‘Bij een profeet hoort grote eenzaamheid’
In gesprek met drs. P.L. de Jong vdm over profetie in politiek, kerk en samenleving
De Oudtestamentische profeten waren identificatiefiguren voor de SGP’ers van het eerste uur. In de Tweede Kamer klonken waarschuwende woorden van Kersten en Zandt tegen het loslaten van Gods geboden. Vandaag de dag brengen SGP’ers nog steeds de Bijbel ter sprake in raadszaal of parlement. Het getuigende karakter van de partij wordt gekoesterd. Maar wat is getuigen of profeteren precies? Past de profetenmantel een politicus? Hierover gaan we in gesprek met ds. P.L. de Jong uit Rotterdam. Een predikant die midden in de maatschappij wil staan en actuele ontwikkelingen met een kritisch oog beschouwt.
Dit interview wordt kort voor het Kerstfeest gepubliceerd. De geboorte van Christus is eeuwen tevoren aangekondigd door profeten.
Weet je wie de grootste profeet rondom de geboorte van Christus is? Dat is de oude Simeon. Die is het meest authentiek profeet. Hij vormt geen eenmansfractie in het Sanhedrin. Hij is geen farizeeër, zeker geen Sadduceeër, heeft noch hier noch daar belang. Hij wordt door de Geest geleid. Zijn profetie is heel breed: voor Israël en voor alle volken. Tegelijk laat hij ook merken: het moet wel door donkere diepten en heel veel lijden heen om het doel van Gods Koninkrijk te bereiken.
Hij komt niet met een verhaal van: we gaan dit of dat doen, die maatregel nemen en dan gaan de pensioenen voor ouderen weer wat omhoog. Niets van dat alles. Simeon is heel breed en heel dichtbij. Vanzelfsprekend heeft het alles met Christus te maken. In Hem ziet hij de Koning en Gods Koninkrijk nabij komen. Simeon geeft een visie. Maar ga nu niet denken dat wij mensen die visie wel even gaan realiseren.
Mensen die wijze dingen voor deze tijd zeggen, zoals Simeon dat toen in de tempel deed, kom ik nog steeds tegen. Vaak in de kerk, soms zijn ze ouderling, maar ze zijn ook wel in de politiek te vinden. Niet actie, maar visie is het belangrijkste.
Bedoelt u ook: profeteren is geen moraliseren?
Profeteren heeft niet veel te maken met moraliseren, tenzij de profeet een nieuwe stap doet. Zodra een profeet met een bepaalde partij meepraat, is hij geen profeet meer. Dan gaat het om een herdersfiguur die ervoor wil zorgen dat de schaapjes niet te ver weg lopen. Een profeet zal dingen zeggen waarvan zowel de schapen als de herder zeggen: ‘Daar zit ik niet op te wachten’. En dat is dan tóch het Woord waar we mee verder moeten. Een profeet zet een deur naar de toekomst open.
Het schetst u de maatschappelijke positie van de profeten in het Oude Testament?
Deze profeten hoorden nergens bij. Niet bij de priesters en hun tempeldienst, ze hoorden ook niet bij de koning en de bestuurders en rechters. Ze stonden op een heel eigen plek en hadden zo ongeveer met iedereen ruzie. Ze stonden helemaal alleen.
Waren ze ook eenzaam?
Ja, bij een profeet hoort grote eenzaamheid. Vanuit hun zelfstandige positie uitten ze soms stevige kritiek op de priesters en een andere keer veegden ze de koning de mantel uit. Dat deden ze overigens niet continu, want uit het boek Jeremia kun je afleiden dat hij soms jarenlang zweeg. In de tijd dat koning Josia een hervorming doorvoert, hoor je de profeet niet. Zodra zijn opvolger een ander beleid voert, verheft de profeet weer zijn stem.
Profeet zijn is geen beroep dat je week in week uit de hele dag uitoefent. Maar er zijn situaties, dan staan ze ineens op! En dan geven ze nergens om. Ze hebben geen salaris te verliezen, of kiezers. Ook geen naam te verliezen. Maar iedereen hoort ze, op een manier waar iedereen van ophoort: die man heeft ècht wat te zeggen, die komt met een boodschap van de andere kant!
Profeten geven de woorden van God door: ‘Zo spreekt de HEERE’.
Zó onafhankelijk spreken namens God, dat kun je never en nooit doen als je een vriendje van de koning bent. Profeten worden bekritiseerd en weggezet. Als het even kan worden ze in de gevangenis gegooid. Die grote eenzaamheid van een profeet heeft alles te maken met het boodschapper-zijn van God. Een profeet is heel existentieel betrokken op Hem.
De profeten ondervonden concurrentie van andere profeten, valse profeten. Waaraan herken je die?
Valse profeten, die hadden altijd een belang. Of ze hielpen de bestuurders een handje en daar werden ze dan ook voor betaald. Denk overigens niet dat de valse profeten onzin riepen. Nee, ze baseerden zich op de vijf boeken van Mozes. Het klonk altijd goed en vertrouwd. Rechtzinnig, zouden wij zeggen. Bij valse profeten valt op dat ze niet in betrokkenheid op het moment spreken. Dus de wil van God zoals verwoord in de boeken van Mozes kunnen zij niet vertolken op een manier die nieuw is, die bij de tijd past, die veel mensen tegenstaat, maar toch de weg naar voren, de toekomst in, op een verrassende manier laat zien.
Past de profetenmantel wel bij een politicus?
Een politicus moet zich er zeer goed van bewust zijn dat hij belangen heeft. Hij wil iets bereiken voor deze of gene groep. Of is uit op stemmenwinst. Wat ik ook benadruk: profeteren is niet het organiseren van conserva- tisme. Bijvoorbeeld: ‘Vrij heilig in plaats van vrij veilig’. Conservatisme kan alleen zinvol zijn als het deel uitmaakt van een visie voor de samenleving. Ik zie dominees en politici die uit alle macht proberen de deur dicht te houden voor bepaalde ontwikkelingen. Of de dijk verhogen om het vuile water buiten te houden. Maar profeten doen niet aan dijkverhoging. Op een gegeven moment begeeft de waterkering het en staan we allemaal met onze voeten in de modder. En wat zeggen we dan? Wat is dan ons laatste houvast?
Politiek en getuige zijn: is dat een moeizame combinatie?
Je bent als politicus gebonden aan afspraken die je hebt gemaakt in coalitieverband.
Of er spelen belangen in je achterban waarmee je rekening wilt houden. Dat moet je al- lemaal tegen elkaar afwegen. En het plaatje klopt nooit helemaal. Soms klopt het beter en soms minder. Ik ben wel voor christelijke politiek, hoor. Ik waardeer christelijke politici die de Bijbel lezen, goed over kwesties nadenken en wijze besluiten nemen. Er is na- tuurlijk een tijd geweest dat de SGP niet aan het getuigenis, zogezegd. politiek deed. Ze gingen toen helemaal voor
Dat ligt wat genuanceerder. De Hervormd Gereformeerde Staatspartij (HGS) met De SGP lag het getuigen eveneens na ds. C.A. Lingbeek was strikt getuigend. aan het hart, maar kwam bijvoorbeeld in middenstanders. De historicus Koen crisistijd op voor de boeren en de kleine Vossen concludeert dat om die reden de voortbestaan, terwijl de HGS ter ziele SGP na de Tweede Wereldoorlog bleef ging.
Wat denk ik ook meespeelt, is dat Kersten meer ijzers in het vuur heeft gelegd dan Lingbeek. Die had alleen de HGS, terwijl Kersten ook een kerkverband, een scholenbond en een krant oprichtte. Kersten vond vorming van de opgroeiende generatie van groot belang. Terecht. Maar de Joodse mensen moesten van hem weer terug naar Duitsland. Er valt dus wel wat af te dingen op de manier waarop Kersten het getuigende aspect invulde. Hij was in die jaren nog steeds druk met de paus bezig terwijl Hitler bij onze oosterburen aan de macht kwam en alle Joden op transport zette naar de vernietigingskampen.
Toen Abraham Kuyper zich kandidaat stelde voor de Kamerverkiezingen, hoopte hij op de steun van Kohlbrugge. Maar die zei tegen hem: Als ik jou was bleef ik bij de theologie. Wanneer je in de politiek gaat, kun je de theologie wel vergeten. Want je geweten zal heen en weer gaan. Zit je in de politiek dan moet je dealen, dan heb je belangen, dan moet je een grote mond opzetten op momenten waarvan je denkt ‘ik gebruik nu liever wat minder grote woorden’ – en andersom.
CDA, ChristenUnie en SGP geven elk op een eigen manier vorm en inhoud aan christelijke politiek. Hoe taxeert u dit?
Het CDA is teruggevallen op christelijke inspiratie voor het bedrijven van politiek. Vier kernwaarden staan centraal: gerechtigheid, solidariteit, rentmeesterschap en verspreide verantwoordelijkheid. Prachtig uitgedacht. Die kernwaarden veronderstellen echter wel dat je de Bijbel als moreel kompas hanteert. Als dat niet zo is, dan kun je met die goede waarden alle kanten op. Je gaat ze dan op een eigen manier invullen, misschien wel beïnvloed door hypes. Naar mijn idee staat in het CDA de rogge er heel dun bij.
Kijk ik naar de ChristenUnie - die mensen zijn allemaal wedergeboren, ze geloven vol overtuiging in Jezus. Ik zie dat zo aan en denk bij mezelf: dit gaat ook niet werken, want jullie hebben ook allemaal belangen. Je achterban mort over de coalitie, je wil graag meer rechten voor bepaalde groepen, subsidies voor scholen en christelijke organisaties. Bij de ChristenUnie gaan ze niet al te ferm getuigen, want dat is niet vol te houden. Dat hebben ze zelf wel door.
De SGP is volop een gezinspartij. Maar als het dan gaat over gezinshereniging van asielzoekers die een status hebben gekregen, dan hoor ik de partij ineens uit een ander vaatje tappen. Merkwaardig als je zegt dat jouw gezinsvisie op de Bijbel is gebaseerd. De Schrift is toch eenvoudig, in de zin van: ondubbelzinnig? President Trump trok de gezinnen uit elkaar die vanuit Mexico de grens overkwamen. De SGP deed er toen het zwijgen toe.
De praktijk blijkt zeer weerbarstig om principes consequent toe te passen. Jeder Konsequenz führt zum Teufel, zei Maarten Luther al.
Dat vind ik ook het dilemma waar politici voor staan. En ik besef dat ik als dominee daarover veel gemakkelijker kan praten. (Lachend): En ik kan het natuurlijk ook niet laten om mijn mond open te trekken.
Een politicus mag van mij wel een beetje dubbel zijn, hoor. Niet gaan huichelen of achterbaks doen, dat bedoel ik zeker niet. Maar bij de politiek hoort een beetje draaien, je kans afwachten, je kaarten tegen de borst houden, enzovoort. Een zekere mate van opportunisme is geen enkele politicus vreemd. Je hebt immers doelen, die wil je bereiken. Je wilt ook nog herkozen worden. Je wilt geen stemmen verliezen.
Niet alleen voor christelijke, ook voor seculiere politici is het knap lastig om principieel en consequent te zijn. Als een Turkse voetballer de regenboogband niet wil dragen, is de wereld te klein. Maar het Nederlandse elftal gaat wel naar Qatar, waar homo’s nog steeds worden opgehangen. Daarover mogen de linkse en liberale partijen zich wel wat meer opwinden. Ze zijn zonder profeet.
Wanneer een SGP-fractie in de gemeenteraad een bijdrage levert aan de Algemene Beschouwingen, gaat de Bijbel open. Om een principieel antwoord te geven op de vraag welke koers het gemeentebestuur dient te varen. SGP’ers weten zich geroepen om op zo’n belangrijk moment te getuigen.
Ik zou dit wat uit de sfeer van het getuigen houden. Of je moet alleen een getuigenis vanuit de Schrift en het geloof geven, en verder niet ingaan op de begroting en de onderdelen daarvan. Zodra je mee gaat doen met het politieke spel om de verdeling van de knikkers, zou ik het woord getuigen er niet opplakken. Daarmee wil ik niet zeggen dat je de Bijbel maar dicht moet laten. Ik zou zeker de Bijbel laten meespreken in het schetsen van een toekomstvisie of het aangeven van gewenste ontwikkelingen. Het visioen van de Schrift maakt helder wat belangrijk is en wat niet. De Bijbel is immers de basis van waaruit je in de politiek te werk gaat. Anders kun je als SGP’er net zo goed bij de CDA-fractie aanschuiven.
Als je in de politiek op een cruciaal moment een bijdrage aan een debat levert, dan zou ik altijd wel de Naam van Christus noemen. Niet volstaan met zeggen dat je gelovig bent en dat je gelooft dat God het goede voorheeft met mensen. Dan blijf je teveel op het menselijke en persoonlijke vlak steken.
Hoort het ambt van profeet volgens u meer thuis in de kerk dan in de politiek?
Dat denk ik wel. Maar laten predikanten dan wel de scheiding tussen kerk en staat respecteren. Profeteren betekent niet dat je zaken concreet gaat invullen voor politici. Dan loop je bestuurders voor de voeten.
Daarnaast is er iedere zondag de voorbede voor de koning, regering en parlement. En we bidden natuurlijk ook voor de burgemeester, wethouders en raadsleden. De voorbede van de kerk voor de overheid is wezenlijk. Ik zou wensen dat meer mensen dit in de gaten hebben.
Is preken vooral profeteren?
Nee. In de prediking ga ik uit van de drie ambten van Christus: profeet, priester en koning. Priesterlijke prediking, die hebben veel mensen nodig, omdat ze in het gewone leven allerlei blutsen en deuken oplopen. Profetische prediking vind ik veel ingewikkelder, moeilijker. Want hoe kun je dingen zo zeggen dat ze allen raken? Als predikant moet je geen partijman zijn, want dan denken de hoorders dat je een pleidooi voor je eigen club houdt. Maar hoe spreek je een woord waar iedereen boos of iedereen blij van wordt? Dat is ingewikkeld. Maar is wel een opdracht! Als pastor behoor ik Jezus te volgen, en Hij sprak ook zeer strenge, vermanende woorden.
Wanneer wij als predikanten alleen maar binnenkerkelijke preken houden, die uitsluitend gaan over de bekering des harten (wat een heel goede uitdrukking is) en hoe je als mens staat voor God (dat is ook wezenlijk), dan leveren we in zekere zin half werk. De tekst die in de preek centraal staat, of die nu uit het Oude of Nieuwe Testament komt, zullen we als voorgangers ook moeten betrekken op het gewone leven en op wat er in de samenleving gebeurt. Het zou toch wel vreemd zijn als de hoorders in de preek niet kunnen merken dat de voorganger in de afgelopen week ook als gewoon mens geleefd heeft. Een dramatische gebeurtenis zoals een ongeluk heeft impact op mensen. Dat raakt ze en roept vragen op waar je als predikant op kunt inhaken.
Een predikant moet bij de tijd zijn?
Zeker, maar ik bedoel niet dat je in de preek alle gebeurtenissen van de afgelopen week aanhaalt. Daarvoor komen de mensen niet in de kerk. Ik ben er wel van overtuigd dat het Woord van God altijd ‘z’n eigen ding doet’ als je in die actuele, dagelijkse sfeer gaat staan. Dan komt er een profetisch moment tot stand. Zoiets organiseer je overigens niet. Mijn ervaring is dat het een toegift is.
Hoe probeert u het Woord dicht bij de hoorders te brengen?
Preken omvat uitleg van het Woord, verkondiging én vertolking ervan. Daarom preek ik ook zo graag uit het Oude Testament omdat daarin het narratieve, het verhalende zo nadrukkelijk aangeboden wordt. Wanneer je daarna uit het Nieuwe Testament bijvoorbeeld de Romeinenbrief op dezelfde manier leest, dan ga je bedenken dat de apostel Paulus die schreef vanuit de havenstad Korinthe aan een klein groepje christenen in de miljoenenstad Rome. Het verhalende verweef je er zo in. En dan kun je bij elk thema dat in de preek aan de orde komt, of dat nu ellende, verlossing of dankbaarheid is, in je verbeelding ook de gemeenteleden op straat zien lopen en ze aanspreken in hun alledaagse context. Daar zit iets in van het profetische, omdat je dan bijna altijd wel een kritische opmerking kan maken over de politiek, een voorstel van het kabinet of een partij. Of over een trend in de samenleving. Ik voel mij geroepen om dat te doen.
Hoe kijkt u aan tegen het politieke spreken van de kerk?
Vooral de Nederlandse Hervormde Kerk heeft zich in de jaren 70 en 80 vaak uitgesproken over politieke thema’s, zoals apartheid en kernwapens. Politiek spreken had zij geleerd van de Tweede Wereldoorlog. Toen werd er door sommige predikanten voor de koningin gebeden, wat een politiek statement was. Na de val van de Berlijnse Muur en de afschaffing van de apartheid in Zuid-Afrika werd het stil.
Vandaag heeft de kerk aandacht voor het armoedeprobleem. Ook heeft ze zich ingezet voor de bed-bad-brood regeling. Momenteel is de opvang van vluchtelingen een probleem waar de kerk mee bezig is. Het is minder uitgesproken links dan vroeger, het gaat nu meer om brede maatschappelijke problemen. Maar zo heel profetisch klinkt het allemaal niet. Overigens moet de kerk zich er niet voor generen om goed te doen aan hulpbehoeftigen in de samenleving. Jezus zei dat je aan mensen een beker koud water moet geven. Er zijn om ons heen genoeg mensen die dat nodig hebben. Je deelt er niet gauw teveel uit, zal ik maar zeggen.
Maar u mist iets, denk ik.
Waar het mij om gaat, is dat de kerk ook de Bijbel open doet en bijvoorbeeld de Tien geboden als leidraad neemt. Dan gaat het om veel meer dan goed doen, ook om respect voor de wil, de wet van God. Als mensen in een kerk komen, hoop ik vurig dat ze merken dat het ertoe doet dat je uit de Bijbel leest! Sterker nog: wij danken God dat we bij deze wereldwijde beweging van Christus mogen horen, dat we erin betrokken zijn. Toen ik naar de uitvaart van Queen Elizabeth II zat te kijken, overviel mij een gevoel van dankbaarheid. Ik was geen toeschouwer, maar ik hoorde er als christen helemaal bij. Al worden we niet allemaal 96 jaar, we erven wel koninkrijken!
Een goede preek plaatst het leven van mensen op aarde in hemels licht. Dat is hard nodig in deze donkere tijd. Want je hebt een moreel kompas nodig om in het hier en nu de weg naar Huis te vinden. Dat moreel kompas moet regelmatig gevoed worden door de Geest en door Christus, het Licht der wereld. Daar is de zondag voor.
Curriculum vitae
Ds. Pieter L. de Jong (1947) studeerde theologie in Utrecht en diende als predikant de reformierte Gemeinde van Laar (Graafschap Bentheim) en de hervormde gemeenten van Asperen, Nunspeet en Rotterdam-Delfshaven. In 2012 ging hij met emeritaat. Daarna was hij interim-predikant in Wijk bij Duurstede en Oud-Vossemeer. Ook is hij betrokken bij de redactie van Kontekstueel, tijdschrift voor gereformeerd belijden nu.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 december 2022
Zicht | 104 Pagina's