Boekbesprekingen
Mattijs Ploeger, Geloof dat probeert te begrijpen: Bijdragen tot een oud-katholieke theologische benadering [Publicatieserie Stichting Oud-Katholiek Seminarie, 63] (Amersfoort/ Sliedrecht: Merweboek, 2020) 194 p., € 24,50 (ISBN 9789057872044).
De rector van het Oud-Katholiek Seminarie, verbonden aan de Universiteit Utrecht, stelt in deze bundel het eigene van de oud-katholieke theologie aan de orde. De systematischtheologische hoofdstukken komen voort uit de colleges die hij geeft als docent systematische theologie en liturgie. Daarnaast heeft hij ook enkele lezingen en toespraken bewerkt tot artikelen.
In de eerste twee hoofdstukken tast hij af wat de oud-katholieke identiteit eigenlijk is. Hij kiest daarbij uitdrukkelijk niet voor een liberale benadering, die het geloof fundeert in de ervaring van het individu en in de cultuur. Openbaringstheologie legt ‘het primaat bij (de bronnen van) het christelijk geloof. Van daaruit wordt het heden geïnterpreteerd, getaxeerd en eventueel bekritiseerd’ (24). Het is natuurlijk nog wel de vraag hoe je dan die openbaringstheologie precies invult. Ploeger kiest voor een hermeneutische benadering die hij afzet tegen een fundamentalistische benadering, die hij een rationalistische en positivistische werkelijkheidsopvatting en dito manier van bijbellezen verwijt.
Daarmee heeft hij vooral gezegd wat de oud-katholieke theologiepositie niet inhoudt: niet vrijzinnig en ook niet fundamentalistisch. Hij vult dat nader in door te stellen dat Jezus Christus als de levende Verlosser zowel subject als object van de hermeneutiek is. Door het werk van de Geest kunnen we telkens opnieuw ontdekken wat het in een concrete situatie betekent dat Christus de Heer is en zo is de hermeneutiek christologisch en pneumatologisch verankerd.
In het volgende hoofdstuk voert Ploeger
Na deze twee hoofdstukken volgen de sacramenten, de liturgie, het ambt en Maria. De oriëntatie op de patres blijkt onder andere bij de opvatting over de sacramenten. De bemiddeling van het heil vindt plaats door de participatie aan het mysterion, het geheimenis. In de late Middeleeuwen maakte deze denkwijze plaats voor een ‘of-of’-denken waarbij het teken of slechts symbolisch is of helemaal identiek met de betekende zaak. In de Reformatie en de Contrareformatie zijn deze opvattingen verder uitgewerkt.
Het boek kenmerkt zich door een heldere schrijfstijl en geeft een goed inzicht in wat ik de meer traditionele oud-katholieke theologie zou willen noemen: congeniaal met de vroege kerk, met sympathie voor de theologie van de Reformatie, maar wel met een sterke focus op de sacramentaliteit van de genade die bemiddeld wordt door het ambt en door de kerk. Het ‘afgescheiden’ karakter van de Oud-Katholieke Kerk wordt gecompenseerd door een sterke verbinding met de oosterse orthodoxie en de Anglicaanse Kerk.
Wat mij betreft had Ploeger het gesprek met de gereformeerde theologie (en de protestantse traditie in het algemeen) nog wel iets meer expliciet mogen maken. Bij andere onderwerpen - bijvoorbeeld de oud-katholieke jansenistische en augustijnse genadeleer - was die verbinding misschien wat meer uit de verf gekomen. Ploeger sluit vaak aan bij de opvattingen van Andreas Rinkel (1889-1979). In zijn ‘Dogmatische theologie’ leunt deze oud-katholieke theoloog en bisschop op de Gereformeerde dogmatiek van Herman Bavinck die hij gebruikte voor zijn colleges. Ploeger neigt er soms toe om van de protestantse posities die hij afwijst - zoals de schriftleer en de sacramentsleer - een vertekend beeld te schetsen. Al is het natuurlijk onontkoombaar om in het korte bestek van historische passages in een systematischtheologisch vertoog wat te kort door de bocht te gaan.
De docent en priester van het bisdom Haarlem laat af en toe ook in zijn hart kijken. Veelzeggend is zijn reactie op een opmerking dat oud-katholieken geen devotie tot Maria zouden hebben. ‘Toen heb ik een botte wedervraag gesteld: “Hebben we dan wel devotie tot Christus?” Of hebben we als oud-katholieken eigenlijk helemaal geen devotie - in de zin van: vrome toewijding, eerbied en ontzag?’ (179). Uit deze bundel blijkt een vrome betrokkenheid op de katholieke geloofsleer en op het eigene van de oud-katholieke traditie daarin.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 september 2020
Theologia Reformata | 102 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 september 2020
Theologia Reformata | 102 Pagina's