Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Spurgeon, een middel in Gods hand

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Spurgeon, een middel in Gods hand

18 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vertelschets


Zingen
Psalm 2 : 7
Psalm 3 :2
Psalm 17 : 3
Psalm 19 : 6, 7
Psalm 25 : 3, 4
Psalm 32 : 1, 3, 4, 5
Psalm 65 : 1, 2
Psalm 73 : 14
Psalm 75 : 1
Psalm 100 : 1, 4
Psalm 102 : 16
Psalm 103 : 2, 7
Psalm 105 : 1, 5
Psalm 130 : 2
Psalm 143 : 10

Lezen Lukas 15 : 11-24


Het is zondagmorgen. In één van de straten van Londen staat een groot gebouw met indrukwekkende pilaren ervoor. De deuren achter de pilaren staan wijd open. Veel mensen lopen naar binnen. Honderd? Vijfhonderd? Duizend? Nee, minstens vijfduizend mannen, vrouwen en kinderen gaan naar binnen. Er lijkt geen eind aan de stroom te komen. Al die mensen komen naar deze kerk om het Woord van God te horen. In de kerk, de Metropolitan Tabernakel, klinkt geroezemoes. Iedereen moet een plekje vinden. De banken zitten afgeladen vol. Ook op de galerij is bijna geen plaatsje meer te vinden. Arme mensen zitten naast rijke mensen. Belangrijke en voorname mannen zitten naast eenvoudige fabriekswerkers. Het maakt niet uit wie je bent. Iedereen mag naar binnen om te luisteren naar de boodschap van God.

Dan wordt het stil. Zware voetstappen klinken door de kerk. Sommigen draaien zich om. Daar is de dominee! Dominee Spurgeon. Met krachtige stap klimt Spurgeon de preekstoel op. Vanaf de preekstoel kan hij iedereen goed zien. En iedere zondag weer is hij ontroerd door het zien van zoveel mensen. Allemaal hebben ze een zondig hart. Al die mensen hebben de Zaligmaker, de Verlosser nodig. In hel hart van Spurgeon is een stil gebed of de Heere de preek wil zegenen. Of Hij dit middel wil gebruiken in Zijn Hand om zondaren te redden. Spurgeon strekt zijn hand uit en met luide stem bidt hij om kracht: "Moge de Heilige Geest mij helpen!". De Heere verhoort het gebed. Hij zegent de preken van Spurgeon! Bijna iedere kerkdienst wordt wel iemand tot God bekeerd. Toch is Spurgeon niet trots op al die bekeerde mensen en de volle kerken. Spurgeon weet dat hij niet voor zichzelf preekt. Het gaat om de Heere! Tijdens één van de preken van Spurgeon werkt de Heilige Geest in het hart van Harry. Maar voordat Harry bij dominee Spurgeon in de kerk komt, is er al heel wat gebeurd. Luister maar...

Harry
Eindelijk is het zover! De schooldeur valt dicht achter Harry's rug. Gelukkig! Niet meer elke dag met de kleintjes naar het oude schoolgebouw. Geen priemende ogen van de meester meer. Ogen die dwars door je heen keken als je een smoesje verzon. Nee, geen school meer! Nu de vrijheid! Met een blij gezicht springt Harry van de stoep af en rent de schoolstraat door naar huis.
De lach op Harry's gezicht wordt nog breder wanneer hij denkt aan de komende week. Samen met vader naar Londen! Londen, die grote stad... Niet te vergelijken met het kleine stadje waar hij nu woont. Londen, daar kun je nog eens wat beleven! Vader vertelde hem dat hij een werkplek heeft gevonden. Een zilversmid heeft plaats voor een jonge knecht. En hij, Harry, mag daar heen. Hij heeft er wel zin in om aan het werk te gaan.
Harry loopt wat langzamer en kijkt peinzend voor zich uit. Hij denkt na over wat hem volgende week te wachten staat. Welke opdrachten zal de zilversmid hem geven? Zal het lang duren voor hij zelf met het zilver mag gaan werken? Mag hij ook het dure zilversmeedwerk bij de klanten brengen? Of zou de smid hem dat niet toevertrouwen?
Vastberaden loopt hij door. Die zilversmid in Londen zal geen spijt hebben van zijn keus. Hij zal er voor zorgen dat zijn nieuwe baas tevreden over hem zal zijn. Gehaast loopt Harry nu naar huis waar zijn moeder wacht.
De week erna zijn Harry en zijn vader op weg naar Londen. Het is niet druk in de stoomtrein. Wat verderop zit een deftige mevrouw met een klein meisje. En op het bankje achter hen leest een oude man zijn krant. Harry kijkt naar buiten. Veel kan hij niet zien. De ramen zijn erg vies door de roetwolken uit de stoompijp. "Harry..." Harry draait zich om en kijkt vader aan. "Ja vader." Vader kijkt ernstig. "Harry, we hebben gisteren met elkaar gebeden of God met je mee wil gaan. In Londen zul je bij vreemde mensen zijn, zonder je vader en moeder. Maar de Heere ziet je overal. Bid veel tot God, Harry. Weet dat wij ook voor jou bidden, elke dag."
Harry merkt dat vader het moeilijk vindt om verder te praten. Hij voelt zelf ook een brok in zijn keel. Natuurlijk is hij ook van plan voor hen te bidden. Tenminste... als hij daar tijd voor heeft. Het zal wel hard werken zijn bij de zilversmid. En hij wil ook nieuwe vrienden maken. Met die jongens gaat hij ook Londen ontdekken, overdag of 's avonds. Er zal heel wat te beleven zijn!
Bijna ongemerkt dwalen Harry's gedachten af. De ernstige woorden van vader moeten plaats maken voor allerlei plannen. Harry's hart is vol van het nieuwe leven in Londen. En de Heere? Voor Hem is geen plaats in zijn hart. Andere dingen zijn nu belangrijker...
Het eind van de reis komt in zicht. Een nieuwe tijd breekt voor Harry aan. Niet meer bij vader en moeder thuis. Maar nu als knecht bij een zilversmid in het grote Londen! Vader laat Harry met een bezorgd hart achter. Zal de zilversmid tevreden over hem zijn? Welke vrienden zal hij vinden? Zullen het jongens zijn die in God geloven? En wat belangrijker is: zal Harry de Heere liefhebben en doen wat God graag wil?
Maanden later is Harry's vader weer op reis naar Londen. Hij is op weg naar zijn zoon. Het is geen plezierreisje, dat zie je wel aan z'n gezicht. Hij kijkt ernstig, bezorgd en verdrietig. Uit zijn tas haalt vader een brief. Hij heeft de brief al vaak gelezen. Maar toch gaan zijn ogen weer over de regels. "Zou het echt waar zijn wat hier staat?" mompelt hij. "Wat een verschrikkelijk nieuws heeft de zilversmid mij geschreven! Mijn zoon Harry heeft gestolen van zijn baas... In het begin ging het zo goed met hem. Maar nu heeft hij het vertrouwen van zijn baas beschaamd. De zilversmid schrijft ook dat Harry nu bij hem weg moet. Hij wil zo'n dief niet langer als knecht hebben."
Vader kijkt verdrietig naar buiten. Hoe moet het nu verder met Harry? Bovenop de brief vouwt hij zijn handen. Vader bidt. Hij vraagt God om vergeving voor de zonden van zijn zoon.
Hoe moet het nu verder? Vader weet het nog steeds niet als hij Harry heeft opgehaald bij de zilversmid. De verschrikkelijke boodschap in de brief van de smid bleek maar al te waar. Harry heeft een fors bedrag aan geld gestolen. En spijt heeft hij er niet van. Ook toen hij met vader praatte over wat er gebeurd was, had hij geen verdriet over de zonde.
Nu lopen ze naast elkaar door de straten van Londen, op weg naar de trein. Een verdrietige vader en een boze zoon. Waarom Harry boos is? Harry heeft geen zin om met vader mee naar huis te gaan. Dat is wel het laatste wat hij wil. Met vader mee betekent al die nieuwe vrienden achterlaten. En bij vader en moeder thuis heeft hij weinig vrijheid meer. Daarbij komt ook nog dat vader steeds praat over zonde. En vader zegt ook dat hij anders moet gaan leven. Dat hij moet doen wat God in de Bijbel zegt. En daar heeft hij nu juist geen zin in!
Harry en zijn vader zijn nu bijna bij het station. Op straat wordt het drukker nu ze dicht bij het centrum komen. Nors kijkt Harry voor zich uit. Een oud kistje dat op de stoep ligt, schopt hij ruw naar de kant. Dan klaart z'n gezicht een beetje op. Een sluwe trek komt om zijn mond. Hij heeft een plan. Als hij nu eens... En dan... Zal hij? Het is zijn laatste kans om bij zijn vrienden hier in Londen te blijven.
Bij een zijstraatje kijkt Harry schichtig om zich heen. Ja, nu moet het lukken! Tot grote schrik van zijn vader rent hij er plotseling vandoor. Het zijstraatje in, de hoek om en... weg is Harry! Even blijft vader stomverbaasd staan. Dit had hij niet verwacht! Dan rent ook hij het zijstraatje in, de hoek om en...Harry is nergens meer te zien. Radeloos kijkt vader om zich heen. Daar ziet hij een politieagent! Al gauw zijn er heel wat agenten aan het zoeken. Maar... tevergeefs! Aan het eind van de dag reist vader zonder Harry met de trein naar huis. Verslagen kijkt hij naar de brief die voor hem ligt. Op de heenweg had hij nog een beetje moed. Misschien dat het nog mee zou vallen. Maar nu? Nu lijkt alles hopeloos. Zijn zoon is hij kwijt. En wat nog erger is: Harry wil van God en de Bijbel niets meer weten. Weer vouwt vader zijn handen bovenop de brief Zijn hart is zo vol verdriet. Woorden om te bidden weet hij niet meer. Er is alleen een zucht vanuit zijn hart: "O God, red Harry!"
Jaren lang hebben Harry's vader en moeder elke dag voor hun zoon gebeden. Ze hebben God gesmeekt Harry bij hen teaig te brengen. Elke dag vroegen ze de HEERE Harry te bekeren van zijn zondige leven. Maar... het leek wel of de Heere hun gebed niet hoorde! Er gebeurde niets. Harry schreef geen brief. Harry kwam niet thuis. Al die jaren hoorden ze helemaal niets van hem. En toch bleven ze bidden. Want ze wisten dat de Heere alleen een verandering in Harry's leven zou kunnen geven.

Op een zondagavond gaan Harry's vader en moeder niet naar de kerk. Ze voelen in hun hart dat ze alleen moeten zijn. In alle rust knielen ze samen neer en vragen of de HEERE Harry redden wil uit dit zondige leven. De hele avond bidden ze tot God voor hun verloren zoon. Als hun dienstmeisje uit de kerk terugkomt, houden ze niet op. Het dienstmeisje knielt naast hen en bidt mee om redding voor Harry.
Diezelfde avond lopen er een paar jonge kerels in donkere jassen door de straten van Londen. De rand van hun pet trekken ze nog wat verder voor hun gezicht. Stel je voor dat ze politie tegenkomen! Nee, ze willen liever niet herkend worden. Gehaast lopen ze door. Ze zijn op weg naar een juwelier in een van de winkelstraten. Het plan is om daar net voor sluitingstijd binnen te komen. Dan zullen twee mannen de juwelier overmeesteren en de volle kassa met geld meenemen. De anderen hebben de opdracht snel de etalage leeg te halen. In een mum van tijd kunnen ze dan weer weg zijn. Al vaker hebben ze dit plan uitgevoerd. En met succes! In de afgelopen jaren hebben ze heel wat winkels afgewerkt. Ook deze keer zal het lukken, daar zijn ze zeker van.
Verderop in de straat staat een groot gebouw. De voorste man blijft staan en zegt tegen z'n maat: "Harry, wip jij die trap eens op en kijk even binnen hoe laat het is. Ik weet dat daar een grote klok hangt. Volgens mij zijn we straks te vroeg bij ons adresje." Harry kijkt eens naar het gebouw dat de man aanwijst. Het ziet er verlaten uit. Achter hoge, statige pilaren ziet hij verschillende deuren. Met twee treden tegelijk klimt Harry het stoepje op, gaat tussen de pilaren door en kiest een van de deuren. De andere mannen blijven buiten wachten.
In de lange gang achter de deuren ziet Harry geen klok. Achter die zijdeur dan? Voorzichtig doet Harry de deur open en kijkt om een hoekje. Wat een schrik! Hij kijkt een volle kerk in. Links en rechts ziet hij allemaal mensen en op de preekstoel de dominee! Hij ziet dat het dominee Spurgeon is, een beroemde predikant in Londen.
Harry hoort de dominee de Naam van Jezus noemen. Hij hoort ook woorden als: misdadiger, verdiende straf. Harry voelt zijn hart bonzen. Dominee Spurgeon heeft het over hem! Hij, Harry, is die misdadiger. Hij, Harry, heeft straf verdiend voor de zonde. Het is alsof zijn ogen opengaan. Nooit heeft hij het willen geloven maar nu ziet hij dat zijn leven een zondig leven is. Hoor! Spurgeon praat verder. Zijn vinger wijst precies naar Harry. "Is hier vanavond een dief?" roept hij luid. "Jezus Christus kan hem redden!"
De pijl van Gods Woord treft doel. Verslagen loopt Harry naar buiten. Verslagen over zijn zonden maar met hoop in zijn hart dat Jezus Christus hem kan redden. De mannen die buiten gewacht hebben, kijken hem verbaasd aan. "Wat is er met jou aan de hand?" vragen ze. "Waar bleef je? Nou, zeg op!" Maar Harry kan niets zeggen. Hij draait zich om en verlaat zijn goddeloze vrienden. Terug op zijn kamer is er maar één ding wat Harry wil. Met tranen belijdt hij zijn zonden voor de Heere. Niets van zijn zondige leven verbergt hij. En God schenkt hem vergeving. De Zaligmaker Jezus Christus is door genade nu ook zijn Verlosser!
Een week later vraagt hij ook zijn vader en moeder vergeving voor al het verkeerde. Wat een blijdschap bij zijn ouders en allen die in huis zijn! De HEERE heeft Harry gered van zijn zondige weg. De verloren zoon is weer terug. Wat een vreugde is er in huis om dit grote wonder. Ook in de hemel is grote blijdschap geweest over deze zondaar die zich bekeerde!
Jaren later wordt er op een avond aan de deur gebeld van de pastorie van dominee Spurgeon. Het dienstmeisje laat de vreemdeling binnen in de gang en roept snel de dominee. Dominee Spurgeon kijkt de vreemde man eens goed aan. "Ik ken u niet," zegt hij. "Woont u hier in de buurt?" "Nee" zegt Harry "ik woon niet meer hier in Londen. Maar ik ken u wel! Vaak heb ik in de kerk naar u geluisterd. En de eerste keer dat ik daar was, zal ik nooit vergeten!" Spurgeon neemt Harry mee naar zijn studeerkamer. "Vertel me eens van die eerste keer," vraagt hij.
Dan mag Harry vertellen over de grote verandering in zijn leven toen het Woord van God met kracht in zijn hart kwam. "De Heere is goed voor mij geweest, dominee! Hij redde mij uit de modder van deze wereld en maakte mij rein door het bloed van de Heere Jezus. En u, dominee, bent daarvoor gebruikt. U was het middel in Gods Hand!" Nog vele uren hebben dominee Spurgeon en Harry gepraat. En samen hebben ze God gedankt voor Zijn genade.

Jij hebt ook al veel preken gehoord. Misschien was je nog maar vier jaar toen je voor het eerst meeging naar de kerk. En hoeveel jaar ben je nu? Acht, negen, tien jaar? Heb je iets onthouden van wat je verteld werd uit de Bijbel? Al is het maar een zinnetje, net als Harry? Voor Harry was het genoeg. De HEERE gebruikte die ene preek, dat ene zinnetje, om zijn ogen te openen voor de zonde en ook voor Gods genade. Bid tot God of Hij verhalen en preken uit de Bijbel ook voor jou wil zegenen. Vraag Hem om een nieuw hart. Net als Spurgeon mag je dan ook anderen vertellen over Gods liefde voor verloren zondaren!

Achtergrondinformatie 

Korte levensschets van Spurgeon
Op 19 juni 1834 werd Charles Haddon Spurgeon geboren in een dorpje vlakbij Londen. Door armoe van zijn ouders wordt hij opgevoed door zijn grootouders. Als hij 7 jaar is, komt hij weer bij zijn vader en moeder terug. Spurgeon leert lezen en schrijven, volgt een landbouwschool en gaat uiteindelijk als hulponderwijzer aan het werk.
Al in zijn kinder- en jeugdjaren leert Spurgeon veel over de Bijbel en God Zelf. Zijn opa is dominee en praat en bidt vaak ernstig met Charles. Zijn vader en moeder onderwijzen hem ook met liefde in de geboden des Heeren. Ze leren hem ook bidden en stimuleren hem om te studeren in de Puriteinse theologische literatuur.
Als Spurgeon 15 jaar is, spreekt God duidelijk tot hem. Tijdens een kerkdienst gebruikt God de dienstdoende predikant om Spurgeon op te wekken om op Christus Jezus te zien. In het zien op deze Borg lag ook voor Spurgeon de zaligheid. Na een lange periode van gebukt gaan onder de last van zijn zonde mag hij nu verblijd zijn. Van de duisternis is hij overgezet in het licht.
Op 17-jarige leeftijd begint Spurgeon een enkele keer te preken. De uitnodigingen volgen elkaar echter snel op en de schare hoorders groeit. Hij is 19 jaar als hij in Londen verbonden wordt aan de Baptistengemeente. Na een aantal tijdelijke onderkomens in grote hallen met vier tot vijfduizend zitplaatsen, bouwde men de Metropolitan Tabernacle.
Temidden van de grote armoe, ellendige en onzekere werkomstandigheden die de Industriële Revolutie met zich meebracht, is de bouw van zo'n grote kerk niet vanzelfsprekend. Spurgeon geeft zelf aan dat elke steen, elke balk van de kerk gebedsverhoring is.
Tot zijn dood in 1892 was Spurgeon pastor van de gemeente. Zijn laatste preek hield hij op zondagmorgen 7 juni 1891.

Herkomst van verhaal over Harry
Het verhaal over Harry komt uit een boekje dat geschreven is door Eric Hayden. Deze predikant schreef een boekje over 30 bekeringen onder de bediening van Spurgeon. Deze levensverhalen vond hij beschreven in levensbeschrijvingen, de preken van Spurgeon en in het maandblad 'Met troffel en zwaard' waar Spurgeon regelmatig in schreef.. Het is wonderlijk hoe de Heere Spurgeon wilde gebruiken en dat vaak op een bijzondere wijze.
De verhalen in het boekje zijn vooral verhalen over mensen waar wat meer bijzonderheden van bekend zijn. Het boekje is niet bedoeld tot enkel leesgenoegen. De schrijver hoopt dat het ook tot bemoediging zal zijn van predikanten en anderen die werkzaam zijn met de verbreiding van Gods Woord.

NB: In het verhaal over Harry gaat het onder andere over sluitingstijd van winkels, en dat op zondag. In die tijd was het normaal dat de winkels op zondag open waren. 

Antwoorden 

Weet je het nog?
1c, 2b, 3a, 4b, 5b, 6a, 7b, 8c, 9c, 10b, 11b, 12c, 13b, 14b, 15a

Om over te praten
1a. Vader verlaten, leven in zonde, God zet ze stil op hun levensweg, terug naar huis, vragend om vergeving, een liefdevolle vader wacht op hen, blijdschap in huis.
1b. Blijdschap over een zondaar die zich bekeert (Lukas 15 : 10).
2a. Je mag hier ook lezen: gezonden door Christus. Daar bedoelt Paulus feitelijk de apostelen mee en in hen al de predikers.
2b. "Laat u met God verzoenen!" Het is het aanbod van genade. Genade voor zondaren, voor vijanden van God. Door het offer van Christus op Golgotha is het mogelijk deze genade te ontvangen. Wijs dringend op de noodzaak ervan.
2c. De predikers, de dominees, kunnen je zonden niet vergeven. Vraag Wie wel: God alleen.
2d. De dominee kan je wel de weg wijzen. Daarmee kan hij je wel helpen. Hij vertelt je over de weg. Probeer eenvoudig aan te geven Wie de Weg is: de Heere Jezus. Die in Hem gelooft, zal zalig worden.
3a. Laat kinderen verschillende voorbeelden noemen: in de kerk, op school, thuis, op de club, op zondagsschool etc.
3b. Hoe kun je zalig worden als je niet in de Heere Jezus gelooft? En hoe kun je nu in de Heere Jezus geloven als je nooit over Hem hoort? Daarom is het belangrijk om te luisteren naar het Woord van God! Zo kun je de Heere leren kennen. Daatvoor moet het Woord verder komen dan het oor, namelijk in het hart, door de krachtige werking van de Heilige Geest. Wijs daar ook op.
3c. Waarschijnlijk noemen de kinderen als eerste een predikant of evangelist uit de buurt. Vraag eens of hun vader of moeder dat ook zouden kunnen / moeten en hoe dan. Vaders en moeders of andere volwassenen hebben ook een taak hierin. Ga vervolgens nog een stapje verder, namenlijk naar de kinderen zelf. Het belangrijkste bij deze vraag is dat zij gaan beseffen iets over de Heere, Zijn Woord en dienst door te geven. Ga er over in gesprek hoe dit zou kunnen, door hun gedrag, woordgebruik e.d. hebben ze invloed op het beeld dat niet-christenen van de kerk en van God hebben.
4. Een moeilijke vraag misschien voor kinderen. Hopelijk is er een open sfeer om deze vraag te bespreken. Realiseer dat er enige schroom en /of verlegenheid kan zijn. Bedenk vooraf welke verschillende antwoorden jongens én meisjes op deze vraag kunnen geven en hoe u hier op in zou gaan. Allereerst het nooit te jong zijn voor de Heere om in het hart te werken. Vervolgens de begeerte om predikant / evangelist / ambtsdrager te zijn. Allen hebben we de taak te bidden om arbeiders in de wijngaard. Houd er rekening mee dat er kinderen kunnen zijn die hier serieus mee bezig zijn. Niemand is te jong om een nieuw hart van de Heere te krijgen. En liefde tot de Heere gaat, als het goed is, samen met bewogenheid over de naaste die God niet dient. Wees niet veroordelend als kinderen nadrukkelijk 'nee' antwoorden. Probeer te vragen naar motieven en hier een gesprekje over aan te gaan. Wijs ze met liefde op het ene nodige in dit leven en hoe goed het is de Heere te kennen en in Zijn Koninkrijk te dienen. Geef ook aan dat niet elke man dominee zal worden, maar dat het spreken over de Heere en Zijn dienst voor iedereen opdracht is en blijft. Vraag naar hoe dat op andere plaatsen / beroepen mogelijk is ons leven in Zijn dienst te besteden.

Klokken-puzzel Hij was verloren en is gevonden! 

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 september 2001

Mivo -12 | 28 Pagina's

Spurgeon, een middel in Gods hand

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 september 2001

Mivo -12 | 28 Pagina's