Het Zevende Gebod
Niet Echtbreken
Is Calvijn Wel Relevant?
In de behandeling van de Geneefse Catechismus volgt uiteraard ook de bespreking van het zevende gebod. Als wij dit gebod vandaag zouden bespreken, zou het veel uitgebreider gebeuren dan in de tijd van de Calvijn. In de tijd van de Reformatie was er geen verschil van mening over het uitgangspunt dat seksualiteit alleen binnen het huwelijk van man en vrouw thuishoort. Dat is in onze postmoderne tijd enorm gekanteld. Het huwelijk is één van de opties geworden voor duurzame samenlevingsvormen en seksualiteit. Bij seksualiteit gaat het niet alleen om de seksualiteit tussen man en vrouw, maar ook tussen man en man of vrouw en vrouw. Daar komt ook polyamorie nog bij, waarbij relaties uit meer dan twee personen bestaan. Bovendien zit het in de haarvaten van onze samenleving dat niet alleen de vorm van onze seksualiteit een keuze is, maar zelfs ons geslacht. Ons geslacht wordt niet bepaald door onze biologie, maar door onze psychologie. We zouden eventueel meer geslachten aan kunnen nemen en ons daarom in het meervoud aan kunnen laten spreken. Achter al deze keuzemogelijkheden ligt het (post)moderne denken waarin de autonomie van de mens het uitgangspunt is. Als God uit onze samenleving is verdwenen, nemen wij de plaats van God in en maken wij uit wat goed is en wat niet goed is.
Dit zou de gedachte op kunnen roepen dat de Catechismus van Genève voor ons niet zo relevant is. Dat zou ik willen ontkennen. Ook al was seksualiteit binnen het huwelijk in de tijd van de Reformatie de norm die ook door de kerk van Rome gedeeld werd, de kerkenraadsnotulen uit Genève laten wel zien dat er op seksueel gebied van alles gaande was in Genève. In de ongedeelde volkskerk van Genève kon men tucht uitoefenen en waren er wekelijks tuchtzaken te bespreken. Tal van deze tuchtzaken betroffen de zonde tegen het zevende gebod.
Moralisme Of Hoofdzaak?
Je zou kunnen zeggen dat Calvijn zich juist heel erg bewust was van de talloze vormen van onreinheid en onzedelijkheid en dat hij daarom in vraag 201 naar de hoofdsom van het zevende gebod vraagt. We kunnen ons met allerlei details en vormen bezighouden en dan de hoofdzaak uit het oog verliezen. Dat lijkt mij ook vandaag een gevaar. We kunnen terecht verontwaardigd zijn over de teloorgang van de seksuele moraal in ons land en toch de hoofdzaak kwijtraken. Dan komen we in het moralisme terecht. Dan vinden we onszelf een slag beter dan de onreine wereld om ons heen. Dan hebben we onbewust het idee dat God wel blij mag zijn met zulke trouwe christenen als wij zijn. Dan vinden we onszelf ook zielig als we vanuit de seculiere samenleving worden bestreden. In het moralisme van de brave farizeeër gaan we aan de kern van de zaak voorbij.
Hoe moeten wij denken over seksualiteit? Calvijn maakt in vraag 202 duidelijk dat het niet alleen om de vormen en de praktijken van seksualiteit gaat, maar ook om de ‘genegenheden van de ziel’. Zo richt Calvijn de pijlen op ons eigen hart en geweten. Dan betrekken we zijn antwoord uit vraag 201 erbij: alle onkuisheid is door God vervloekt. Voor wie is dit niet confronterend? Wie moet niet beschaamd zijn hoofd buigen? Hoe heilig is het terrein van het lichaam in onze verkeringstijd! Hoe nauw luistert het binnen het huwelijk! Hoeveel verleidingen zijn er buiten onze relaties om. Wie kan op het terrein van het zevende gebod voor God bestaan? God spreekt de vloek uit over elk onrein verlangen en elke onzuivere gedachte. Alle seksualiteit die niet opbloeit uit onbaatzuchtige en ongedeelde liefde voor de ander schiet in Gods oog tekort. God vervloekt ons persoonlijk als wij één gram tekortkomen aan Zijn heilige norm voor de seksualiteit als uitdrukking van pure liefde. Wat een genade als wij deze vloek zonder voorbehoud aanvaarden en daaronder buigen: ‘Ik erken mijn schuld, die U tot straf bewoog.’ Dan voelen wij de grootheid van ons kwaad. Zo wordt genade ook echt genade. Hoe schittert dan de Heere Jezus in Zijn reinheid en zuiverheid voor ons. Hoe ongelooflijk is het Evangelie dat wij in Gods oog net zo rein en zuiver zijn als Jezus. Hoe wonderbaarlijk is dit Evangelie dat de Geest in onze zielen verzegelt. Hoe bloeit het heil in Christus op en hoe bejubelen wij Gods genade. Zo verlangen we om eeuwig te zingen van de goedertierenheden van de Heere. Vanuit Gods grootheid kijken we ook anders naar onze medemens die in zijn eigen seksualiteit verstrikt is geraakt. Het wordt onze grondvraag: Wat zou Jezus Christus door Zijn Woord en Geest met mijn naaste kunnen? Blikkend in Gods hart bloeit ons eigen hart open voor onze naaste. We zullen hem of haar in de gebeden aan de Heere bevelen en we zullen ons best doen om hem bereiken met de kostbare boodschap van het Evangelie dat bevrijdt uit de tirannie van de zonde.
Seksualiteit Als Een Eredienst
We zien overeenkomsten met onze Heidelbergse Catechismus. In de Heidelbergse Catechismus lezen we ook de zin dat alle onkuisheid door God vervloekt is. Er is niet veel fantasie voor nodig om te bedenken dat deze uitdrukking rechtstreeks is over-genomen uit de Catechismus van Genève. Blijkbaar was men in Heidelberg aangesproken door de diepe radicaliteit die uit deze zin spreekt. Dat geldt ook voor de uitdrukking in de volgende vraag van de Catechismus van Genève. In vraag 203 maakt Calvijn duidelijk dat ons lichaam en onze ziel een tempel van de Heilige Geest zijn. Eigenlijk zou het niet nodig zijn om dit begrip aan de orde te stellen, omdat de reformator al duidelijk gemaakt heeft dat God naar ons hart kijkt. Blijkbaar hechtte hij eraan om juist op het terrein van het zevende gebod wel de vinger te leggen bij het Bijbelse gegeven dat ons (in het geloof gesproken!...) lichaam en onze ziel een tempel van de Heilige Geest zijn.
Oudtestamentisch was de tempel de plaats waar God verzoend samenwoonde met Zijn volk. De vervulling van deze tempel zien we in de menswording van Gods Zoon. In Jezus Christus is God één geworden met mensenkinderen. Blijkbaar mogen we bij de vervulling van de oudtestamentische tempel ook denken aan ons eigen leven. Kon men in de tempel zijn eigen gang gaan en een eigen invulling geven aan de eredienst? De dood van Nadab en Abihu laat ons voor altijd zien dat het heel nauw luistert met de inrichting van de eredienst. Zo kunnen we ook in de tempel van ons lichaam en onze ziel niet onze eigen gang gaan. Integendeel, juist het begrip van ons leven als een tempel onderstreept dat wij niet van onszelf zijn, opdat wij in de kleinste dingen van ons leven vragen: ‘Leer mij naar Uw wil te handelen.’
Het is wel bijzonder dat de notie van de tempel van de Heilige Geest verbonden is met onze seksualiteit. Onbewust zouden we wel eens het gevoel kunnen hebben dat onze seksualiteit niets te maken heeft met de Heilige Geest. Misschien vinden we het vreemd om ervoor te bidden. Blijkbaar is het precies andersom: De Heilige Geest maakt juist in de beoefening van de intiemste liefde ons leven tot een eredienst aan God. Opdat het waar zij: wie liefheeft, is uit God geboren,
De Behandelde Vragen En Antwoorden 200 T/M 203
Het Zevende Gebod
Vraag 200: Nu naar het zevende.
Antwoord: Gij zult niet echtbreken.
Vraag 201: Leg eens uit wat de hoofdsom ervan is.
Antwoord: Dat alle onkuisheid van God vervloekt is. Daarom moeten wij daarvan grondig afstaan, als wij de toorn van God niet tegen ons willen uitdagen.
Vraag 202: Eist het buitendien niets meer?
Antwoord: Wij moeten altijd acht geven op de natuur van de Wetgever, die, naar wij gezegd hebben, niet blijft staan bij het uiterlijke werk, maar veeleer acht geeft op de genegenheden der ziel.
Vraag 203: Wat omvat het dus nog meer? 1 Cor. 3 : 16 en 6 : 19; 2 Cor. 6 : 16.
Antwoord: Omdat zowel onze lichamen als onze zielen tempelen zijn van de Heilige Geest, moeten wij door beide een kuise reinheid betonen; en daarom zijn wij niet slechts eerbaar door onthouding van uiterlijke ontuchtigheid, maar ook met het hart, met de woorden, en tenslotte met de houding en handeling van het lichaam.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 oktober 2022
Zicht op de kerk | 32 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 oktober 2022
Zicht op de kerk | 32 Pagina's