Boekbesprekingen

Na de publicatie van T&T Clark Handbook to Social Identity in the New Testament in 2014 heeft Brian Tucker (Moody Bible Institute, Michigan) opnieuw een ‘handboek’ op de markt gebracht. Dit keer niet in samenwerking met Coleman Baker, maar met Aaron Kuecker (Trinity Christian College, Illinois). Het is nu een commentaar op het gehele Nieuwe Testament. Het wordt gepresenteerd als een vervolg op het handboek.

In deze commentaar worden alle nieuwtestamentische bijbelboeken door afzonderlijke auteurs vanuit een specifiek sociologisch perspectief besproken. Diverse auteurs hadden reeds meegewerkt aan het in 2014 verschenen handboek. De commentaar bevat geen vers-voor-vers exegese bij de tekst, maar per perikoop. ‘It comments primarily on issues that intersect the biblical material and social identity concerns’ (xiii). Men beperkt zich hoofdzakelijk tot exegese vanuit het perspectief van de Social Identity Theory (SIT). Voor de lezer die onbekend is met deze benadering, is het eerste hoofdstuk toegevoegd waarin SIT toegelicht wordt.

Het inleidende hoofdstuk over SIT bevat een toegankelijke beschrijving van de benadering die vandaag de dag in zwang is binnen de nieuwtestamentische wetenschap. De beschrijving leunt grotendeels op enkele publicaties van Hogg (hoogleraar sociale psychologie, Los Angeles). Dit komt de helderheid ten goede, omdat er veel verschil is binnen SIT. Russell, de schrijver van het inleidende hoofdstuk, merkt terecht op: ‘Rather than a single theory, it is best to understand SIT as a set of tools and concepts for understanding intergroup relationships and the integration of psychological process-es and macro-social contexts’ (12). Echter, in het hoofdstuk wordt de theorie wel min of meer gepresenteerd als ‘a single theory’. Dit is uiteraard te honoreren voor een inleiding op een methode. In de bijdrage van de diverse auteurs wordt wel enig verschil waargenomen in het gebruik van tools ontleend aan SIT. Dit geeft verrijking, maar soms ook wat verwarring. Verder is er enige overlap in het boek. Zo schrijft elke auteur ter inleiding op zijn commentaar enkele alinea’s over Social Identity Approach. Men doet dit bewust om steeds aan te geven hoe men SIT gebruikt en wat men toevoegt aan datgene wat reeds beschreven is.

Het is uiteraard eenvoudig om op zo’n compleet commentaar kritiek te geven op bepaalde exegetische keuzes. Ter illustratie noem ik toch een opmerkelijke exegese van 2 Korinthe 6:14-7:1. In deze exegese verdisconteert Lim, de auteur, de sociale context van de audience niet, terwijl hij in de inleiding op 2 Korinthe uitgebreid schrijft over de sociale context van de audience. Hij noemt in de inleiding enerzijds de aanwezigheid van Paulus’ opponenten in Korinthe wel (328) en geeft zelfs nadrukkelijk aan dat de aanwezigheid van deze opponenten consequenties heeft voor de exegese. Zo zou Paulus vooral willen bewerkstelligen dat de Korinthiërs afstand nemen van deze ‘super apostles’. Bovendien zou Paulus zich wapenen tegen hun verdachtmakingen (331). Tegelijk schrijft Lim anderzijds: ‘The presence of the opponents is acknowledged but they remain in the background’ (328). Dit laatste is opmerkelijk als je een commentaar schrijft die zich richt op de verhouding tussen tekst en de sociale context. In zijn exegese van 2 Korinthe 6:14-7:1 komen we geen enkele verwijzing tegen naar deze opponenten, hoewel hierover veel geschreven is. Dit is opmerkelijk voor een commentaar die pretendeert de verhouding tussen tekst en werkelijkheid ter sprake te brengen.

Niettemin is deze commentaar een magnifieke prestatie. In relatief weinig woorden wordt een compleet boek gepresenteerd over de aanwezige sociologische processen in de nieuwtestamentische tekst. Het biedt een verrijking ten opzichte van andere commentaren door de unieke kijk op de tekst.

Niet alleen voor de nieuwtestamenticus, maar ook voor de gemeentepredikant heeft dit boek wat te bieden. Voortdurend zoeken de schrijvers naar elementen in de tekst op grond waarvan onderscheid gemaakt wordt tussen de gelovigen en de ongelovigen. Deze identity markers worden steeds voor het voetlicht gebracht. Wie vandaag de dag overtuigd is van het belang om onderscheidend te preken, treft in deze commentaar aanwijzingen om dit op bijbelse wijze te doen. Overigens moet daarbij wel opgemerkt worden dat de methode er niet van uitgaat dat er daadwerkelijk onderscheid bestaat tussen de ingroup en de outgroup, maar dat dit (vermeende) onderscheid slechts een sociale constructie is die door taaldaden geschapen wordt. Dit is de beperking van de methode, waarvan de auteurs zich doorgaans ook bewust zijn. In de prediking dient het besef door te klinken dat het onderscheid tussen gelovigen en ongelovigen niet een sociale constructie is, maar een levende werkelijkheid.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen