Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een Afgehouwen Tronk En Pinksteren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een Afgehouwen Tronk En Pinksteren

6 minuten leestijd

Onlangs was er op classicaal niveau een ontmoeting met een aantal ‘verstrooiden’. Daaronder versta ik in dit verband mensen en groepen die door allerlei oorzaken in het verleden buiten de kerk zijn komen te staan. En dat zijn er nogal wat. In dit gesprek kwam als vanzelf de vraag aan de orde hoe wij onszelf als Hersteld Hervormde Kerk zien.

Geen nieuwe loot

In 2004 en daarna is altijd beklemtoond: we zien onszelf niet als een nieuwe loot aan de kerkelijke stam maar als voortzetting van de oude vaderlandse kerk. We zijn in 2004 niet weggegaan of overgestapt naar een kerk met een andere grondslag maar blijven staan op de oude fundamenten van de vaderlandse kerk en haar orde. We weten ons daarom historisch en confessioneel haar voortzetting. Tegelijk zijn we door de breuk die zich in 2004 voltrok, gesmaldeeld en geminimaliseerd. We bleven ontredderd, verscheurd en berooid op de oude fundamenten van de vaderlandse kerk achter.

In dit verband is wel het beeld gebruikt van een afgehouwen tronk. Het is aan de Bijbel ontleend (Jes. 11:1) en wordt gebruikt voor Israël. Maar dan wel voor Israël in een oordeelssituatie. Jesaja voorzegt dat de fraaie en weelderige stam van Davids huis door Gods gerichten zal worden geknot en dat er van Israël slechts ‘een afgehouwen tronk’ zal overblijven waaruit – onuitsprekelijke genade van Gods kant – een nieuwe Loot zal voortkomen. Waarom treffen die gerichten het huis van David? Zomaar, zonder aanwijsbare oorzaak? Nee, ze zijn er vanwege Israëls ontrouw, Godsverlating en zonde.

En wij? Dat wij in 2004 als hersteld hervormden geworden zijn tot ‘een afgehouwen tronk’, was dat zomaar? Een noodlot dat zich voltrok? Of waren we het onschuldige slachtoffer van moderne krachten in de toenmalige Hervormde Kerk? Nee, levend bij de Schrift moeten we zeggen: ook dat was en is een oordeel. En dan niet allereerst een oordeel over de zonden van anderen maar over die van onszelf. Zoals ook achter de breuk tussen het Tweestammenrijk en het Tienstammenrijk de hand van de Heere stak (1 Koningen 12:24, 2 Kronieken 11:4) en een oordeel was over Salomo’s zonde (1 Kon. 11:11), zo kan ook de breuk die zich in 2004 voltrok niet anders geduid worden dan als een oordeel van God over onze zonden. Ds. G. Boer sprak ooit de gevleugelde woorden: ‘Waar scheuren vallen, komt een oordeel Gods bloot’ (Tijdbetrokken vreemdelingschap, blz. 627).

Dit alles stemt, als het goed is, tot diepe ootmoed. Persoonlijk maar ook kerkelijk. Al te licht zijn we geneigd om de schuld van de breuk bij anderen te zoeken. En zeker, zij gaan niet vrijuit. Ook in Afscheiding en Doleantie en andere breuken die zich in de vaderlandse kerk hebben voltrokken, zijn krachten werkzaam geweest die niet anders dan als vleselijk geduid kunnen worden. Maar wie werkelijk leeft bij de Schrift, weet: die diepste oorzaak van Gods oordeel ligt niet bij de ander, maar bij onszelf. ‘Wij hebben gezondigd, mitsgaders onze vaderen’, zo belijdt de dichter van Psalm 106 (Ps. 106:6). Jesaja, Jeremia, Daniël en Ezra spreken precies dezelfde taal (Jes. 63:7-64:12, Jer. 3:25, Dan. 9:5, Ezra 9:6v). Op deze wijze heeft ook ons voorgeslacht gestaan te midden van de breuken die zich op het kerkelijk erf voltrokken. ‘De hoofdschuld ligt bij des Heeren volk’, zo getuigde Kohlbrugge al in de negentiende eeuw.

Leeft het?

Leeft dit onder ons? En dat niet alleen ten aanzien van 2004 maar ook ten aanzien van de eerdere breuken? Ik citeer opnieuw ds. G. Boer. Ver voor 2004 schreef hij: ‘De kerken die naast en tegenover de Hervormde Kerk zijn ontstaan, kijken ons als evenzovele aanklachten aan. Op onze kerk rust de doem van de Afscheiding en de Doleantie. Het past ons niet een hoge toon tegen deze kerken aan te slaan. Waarin zij ook gefaald hebben, zij hebben te veel geleden aan de kerk, te veel gebeden voor de kerk, te veel smaad gedragen van onze kerk en te veel werk verricht waarvan wij ook in onze kerk de vruchten geplukt hebben, dan dat wij ons in zelfgenoegzaamheid van deze kerken zouden afwenden’ (Tijdbetrokken vreemdelingschap, blz. 814).

Ik ben bang dat het besef van de door ds. Boer genoemde zaken ver, ver weg is. Waar is de pijn, de smart, het verdriet over dit alles, ook onder de jongere generatie? De grote verscheurdheid en verdeeldheid is niet tot eer van God. Het bedroeft de Geest. Het maakt, in deze door en door ge-seculariseerde tijd, het getuigenis naar buiten toe krachteloos. En roept om bekering, herstel en wederkeer. Niet tot een flauwe geesteloze eenheid waarbij aan het gezag van Gods Woord wordt tekort gedaan. Maar tot een eenheid waarbij God in Christus weer het volstrekte Middelpunt is van alles. Zoals in de grote geestelijke crisis van zijn dagen Elia op de Karmel het altaar des HEEREN heelde ‘dat verbroken was’ en daartoe twaalf stenen nam. Twaalf ‘naar het getal van de stammen van Israël’ (1 Kon. 18:30-31). Hij handhaafde de geestelijke eenheid van het volk. De eenheid van het verbond. De eenheid van het over alle terreinen van het leven gezaghebbende Woord van God. Is er iets van de geest van Elia onder ons?

Ik kom terug op het gesprek met de ‘verstrooiden’. Het is een gesprek dat van onze kant slechts in ootmoed gevoerd kan worden. Maar dan ook in alle openheid. Samen zoekend naar de wil des Heeren en gedragen door het gebed tot de levende God dat Hij zal helen wat verbroken en verscheurd is. Laten we niet de pretentie hebben dat wij breuken helen. Integendeel, als we aan onszelf zijn overgelaten, maken we alleen nog maar meer breuken. God alleen is het Die breuken heelt. Hoezeer wij ons er ook voor hebben in te spannen en ons van onze kerkelijke zonden hebben te bekeren. Maar laat er dan vanuit die schuldbelijdenis ook het niet aflatende gebed zijn om de vernieuwende en herscheppende kracht van de Pinkstergeest.

Pinksteren

Ik heb boven dit artikel de kop geplaatst: ‘Een afgehouwen tronk en Pinksteren’. Wie brengt bijeen? Wie brengt tot de enigheid van het ware geloof? Wie slecht kerkmuren? Wie herstelt breuken? Alleen God in Christus door de kracht van Zijn Geest. Toen de Geest in het midden van Gods gemeente was uitgestort, was men te Jeruzalem één van hart en één van ziel. Zeker, dat is niet zo gebleven. Maar uit de Pinkstergeschiedenis wordt wel duidelijk: waar de stromen zijn van de Geest, daar komt het niet alleen tot persoonlijke bekering en geloof, maar ook tot een nieuwe eenheid. Tot eenheid van hart. Tot eenheid in getuigenis. Tot eenheid in dienst. En dat tot lof en prijs van de ene God, de ene Zaligmaker en de ene Geest. De geschiedenissen van de opwekkingen die de Heere de eeuwen door in het midden van Zijn Kerk heeft gegeven, laten eenzelfde beeld zien.

Nog één keer ds. G. Boer. In zijn bekende lezing De gereformeerde gezindte nu en in de toekomst schrijft hij: ‘U hebt allen weleens aan het strand gezeten. In dat strand waren allerlei kuilen waarin het zeewater stond. Wanneer kregen deze kuilen contact met elkaar? Toen de vloed kwam opzetten.’ Hij verbond daaraan de bede: ‘God geve ons de vloed van de Heilige Geest. Het is waarlijk geen overbodige weelde om ook nu te bidden: Och, dat Gij de hemelen scheurdet, dat Gij nederkwaamt. Hier liggen de impulsen tot de ene kerk. Deze gaan uit van de ene God, van de ene Christus en van de ene Heilige Geest. Geloven wij dat?’ (Tijdbetrokken vreemdelingschap, blz. 627)

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 juni 2022

Zicht op de kerk | 28 Pagina's

Een Afgehouwen Tronk En Pinksteren

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 juni 2022

Zicht op de kerk | 28 Pagina's