'Gewoon hervormd' Maar hoe dan?
Zowel de hervormden in de HHK als de hervormden die in de PKN zijn opgegaan, zijn sinds 2004 hervormd in een andere context dan voorheen. Dat leidt in beide gevallen tot gevaren en risico’s, en we doen er goed aan die te onderkennen om het ‘gewoon hervormde’ in stand te houden.
In een behartigenswaardig artikel in dit blad, liet collega ds. P.C. Hoek vorige maand een ‘uitnodiging tot bezinning’ uitgaan. Zijn bijdrage bood een pleidooi om ‘gewoon hervormd’ te zijn en te blijven, maar dan wel in de goede betekenis van het woord. Ds. Hoek maakte in de eerste plaats duidelijk - een belangrijk punt naar mijn mening - dat ‘gewoon hervormd’ niet betekent dat we van de nood een deugd moeten maken. Ruimte in leer en leven is, wanneer die ruimte de grenzen van Schrift en confessie overschrijdt, iets om aan te lijden, en geen kwaliteit. Wie hervormd is, beweent de dogmatische en ethische afwijkingen van Bijbel en belijdenis, erkent de eigen schuld aan deze afdwalingen en staat naar herstel. Anderzijds impliceert een hervormde mentaliteit een bepaalde ruimhartigheid, die zich vooral uit in blijvende zorg voor de scharen aan de randen van de gemeenten. Het betekent ook trouw aan de eigen, plaatselijke gemeente en het besef lid te zijn van een landelijke kerk.
Van een hele generatie hervormd-gereformeerde voorgangers – predikanten als Boer, Kievit (vader en zoon) en Van Brummelen – valt nog altijd veel te leren: zij waren gereformeerd in de hervormde kerk, leden aan haar tekorten en gebreken, maar bleven haar trouw omdat de Nederlandse Hervormde Kerk werd gezien als ‘een werk van God in ons land’ en omdat die kerk een kerk was die op haar officiële belijdenis kon worden aangesproken.
Tot zover het betoog van ds. Hoek, dat ik graag even in herinnering roep omdat dit pleidooi om ‘gewoon hervormd’ te blijven mijns inziens belangrijk is. Tegelijkertijd denk ik dat dit streven ná 2004 ingewikkelder is geworden. En het is goed om ons dat bewust te zijn, zodat we er alert op zijn en ervan kunnen leren. Ik bedoel het volgende: De Gereformeerde Kerk uit de tijd van de Republiek (1571-1795), de kerk van onze oudvaders, was een volkskerk. Zij omvatte belijders en liefhebbers. Zij had een brede maatschappelijke taak (als ge-reformeerde voortzetting van de middeleeuwse kerk). Maar deze kerk was ook een belijdende volkskerk, en koesterde als zodanig een ideaal waarnaar de vaak teleurstellende werkelijkheid blijvend moest worden her-vormd. Er was in die kerk altijd een zekere breedte van prediking en belijden, en dus was er omgang en discussie met gelovigen die er net een beetje anders over dachten. Het was niet koekoek-één-zang.
In die oude Gereformeerde Kerk en in haar opvolger, de Nederlandse Hervormde Kerk, was naast deze kwaliteit van de bereidheid tot omgang en discussie met andersdenkenden, ook een zekere lijdelijkheid een kenmerkend onderdeel van de hervormde mentaliteit. De ruimte die er in de oude Gereformeerde Kerk was, is in de Nederlandse Hervormde Kerk van na 1816 uitgegroeid tot leervrijheid, waardoor die kerk een kerk van modaliteiten werd; van vrijzinnig en modern tot orthodox-gereformeerd. De gereformeerden bleven omdat (en zolang) de belijdenis er nog was (schreef Groen van Prinsterer). Zij streefden naar herstel, maar dat herstel was geen vrucht van menselijke actie. Alle hervorming begint bij de hervorming van het eigen hart, vraagt ootmoed en geduld, en een verwachten van de werking van de Geest. Zo zei ds. H. J. de Groot het in een classispreek, gehouden in Gouda in 1906. En zo is het: gezonde lijdelijkheid is belangrijk, een reformatie kunnen we nooit zelf ter hand nemen. In een interview in het jaar 1971 bekende ds. J. T. Doornenbal dat hij het woord ‘gereformeerde gezindte’ niet kende. Van de helft van alle leden moest hij zeggen dat ze niet kerkelijk meelevend waren. Maar hun kinderen werden gedoopt, en ook het pastoraat strekte zich over hen uit. Want ook zij waren in het verbond Gods opgenomen. Heel de kerk, heel het volk, en heel de cultuur, was de katholieke breedte waarin predikanten als H.J. de Groot, J.T. Doornenbal, en later ook bijvoorbeeld dr. W. Aalders, wilden staan.
‘Hervormd’ verwijst dus allereerst naar een geloof, het geloof van de Reformatie, de prediking van een rijk Evangelie voor arme zondaren. ‘Hervormd’ is ook een bepaalde cultuur of mentaliteit, die het gevolg is van bijzondere, historische omstandigheden, namelijk van de ruimte en (begrensde) pluriformiteit die de oude Gereformeerde Kerk en de Nederlandse Hervormde Kerk hebben gekenmerkt. En die cultuur behelsde ook een nadrukkelijke en onopgeefbare gerichtheid op het geheel.
Maar de omstandigheden die die specifieke cultuur en mentaliteit hebben gecreëerd en instandgehouden, zijn veranderd. In de PKN is de belijdenis verbreed en deze kerk is dus niet meer op het gereformeerde belijden aanspreekbaar. Wie dan blijft, maakt van deze nood gemakkelijk een deugd en denkt dan dat dat de betekenis van ‘gewoon hervormd’ is.
In de Hersteld Hervormde Kerk dreigt een ander gevaar. Zij was na 2004 een nieuw fenomeen en is meer homogeen dan divers. De gedachte van de volkskerk dreigt dan te verflauwen. En ook een toestroom van buiten kan de hervormde identiteit bedreigen. Waar andersdenkenden uit het zicht verdwijnen, en de uniformiteit wordt gekoesterd, dreigt al gauw het narcisme van het kleine verschil: het gevaar om kleine verschillen uit te vergroten en op de spits te drijven. En waar een eigen, homogene kerk wordt opgebouwd, dreigt het gevaar van zelfgenoegzaamheid en het streven om er binnen de gereformeerde gezindte nu echt bij te horen. Maar hervormden zijn altijd halven en nooit helen, en willen dat ook niet zijn. En ‘hersteld’ is een eschatologisch begrip (Handelingen 3:21).
Wie deze gevaren onderkent, is een gewaarschuwd mens en telt voor twee. Als we ‘gewoon hervormd’ willen blijven - en dat willen we - moet een bepaalde cultuur en mentaliteit in stand worden gehouden. Wat mij betreft vereist dat blijvende studie in de canon van de hervormde geschiedenis, vanuit het besef dat alleen God Zijn kerk in stand houdt.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 november 2021
Zicht op de kerk | 32 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 november 2021
Zicht op de kerk | 32 Pagina's