Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Thomas Boston (3)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Thomas Boston (3)

6 minuten leestijd

In de vorige artikelen gaven we een korte intro op het leven van Thomas Boston. Thomas is de jongste van vier zonen en drie dochters. Al jong komt hij in aanraking met de harde werkelijkheid van het leven en de strijd die het christenleven eigen is.

De ouders van de jonge Thomas hebben de gaven en de genade in het hart van hun zoon opgemerkt. Ze bidden dat de Heere wil voorzien in de middelen om die begeerte te vervullen. In de weg van zijn eigen onmogelijkheid opent de Heere Zijn mogelijkheid. Na twee jaar kan hij zijn studie in Edinburg beginnen. Hij is dan vijftien jaar oud. Aanvankelijk is er bij hem grote schroom om zijn preekconsent aan te vragen. Uiteindelijk stemt hij er toch in toe. Zijn eerste preken kenmerken zich door grote ernst, de noodzaak van de bekering, maar weinig van het evangelie van Gods genade. Een oudere predikant onderwijst hem: ‘Indien u begonnen was Christus te prediken, zou u meer voldoening hebben gehad.’ Hij kan deze kritiek verdragen en neemt het ter harte.

Beproeving In Lijdzaamheid

Hoewel er veel vacante gemeenten zijn, krijgt de jonge kandidaat niet snel een beroep. Hij moet meer dan twee jaar wachten. Soms lijkt het erop dat hij een beroep zal krijgen, maar dan gaat het toch weer over. Het is een zware beproeving, waarin de Heere hem oefent in lijdzaamheid. De verzoeking om zich in de prediking aan te passen aan de snit van zijn gehoor is levensgroot aanwezig. Hij leert echter de betekenis van de tekst: ‘Weest in geen ding bezorgd, maar laat uw begeerten in alles door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God’ (Fil. 4:6). De Heere oefent hem in het geloof dat afziet van de omstandigheden, en ziet op Zijn belofte dat alle dingen moeten medewerken ten goede, degenen die naar Zijn voornemen geroepen zijn (Rom. 8:28).

Het is in deze tijd dat hij het volgende boekje schrijft: De kunst om mensen te vangen (1699). Het lijkt dat dit boekje getuigt van een veel grotere ervaring in het ambtelijke werk. Het is echter meer een uitdrukking van de geweldige innerlijke drang om het Woord van God in de volle bediening te mogen uitdragen. De Heere gaat door met Zijn ontdekkende werk in het hart. Hij komt ook meer en meer tot het inzicht hoe gebrekkig zijn kennis van de Persoon en het werk van de Heere Jezus Christus is. Het drijft hem uit naar Gods genadetroon om opwas in de kennis en de genade van de Heere Jezus Christus. Hij acht niets moeilijker, begeerlijker en noodzakelijker dan de Zaligmaker te preken. Meer dan ooit wordt hij overtuigd ‘om het volk uit zichzelf uit te drijven naar Christus’.

De Eerste Gemeente

Na een lange tijd van wachten komt de gemeente van Simprin op zijn weg. Dit is echter niet naar het vlees van Boston. De gemeente telt nauwelijks honderd zielen en het kerkje kan misschien vijftig personen bevatten. Bovendien zijn de leden niet betrokken bij de geestelijke dingen. Men bekommert zich om de akkers en velen zijn regelmatig dronken. De onverschilligheid is groot. Het traktement is slecht, de pastorie ligt in puin en alles maakt een slordige indruk. Gods wegen zijn echter hoger dan onze wegen. Gods Geest wint hem in. We merken in zijn

dagboek de voortdurende zorg om de weg van God te gaan. Hoe meer hij de ijdelheid van de wereld ziet, hoe meer hij gewillig is om naar het onooglijke plaatsje te gaan. Eindelijk mag hij zich overgeven aan zijn Meester en neemt hij het beroep aan. Het is een mijlpaal in de ontwikkeling van zijn geestelijke rijpheid. Met vasten en bidden bereidt hij zich voor op de taak die hem wacht. Op 21 september 1699 volgt zijn bevestiging. Zo begint het werk dat Schotland generaties lang zou beïnvloeden. Met overgave geeft hij zich in de dienst van Christus. In die dagen is het uniek dat hij zo getrouw is in het bezoeken van de gemeenteleden. Waar zorgen, ziekten en zonden zijn, is de pastor te vinden om het Woord op een zeer persoonlijke wijze toe te passen. Op deze wijze wint hij vertrouwen, bemerkt hij dat er slechts één gezin is dat de huisgodsdienst waarneemt en constateert hij dat het Bijbels besef minimaal is. Hij organiseert het kerkelijke leven. ‘s Morgens preekt hij, ‘s middags houdt hij een korte preek van ongeveer een half uur, terwijl hij ‘s avonds zorgt voor de catechese van de gemeente. Ongetwijfeld is zijn muzikale gave nuttig geweest in de samenkomsten van deze kleine gemeente.

Hier vormt hij zijn levenslange gewoonte om de eerste uren van de maandag te besteden in het gebed. Zelfonderzoek is voor hem niet bijkomstig, maar hij is daarin zeer nauwgezet. Hij heeft weinig studieboeken, maar de boeken die hij heeft, bestudeert hij grondig. Zijn gebrek aan commentaren geeft hem een grote onafhankelijkheid in zijn gedachten. Hij verdiept zich in de problemen van de theologie, hij studeert Frans en Hebreeuws. Vooral de beelden die in de Hebreeuwse grondtekst liggen opgesloten, geven zijn preken kleur en levendigheid. Om de tekst beter te verstaan, maakt hij ook gebruik van de Nederlandse Statenvertaling. Vooral graaft hij in de Schriften. Hij bemerkt spoedig dat het te laat is om op zaterdag de preken voor te bereiden. Het wordt zijn gewoonte om te zorgen op vrijdagavond klaar te zijn met de voorbereiding. De zaterdag is dan voor enige rust. Vooral wil hij dan tot zichzelf preken voordat hij tot de gemeente preekt. Hij verzucht in dit verband: ‘O! Dat het in mijn hart werd geschreven, zoals het in mijn schrift is geschreven.’

Vanwege de onkunde in de gemeente beperkt hij zich in de prediking tot de kernzaken. Gedurende drie jaren preekt hij vervolgstof die wij nu - na enige omwerkingen - nog kennen in zijn indrukwekkende werk Des Mensen Natuur in deszelfs Viervoudigen Staat. Hij begint met de schepping naar Gods beeld. Vervolgens tekent hij op indringende wijze het bederf door de zonde, de gevaarlijke toestand van de natuurlijke mens en de verschrikkelijke toorn van God. Het grootste deel van het boek bestaat uit de leer van de ‘begonnen herstelling’. Diepzinnig en Schriftuurlijk geeft Boston aan wat nu het werk van Gods Geest is in het hart van zondaren.

Met grote klem preekt hij de geloofsvereniging met Christus. Zondaren moeten van alle valse rustgronden buiten Jezus Christus afgebracht worden om zich als naakte zondaren te laten zaligen. Hij waarschuwt ernstig voor halve bekeringen waarbij wij mogelijk met één dun draadje toch nog aan de oude Adamsstam zijn blijven hangen en niet in Christus zijn ingelijfd. Hij eindigt zijn werk met een indrukwekkende beschrijving van de eeuwige heerlijkheid en een aangrijpende verklaring van de rampzaligheid.

(Wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 oktober 2024

Zicht op de kerk | 32 Pagina's

Thomas Boston (3)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 oktober 2024

Zicht op de kerk | 32 Pagina's