Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het ruimtelijke ordening-strilemma van de SGP: land voor woningen, boeren of natuur?"

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het ruimtelijke ordening-strilemma van de SGP: land voor woningen, boeren of natuur?"

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

1. Wat is volgens u op dit moment de grootste uitdaging voor Nederland op het vlak van ruimtelijke ordening?

Ruimtelijke ordening vraagt voortdurend om keuzes. Denk alleen al aan de inrichting van een tuin. De grootte van die tuin is beperkt en vraagt dus om keuzes over de inrichting. Kies je een stenen terras of een groot gazon? Valt de keuze op een opbergschuur of een extra looppad? Logischerwijs spelen allerlei afwegingen hierbij een rol. Wat in het klein geldt, geldt des te meer in het groot. Op het vlak van de ruimtelijke orde- ning van Nederland spelen talloze belangen mee. Van woningzoekers tot forenzen en openbaar vervoerders. Tel daar de beperkte ruimte bij op en de grootste uitdaging voor Nederland op het vlak van ruimtelijke ordening is zichtbaar:

hoe zorgen we er voor dat de beperkte ruimte in Nederland zo goed mogelijk ingericht wordt, met inachtneming van alle afwegingen en belangen? Dat vraagt om fundamentele, politieke keuzes.

2. Welke kansen biedt de coronacrisis op het vlak van ruimtelijke ordening, bijvoorbeeld door veranderde gewoontes wat betreft woon-werkverkeer?

De precieze gevolgen van de coronacrisis voor de inrichting van de ruimte zijn nu nog lastig in te schatten. Maar als er inderdaad duurzaam meer thuisgewerkt zal gaan worden, zal dat zeker gevolgen hebben. Als mensen meer thuis werken, zal de filedruk afnemen en de behoefte aan zowel een prettige woonomgeving als een goede ruimte voor thuiswerk toenemen. Dat kan bijvoorbeeld impact hebben op de gewenste hoeveelheid ‘groen’ in woonwijken én voor meer woon- en leefruimte. Kortom, veranderende gewoontes wat betreft woon-werkverkeer zullen invloed hebben op de mate van leefbaarheid in dorpen en steden.

Een ander punt heeft betrekking op de woningmarkt. Op dat vlak kan de coronacrisis ook kansen bieden. Als er meer thuisgewerkt wordt, kan de behoefte naar kantoorruimte afnemen. De druk op de beschikbare ruimte voor nieuwe kantoorgebouwen neemt dan wellicht af, maar ook de mogelijkheden om leegstaande kantoorruimten om te bouwen tot appartementencomplexen nemen toe. Uiteraard vraagt dat om zorgvuldigheid, maar het kan bijvoorbeeld een bijdrage leveren aan het oplossen van het tekort aan studentenhuisvesting.

3. Bent u het ermee eens dat ons land voor een ruimtelijke ordeningstrilemma staat: land voor woningen, boeren of natuur? Wat moet volgens u voorrang krijgen?

Enerzijds ben ik het hiermee eens. Nederland staat inderdaad voor grote uitdagingen op het gebied van ruimtelijke ordening. Woningen, boeren en natuur vragen om ruimte én keuzes. Anderzijds is het van groot belang dat er geen onnodige tegenstellingen gecreëerd worden.

Polarisatie helpt niet in het politieke debat, maar het draagt ook niet bij aan gedragen oplossingen. Stellen dat de ruimte die onze landbouw inneemt ingeperkt moet worden zodat er ruimte komt voor woningbouw, helpt de discussie niet vooruit. Zoals ik net al zei: we moeten de goede balans vinden tussen alle belangen, waarbij alle afwegingen op de juiste manier meegenomen en meegewogen worden. Voorrang voor de ene groep doet vaak geen recht aan de positie van de andere groep.

4. Wat is de inzet van de SGP als het gaat om versterking van het spoorweggennet, ook breder tussen (hoofd)steden op het Europese continent? Waarin moeten we vooral investeren?

De SGP zet zich stevig in voor een betere bereikbaarheid van de regio buiten de Randstad. Dit staat ook in ons verkiezingsprogramma. Een cruciaal onderdeel daarvan is het investeren in regionale treinverbindingen, bijvoorbeeld met de stedelijke gebieden. Enerzijds betekent dat bijvoorbeeld nieuwe treinstations, anderzijds moet ook het bestaande spoorwegennet uitgebreid en verbeterd worden. Goede verbindingen zijn enorm belangrijk in de discussie over de ruimtelijke ordening. We kunnen vol inzetten op meer woningbouw in de Achterhoek of in Zeeland, maar als de benodigde verbindingen beperkt zijn, zorgt dat voor extra problemen. Ove- rigens laat dit ook direct de noodzaak zien van een overkoepelende aanpak van de ruimtelijke vraagstukken.

Goede (spoor)verbindingen zijn inderdaad niet alleen binnen Nederland van belang. Ook goede internationale verbindingen zijn meer en meer noodzakelijk. Het is een illusie om te denken dat Nederland, en daarmee ook de vraagstukken rond ruimtelijke ordening, bij de grens ophouden. België is voor de inwoners van de drie zuidelijke provincies meestal dichterbij dan Utrecht.

Op het gebied van het spoorwegennet zijn goede internationale treinverbindingen daarom hard nodig. Dat vraagt om stevige investeringen. Maar het vraagt ook om politieke durf.

Nu is het vaak zo dat een vliegticket naar een Europese hoofdstad goedkoper is dan de kosten voor een treinreis. En dat de reisduur sterk in het nadeel is van de rit met de trein. Ook op dit vlak moeten keuzes gemaakt worden. Waarbij in het geval van internationale verbindingen bijvoorbeeld ook het belang van het milieu meespeelt: treinverkeer veroorzaakt nog altijd veel minder milieuvervuiling dan een korte vliegreis.

5. Kunt u schetsen wat voor de SGP de ideale ruimtelijke inrichting is van Nederland in, zeg, 50 jaar van nu (Deo volente)? Dan gaat het over het hele plaatje: woningen, landbouw, natuur, infrastructuur, water. Wat is er volgens u nodig om dit te bereiken?

Een inschatting van die ideale inrichting vraagt om kennis van de vraag op dat moment. De precieze invulling is lastig te geven. Maar een goede ruimtelijke inrichting van Nederland vraagt wel om slimme keuzes en slimme investeringen. Een huis bouw je niet voor vijf jaar en een natuurgebied kun je niet zomaar verplaatsen. De keuzes van nu hebben gevolgen voor de ruimtelijke inrichting in de toekomst. Hiermee kom ik eigenlijk weer terug bij het antwoord op de eerste en derde vraag. De politiek moet fundamentele keuzes maken als het gaat om de ruimtelijke ordening van Nederland, waarbij allerlei afwegingen en belangen op de juiste manier meegenomen worden. Daar is veel voor nodig, zoals een visie op de toekomst van Nederland en een juiste inschatting van de waarde van (meer) woningbouw, landbouw en de ruimte voor water. De nieuwe Kamer is net gekozen, maar die Kamer moet ook de komende jaren weer keuzes maken over de toekomstige ruimtelijke ordening van Nederland.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 mei 2021

Zicht | 97 Pagina's

Het ruimtelijke ordening-strilemma van de SGP: land voor woningen, boeren of natuur?

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 mei 2021

Zicht | 97 Pagina's