Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Zaligmaker van zondaren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Zaligmaker van zondaren

20 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vertelschets


Lezen:
Lukas 7 : 36-50

Zingen:
Psalm 81 : 1, 2, 12
Psalm 32 : 1, 3
Psalm 66 : 8, 10
Psalm 103 : 2, 6, 7
Psalm 130 : 2,4
Psalm 147 : 2, 6
Psalm 145 : 3, 6
Psalm 86 : 2, 3
Psalm 116 : 1, 2, 3 en 7 (slotpsalm)

Kerntekst:
Daarom zeg Ik u: Haar zonden zijn haar vergeven, die vele waren; want zij heeft veel liefgehad (Lukas 7 : 47a).


Simon is benieuwd. Misschien zal hij het nu eindelijk te weten komen.
Hoeveel gesprekken zijn er al niet geweest tussen hem en de andere Farizeën. Wie is Hij toch, die Jezus van Nazareth? Hij spreekt als een rabbi, als een leraar. Hij doet wonderen.
Sommigen uit het volk zeggen, dat Hij de profeet is. Die komen zou. Simon, één van de Farizeën, gelooft daar eigenlijk niets van. Nu wil hij het weten: Wie is Jezus! Daarom heeft hij de Heere Jezus dringend uitgenodigd om bij hem te komen eten.
Hij kijkt nog eens even de zaal in. Alle dingen voor de maaltijd staan klaar.
Daar komen de eerste gasten al. Simon begroet hen hartelijk. Een knecht staat al klaar om de voeten te wassen. Enkele druppels olie op het hoofd van de gast, maken dat het heerlijk ruikt in de zaal. Dan komt Jezus. Hij ziet er niet uit als een rabbi. Zeker niet als een Farizeër. Toch is Hij vanavond bij Simon te gast. Maar dat is dan ook de enige eer die Simon aan Jezus bewijst. Geen water voor Zijn stoffige voeten, geen olie, geen hartelijke begroeting... Jezus wist, wat Hem te wachten stond. Toch wilde Hij komen. Hoe groot is Zijn geduld en Zijn liefde...
Als alle gasten er zijn, gaat de maaltijd beginnen. Hopelijk krijgt Simon vanavond de gelegenheid er achter te komen, wie Jezus van Nazareth nu werkelijk is...

In de stad woont een vrouw, voor wie dat geen vraag meer is. Een vrouw die wèl weet, Wie Jezus is. Ze heeft over Hem horen vertellen. Ze heeft de Heere Jezus Zelf horen spreken. Alle mensen in de stad noemen haar een zondares. Ze weet dat best. En de mensen hebben gelijk. Ze hééft van de zonde geleefd. Ze heeft van veel mannen gehouden. Elke keer leefde ze weer met een andere man. Tot een poosje geleden.
Toen hoorde ze Jezus. En Zijn woorden troffen haar diep in haar hart. Woorden van oordeel over de zonde. Zulke woorden waren bekend voor haar. Maar dit ging dieper. Oneindig veel dieper. In Jezus' woorden was liefde geweest. Ze hoorde Zijn oordeel over de zonde, maar voelde Zijn liefde, Zijn bewogenheid en ontferming tot de zondaar. En dat had haar hart verbroken. Een zondares, dat was ze. Dat is ze. Dat gelooft ze. Ze heeft gezondigd. De geboden van de Heere heeft ze overtreden. Ze heeft Hem verdriet gedaan. In haar hart is een diepe pijn gekomen; een diep verdriet. Ze heeft een grote schuld. God moet boos op haar zijn, vanwege haar leven zonder Hem. Maar dwars door die pijn heen, was er ook de boodschap van genade, van vergeving, waarover de Heere Jezus sprak. Vergeving! Dat is wat ze nodig heeft! Genade, want ze heeft het zo heel erg verknoeid in haar leven. En naast de diepe pijn over haar zonde is er ook een diep verlangen naar vergeving. Dat het weer goed mag komen tussen haar en de Heere. Eén is er, die haar dat geven kan. De Heere Jezus! Hij alleen kan haar schuld wegnemen. Hij is de Enige, Die haar redden kan. Heel haar hart verlangt naar Hem, de Zaligmaker van zondaren, vanwege Zijn woorden van genade en liefde.

Daar loopt ze. Ze heeft gehoord, dat de Heere Jezus uitgenodigd is bij Simon de Farizeër. Ze gaat naar Hem toe. Juist in een zaal waar een maaltijd gehouden wordt, kan ze gewoon binnenlopen. Dat gebeurt niet achter gesloten deuren. Als ze naar de Heere Jezus toe wil gaan, moet ze het nu doen. Al is het dan in het huis van een Farizeër. Ze gaat ook niet naar Simon, nee, ze heeft de Heere Jézus nodig. Ze wil Hem haar liefde tonen. Ze wil Hem de eer geven. Die Hij zo waard is.
Zo komt ze binnen, met onder haar kleren een albasten fles met zalf. Een fles van dun porselein. Ze loopt naar de Heere Jezus toe. Tranen stromen over haar wangen. Tranen van diep berouw over haar zonden. Tranen van droefheid naar de Heere. Tranen vanwege de liefde die er van Jezus uitgaat. Met haar tranen maakt ze Jezus' voeten nat. Nog dieper buigt ze voor Hem, als ze haar haren losmaakt en daarmee Zijn voeten afdroogt. Hoe moet ze woorden vinden om te vertellen van haar schuld? Hoe moet ze woorden vinden om te vertellen van de liefde in haar hart tot deze Jezus? Ze weet het niet. Ze kan het alleen maar laten zien. En zo kust ze Jezus' voeten en neemt de fles met zalf om Zijn voeten te zalven.

Voor Simon is het meteen duidelijk: Jezus kan nooit de Profeet zijn. Die komen zou. Hij is helemaal geen profeet. Als Hij dat wèl was, zou Hij wel geweten hebben, wat voor een vrouw dat is, die Hem aanraakt. Dan zou Hij wel geweten hebben, dat zij een zondares is. Hij zou haar zeker hebben weggestuurd. Maar Jezus kent haar wel! Hij kent haar juist heel goed. Toch stuurt Hij haar niet weg! Juist niet! Hij is immers gekomen om te zoeken en zalig te maken, wat verloren was! Dat is voor Simon iets onbegrijpelijks. De Heere Jezus weet heel goed, wat Simon nu denkt. Hij wil hem dat laten zien.
"Simon", zegt de Heere Jezus, "Ik heb u wat te zeggen."
"Meester, zeg het."
"Luister Simon. Er was een schuldeiser en er waren twee mannen, die aan hem geld moesten terugbetalen. De een had een schuld van vijfhonderd penningen en de ander van vijftig penningen. Maar toen ze allebei geen geld hadden om terug te betalen, schold hij het hun allebei kwijt. Ze hoefden het geld niet meer terug te geven. Simon, wat denk je, wie van deze twee mensen zal nu het meest houden van die heer? Wie van deze twee zal hem het meest liefhebben?"
"Dat is niet zo moeilijk! Ik denk hij, die de grootste schuld had, en die dat niet meer terug hoefde te betalen", antwoordt Simon. Wat de Heere Jezus daar nu mee zeggen wil, wat dat nu te maken heeft met die zondares, dat begrijpt Simon niet.

Dat wil de Heere Jezus hem nu juist duidelijk gaan maken.
"Je hebt gelijk, Simon. Je hebt goed geantwoord."
Nu draait de Heere Jezus zich om naar de vrouw, die nog steeds achter Hem staat.
Hij zegt tegen Simon: "Ziet u deze vrouw?"
Ja, Simon ziet haar maar al te goed! Een slechte vrouw, een zondares. In zijn huis!
Jezus gaat verder:
"Ik ben hier in uw huis binnengekomen, maar u hebt Mijn voeten niet laten wassen. U heeft Mij zelfs geen water gegeven, om Mijn voeten te wassen. Maar deze vrouw heeft Mijn voeten met haar tranen natgemaakt en ze met haar haren gedroogd.
Toen Ik binnenkwam, hebt u Mij niet op de gewone manier begroet, u gaf Mij geen kus. Maar deze vrouw heeft vanaf dat ze binnenkwam, zich diep voor Mij vernederd en Mijn voeten gekust.
Toen Ik binnenkwam, was er niet een druppeltje olie voor op Mijn hoofd. Alsof dat al teveel was. Maar deze vrouw heeft dure zalf genomen. Ze heeft het niet over Mijn hoofd gegoten, maar ze heeft er zelfs Mijn voeten mee gezalfd. En dat alles heeft ze gedaan uit liefde tot Mij."

Daar zit Simon. Hij, de Farizeër wordt door Jezus vergeleken met die zondige vrouw. Hij had gemeend dat het voor Jezus al eer genoeg was geweest, dat Hij hier werd uitgenodigd. Meer dan dat had hij ook niet voor Hem over gehad. Maar wil de Heere hiermee nu zelfs zeggen, dat deze zondige vrouw beter is dan hij?

Nee, dat is niet de bedoeling van de Heere Jezus. Hij kent heel goed de zondeschuld van deze vrouw. Een grote schuld. Zoals bij die man met die grote schuld van vijfhonderd penningen. Maar juist vanwege die grote schuld is ze naar de Heere Jezus toegekomen. Bij Hem alleen is vergeving. En daarom heeft ze ook alles voor Hem over!
Daarom heeft ze Hem ook zo heel erg lief. Daarom heeft ze zich aan Zijn voeten gebogen en de zalf over Hem uitgegoten. Omdat haar hart vol is van liefde tot de Heere Jezus, vanwege de vergeving die Hij schenken wil.
De Heere kijkt Simon aan en zegt: "Daarom zeg Ik u: haar zonden zijn haar vergeven. Ik weet dat ze veel zonden gedaan heeft! Deze vrouw weet dat ook heel goed. Daarom zeg Ik u Simon: Die veel vergeving gekregen heeft, heeft ook veel lief. Deze vrouw is veel vergeven en daarom heeft ze veel liefde tot Mij. En ze heeft die liefde hier laten zien.
Maar die weinig vergeven is, die heeft weinig lief. Als je geen last hebt van je schuld, probeer je ook niet ervan af te komen. Maar dan heb je ook niet lief.

Dan kijkt de Heere Jezus opnieuw naar de vrouw. Nog steeds staat ze daar. Haar haren los, het lege flesje in haar handen. Ze hoort Jezus' woorden over veel liefde. Ja, zo is het. Haar hart is vol van liefde tot de Heere Jezus. Vanwege Zijn liefde. Omdat er bij Hem vergeving is. Dat gelooft ze met heel haar hart. Ze hoort Zijn woorden over vergeving voor haar. Dan ziet ze Jezus' ogen op zich gericht. Ogen vol ontferming. Ze hoort Zijn woorden aan haar gericht.
Woorden vol ontferming: "Uw zonden zijn u vergeven."
Een diepe vrede komt in haar hart. Vergeving! Genade, voor mij, de zondares!
De Heere Jezus neemt haar schuld op Zich. Zij kan die schuld niet betalen. Daarvoor is Hij gekomen. Om de straf op de zonde weg te dragen. Hij Zelf zal het offer zijn. Door Zijn offer is er vergeving. Voor ieder, die net als deze zondares, door het geloof tot Hem vlucht.

De gasten aan tafel schrikken van Jezus' woorden. Ze zeggen tegen elkaar "Wie is Deze, Die ook de zonden vergeeft?"
Maar voor de vrouw is dat geen vraag! Voor de vrouw is het een zeker weten! Deze is de Christus, de Zoon van de levende God! Wie anders mag mijn zonden vergeven? Wie anders kan mijn schuld vergeven? Wie anders wil mijn schuld vergeven? Wie anders dan de Zaligmaker van zondaren?

De Heere Jezus hoort de gasten wel praten. Hij merkt hun ongeloof. Maar als Hij naar de vrouw achter Hem kijkt, ziet Hij wat anders. Geloof in Hem. Door het geloof, dat de Heere Jezus de enige was Die haar kon redden, was ze gekomen. Om vergeving, om genade, om vrede te krijgen.
Hoor, wat de Heere Jezus tegen haar zegt: "Uw geloof heeft u behouden; ga heen in vrede." Daar gaat ze. In vrede! Met grote blijdschap in haar hart. Wie is de Heere Jezus voor jou? Hij vraagt het: Heb je Mij lief? Vlucht je ook tot Hem, net als deze vrouw? Om vergeving? Dan zal Hij zeker horen, omdat Hij genadig is!
De Heer is groot, genadig en rechtvaardig, en onze God ontfermt Zich op 't gebed.

Aantekeningen bij de tekst 

Lukas 7 : 36 -50 
vers 37: in de stad: Het is niet duidelijk over welke stad het hier gaat. Kapernaüm zou goed mogelijk kunnen zijn. 
welke een zondares was: Deze manier van zeggen, duidt erop dat zij in de stad als zondares bekend stond. Dat zij een bekende zondares was.
albasten fles met zalf: Fles van albast, een soort porselein uit het Egyptische Alabastron, gevuld met heerlijk ruikende mirrezalf. 
vers 41: vijfhonderd penningen: Een penning was het dagloon van een arbeider. 
vers 47: Haar zonden zijn haar vergeven, die vele waren; want zij heeft veel liefgehad: zie achtergrondinformatie 
vers 49: die mede aanzaten: Uit deze woorden en uit hun reactie kan opgemaakt worden, dat de andere gasten ook uit de Farizeërs waren. Wie is Deze, Die ook de zonden vergeeft? Alleen God is gerechtigd, de zonden te vergeven. Maar daarom juist, mag Jezus dat ook doen. Hij is immers God! Hij kan het niet alleen, vanwege Zijn almacht, Hij wil het niet alleen, vanwege Zijn liefde, maar Hij heeft daartoe ook het récht, door Hem Zelf verworven. Hier blijkt het ongeloof van de Farizeërs in de Heere Jezus als de beloofde Zoon van God. 
vers 50: Uw geloof heeft u behouden: Door uw geloof in Mij hebt u deze weldaad van de vergeving der zonden ontvangen, waardoor u behouden wordt tot zaligheid.

Achtergrondinformatie

Twee maaltijden, twee zalvingen
In Matteüs 26 : 7-13, Marcus 14 : 3-11 en Johannes 12 : 1-8 wordt ook gesproken over een zalving, ook tijdens een maaltijd in het huis van een zekere Simon. De omstandigheden verschillen echter zo, dat er hier sprake is van twee verschillende gebeurtenissen. Simon uit ons bijbelgedeelte wordt de Farizeeër genoemd, in de andere gedeelten gaat het over Simon de melaatse. En de vrouw die de Heere Jezus zalfde in de drie bovengenoemde bijbelgedeelten wordt met name genoemd: het is Maria van Bethanië. Dat Maria van Bethanië een "zondares" was als de naamloze vrouw uit Lukas 7 blijkt nergens uit.
Zowel de omstandigheden als de tijd en de plaats van deze twee maaltijden en zalvingen zijn verschillend. Hier werkt de Heere nog in Galilea en is het nog geruime tijd voor Zijn kruisiging. Hier is sprake van vergeving van zonden en van een gelijkenis. Of de discipelen bij deze maaltijd aanwezig geweest zijn, blijkt nergens uit, terwijl het bij de andere maaltijd juist heel duidelijk het geval is.
De meeste verklaarders denken, dat de zondares de Heere Jezus Zelf heeft horen spreken. Deze verklaarders zijn in de schets gevolgd. Toch oppert Kohlbrugge in een preek over deze geschiedenis de mogelijkheid, dat zij "slechts" van Hem heeft horen vertellen, over hoe Hij met zondaren omging. De Geest is vrij, hoe Hij mensen trekt tot de Zaligmaker. Hij gebruikt daarvoor het Woord. Of dat nu het Woord is geweest, door de Heere Jezus Zelf gesproken, of het Woord, dat anderen doorgaven, het heeft zijn kracht gedaan.

Simon de Farizeeër
Wie Simon geweest is, wordt alleen uit deze geschiedenis duidelijk. Verder lezen we nergens over hem. Hij heeft de Heere Jezus beter willen leren kennen. Hij twijfelde er blijkbaar aan óf de Heere een profeet was en wilde proberen er tijdens een maaltijd achter te komen. De manier waarop hij de Heere Jezus als gast behandelde, laat wel zien, dat zijn achting voor Hem niet erg hoog was (zie onder). Daaruit mogen we afleiden, dat hij niet begeerde, noch verwachtte dat de Heere een profeet was, maar veeleer, dat Hij het niet was.

Ontvangst voor een maaltijd
Als mensen in het Oosten werden uitgenodigd voor een maaltijd, werden zij altijd met de gebruikelijke beleefdheden ontvangen. De voeten, spoedig vuil vanwege de hete, stoffige wegen, werden gewassen en verfrist, de gast werd omhelsd en gekust ten teken van welkom en wat druppels olie (of soms duurdere zalf) werden op het hoofd gesprenkeld. De gastenmaaltijden werden doorgaans niet in afgesloten vertrekken gehouden. Men kon de gasten van de straat af zien aanzitten (Markus 2 : 16). Het gebeurde wel, dat men naar binnen liep om met een van de gasten te praten.
De mensen gebruikten halfliggend de maaltijd. Steunend op hun linker elleboog, konden zij met hun rechterhand het eten van de tafel nemen. De blote voeten staken daarbij naar achter.

De gelijkenis
De Heere Jezus legt Simon een gelijkenis voor over een schuldeiser, die aan twee mensen geld geleend heeft. De een vijfhonderd penningen en de ander vijftig. Een penning was het dagloon van een arbeider in de oogsttijd. Hun schuld wordt hen kwijtgescholden. Wie van hen zal de schuldeiser het meeste liefhebben? Voor liefhebben staat hier hetzelfde woord als in Lukas 6 : 35 (Hebt uw vijanden lief en doet goed), wat een liefhebben aanduidt, dat zich in daden openbaart, evenals in vers 47. Het heeft dus de betekenis van liefde bewijzen of betonen. De Heere Jezus legt de gelijkenis Zelf uit. Het mag duidelijk zijn, dat het gaat om de boodschap uit deze gelijkenis. Het gaat er niet om, of elk woord een geestelijke betekenis heeft. Het is dus ongetwijfeld niet de bedoeling van de Heere om te zeggen, dat Simons schuld in verhouding tot die van de vrouw stond als vijftig tot vijfhonderd penningen. Ook niet, dat Simon al vergeving ontvangen d (zoals de schuldenaar uit de gelijkenis). Het gaat ook niet op om te zeggen, dat de grootste zondaar altijd de grootste heilige zal zijn.
In deze gelijkenis wil de Heere Jezus te kennen geven, dat Hij wel degelijk weet, dat deze vrouw een zondares is, met een grote schuld. Maar het geloof in Christus, in Zijn nodigend Woord, is ze gekomen tot Hem, om tot Hem de toevlucht te nemen.

Veel vergeven, veel liefgehad
De vrouw heeft veel liefgehad en zij toont haar liefde in verootmoediging en berouw, in de zalf die zij over Jezus' voeten uitgiet. Hiermee wordt niet aangewezen, dat haar liefde de oorzaak is •van de vergeving die ze kreeg. Het is precies andersom. Het woord "want" lijkt wel te zeggen, dat zij vergeving ontvangt op grond van haar liefde. Toch is het woord "want" hier zeer juist. De tekst moet eigenlijk zo gelezen worden: "U kunt zien, dat haar zonden vergeven zijn, want ziet, hoe lief zij heeft", zoals wij zouden zeggen: "Het kind is beter, want het lacht." De vergeving is dus de oorzaak van de liefde van de vrouw.
De vergeving, waarop zij hoopt. De vergeving, waarvan zij gelooft, dat de Heere Jezus die geven kan. Waarom zij ook de toevlucht neemt tot Hem. Uit wat zij doet, blijkt, hoe zwaar zij haar zondeschuld voelde, hoe diep en hartelijk haar berouw was en groot haar liefde was tot de Zaligmaker. Hij trekt haar tot Zich. Bij Hem is vergeving. Ook voor haar. Dat gelooft ze. Door dat geloof is ze gekomen. Niet de liefde, maar het geloof heeft haar behouden. Want die tot God komt, moet geloven dat Hij is, en een Beloner is dergenen die Hem zoeken! En zo klinkt Jezus' heerlijk woord: Uw zonden zijn u vergeven. Jezus schenkt haar met duidelijke woorden de verzekering van de vergeving van haar zonden. Nu mag ze heengaan, in innerlijke vrede. Vrij van onzekerheid en vrees. De Heere geeft haar rust voor haar hart. Veel vergeven, daarom heeft ze veel lief.

Aanwijzingen voor het gebruik

Dit is de tweede schets die geschreven is rond het thema: Wie zeggen de mensen dat Ik ben?
De eerste schets ging over mensen, die in ongeloof de Heere Jezus verwerpen, die Hem niet erkennen als de Zoon van God , als de beloofde Verlosser.
De tweede schets gaat over een zondares, die met berouw over haar zonde , de toevlucht nemen mag tot de Heere Jezus.
Wat een verschil. De profetie van Simeon in de tempel gaat hier in vervulling: Zie, Deze wordt gezet tot een val en opstanding van velen in Israël, en tot een teken, dat wedersproken zal worden.
Misschien zit er op uw vereniging wat tijd tussen de behandeling van deze twee schetsen. Probeert u dan toch nog even het verband aan te geven tussen de twee geschiedenissen. Opdat het ten diepste niet zal gaan over de mensen van Nazareth, of over de zondares, maar over de vraag van de Heere Jezus, ook aan ons hart: Maar gij, wie zegt gij dat Ik ben?!

Antwoorden

Weet je het nog?
1 b. Simon
2a. Om te zien of de Heere Jezus een profeet was.
3c. Met haar tranen
4c. Een fles van albast met zalf
5b. vijfhonderd penningen en vijftig penningen
6c. Water, olie en een kus
7b. Uw geloof heeft u behouden.

Om over te praten
la. Ze huilt aan de voeten van de Heere Jezus. Ze verootmoedigt zich en buigt zich diep voor Hem neer, maar vooral blijkt haar oprecht e berouw uit het feit, dat ze vlucht tot de Heere Jezus. Ze wordt getrokken naar de Heere Jezus. Ze kent een droefheid naar Hem. Liefde tot Hem doet haar vluchten tot Zijn genade.
1b. Als de Heere door Zijn Woord en Geest Zijn liefde geeft in je hart. Als Hij je laat zien, dat je tegen (een goeddoend) God gezondigd hebt. Dat doet pijn. Je leert verdriet hebben over je zonden.
lc. Net als de zondares: vluchten tot de Heere Jezus en Hem onze schuld belijden.

2a. Simon zegt: Deze, als Hij een profeet was, zou wel weten wat voor een vrouw dit is.
2b. De Heere Jezus kent de gedachten van Simon, daarom vertelt Hij de gelijkenis (vers 40). Hij kent ook de vrouw, Hij weet dat ze veel zonden had (vers 47). Hij weet, waarom ze tot Hem gekomen was. Hij kende de liefde van haar hart en haar berouw over haar zonden, haar verlangen naar vergeving (vers 47).
2c. De Heere Jezus kent ook ons hart. Hij ziet het als we verdriet hebben over onze zonden. Hij ziet het als we oprecht verlangen naar vergeving. Hij ziet het als we Hem lief mogen hebben. Hij ziet het echter ook als we Hem niet echt nodig hebben. Als we met onze mond praten over berouw, maar niet tot Hem de toevlucht nemen.
2d. Een vraag, die heel persoonlijk beantwoord zou moeten worden. Het kan heel goed zijn, dat er kinderen zijn, waar de Heere Zijn liefde in het hart heeft gegeven. Voor hen is het een troost te mogen weten, dat de Heere hen kent, zoals Petrus ook zei: Heere, Gij weet alle dingen, Gij weet dat Ik U liefheb. Als we de Heere niet liefhebben, is het bepaald niet tot troost als we weten, dat de Heere onze onoprechtheid ziet.

3a. De Zoon van Jozef en Maria, de Timmerman.
3b. Zij verwerpen Hem in ongeloof. Willen niet voor Hem buigen als de beloofde Verlosser. De Heere Jezus verlaat hen.
3c. De Zoon van David, de Zaligmaker Die haar zonden kan en wil vergeven.
3d. Ze neemt door het geloof de toevlucht tot Hem en vindt vergeving en vrede.

4a. Verduidelijking: De Heere Jezus is als een grote steen. Je kunt over een steen vallen, maar als je op de grond ligt, kun je je ook aan die steen optrekken, je kunt door die steen gaan staan. Eigen woorden: Als je niet in de Heere Jezus gelooft, zul je juist door Hem vallen en verloren gaan. Als je wel in Hem geloven mag en Hem liefhebt, zul je juist door Hem opstaan uit de zonde en dood en mogen leven.
4b. Voor de inwoners van Nazareth was de Heere Jezus tot een val. Ze stootten zich aan Hem in ongeloof. Voor de zondares was de Heere Jezus juist tot een opstanding, uit de zonde tot een nieuw leven.
4c. Ook voor ons is het een van beiden: of tot een val, of tot een opstanding. Of geloof of ongeloof. Of dood of leven. De Heere roept ons in Christus toe: Kies dan heden wie gij dienen zult!

Bij de puzzels
Lijnenspel: Haar zonden zijn haar vergeven. (Lukas 8 : 47a)

Plussen en minnen: Uw geloof heeft u behouden, ga heen in vrede. (Lukas 8 : 50b) 

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2000

Mivo -12 | 30 Pagina's

De Zaligmaker van zondaren

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2000

Mivo -12 | 30 Pagina's