De roeping tot het zendingswerk
Geen lezer van dit blad zal de noodzaak en het belang van zending betwijfelen. Christus heeft immers Zelf gezegd: ‘En in Zijn Naam (moet) gepredikt worden bekering en vergeving der zonden, onder alle volken, beginnende van Jeruzalem.’ Iedere oprechte christen wordt geroepen om Christus te belijden. Die opdracht begint allereerst in de eigen omgeving. Maar daarbij worden Zijn volgelingen ook geroepen om het Evangelie met anderen veraf te delen. Het Woord moet onder alle volken worden verkondigd. Om die reden zullen Zijn volgelingen het werk van de zending in hun gebed, gaven en betrokkenheid willen ondersteunen. Maar los van deze ‘algemene zendingsroeping’ roept God ook verschillende van Zijn volgelingen om hun vertrouwde omgeving te verlaten om discipelen te maken onder andere volken. Het kan de vraag, de worsteling oproepen: ‘Ben ik tot dat werk geroepen?’
Geestelijk
De roeping tot het zendingswerk is een geestelijke zaak. Gods Geest werkt deze roeping in ons hart en leven. Onder de gebeden, en bij het lezen en de verkondiging van Gods Woord begint Hij ons hart voor het zendingswerk in te winnen. Hij begint ons daar als het ware naartoe te trekken. Daarin is er onderscheid. Niet iedereen wordt op dezelfde manier tot Gods arbeid geroepen. De Heere weet wat daarin voor al Zijn volgelingen nodig is. Wat de één wel nodig heeft als voorbereiding op zijn roeping kan een ander juist missen. Maar er zijn wel een aantal dingen die bij zo’n roeping telkens terugkomen.
Bewogenheid
Vaak begint die roeping doordat Gods Geest een grote bewogenheid met het geestelijk welzijn van anderen in ons hart uitwerkt. Nu geldt die bewogenheid in zekere zin wel voor iedere oprechte christen. Als we door genade oog krijgen voor Gods eer, de waarheid van Gods Woord en de ernst van de zonde, dan worden we bewogen met hen die Gods genade nog niet kennen. Maar als de Heere tot het zendingswerk roept dan zal er een bijzondere bewogenheid met mensen in andere werelddelen ontstaan. Die intense bewogenheid kent niet iedere christen en kan ontstaan door middel van contacten in het buitenland, een vakantiereis, een zendingspresentatie of het lezen van zendings verhalen. Hoe het ook zij: Er begint een hartelijk, ja bij tijden zelfs brandend verlangen te ontstaan om anderen met het Evangelie in aanraking te brengen. En dit verlangen gaat ook niet meer over. Het zal de ene keer sterker zijn dan de andere keer. Maar het zal niet afnemen. Sterker nog, als de Heere ons tot dit werk roept zal het verlangen alleen maar gaan toenemen. Het is ook te begrijpen. Door dat verlangen al sterker te maken worden we al meer bereid om onze eigen gedachten, eigen wegen en eigen keuzes los te gaan laten.
Woord En Geest
Het begint dus over het algemeen met die bewogenheid en het verlangen dat in ons hart wordt gewerkt. Maar daarbij gaat de Heere ons vanuit Zijn Woord en door Zijn Geest steeds meer overtuigen dat Hij het is die ons tot dit werk roept. Bepaalde gedeelten uit het Woord beginnen meer dan andere te spreken. Bepaalde vragen, mitsen en maren die worden opgeworpen, worden vanuit het Woord weggenomen. Hij maakt ons door Zijn Woord en Geest gewillig en bereid om Hem te volgen in de weg die Hij wijst. Hij werkt daarbij het verlangen in ons hart om geschikt te worden voor dat werk. Er zal een verlangen gaan komen om toegerust en onderwezen te worden. Om meer over het zendingswerk te weten te komen. Het is geen goed teken als we ons wel geroepen weten tot het zendingswerk, maar daartoe geen toerusting willen ontvangen. Als de Heere ons tot een bepaalde taak roept dan zullen we juist iedere gelegenheid aan willen grijpen om meer onderwijs en duidelijkheid te ontvangen.
Bevestiging
Maar daar is wat betreft de zendingsroeping niet alles mee gezegd. Een oprechte zendingsroeping blijft niet beperkt tot die persoonlijke roeping. Die zal namelijk ook bevestigd gaan worden. De belangrijkste bevestiging zal toch vanuit Gods Woord komen. Op momenten dat het misschien niet verwacht wordt. In het bijzonder tijdens de prediking of bij de dagelijkse Bijbellezing aan tafel. De Bijbelgedeelten worden niet gezocht maar ze worden passend aangereikt en ontvangen. Ook godvrezende mensen kunnen gebruikt worden om een roeping te bevestigen. Zo kan het gebeuren dat zij opmerken: ‘Zou het zendingswerk niets voor jou zijn?’ Het kan ook anders. Dat als zij horen van het verlangen dat er in ons hart leeft, dat ze zullen opmerken: ‘Dat verbaast ons niets. Dat hadden wij ook al gedacht én daar hebben we ook voor gebeden.’ In dit alles is het contact met de kerk of de zendingsorganisatie zeer betekenisvol om samen te zoeken naar Gods weg en leiding. Tijdens deze ontmoetingen en gesprekken kunnen sommige 'puzzelstukjes' van beide kanten op hun plaats vallen zodat de roeping en geschiktheid opgemerkt en bevestigd worden.
Bekwamen
Daarnaast zal God in Zijn roeping ook bekwaam maken. Als Hij ons tot Zijn werk roept, dan geeft Hij ook wat specifiek voor dat werk, voor die roeping nodig is. Als het nodig is om een bepaalde taal te leren, dan zal Hij daartoe de mogelijkheden schenken. Als het nodig is om een bepaalde studie te gaan volgen dan zal Hij daartoe de gelegenheid geven. Als het nodig is om huis en haard achter te laten dan zal Hij daarin ook zorg dragen. Dat wil niet zeggen dat het altijd gemakkelijk zal zijn. Zonder storm of aanvechtingen. Integendeel. Maar juist in die momenten wil Hij daarin uitkomsten geven. Om zo des te duidelijker te maken dat Hij het is Die in alle dingen zorg draagt.
Worsteling
Het kan een grote en soms eenzame worsteling zijn om duidelijk te krijgen of de Heere ons tot het zendingswerk onder andere volken roept. Hoe goed kan het zijn om met andere gelovigen over het zendingsverlangen te spreken. Opdat ze met gebed en raad mee kunnen leven en mee kunnen zoeken naar Zijn wil en weg. Wat een troost is het dan om te weten dat de Heere de gebeden hoort en op Zijn tijd en op Zijn manier ook duidelijkheid zál geven. Met die zekere hoop en verwachting mag biddend Zijn weg worden gezocht.
Maar de HEER’ zal uitkomst geven,
Hij, die 's daags Zijn gunst gebiedt;
'k Zal in dit vertrouwen leven,
En dat melden in mijn lied.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 september 2024
Zicht op de kerk | 32 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 september 2024
Zicht op de kerk | 32 Pagina's