Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nieuwe Kansen Voor de Polder

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nieuwe Kansen Voor de Polder

11 minuten leestijd

Cao-onderhandelingen die stroef verlopen. Pensioenoverleg dat mislukt. Bonden die weglopen bij klimaatbesprekingen. Het veel geroemde Nederlandse poldermodel lijkt passé; een gepasseerd station. Gaat het ooit weer goedkomen tussen werkgevers, werknemers en overheid? En wat heeft dit voor gevolgen voor de RMU? Een verkenning.

Het poldermodel is de naam voor het Nederlandse overlegmodel waarin werkgevers, vakbonden en overheid met elkaar aan tafel zitten om te onderhandelen over arbeidsvoorwaarden en lonen. Omdat het overleg is gericht op overeenstemming, draagt het ook iets van harmonie in zich: samen naar oplossingen zoek Maar de laatste tijd zit de klad er goed in. De verhouding tussen werkgevers, werknemers en overheid is verzuurd. Het probleem speelt breder. Overal waar belangengroepen met elkaar overleggen, gaat het op zijn best moeizaam en op zijn slechtst mislukt het overleg. Denk bijvoorbeeld ook aan het overleg over de groei van Schiphol. Een commissie presenteerde twee tegengestelde rapporten.

Hoe moet dat verder? Voorafgaand aan het toedienen van het juiste medicijn is een heldere diagnose nodig. Wat is er gaande in ons land?

Polderen zit Nederland in de genen. Het consensusmodel gaat volgens deskundigen zelfs terug naar de Middeleeuwen. Toen moesten alle standen, boeren, edelen en stedelingen samenwerken om dijken rondom polders te bouwen. Anders hielden de Hollanders hun voeten niet droog.

Als hoogtepunt van het poldermodel wordt vaak het Akkoord van Wassenaar uit 1982 genoemd. Midden in een heftige economische crisis spraken werkgevers, werknemers en overheid loonmatiging af in ruil voor arbeidstijdverkorting. Bedrijven konden zo hun winstpositie verbeteren en de overheid beloofde de rijksfinanciën op orde te brengen.

Toch is deze samenvatting van het poldermodel die bij veel mensen in het hoofd zit, te simpel. Het was niet altijd pais en vree in de polder. Zo teisterden (godsdienst)oorlogen ons land en woedde er een lange sociale strijd. De ene periode was het rustiger in de polder dan de andere. Maar toch was daar steeds de onderstroom om er samen uit te komen. Zo ontstonden rond 1900 vele wetten die de sociale zekerheid vormgaven. En wat te denken van de onderwijspacificatie uit 1917, waarin de bekostiging van het bijzonder onderwijs werd uitgeruild tegen het vrouwenkiesrecht. Daarmee werd een politieke strijd van enkele decennia beslecht.

Anno 2019 is het guur in de polder. In de samenleving is een aantal fundamentele veranderingen gaande die deze ‘klimaatverandering’ veroorzaken. En die zijn niet zomaar te keren. Allereerst is daar de individualisering. Niet het collectief staat voorop zoals vroeger het geval was, maar het individu. Burgers komen vooral op voor zichzelf en zijn minder solidair: minder bereid om voor anderen dingen te doen of te laten. Veel mensen, waaronder ook zzp’ers, hebben geen behoefte om zich aan te sluiten bij belangenorganisaties. Dit heeft grote gevolgen, onder meer voor de vakbonden. In vijf jaar tijd daalde het aantal vakbondsleden in Nederland van bijna 1,9 miljoen in 2012 naar nog geen 1,7 miljoen in 2017. Vooral jongeren zien niets meer in bonden. Dat voorspelt weinig goeds voor de toekomst. Het is ieder voor zich. De ontwikkelingen in het bedrijfsleven zijn ook niet rooskleurig. Daar wordt meer en meer het Rijnlands ondernemingsmodel ingewisseld voor het Angelsaksische. Het Rijnlands model legt vooral nadruk op de middellange- en langetermijn. Continuïteit van de onderneming is belangrijker dan winst op korte termijn. Dit denken was vanouds sterk in het stroomgebied van de Rijn: Duitsland, Frankrijk, Zwitserland, Nederland, België en ook de Scandinavische landen. Vandaar de naam Rijnlands model. Het Angelsaksische heeft zijn wortels in Amerika en Engeland. Deze bedrijven zijn sterk gelinkt aan de aandelenbeurs. Daar lenen ze hun geld en beleggers zien graag zoveel mogelijk en zo snel mogelijk rendement.

Door de eenzijdige nadruk op winst, heeft het Angelsaksische model minder oog voor zaken als het milieu, morele overwegingen, werkplezier, solidariteit tussen bevolkingsgroepen en duurzaamheid van de onderneming. De verschillen tussen arm en rijk nemen toe en niet zelden is er sprake van zelfverrijking aan de top. Dat leidt in sommige gevallen tot decadent gedrag bij betrokkenen; jaloezie en ontevredenheid bij degenen die het met minder moeten doen.

Ook in de politiek is sprake van grote verschuivingen. Ongeveer een kwart van de kiezers stemt op een populistische partij. De ontevreden kiezer heeft geen vastomlijnde keuze meer en hopt van de ene partij naar de andere. Voor beginselen en uitgangspunten bestaat weinig interesse.

Daar ligt ook precies de oorzaak van de problemen in de politiek. In de jaren negentig van de vorige eeuw schudden de grote politieke tegenpolen VVD en PvdA hun ideologische veren af en kropen acht jaar lang met elkaar en met D66 in twee paarse kabinetten. Daardoor was er veel minder te kiezen en dat was een belangrijke voedingsbodem voor het populisme. Het mislukte integratiebeleid deed ook een stevige duit in het zakje.

De verharding in samenleving, bedrijfsleven en politiek heeft ook gevolgen voor de RMU. Het ledental van de Unie blijft redelijk stabiel, maar zou gezien de grootte van de achterban minimaal drie keer zo groot kunnen zijn. Ook jongeren sluiten zich niet gemakkelijk aan.In het zich verhardende bedrijfsleven bestaat ook minder begrip voor een organisatie die het harmoniemodel als dragende gedachte heeft.

Vervolgens is de vraag wat de remedie is. Dat is nog niet zo eenvoudig. Een cultuur bijsturen is niet eenvoudig. Maar elke verandering begint in het klein. Dat is in ieder geval een hoopvolle gedachte. Maar dat kost wel tijd. Met andere woorden: Het lek is niet zomaar boven water.

Om te beginnen bij de politiek: Politici moeten zich niet verliezen in populisme. Dat geldt ook voor de gevestigde partijen. Dat is best moeilijk. Maar ook politieke partijen dienen verantwoordelijkheid te nemen. En politici hebben een voorbeeldfunctie. Ze moeten niet puur gericht zijn op populariteit of macht, maar op verlangen om het gehele land te dienen. Er zijn best veel fracties in de Tweede Kamer die verantwoordelijkheidsvakantie nemen. De oplossing voor politieke problemen ligt niet bij de extremen, maar komt meestal voort uit het brede politieke midden dat bereid is om verstandige compromissen te sluiten.

Een constructieve houding om compromissen te sluiten, mag ook van vakbonden worden verwacht. Weglopen uit onderhandelingen is ten diepste een zwaktebod. Aan de overlegtafel dienen de afspraken gemaakt te worden. Daarvoor zijn de bonden op aarde. De belangenorganisaties van werknemers denken te snel dat er toch voldoende geld is om al hun eisen in te willigen.

Het positieve nieuws is dat de geschiedenis heeft geleerd dat in het verleden vakbonden en ook fracties in de Tweede Kamer verantwoordelijkheid namen als de nood echt aan de man kwam. De ervaring leert dat het in voorspoed soms lastiger is om te komen tot afspraken dan in tegenspoed. Crises brengen mensen vaak dichter bij elkaar. Het akkoord van Wassenaar was er niet gekomen als er in het begin van de jaren tachtig van de vorige eeuw een hoogconjunctuur was. We hoeven natuurlijk niet naar tegenspoed verlangen, maar we zien wel -om een Bijbelse uitdrukking gebruiken- dat drukking van de melk boter voortbrengt.

De RMU hanteert het harmoniemodel; door middel van overleg dienen partijen eruit te komen. Ook in een door en door geïndividualiseerde samenleving moeten partijen er door samenwerking uitkomen. Daarbij zal iedereen concessies moeten doen. En ja, die doen soms pijn.

En tot slot: Wie zal de mens die zich onaantastbaar en autonoom waant, tot inkeer brengen? Dat lijkt de grootste opgave. De geïndividualiseerde burger, al dan niet in gele hesjes, lijkt lastig tevreden te stellen. En dat in een samenleving op een ongekend welvaartsniveau. Beschamend. We zullen terug moeten naar een stevig waarden- en normenpatroon. Die heeft het christendom eeuwenlang geboden.

Op het christendom is veel aan te merken, maar het heeft in de geschiedenis al vaker de beslissende wending gegeven. En dat kwam omdat christenen geloofden in de boodschap die ze zelf brachten en die in de praktijk uitdroegen door belangeloos dienstbaar te zijn aan de naasten. Denk aan de christelijke kerk die uiteindelijk het Romeinse rijk te sterk werd. Denk aan de Reformatie, denk aan het Reveil.

Groen van Prinsterer beleed in de negentiende eeuw: Tegen de revolutie het Evangelie. Dat is in de kem nog de boodschap die het moet doen. En dan Evangelie in woord én daad.

Ondertussen heeft elk christen een verantwoordelijkheid voor de omgeving waarin hij of zij leeft. Elke verandering begint in het klein. De zeven klassieke christelijke deugden zijn daarbij een zinvolle richtingaanwijzer: wijsheid, rechtvaardigheid, matigheid, moed, geloof, hoop en (naasten)liefde.

Of om het in de woorden van Filippenzen 2 te zeggen: “Een iegelijk zie niet op het zijne, maar een iegelijk zie op hetgeen van de ander is. Want dat gevoelen zij in u, hetwelk ook in Christus Jezus was, die in de gestaltenis Gods zijnde, het geen roof heeft geacht Gode even gelijk te zijn (niet koste wat het kost heeft vastgehouden aan Zijn plaats in de hemel, red), maar heeft zichzelf vernietig een heeft de gestalte van een dienstknecht aangenomen, en is de mensen gelijk geworden.”


Ook de R M U ervaart verandering in de polder. W e vroegen Johann Honders, juridisch medewerker collectieve belangenbehartiging, om te reageren op de huidige situatie in het polderlandschap van onderhandelingen.

Wat ziet u als grootste bedreiging voor de vakbonden?

In de samenleving is er een toenemende mate van individualisering gaande. Waar voorheen het collectief belang groter was, staat nu het individu meer centraal. Veel werknemers zien geen toegevoegde waarde meer in het lidmaatschap van een vakbond. De opmerking: Wat heb ik eraan of Ik heb jullie nooit nodig is een gezegde dat onder de opzeggers van de RMU veel wordt gehoord. De vakorganisatie moet zich herijken op het nut van haar bestaan. Een duidelijke profilering met doordachte standpunten op het gebied van werk en inkomen is belangrijk voor het voortbestaan van de vakbonden. In het opkomen van eigen standpunten is het belangrijk om niet alleen voor eigen parochie te preken. Waar voorheen de bond de stem van de arbeider was, wordt dit geluid al lang niet meer door alle arbeiders herkend. In dat licht zie ik ook een bedreiging in de offensieve opstelling van de vakbonden. Veel werknemers die (nog) geen lid zijn van een vakbond herkennen zich niet in de actiestijl en zijn daarom geen lid. Ook is het belangrijk dat onderlinge verdeeldheid tussen vakbonden niet tot moddergooien mag leiden. Iedere vakorganisatie heeft zijn eigen standpunten en moet die ook in alle openheid kunnen uitdragen.

Wat vindt u ervan dat de toon van bonden verhardt en dat ze weglopen bij onderhandelingen over pensioenen en klimaatakkoord?

Het weglopen van de onderhandelingstafel van de pensioenen is te betreuren. De Raad van State noemt dit zelfs onverantwoord.

Eind dit jaar staan de dekkingsgraden van de pensioenfondsen in de metaal, PME en PMT, waarschijnlijk nog onder de dekkingsgraad van 104,5 procent. Het jaar daarop is dit ook het geval bij veel andere grote pensioenfondsen zoals het ABP en PFZW Pensioenkortingen dreigen bij meer dan 9 miljoen pensioenen. Het is tijd dat de sociale partners hun verantwoordelijkheid nemen om dit probleem op te lossen. Laat zien dat het poldermodel niet zijn langste tijd gehad heeft! Bij de klimaattafel ligt dit anders. Waar bij het pensioenakkoord de werkgevers, werknemers en de overheid alle partijen vormen, zijn het bij het klimaatakkoord legio instanties die daarnaast ook betrokken zijn. Veel maatschappelijke organisaties vertegenwoordigen aan de verschillende tafels hun belangen. Zonder de vakbonden ligt er nog steeds een klimaatakkoord. Juist daarom is het belangrijk dat de bonden aan tafel hun stem laten horen en niet vanaf de zijlijn hun standpunten profileren. Een verharde toon levert hier niets op.

Hoe kan er een einde komen aan de ontevredenheid in de samenleving?

De laatste crises heeft voor veel bezuinigingen rondom publiek geld gezorgd. Geld wat mensen nu weer terug willen zien. Wie herinnert zich de discussie rond de publieksgelden in de ouderenzorg niet, of het intrekken van de afschaffing van de dividendbelasting? Dit geld was volgens velen nodig om diverse sectoren zoals het onderwijs weer gezond te krijgen. Zolang er op grote thema’s zoals klimaat, pensioen, zorg en onderwijs geen rust is in de samenleving, zal de ontevredenheid niet af- maar toenemen. Hierin ligt bij uitstek een rol voor de vakbonden.

Komt het ooit weer goed met het polderoverleg?

Klimaat en pensioen zijn onderwerpen waar de sociale partners hun verantwoordelijkheid moeten nemen.Wanneer hier goede resultaten worden neergezet, is het poldermodel terug van weggeweest. Een klimaat- en pensioenakkoord kan dan aan de vermaarde polderreputatie worden toegevoegd. Zo niet, dan komt de polder mogelijk onder water te staan.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorische Maatschappelijke Unie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 april 2019

RMU.NU | 52 Pagina's

Nieuwe Kansen Voor de Polder

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 april 2019

RMU.NU | 52 Pagina's