Bij Het Afscheid Van dr. R. van Kooten
Het is ongeveer 30 jaar geleden dat de telefoon ging in de hervormde pastorie op Achterweg 34 te Wouterswoude. Een zware mannenstem zei: ‘Mijn complimenten voor het antwoord op de vraag voor wie de beloften zijn, los van systemen, zo Bijbels.’ Ik vroeg beduusd wie mij belde. Het bleek Van Kooten te zijn. Dit was mijn eerste kennismaking met hem. Als beginnend predikant keek ik hoog tegen deze senior op, terwijl ik hem nu nog jong zou vinden…
Van Kooten reageerde op een antwoord in de vragenrubriek van het blad Terdege. Het ging over de vraag of beloften voor de uitverkorenen zijn of voor het geheel van de gemeente. Ik koos een pastorale insteek en schreef dat beloften laten zien dat God heeft wat wij missen, dat God wil wat wij niet verdienen en dat Hij kan wat wij niet kunnen. Wat zou een uitverkorene hebben aan het antwoord dat de beloften voor uitverkorenen zijn als hij zich verwerpelijk gevoelt? Wat moet een zelfge noegzaam mens met de redenering dat hij mag pleiten op de beloften als hij zich aardig op de been kan houden?
Het feit dat Van Kooten hierop reageerde, illustreert hoe de vragen van verbond en belofte hem bezighielden. Zijn familiegeschiedenis was door deze kwesties getekend. Het telefoontje tekende ook de persoonlijkheid van Van Kooten.
Hij is een man van relatie en hij pakt snel de telefoon om mee te leven en zijn verbondenheid tot uitdrukking te brengen. Van Kooten wilde vooral een man van het ‘ene Boek’ zijn. Ik herinner mij nog dat ik bij hem thuis aan tafel mee at toen hij net van een conferentie uit Amerika thuis was. Alle kinderen hadden een eigen Engelse Bijbel met de woorden van Jezus in het rood afgedrukt. Daar werd over doorgesproken.
Ook rondom de kerkelijke vragen van SoW was het altijd het Woord dat richtinggevend was. Liever aangevochten en aangeschoten, verward en verlaten dan ongehoorzaam aan het Woord. We wisten van tevoren dat het veel gemakkelijker was om mee te gaan naar de nieuwe kerk, maar het Woord hield ons gevangen. Was het Woord voor 2004 het gezag tegenover onrechtzinnigheid, later was het ook het gezag naar overrechtzinnigheid. Als het om het Woord en de uitleg daarvan ging, had je aan Van Kooten geen gemakkelijke en kon men hem ervaren als een ‘enfant terrible’, of een ‘querulant’.
In kerkelijke ontmoetingen maakte ik meermalen mee dat Van Kooten de vraag op tafel legde of het proces er Bijbels aan was toegegaan. Dan was hij kritisch naar zichzelf: Hebben we de weg van Mattheüs 18 bewandeld? Doen we recht aan de collega? Doen we recht aan de student? Een treffend punt hierin was voor mij het onderscheid tussen zaakgerechtigheid en persoonsgerechtigheid: Persoonlijke nederigheid betekent niet dat we onrecht over onze zaak laten gebeuren. Het Woord was ook zijn grondhouding in de colleges. Het was niet bepalend of dingen vroom klonken, maar of ze Bijbels waren. Er moest grondig worden gestudeerd en er moest niet worden gesproken in algemeenheden.
Je moest je laten verrassen en laten corrigeren door de tekst. Een treffend voorbeeld vind ik de worsteling die in zijn eigen boek over het vierde gebod wordt uitgewerkt: het inzicht dat de zondag in plaats van de oudtestamentische sabbat is gekomen.
Zo zijn we vele jaren samen opgetrokken, vooral vanaf 2005 in het seminarium. Er waren crises in het leven van onze broeder. Hij moest zijn zoon Peter verliezen. We zijn samen verwonderd geweest over het medicijn van de enige troost. Later kreeg hij de confronterende boodschap dat hij een aneurysma had. Er volgde een spannende operatie. Opnieuw zijn we verwonderd over de kracht en de conditie die hij heeft teruggekregen. Deze kracht besteedt hij momenteel aan het afronden van een stevige studie over het vak dat hem na aan het hart ligt, de predikkunde.
Had Van Kooten geen beperkingen, eenzijdigheden, eigen-aardigheden en onaardigheden? Zijn vrouw en gezin zullen het beste op de hoogte zijn van zijn karakter. Het zal hem zelf het meest verootmoedigen dat hij elke dag moet bidden om geestelijke vernieuwing, omdat er nog zoveel ongelijkvormigheid aan Jezus is.
Vanuit het seminarium willen we als (oud)-docenten en (oud)-studenten onze collega van heler harte dankzeggen voor het aambeeld waarop hij hamerde, het vele onderwijs dat hij heeft gegeven, het mentoraat dat hij onder studenten heeft verricht, de vergaderingen waarin we samen op een constructieve wijze onze verschillen bespraken, onze soms moeizame route uitstippelden en onze zorgen deelden en soms onderbraken met een daverend lachsalvo.
Wat zijn de afgelopen 30 jaar voorbijgevlogen Reinier! 30 jaar geleden hadden we niet kunnen denken dat we door zulke crises zouden gaan en daarin zoveel samen zouden optrekken. DANK voor je meeleven en meebidden op de kruispunten in mijn leven en het leven van ons gezin! Onze goede God vergelde je naar de oneindige maat van Zijn barmhartigheid, samen met Ineke. De eeuwige jeugd moge het perspectief zijn in de avond van je leven. Om eenmaal te vernemen: ‘Over weinig bent u getrouw geweest, over veel zal Ik u zetten!’
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juli 2021
Zicht op de kerk | 32 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juli 2021
Zicht op de kerk | 32 Pagina's