Heb Ik Recht Op Beëindiging van Mijn ‘Slapende Dienstverband’ en de Wettelijke Transitievergoeding?

Is het recht? I

In het Burgerlijk Wetboek staat dat de werkgever aan de werknemer een transitievergoeding verschuldigd is indien de arbeidsovereenkomst ten minste 24 maanden heeft geduurd en de overeenkomst door de werkgever is opgezegd, op verzoek van de werkgever is ontbonden, of na het einde van een overeenkomst voor bepaalde tijd niet is voortgezet. In de praktijk blijkt dat arbeidsongeschikte werknemers in veel gevallen geen beëindiging van hun arbeidsovereenkomst krijgen én daarbij ook geen transitievergoeding ontvangen. Langdurig arbeidsongeschikte werknemers blijven ‘in dienst’ bij de werkgever, zodat deze geen transitievergoeding hoeft te betalen. Omdat er veel onduidelijkheid is ontstaan over het ‘slapende dienstverband’ heeft de rechtbank Limburg prejudiciële vragen (rechtsvragen van een rechter aan een hoger gerecht) gesteld aan de Hoge Raad over het slapend dienstverband.

De rechtbank Limburg wilde weten of, en zo ja onder welke omstandigheden, een werkgever als ‘goed werkgever’ akkoord moet gaan met het voorstel tot beëindiging van het ‘slapende dienstverband’, onder betaling van een transitievergoeding. Uitspraak van de Hoge Raad: de werkgever heeft de verplichting om, op verzoek van de arbeidsongeschikte werknemer, het ‘slapend dienstverband’ te beëindigen, met betaling van de wettelijke transitievergoeding.

Is het redelijk? V

Voor de beoordeling of beëindiging van het ‘slapende dienstverband’ en de uitbetaling van de wettelijke transitievergoeding redelijk is, wordt gekeken naar de positie van werkgever en werknemer.

Zoals eerder genoemd houden werkgevers langdurig arbeidsongeschikte werknemers in dienst om zo betaling van een transitievergoeding te ontlopen. Vanaf 1 april 2020 kunnen werkgevers een aanvraag indienen bij het UWV dat toeziet op compensatie van de transitievergoeding als zij een langdurig arbeidsongeschikte werknemer ontslaan of hebben ontslagen vanaf 1 juli 2015. Dit zou de belemmering om dienstverbanden met langdurig arbeidsongeschikte werknemers te beëindigen weg kunnen/moeten nemen. Het invoeren van de Regeling compensatie transitievergoeding brengt met zich mee dat de norm van goed werkgeverschap betekent dat een ‘slapend dienstverband’ in beginsel behoort te worden beëindigd als de werknemer dat wenst en de werkgever geen redelijk belang heeft bij het in standhouden van het dienstverband. Geconcludeerd kan worden dat het beëindigen van het ‘slapend dienstverband’ én het uitbetalen van de wettelijke transitievergoeding redelijk is.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen