Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dienstbaar tot gerechtigheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dienstbaar tot gerechtigheid

Hoe Honduras ons in Holland een spiegel voorhoudt

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onrecht is van alle tijden. Maar dat betekent niet dat we het bestaande onrecht maar op zijn beloop moeten laten, laat staan eraan meewerken. In plaats van te strijden voor gerechtigheid, zien we regelmatig ook overheden medeplichtig zijn aan onrecht. Wat is dan onze roeping als christenen? Onderstaand enkele reflecties vanuit de praktijk van de Asociación para una Sociedad mas Justa (ASJ, Vereniging voor een Rechtvaardiger Samenleving) in de Zuid-Amerikaanse staat Honduras. Valt daaruit iets voor ons te leren?

Ik had de titel al een tijdje thuis liggen: Call for Justice. From Practice to Theory and Back (2019). Maar er was nooit van gekomen om er eens goed voor te gaan zitten. Dit themanummer vormde een goede aanleiding om nu eindelijk de koe bij de horens te vatten. Wat me destijds intrigeerde in de titel van het boek was de beweging van praktijk naar theorie en vanuit theorie weer terug naar praktijk. Bovendien gaat het om een praktijk die zich ver van ons bed afspeelt, namelijk in de Zuid-Amerikaanse staat Honduras, maar ons niettemin mogelijk ook hier wat te zeggen kan hebben.

Combinatie Van Praktijk En Theorie

De praktijkverhalen in dit boek zijn geschreven door de Amerikaanse socioloog Kurt VerBeek, zowel verbonden aan Calvin University in Grand Rapids als aan de Hondure-se Asociación para una Sociedad mas Justa (ASJ, Vereniging voor een Rechtvaardiger Samenleving) in Tegucigalpa. Zijn verhalen worden voorzien van wijsgerige beschouwingen door de bekende filosoof Nicolas Wolterstorff. Laatstgenoemde was voor zijn emeritaat verbonden aan het eerder genoemde Calvin University, de Vrije Universiteit en Yale University. Hij is auteur van onder andere Justice, Rights and Wrongs (2008), Journey towards Justice (2013) en Justice in Love (2016).

Bij die interactie komen allerlei concepten voorbij die ooit vruchtbaar zijn gemaakt in een Nederlandse context. Duidelijk is dat de auteurs Hollandse voorouders hebben. Daarnaast zijn zij verbonden (geweest) aan Calvin University. Het onderwijs aldaar wordt nog altijd geïnspireerd door de Nederlandse gereformeerde traditie van Abraham Kuyper, Herman Bavinck en Herman Dooyeweerd. Zo komen regelmatig concepten als algemene genade, geschapen-zijn-naar- Gods-beeld en maatschappelijk middenveld voorbij. Daarnaast komen ook de begrippen zonde, genade en vergeving, en wat die betekenen voor de verhouding tot onze naasten, uitgebreid aan de orde. Dat maakt lezing van dit boek tot een uiterst inspirerende ontdekkingstocht waarbij herkenbare noties de nodige houvast bieden en via een omweg ook voor verrassende inzichten zorgen.

Wat Doet ASJ?

ASJ is een NGO die nu ruim twintig jaar geleden door vooraanstaande Hondurezen uit het maatschappelijk middenveld, met steun van Amerikaans geld en input van VerBeek en zijn vrouw, werd opgericht om armoede in Honduras te bestrijden. Al snel groeide het besef dat je armoede kunt bestrijden tot je een ons weegt, wanneer je niets doet aan de oorzaken van die armoede. Niet zelden bleek vervolgens dat die zijn gelegen in omstandigheden die armoede en onrecht in stand houden.

Schoonmaaksters en beveiligingsbeambten in Honduras vaak veel minder betaald dan het wettelijk minimumloon. Ze zijn daardoor genoodzaakt minimaal 80 uur in de week te werken om in het levensonderhoud van hun gezin te voorzien. Bovendien wordt bij ziekte loon vaak niet doorbetaald, ondanks het feit dat bedrijven daartoe wettelijk wel verplicht zijn.

Dan zijn er nog de verhalen van stelselmatige uitbuiting en verkrachting van vrouwen. Niet zelden zijn het mannen die op goede voet staan met lokale autoriteiten die zich daaraan schuldig maken. Door deze machtsrelaties kunnen dergelijke praktijken voortbestaan, zonder dat ooit iemand ervoor wordt veroordeeld.

ASJ voelt zich geroepen in dergelijke situaties de autoriteiten aan te klagen, dan wel ter verantwoording te roepen en wanneer zij daarvoor openstaan, te helpen bij het rechtzetten van de situatie, zo stelt VerBeek. Aanklagen doet ASJ bij voorkeur via de plaatselijke of landelijke media door het benoemen van concrete feiten. Wanneer daartoe de mogelijkheid bestaat, kan een betrokken bewindspersoon via een een-tweetje ter verantwoording worden geroepen. Dat ligt voor de hand in gevallen waarin het van belang is dat degenen die verantwoordelijk zijn voor onrecht imagoschade willen voorkomen. Zij hebben er dan ook belang bij dat de organisatie de zaak niet aan de grote klok hangt. Volgens Verbeek gaat het om het eindresultaat: een rechtvaardige samenleving.

Wat Is De Motivatie Van ASJ?

ASJ gaat uit van de veronderstelling dat er rechten bestaan waarvoor christenen dienen op te komen. Maar hebben mensen rechten? En zo ja, wat bedoelen we daarmee? Wolterstorff is van mening dat wij die rechten kunnen laten gelden tegenover instanties die ze kunnen garanderen. De rechten zelf zijn gegrond in het feit dat wij allen geschapen zijn naar het beeld van God en dat wij elkaar ook als zodanig moeten behandelen. Zo kan ik tegenover de overheid aanspraak maken op het recht niet van mijn leven of van mijn bezittingen te worden beroofd. En daarbij mag het niet uitmaken of ik man of vrouw ben, lid van de regering, van de oppositie of van een NGO die de overheid aanklaagt voor onrecht in de samenleving.

Wel brengen mijn rechten ook verantwoordelijkheden met zich mee, al naar gelang de gaven die ik van God heb ontvangen – verantwoordelijkheden tegenover mijn medemens en tegenover de natuurlijke omgeving waarin God ons geplaatst heeft. Een overheid die tekort schiet in haar verantwoordelijkheid tegenover degenen waarover zij gesteld is, zo benadrukt Wolterstorff, moet daarop aangesproken worden. Wanneer zij daarbij rechten schendt, dient zij te worden aangeklaagd. Hetzelfde geldt voor burgers onderling. Wanneer ik een ander onrecht aandoe, dan dien ik daarvoor gestraft te worden.

Maar waarom zou je je als medewerker van een NGO inzetten voor de strijd tegen onrecht? Wolterstorff vraagt zich naar aanleiding daarvan af hoe het komt dat de overgrote meerderheid van mensen zich van bestaand onrecht niets aantrekken. Dit terwijl anderen zich daarentegen geroepen voelen om er daadwerkelijk de strijd mee aan te binden. Naast moreel besef (erkennen: ‘dit is fout!’) wijst hij op het belang van emotionele betrokkenheid (‘ik moet iets doen!’). Die betrokkenheid ontstaat, zo weet Wolterstorff uit eigen ervaring, wanneer mensen tegenover degenen gezeten hebben die het slachtoffer zijn van onrecht. Je moet hun verhalen hebben gehoord en hun leed met eigen ogen hebben aanschouwd.

Boosheid En Straf Gerechtvaardigd?

Daarbij is boosheid over het aangedane onrecht gerechtvaardigd. Die boosheid dient gepaard te gaan met de roep om gerechtigheid. Dat is voluit Bijbels, aldus Wolterstorff. Zowel in het Oude als Nieuwe Testament zien we die roep steeds opnieuw terugkeren – van Mozes tot Micha en van Jesaja tot Jezus Christus. Ook daar waar in het Nieuwe Testament in bepaalde vertalingen sprake is van ‘rechtvaardigheid’, wordt volgens Wolterstorff ‘gerechtigheid’ bedoeld. Het is ook in die betekenis, stelt VerBeek, dat ASJ getuige wil zijn van Christus in deze wereld: niet alleen door op gezette tijden het geloof te belijden, maar ook en vooral: door recht te doen.

Boosheid bij het zien van al het leed om ons heen is terecht. Évenals de roep om straf voor degenen die dat onrecht hebben begaan, zo is Wolterstorff stellig van mening. Alleen dan niet als uiting van persoonlijke wraakgevoelens, maar als moreel statement. ‘Onrecht past niet in onze samenleving en, mocht het desondanks toch voorkomen, dan dienen daders daarvoor een prijs te betalen die in verhouding staat tot het onrecht dat zij begaan hebben.’

De noodzaak van straf wordt niet teniet gedaan door het feit dat daders in sommige gevallen schuld belijden en beterschap beloven, zo stelt Wolterstorff nadrukkelijk. Wel is dan vergeving van de kant van degenen die het onrecht gedaan hebben op zijn plaats. Die vergeving is geen vergeten, omdat dat wat gebeurd is hoeft niet te worden ontkend, maar een kwestie van de ander diens zonde niet langer aanrekenen en hem of haar de kans geven met een schone lei opnieuw te beginnen. Dit vanuit de gedachte: ‘Gaat heen en zondig niet weer!’ Op die manier kan ook herstel van geschonden verhoudingen plaatsvinden, zo is Wolterstorff van mening.

Wat Is De Rol Van Vergeven In De Samenleving?

Maar wat als er geen schuld wordt beleden en onrecht onbestraft blijft? ASJ had de bedrijfstak van beveiligers aangeklaagd, omdat de betrokken ondernemingen hun werknemers minder betaalden dan waar zij wettelijk gezien recht op hadden. Op een dag werd, net als altijd, op kantoor gezamenlijk begonnen met gebed om een zegen over het werk dat wachtte. Echter, nog maar net van kantoor vertrokken en op weg naar de rechtbank, werd Dionisio Díaz García, de advocaat die de belangen van betrokken werknemers behartigde, dood geschoten. Degenen die de aanslag pleegden, werden kort daarop gearresteerd en niet lang daarna veroordeeld tot een zware gevangenisstraf – zonder schuld te bekennen en zonder dat bekend werd wie hen opdracht had gegeven tot de moord.

VerBeek kon aanvankelijk niet geloven, dat zo kort na hun gebed, Díaz García het leven had gelaten. Al snel volgde echter de woede over zoveel onrecht, gedaan aan een man die zijn leven gewijd had aan de strijd voor gerechtigheid. Tegelijkertijd worstelde hij met de vraag of hij de mannen, maar vooral hun opdrachtgevers diende te vergeven. Was hij daartoe niet geroepen vanuit zijn overtuiging als christen en gedreven door de christelijke liefde? Was het Jezus niet die uitriep: ‘Vergeef het hen want ze weten niet wat ze doen’?

Wolterstorff schrijft dat vergeving alleen mogelijk is wanneer de dader om vergeving vraagt. En hoewel in de vertaling van Jezus’ roep sprake is van het woord ‘vergeving’, zou ‘loslaten’ of ‘afzien van straf’ meer recht hebben gedaan aan wat er staat. Het mag nooit zo zijn dat woede over verschrikkelijk onrecht het leven van een christen gaat beheersen – zodanig dat die christen niet meer kan focussen op het doen van precies datgene waar Díaz García zich voor had ingezet: dienstbaar te zijn tot gerechtigheid. En die gerechtigheid gaat veel verder dan degenen die de moord op hem op hun geweten hadden voor het gerecht slepen.

Hoe Streven Naar Gerechtigheid?

Die dienstbaarheid aan gerechtigheid is een continue balanceer-act, aldus VerBeek. Daarbij is het steeds opnieuw zoeken naar de juiste rol: die van de profeet, de priester of juist die van de koning.

Het zijn de priesters die zich wijden aan het verlenen van daadwerkelijke hulp aan armen en rechtelozen. Dat vereist intensieve, langdurige en gewetensvolle arbeid. Naast allerlei andere organisaties – dankzij Gods algemene genade zowel niet-christelijke als christelijke – is dat ook waar dat ASJ zich voor inzet. Daarnaast zijn er de koningen die met de zittende macht in gesprek gaan over het onrecht, haar wijzen op haar verantwoordelijkheid en wegen wijst om datgene te doen waartoe de zittende macht geroepen is: recht te doen. Ook dat vereist geduld en de nodige tact. Er zijn onder de initiatiefnemers van ASJ enkelen die dergelijke gaven bezitten en deze al regelmatig met succes hebben toegepast.

En rol waarvoor velen terugschrikken, is echter die van de profeet. Een profeet neemt de roeping aan om onrecht aan de kaak te stellen en degenen die daarvoor verantwoordelijk zijn aan te klagen. Dat vereist boosheid over onrecht dat anderen is aangedaan. De profeet richt zich tot degenen die verantwoordelijk zijn en spreekt hen desnoods persoonlijk aan. De waarheid die hij te vertellen heeft is vaak hard, en wordt hem of haar door betrokkenen niet in dank afgenomen. Het is een roeping waarvoor weinigen in de samenleving en de politiek, ook christenen, de moed hebben, zo stelt VerBeek. Een profeet maakt gemakkelijk vijanden en kan daardoor ook gevaar lopen. In het beste geval word je belachelijk gemaakt, maar in het ergste geval loopt je leven gevaar. Toch is het in de strijd tegen onrecht nodig dat er profeten zijn die dat risico durven lopen en die bereid zijn aan deze roeping gehoor te geven.

Verschil Met Het Huidige Populisme?

De rol van profeet lijkt in de politiek op dit moment vaak voorbehouden aan populisten, zo moet ook Wolterstorff toegeven. Zij werpen zich naar zijn inzicht op als woordvoerders van de terechte grieven van een middenklasse die haar bestaan bedreigd ziet – niet alleen in economisch, maar ook in cultureel opzicht. Alleen gaat dit volgens hem te vaak gepaard met vrouwonvriendelijke uitingen, discriminatie van seksuele en etnische minderheden en moslimhaat. Daarnaast lijken ze zich slechts de profetenmantel te hebben eigen gemaakt en laten ze de priesterlijke, daadwerkelijke zorg voor de armen, en de koninklijke rol, op zoek gaan naar oplossingen door in gesprek te gaan met machthebbers die zich niet geroepen voelen tot gerechtigheid, vooral aan anderen over. Het is jammer dat Wolterstorff hier het niveau van de gangbare academische literatuur over populisme niet ontstijgt. Ik verwijs in dat verband graag naar mijn boek Concurrent of bondgenoot. Een christelijke perspectief op populisme (2020). Hij had, geheel overeenkomstig zijn eigen voorkeuren voor gedrevenheid vanuit moreel besef en emotionele betrokkenheid, in gesprek kunnen gaan met de christenen die destijds, ondanks al hun eigen mitsen en maren, op Donald Trump stemden. Hoe kan het dat daaronder niet minder vrouwen waren dan bij andere Republikeinse kandidaten? Hoe kan het dat er voor hem veel meer steun was onder etnische minderheden dan onder welke Republikeinse kandidaat voor hem? Zij waren hem dankbaar voor de bestrijding van criminaliteit in hun woonwijken en de verbetering van hun woonsituatie in het algemeen. Terecht?

Het lijkt er niet op dat Wolterstorff de mensen die op Trump stemden persoonlijk heeft gesproken om een indruk te krijgen van de problemen waarmee zij voorheen te kampen hadden – iets dat hij even daarvoor nu juist had aangeprezen als belangrijke voorwaarde om tot de broodnodige empathie te komen. Kortom: Wolterstorff komt op dit punt wel erg gemakkelijk tot een oordeel dat de rest van zijn vaak fundamentele reflecties enigszins ontsiert. Hij gaat iets te gemakkelijk voorbij aan een eerdere observatie van VerBeek dat je jezelf met het aankaarten van misstanden en degenen die daarvoor verantwoordelijk zijn er persoonlijk op aanspreken niet zelden gehaat maakt.

Natuurlijk is het goed om ook profeten kritisch te bevragen op hun inspiratiebronnen en eigen handelen. Dat populisten zelf ook misstappen begaan, laat alleen al het voorbeeld van Trump duidelijk zien. Maar uiteindelijk moet er ook iemand zijn die de moed heeft om tegen onrecht te ageren – hoe gehaat diegene zich daarmee ook maakt bij de machthebbers die er belang bij hebben dat onrecht nota bene met de mantel der liefde bedekt wordt. En daarvoor heeft Wolterstorff naar mijn smaak wat te weinig oog.

Wat Heeft Dit Alles Ons Te Zeggen?

AJS is een organisatie uit het Hondurese maatschappelijk middenveld die in staat is geweest uit te groeien tot een lokale factor van groot belang. Met behulp van zowel media als overleg met regeringsfunctionarissen weet ze onrecht aan te kaarten en de samenleving iets rechtvaardiger te maken. Ze probeert daartoe altijd de koninklijke weg te bewandelen. Maar wanneer de regering doof blijkt voor haar roep, blijkt profetisch getuigen tegen onrecht niet zelden veel effectiever om de benodigde maatschappelijke onrust te veroorzaken waardoor autoriteiten zich genoodzaakt voelen alsnog de noodzakelijke hervormingen door te voeren. Zouden wij hier in Nederland iets van deze NGO kunnen leren? Ook in ons land is regelmatig sprake van onrecht. De toeslagenaffaire ligt nog vers in het geheugen. De onrust over de aanpak van de stikstofproblematiek is van nog recenter datum.

Ook hier waren er gelukkig nog maatschappelijke organisaties die al in een vroeg stadium aangaven dat op deze dossiers zaken fout gingen en regelmatig sprake was van schrijnend onrecht. Anders dan in Honduras valt op dat in Nederland media doorgaans veel minder adequaat reageren op dergelijk onrecht. Hier was het vooral aan de inspanningen van enkele meer of minder populistische parlementariërs als Pieter Omtzigt, Renske Leijten en Farid Azarkan te danken dat de misstanden rond de toeslagen uiteindelijk boven water kwamen. Bij de stikstofproblematiek waren het de boeren zelf die het voortouw namen en, zij het daarbij gesteund door populisten als Caroline van der Plas , aandacht vroegen voor de niet zelden zeer schrijnende situatie waarin zij zich bevonden.

In beide gevallen geldt echter dat er uiteindelijk een koninklijke weg gevonden dient te worden om tot een oplossing te komen. Ondertussen kunnen christelijke organisaties mogelijk langs priesterlijke weg de nood verlichten. Maar zonder het profetisch benoemen van onrecht had de overgrote meerderheid van mensen in onze samenleving geen idee gehad welke problemen er speelden. Dat is althans wat het voorbeeld van ASJ ons kan leren.

Ten Slotte

Veel sterker dan nu dient beseft te worden dat een al te grote kloof tussen politiek en samenleving inderdaad gemakkelijk tot schrijnende situaties kan leiden. Het is te hopen dat ook hier, onder druk van maatschappelijke onrust en politieke druk, politiek en samenleving gezamenlijk hun verantwoordelijkheid erkennen de strijd tegen onrecht aan te gaan. Zoals ASJ dat doet in Honduras, zo kan ook het maatschappelijk middenveld in Nederland daarbij mogelijk een beslissende rol spelen. Daarbij van harte gesteund door de SGP die zich elk op hun eigen wijze inzetten voor gerechtigheid in ons land.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 oktober 2022

Zicht | 104 Pagina's

Dienstbaar tot gerechtigheid

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 oktober 2022

Zicht | 104 Pagina's