Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geroepen tot getuigen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geroepen tot getuigen

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een kerk die niet werft, sterft. Die overtuiging bracht oud-zendeling en emeritus predikant ds. C.G. Vreugdenhil tot het schrijven van zijn jongste boek. “Waar Jezus tussen de gouden kandelaren wandelt, daar schijnt het licht van de mensen die met Hem wandelen.”

Het idee om een boek over het belang van getuigen te publiceren, lag er al jaren, maar door andere activiteiten kwam het er niet van. Uiteindelijk kreeg het een andere vorm dan ds. C.G. Vreugdenhil in eerste instantie van plan was. De emeritus predikant van de Gereformeerde Gemeenten gaf zijn nieuwste pennenvrucht een plek in de serie dagboeken die hij eerder schreef, oorspronkelijk bestemd voor de zeven lijdensweken. In 2007 verscheen ”Borgtocht”, in 2009 ”Intocht” en ”Triomftocht”, in 2012 ”Pelgrimstocht”.

Na acht jaar is er het vervolg ”Hartstocht. Toerusting en aansporing om te getuigen”. Aan de hand van tien stellingen, ontleend aan het boek, zet de auteur zijn gedachten over dit onderwerp uiteen.

1. PRIKKELING IS IN HET GETUIGEND GESPREK HEEL BELANGRIJK.

„Dat zeg ik in het gedeelte dat gaat over de ontmoeting tussen Jezus en de Samaritaanse vrouw. Hij zegt tegen haar: „Indien gij de gave Gods kende, en Wie Hij is Die tot u zegt: Geef mij te drinken, zo zou gij van Hem hebben begeerd en Hij zou u levend water gegeven hebben.” Daarmee prikkelt hij haar belangstelling en haar gedachten, ons tot lering. Laten we mensen nieuwsgierig maken, door een sprekend voorbeeld of door een vraag die tot nadenken aanzet. Bij een echtpaar in Almere dat ik mocht dopen, begon de zoektocht naar waarheid met een vraag die iemand stelde. „Is dit nu alles wat het leven jullie te bieden heeft?” Deze mensen hadden het goed, een eigen huis en een dubbel salaris, maar door deze opmerking gingen ze nadenken over de zin van het leven. Tot eeuwige zegen.”

2. GETUIGEN IS ZEGGEN WAT JE ZELF GEZIEN EN GEHOORD HEBT.

„Ja, dat geldt al in het natuurlijke. Denk aan het getuigenis voor een rechtbank. Als je nooit Jezus’ stem persoonlijk hoorde en niets van Zijn heerlijkheid zag, wat wil je dan doorgeven aan anderen? Datgene waarvan je getuigt, moet door jezelf heengegaan zijn. Dat levert vaak de vraag op: „Kun je pas evangeliseren als je weet dat je een kind van God bent?” Mijn antwoord is dan: „Je kunt in ieder geval een folder uitdelen of doorgeven wat in de Bijbel staat. Maar houd er wel rekening mee dat iemand je mogelijk vraagt: „Hoe ging dat nou bij jou?” Dan is het wel triest als je met een mond vol tanden staat.” Dat is geen reden om niet mee te doen, het moet een aansporing zijn om niet te rusten voordat je vanuit je innerlijk kunt vertellen wie God voor je is. Getuigen is delen wat je zelf hebt gehoord en gezien.”

3. OM HET EVANGELIE ALS BLIJDE BOODSCHAP TE AANVAARDEN, IS ZONDEBESEF NODIG.

„Dat is vandaag een geweldig probleem. Omdat de band met het transcendente is doorgesneden, voelen mensen zich geen zondaar. Daarvoor is nodig dat ze zich geplaatst weten tegenover een heilig God, maar de mens werd zelf de maatstaf voor alle dingen. Dat maakt evangeliseren dubbel moeilijk. Binnen het referentiekader van de moderne mens moet je op zoek naar wegen om duidelijk te maken waaróm Jezus naar deze wereld moest komen. Je kunt bijvoorbeeld aansluiten bij de discussie over rassendiscriminatie. Waarom ging de een zich boven de ander verheffen? Vervolgens zul je de brug moeten slaan van intermenselijke schuld naar onze schuld ten opzichte van God, in het licht van Zijn heilige wet. Uit ervaring weet ik dat dit niet eenvoudig is. Overtuiging van zonde is uiteindelijk het werk van de Heilige Geest. Maar daarbij wil Hij mensen inschakelen.”

4. DE NOTIE VAN HET GERICHT LAAT PAULUS NIET WEG; DAT MOGEN WIJ OOK NIET DOEN.

„Paulus houdt ons hiermee een spiegel voor. Hebben we onszelf over voor het brengen van een eerlijke boodschap? „Als je niet geborgen bent in Christus, ga je verloren.” Daar hoef je niet mee te beginnen. Een deel van mijn boek wijd ik aan Paulus op de Areopagus. Die zoekt eerst een landingsbaan voor het Evangelie, die hij in Athene vindt in het altaar voor de onbekende God. Daarbij gaat hij heel ver, door te zeggen: „Die God, Die gij niet kennende dient.” Maar hij blíjft niet aansluiten bij het denken van de mensen voor hem. De Grieken meenden dat de menselijke ziel uit de kooi van het lichaam moet worden bevrijd; daartegenover begint Paulus over de opstanding en het gericht. Hij is geen filosoof onder collega’s, maar een heraut van de levende God. Het is een reëel gevaar dat we te lief zijn en mensen voorhouden dat God ze aanvaardt zoals ze zijn. De Bijbel leert ons echt iets anders.”

5. ALLEEN GETUIGEN VAN GODS GENADE IN CHRISTUS IS IN ONZE WERELD NIET MEER VOLDOENDE.

„Ik zeg dat in de context van de moderne mens die niet gelooft in absolute waarheid. Dat betekent dat je in het evangeliseren soms gebruik moet maken van apologetiek; argumenten om aan te tonen dat het Woord van God wel boven het verstand uit, maar niet tegen het verstand in gaat. Dat is vooral van belang in het gesprek met hoger opgeleiden. Die zitten vaak met allerlei kritische vragen, die eerst beantwoord moeten worden voor er bij hen de bereidheid ontstaat om te luisteren naar de kern van het Evangelie. In het evangelisatiewerk bereiken we in de praktijk vooral de maatschappelijke onderlaag, maar laten we de hoger opgeleiden niet vergeten. In contacten met deze mensen komt vaak de vraag naar de geloofwaardigheid van de Bijbel naar voren, is mijn ervaring. Dan is kennis van de apologetiek heel nuttig.”

6. JE MOET NIET TE VEEL IN ÉÉN KEER WILLEN ZEGGEN.

„Als je dat wel doet, overspoel je de mensen. Met het risico dat ze vertrekken en niet meer terugkomen. Daarom verwacht ik zeker in deze tijd het meest van zogeheten vriendschapsevangelisatie. Dat is niet alleen een heel goedkope methode, het is ook de meest effectieve, leert onderzoek. Als je mensen regelmatig ontmoet, heb je de mogelijkheid de boodschap te doseren. Naarmate de vertrouwensband groeit, kun je meer duidelijk maken en de diepte ingaan. Over de zondeval en de gevolgen daarvan, de heiligheid en rechtvaardigheid van God, de noodzaak van verzoening door Christus. Door een ontstane vriend

schapsband is het ook gemakkelijker mensen te vragen eens mee te gaan naar de kerk. Het bezoeken van een dienst levert vanzelf nieuwe gespreksstof over de Bijbel op.”

7. WE MOETEN ZO LEVEN DAT WE NIET TE BERISPEN ZIJN DOOR MENSEN VAN BUITENAF, MAAR OOK NIET DOOR GOD EN ZIJN WOORD.

„Dat is een hoge norm. Die reik niet ik, maar die reikt de Bijbel ons aan. Denk aan het woord van Paulus in Filippenzen 2 vers 15: „Opdat gij moogt onberispelijk en oprecht zijn, kinderen Gods zijnde, onstraffelijk in het midden van een krom en verdraaid geslacht, onder welke gij schijnt als lichten in de wereld.” Bij het bezoek aan een vuurtoren ontdekte ik dat de stralenbundel niet ontstaat door een enorm sterke lamp, maar door alle spiegels eromheen. Die vangen het licht op en dragen het verder. Dat is de roeping van de gelovigen. Christus is de Lichtbron en zij zijn de lichtdragers. Christenen schijnen alleen wanneer zij in de juiste verhouding tot Christus en tot elkaar staan. Vandaar Paulus’ oproep. Heiliging is geweldig belangrijk, niet alleen om Gods wil te kennen, maar ook om tot voorbeeld voor anderen te zijn en zielen te winnen voor Christus. Daarin kunnen we veel leren van de Russisch-Duitse baptisten. Die zijn heel missionair en leven zelf heel stipt. De geloofwaardigheid van de boodschap wordt zeker bij vriendschapsevangelisatie voor een groot deel bepaald door de geloofwaardigheid van de boodschapper.”

8. HET EVANGELIE VAN DE VREDE MAAKT ONS MOBIEL.

„Dat zeg ik in het kader van de tekst dat we onze voeten moeten schoeien met de bereidheid van het Evangelie des vredes. Schoenen hebben te maken met jezelf verplaatsen, de bereidheid anderen op te zoeken. Als je de vrede met God mag kennen, gun je die iedereen en wil je daarvoor op stap. Je ziet dat heel duidelijk bij Priscilla en Aquila. Ze hebben Rome gedwongen verlaten, maar zijn later nog eens vrijwillig verhuisd, om dienstbaar te zijn in het Evangelie. Ik heb groot respect voor gezinnen die fraaie huizen in rustige dorpen verwisselen voor een woning in een grote stad, om daar het Evangelie present te stellen. Dan praktiseer je heel concreet waartoe Paulus aanspoort: de voeten schoeien met de bereidheid van het Evangelie van de vrede. Ik zeg niet dat iedereen deze beslissing moet nemen, wel ben ik ervan overtuigd dat God deze mobiliteit wil zegenen.”

9. WEES BEREID OM OOK DE VERANTWOORDELIJKHEDEN EN MOEITEN VAN HET EVANGELIE TE AANVAARDEN.

„Dat hangt samen met het vorige. Christus roept ons op tot zelfverloochening; om ons kruis op te nemen en Hem te volgen. „Neem mijn leven, laat het Heer, toegewijd zijn aan Uw eer.” Wij hangen niet het welvaartsevangelie aan. Dat belooft materiële en sociale voorspoed. De Bijbel spreekt over andere zaken: vrede met God, eeuwig leven. Dan moet je wel bereid zijn de daaraan verbonden verantwoordelijkheden en moeiten te aanvaarden. Jezus heeft Zelf gezegd: „In de wereld zult gij verdrukking hebben.” Op Johannes na zijn alle apostelen de marteldood gestorven, vanwege hun drang om het Evangelie te verbreiden in de wereld. Wat hebben wij ervoor over?”

10. EEN NIET EVANGELISERENDE GEMEENTE IS EEN DODE GEMEENTE.

„Dat klinkt cru, maar ik kan het niet anders zien. Een gemeente kan voor het oog heel bloeiend zijn, en toch dood. Denk aan de gemeente van Sardis. Voor Filadelfia gold het tegenovergestelde. Dat was een gemeente met kleine kracht, maar ze ontving een geopende deur. De reden staat erachter. „Gij hebt Mijn Woord bewaard en hebt Mijn Naam niet verloochend.” Het Woord stond daar niet op sterk water, maar het werd uitgedragen. Ik denk niet dat ze er een evangelisatiecommissie hadden en folders lieten drukken, op zich heel prima. Die mensen kónden in het contact met anderen gewoon niet zwijgen over wat ze hadden ontvangen. Waar Jezus tussen de gouden kandelaren wandelt, daar schijnt het licht van de mensen die met Hem wandelen. Laten we onszelf eerlijk onderzoeken in het licht van deze Bijbelse waarheid. Ben ik echt een christen?”

N.A.V. “HARTSTOCHT. TOERUSTING EN AAN- SPORING OM TE GETUIGEN”, DOOR DS. C.G. VREUGDENHIL; UITG. DE BANIER, 240 BLZ., PRIJS € 14,95

“Heiliging is geweldig belangrijk bij zielen winnen”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 oktober 2020

Terdege | 162 Pagina's

Geroepen tot getuigen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 oktober 2020

Terdege | 162 Pagina's