Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Veranderende vragen voor christelijke ondernemers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Veranderende vragen voor christelijke ondernemers

9 minuten leestijd

Van eenmanszaak tot internationale ondernemer: ze vinden elkaar bij de Verenigde Reformatorische Ondernemingen (VRO). „Netwerken is nu belangrijker dan dertig jaar geleden.”

Het doek glijdt van de Volvo EX90. In de showroom van Broekhuis te Harderwijk drommen de mannen likkeb rond de fonkelnieuwe bolide. Eerder op de avond heeft Joost Fraanje, directeur Broekhuis Harderwijk, een inspirerende lezing voor de leden van de VRO gehouden. „Bedenk waarom iets goed gaat. En doe het dan nog beter. Stel altijd de klant centraal.”

Zo’n vier keer per jaar stelt een bedrijf zich open voor een rondleiding, met aansluitend een maaltijd. Dat kan een bij de VRO aangesloten ondernemer zijn, maar dat hoeft niet. Deze avond, begin oktober, zijn er zo’n zestig leden aanwezig. „In het noorden kunnen we nog wel wat aanwas van leden gebruiken”, stelt een van de bestuursleden. „Bijeenkomsten in het westen trekken vaak net wat meer bezoekers.”

Zomervruchten

De kantine van het Rotterdamse Fruity Pack was, eerder dit voorjaar, inderdaad goed gevuld. Na een toepasselijke opening over de korf met zomervruchten uit Amos 8, door voorzitter Ton Twigt, is het tijd voor een rondleiding. Bezoekers trekken witte jassen aan en zetten hoofdbedekking op. En ook hier is –net als bij Broekhuis– het kijkje achter de schermen meer dan interessant. Zes dagen in de week levert het Rotterdamse bedrijf enorme hoeveelheden fruit in de bekende plastic bakjes aan onder meer diverse supermarktketens. In de verschillende hallen met meloenen, ananassen en welke andere soort fruit er maar voorradig is, valt vooral de efficiëntie van het rdend arbeidsproces op.

Gemêleerd gezelschap

De bijeenkomsten van de VRO trekken een gemêleerd gezelschap aan: van de eigenaar van een fietsenzaak tot grote internationale ondernemers als de gebroeders Duifhuizen. Waarin ze elkaar vinden en wat ze voor elkaar kunnen betekenen? Daarover hebben drie bestuursleden wel een mening. In de vergaderkamer van Medical Life Support in Kesteren schuiven voorzitter Ton Twigt, secretaris Margreet van Schaik en penningmeester Chris Koster op een natte herfstdag aan om een en ander toe te lichten. Ruim dertig jaar geleden werd de VRO opgericht, vooral vanwege het verdwijnen van de zondagsrust. Hoewel dat nog steeds een belangrijk onderwerp is, is het niet meer het belangrijkste thema, vindt het drietal.

TON TWIGT: „De VRO is wel breder dan alleen de zondagsrust. Sowieso denk ik dat het goed is dat we handelen vanuit rust. Dat is Bijbels. En het is ook goed en gezond voor een mens. Maar ik denk dat het goed is dat de VRO nog andere waarden heeft toegevoegd.”

CHRIS KOSTER: „Bezinning en goed ondernemerschap zijn thema’s die altijd terugkomen. En netwerken is nu veel belangrijker dan dertig jaar geleden.”

MARGREET VAN SCHAIK: „Ik vind het ook heel mooi dat we elkaar we ten te vinden wanneer er bij iemand problemen spelen.”

Christelijke stroopwafels

TON: „Ik zeg altijd: christelijke stroopwafels bestaan niet. Wel willen we het graag over goed ondernemerschap hebben. Dat is het doel van de VRO. Die gesprekken kun je niet voeren met bijvoorbeeld je buurman, maar wel met iemand uit dit netwerk. Bezinning en goede contacten gaan bij ons voorop. Ook vinden we belangenbehartiging belangrijk. Dat gebeurt in stilte. Als een lid het moeilijk heeft, kunnen we hem bijvoorbeeld koppelen aan ondernemers die iets voor hem kunnen betekenen. Wij zijn geen omzetgenerator. Toch kunnen we soms wel het verschil maken. Ik vraag vaak: wat heeft in jouw leven impact gehad? De antwoorden die ik dan krijg, hebben altijd iets te maken met de relatie die die persoon met een ander heeft. En dat is wat we ook bij de VRO willen bewerkstelligen.”

MARGREET: „Ik vind het mooi om te horen dat Joost Fraanje na afloop van ons bezoek aan Broekhuis tegen ons zei: „Wat een hechte club zijn jullie.” Hij had genoten van de gesprekken en de diepgang van die avond.

TON: „Tegelijk zijn we geen clubje dat de wereld wil verbeteren, maar werken we keihard voor onze boterham.”

Andere dynamiek

Chris Koster legt een archiefmap op tafel. „Wat dat betreft is er de afgelopen jaren weinig veranderd.” Glimlachend trekt hij een artikel tevoorschijn. „Dit verscheen bij ons 25-jarig bestaan. De kop erboven? „Doe maar gewoon, maar dan wel samen.’’ Grappig hè, zo zitten we nog steeds in elkaar. De basis is hetzelfde, maar de accenten zijn verschoven. We zien de laatste jaren ook steeds meer jonge ondernemers erbij komen. Die brengen een andere dynamiek met zich mee.”

TON: „Het is ook een andere tijd, met andere vraagstukken. De afgelopen weken ben ik bijvoorbeeld verschillende keren benaderd door jonge leden met vragen. En die gingen niet over praktische dingen als: hoe kan ik mijn online handel opzetten? Maar bijvoorbeeld over: kan ik het meewerken aan de bouw van een gezondheidscentrum waarin ook een abortuskliniek is gevestigd, voor mezelf ethisch verantwoorden? Of: ik zoek een mentor, een buddy. Kun je me aan iemand helpen? Jonge ondernemers zien de VRO meer als reflectietool.”

CHRIS: „Dat hoor je terug in de gesprekken onderling. En dat is ook een punt waarvoor leden bij ons aankloppen: de goede contacten. Elkaar wat gunnen. Er is een gezegde: het gaat er niet om wat je kunt, maar wie je kent. Daar zit een kern van waarheid in.”

In de beginjaren kwam de VrO landelijk in het nieuws doordat ze bezwaar maakte tegen een reclamecampagne van kledingconcern Hij. Is zoiets nog denkbaar?

Eenstemmig: „Nee.”

TON: „Niet omdat we er niets van vinden. Maar wij vinden het nu veel belangrijker om onszelf de vraag te stellen: Hoe handelen wij?”

CHRIS: „Daarom houden wij ook vast aan een opening met een meditatief moment. Dan krijgen wij de spiegel voorgehouden: wie zijn wij en hoe handelen wij in ons zakendoen?”

In het verleden voerde de VrO nadrukkelijk campagne om te kopen bij een bedrijf dat aangesloten was bij de vereniging. Waarom is dat veranderd?

TON: „VRO-leden mogen van klanten niet verwachten dat ze alles automatisch bij hen kopen. Maar omgekeerd is het ook goed als mensen in de achterban beseffen dat kleine ondernemers nooit zo massaal kunnen inkopen als grote ketens. Het is mooi als onze achterban de eigen kring iets gunt.”

CHRIS: „Grote jongens kunnen kleinere ondernemers de kop kosten. De budgetten en kennis die ketens hebben, heb je als kleine ondernemer niet. En als klanten je dan minder weten te vinden, kan het hard gaan.”

MARGREET: „Mensen staan er vaak ook gewoon niet eens bij stil. Onlangs sprak ik een VRO-lid en toen kregen we het over boodschappen doen. Ik vertelde dat ik naar een supermarkt ga die op zondag is gesloten. Ook kledingzaken selecteer ik bewust. Daar had mijn gesprekspartner niet bij stilgestaan.”

TON: „Support voor de eigen achterban vind ik inderdaad belangrijk. Toch vind ik ook dat een ondernemer in de eerste plaats vooral ondernemer moet zijn. De achterban is maar klein, dus de boterham zal ook deels buiten de achterban verdiend moeten worden.”

CHRIS: „Ik schat dat jongere ondernemers minder gebonden zijn aan de reformatorische gezindte. De globalisering speelt daarin ook een rol. Wil je handel hebben, dan is de wereld groter dan je dorp. En de wereld is een dorp geworden.”

Zijn de vragen van de leden ook veranderd?

TON: „Ja. Bij iedere bijeenkomst word ik wel aangeschoten en krijg ik vragen als: hoe zorg ik voor mezelf?” Margreet glimlachend: „Dat komt vast omdat jij in de hulpverleners branche werkzaam bent.”

CHRIS: „Ik herken het wel. In het verleden was het privéleven meer een ondergeschoven kindje.”

TON: „De oudere werknemer kan van jongeren leren dat er meer in het leven is dan de onderneming. De jongere kan leren van de oudere dat continuïteit loont.”

MARGREET: „Het ligt er wel aan in welke branche je werkt. Wij bieden onder meer veiligheidsopleidingen en dan komt er juist veel op de avonden terecht.”

TON: „De jongere generatie ziet sterker toe op het welzijn van het privéleven. En dan kom ik toch weer terug op de broodnodige rust. Zeker als je een huwelijks- en doopbelofte hebt gegeven, heb je ook daar een plicht.

Dat vraagt meer doordenking vanuit de christelijke hoek. Daar ligt nog een taak voor ons: want bezinning is een kernwaarde.”

Waarin ondersteunt de VrO de leden nog meer?

TON: „De afgelopen jaren heeft de veerkracht van de individuele ondernemer mij vaak verrast. Ondernemers die het moeilijk hebben, zien dan toch kans om door te ontwikkelen.”

MARGREET: „Of ze gaan er iets bij doen.”

TON: „Maar we moeten nooit vergeten: als je geknepen wordt, voel je altijd pijn.”

CHRIS: „Dan bieden wij ook een luisterend oor: Vind je het fijn als ik even een bakje kom doen.”

MARGREET: „Het is zo mooi om mensen met elkaar in verbinding te brengen. Er zijn weleens VRO-leden gaan helpen bij een boer waar de stal van geruimd moest worden. Dat is prachtig.”

Jullie leden zijn een gemêleerd gezelschap. Is dat niet lastig?

MARGREET: „Nee, wij zijn niet zo hoogdravend. Juist het gewone netwerken vinden onze leden fijn.” TON: „Ik denk dat het eerder juist verbindend kan werken. De grotere ondernemer vindt het ook fijn om zijn keuken te kopen bij een zzp-er.”

CHRIS: „We zien inderdaad ook juist grotere ondernemers lid worden. Ik denk vooral inderdaad om de netwerkfunctie.”

Naar welk aantal leden willen jullie groeien?

MARGREET: „De laatste drie á vier jaar zijn we best gegroeid. We zitten nu op zo’n 175 leden. We zijn niet echt bezig met werving. We geloven meer in mond-tot-mondreclame.”

TON: „We zien inderdaad liever organische groei. We zijn er niet voor de ondernemer die ons puur beschouwt als businessclub.”

CHRIS: „Maar we willen wel groeien. Dat zou gemakkelijk moeten kunnen als alle leden de handen in elkaar slaan. Want we zijn een vereniging met hart voor de zaken en de zaak.”

MARGREET: „We zoeken de verbinding.”

TON: „Margreet belt me regelmatig: let daar even op.”

CHRIS: „Luistert hij echt zo goed?”

MARGREET: „Nee, maar ik geef tips. En dan luistert hij wel.” Bulderend gelach.

MARGREET: „Maar juist die kleine dingetjes maken dat leden zich aangesproken en welkom voelen. En dat willen wij uitstralen.”


CHRIS KOSTER, mede-eigenaar van Olijrhook & Koster Vermogensadviseurs

WAAROM VRO: „Ik zocht verbinding met reformatorische ondernemers.”

PENNINGMEESTER SINDS 2019: „Er werd een beroep op mij gedaan. En dan is het de schouders eronder en dóór.”

MOOISTE MOMENT: „De gesprekken tijdens bijeenkomsten of bedrijfsbezoeken.”


MARGREET VAN SCHAIK, mede-eigenaar Medicall Life Support

WAAROM VRO: ”We werden uitgeno digd door een andere ondernemer.”

SECRETARIS SINDS 2021: Omdat de functie beschikbaar kwam.”

MOOISTE MOMENT: ”Het organiseren van de bijeenkomsten


TON TWIGT, directeur Deviaa

WAAROM VRO: ”Omdat onze toenmalige voorzitter, Leen van Welie, me uitgenodigde voor een bijeenkomst. Vervolgens ben ik gebleven."

VOORZITTER SINDS 2015: ”Omdat ik de kernwaarden van de VRO echt belangrijk vind.”

MOOISTE MOMENT: ”De persoonlijke ontmoetingen!”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 17 december 2024

Terdege | 244 Pagina's

Veranderende vragen voor christelijke ondernemers

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 17 december 2024

Terdege | 244 Pagina's