijd voor een tochtje. Ga je mee, Manuël?

Pasop! Dode hoek!

Wat zit hij hoog, hè, die vrachtwagenchauffeur! Hij zal alles wel extra goed kunnen zien…

Mis! Zelfs als de vrachtwagenchauffeur heel goed in zijn spiegels kijkt, ziet hij het gedeelte van de weg direct achter en rechts naast zijn vrachtwagen niet. We noemen dat de ”dode hoek”.Als je daar gaat staan, en de vrachtwagen begint te rijden, kan er een erg ongeluk gebeuren.

Weet je waar je wel veilig bent? Aan de rechterkant van de weg, op drie meter afstand van de vrachtauto. Zie jij de chauffeur in de buitenspiegel? Heel goed, dan ziet hij jou ook.

Aan de vrachtwagen van de vader van Leonard en Manuël zitten fietsenvangers, een soort vangrail voor fietsers. Als een fietser niet meer op tijd kan stoppen, botst hij tegen de fietsenvangers aan. Die voorkomen dat de fietser onder de vrachtwagen beland. Dat zou levensgevaarlijk zijn.

VEILIG INHET VERKEER? IK DOE MEE!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen