Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boektitel: “Eigenschappen des geloofs”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boektitel: “Eigenschappen des geloofs”

Auteur: Alexander Comrie

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Nadat zo’n zestien jaar geleden onze predikant in de kerkbode de ”Eigenschappen des geloofs”, van Alexander Comrie had aanbevolen, kreeg ik het boek van mijn vrouw. Ik ben er in gaan lezen, maar legde het ook vrij snel weer weg.

Ik las eigenlijk liever over gestalten en bevindingen dan over het geloof dat een doodschuldige zondaar met Christus verenigt. Maar hoe onderscheiden de wegen van Gods kinderen ook kunnen zijn, waar de Heilige Geest werkt, daar zal Hij in een weg van omkomen met alles wat van jezelf is, plaats maken voor de Ene Naam onder de hemel gegeven door welke wij moeten zalig worden. Alleen in die weg krijgt Christus waarde als Borg en Middelaar. Zo is dit boek voor mij onvergetelijk geworden. Ik denk vooral aan de zondag waarop ik voor het eerst vrijmoedigheid kreeg om deel te nemen aan het Heilig Avondmaal. De korte preek voorafgaand aan de bediening had als tekst 1 Petrus 2:7: “U dan die gelooft, is Hij dierbaar”. De predikant verwees onder meer naar het boek waar dit stukje over gaat, omdat daarin een preek over diezelfde tekst is opgenomen. Thuisgekomen ben ik die preek gaan lezen, en daar kwam de Heere voor de tweede maal die dag kennelijk in mee. Wat was het me een wonder toen ik las hoe Comrie maar liefst 21 hoedanigheden van Christus opsomt, waarin Hij als Zaligmaker door het geloof dierbaar wordt. Bij iedere eigenschap was het of mijn hart er ‘amen’ op zei, en schitterde die geheel énige Zaligmaker nog meer voor mijn geloofsoog. Hoewel ik later meermalen uit dit boek ben onderwezen, zal ik toch die eerste keer niet licht vergeten. Alexander Comrie is één van de latere vertegenwoordigers van de Nadere Reformatie. Geboren in 1706 in Perth, Schotland, emigreerde hij op 22-jarige leeftijd naar de Nederlanden, waar hij al snel theologie ging studeren aan de universiteiten van Groningen en Leiden. Hoewel hij in 1734 promoveerde tot doctor in de filosofie, heeft hij zich daarna niet meer expliciet op het terrein van de filosofie begeven. Hij was theoloog, en nadat hij in 1735 het beroep van de gemeente Woubrugge had aangenomen, ook predikant. Na deze gemeente 38 jaar te hebben gediend, ging hij in 1773 met emeritaat. Een jaar later is hij in Gouda gestorven, en begraven in de St. Janskerk aldaar.

Schotland
In Gods voorzienigheid is Comrie’s jeugd in Schotland van grote betekenis voor hem geweest. In die tijd heeft de Heere hem getrokken uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht. Meermalen heeft hij onder het gehoor van de predikanten Ralph en Ebenezer Erskine en Thomas Boston gezeten, die hem diepgaand hebben beïnvloed. Ongetwijfeld is de zgn. Marrow-controversy bepaald niet ongemerkt aan hem voorbijgegaan. Zeker is dat al zijn nagelaten werken door een diepe afkeer van het zgn. neonomianisme. Deze leer, die in Engeland met name door Richard Baxter is voorgestaan, stelt het Evangelie voor als een nieuwe wet. Waar de wet oorspronkelijk volmaakte gehoorzaamheid eist, daar verplicht deze nieuwe wet tot geloof en bekering, als voorwaarden om een geschikt voorwerp te zijn voor genade. Terecht ziet Comrie hier de oude Pelagius weer opduiken in een nieuw jasje. Zelfs als bij rechtzinnige theologen het geloof voorvloeit uit Gods genade, bestrijdt Comrie de gedachte dat de verdienste van Christus de zondaar wordt toegerekend op grond van diens geloofsoefening. Hierdoor wordt toch een daad van de mens doorslaggevend voor de toepassing van de weldaden van Christus.

Geschriften
Comrie heeft verschillende werken nagelaten met een meer of minder dogmatisch karakter, zoals zijn Brief over de rechtvaardigmaking, het Examen van het ontwerp van tolerantie, en zijn Stellige en praktikale verklaring van de Heidelbergse Catechismus, waarvan hij alleen de eerste zeven zondagen behandelt. Zijn meer pastorale geschriften zijn het ABC des geloofs, de Verzameling van leerredenen over de afgezakte en kwijnende staat der gelovigen, en het boek van dit artikel, de Verhandeling van enige eigenschappen des zaligmakenden geloofs. Dit boek bevat veertien preken over diverse aspecten van het zaligmakend geloof. Het werd voor het eerst uitgegeven in 1744, waarna het enkele herdrukken beleefde tijdens het leven en kort na het overlijden van de schrijver. Nadat de belangstelling ervoor enige tijd tanende lijkt, wordt het kort na de Afscheiding opnieuw een aantal malen uitgegeven. Tenslotte laat ds. G.H. Kersten het boek in 1930 opnieuw verschijnen bij zijn uitgeverij “De Banier”, die tot op heden met regelmaat herdrukken van deze uitgave verzorgt.

Eigenschappen
In al Comrie’s geschriften neemt het waar zaligmakend geloof, waardoor de uitverkoren zondaar in Christus ingelijfd wordt, en Zijn verdiensten worden toegepast, een centrale plaats in. Hij onderscheidt hierbij steeds twee kanten van het geloof. Enerzijds beziet hij het als een genadegave die de Heilige Geest in de wedergeboorte schenkt (habitus, hebbelijkheid), waarbij de mens lijdelijk is. Aan de andere kant beziet hij het als een werkzaamheid van de levend gemaakte zondaar, die het geloof beoefent (actus, dadelijkheid). In de eerste twee preken van de Eigenschappen komt dit onderscheid duidelijk naar voren, als Comrie aan de hand van respectievelijk 1 Korinthe 6:17 en Romeinen 5:1 het geloof beschrijft als een genade die de ziel met Christus verenigt, en als een genade waardoor de ziel gerechtvaardigd wordt. Als de Schrift zegt dat de zondaar door het geloof met Christus verenigd en gerechtvaardigd wordt, is de gave van het geloof bedoeld. Het geschonken geloof komt openbaar in geloofsdaden, waardoor de in zichzelf arme en verloren zondaar zich wendt tot Christus en Zijn weldaden. Deze geloofswerkzaamheden kunnen heel zwak zijn, maar ook sterker. Naar de mate hiervan wordt de zondaar hartelijk met Christus verenigd, en krijgt hij in zijn geweten de troostvolle wetenschap dat God met hem verzoend is, om Christus’ wil. De derde preek over Handelingen 15:9 handelt over het geloof als een genade die de ziel reinigt. Opnieuw zien we hier dat Comrie het geloof in het stuk van de heiligmaking van twee kanten beziet. Als een werkzame hebbelijkheid reinigt het de ziel en al de vermogens van de mens. In het oefenen van geloofsdaden werkt het geloof tot heiliging van het leven van een ware christen. De vierde preek behandelt het geloof als een genade die Jezus Christus op een hoge prijs stelt, naar 1 Petrus 2:7. Comrie vertolkt op onnavolgbare wijze de dierbaarheid van Christus als Borg en Zaligmaker in 21 punten, en beschrijft hij de geloofswerkzaamheden van de ziel in dit opzicht. Ik denk dat deze eerste vier preken, samen met de negende over de verzekerdheid van het geloof, gezien kunnen worden als de kern van het boek, en ook als de essentie van Comrie’s spreken over het geloof. De overige negen hoofdstukken geven echter nog meer dan genoeg stof tot overdenken en tot zelfonderzoek.

Praktikaal
De meeste verhandelingen begint Comrie met de tekst en het onderwerp ervan kort uit te leggen. Daarna valt alle nadruk op de wijze waarop het geloof op dit onderwerp betrekking heeft. Vervolgens beschrijft hij de geloofswerkzaamheden die daarmee samengaan, op een wijze die zou kunnen worden samengevat met Johannes 3:30: ‘Hij moet wassen, maar ik minder worden’. De preken eindigen met een toepassing, die meestal kort tot zeer kort is, omdat door de gekozen opzet de preken zelf al heel praktikaal van aard zijn. Uiterst pastoraal spant de schrijver zich in om de lezer aan te zetten tot onderzoek van zijn hart, bij het licht van de Heilige Geest, en dat tot bemoediging en aansporing van Gods volk, en tot ontdekking van hen die daar vreemdeling van zijn. Deze laatsten worden ernstig, vriendelijk en gunnend vermaand. Een enkele keer weeft de auteur een erg praktische noot door zijn betoog. Zo bevat de negende preek een behartenswaardig lesje over het juist citeren van anderen. Comrie is in zijn eigen tijd, en zeker ook in de onze, niet altijd goed begrepen, zelfs zo dat met regelmaat de meest bizarre stereotypen van zijn theologie de ronde doen. Comrie zou een abstract analyticus zijn die Bijbelse waarheden verduisterde door middel van filosofische constructies. Hij zou voorstaan dat een mens wel zalig kan worden zonder kennis van Christus. Meermalen is hem het etiket ‘ultragereformeerd’ opgeplakt. Hiermee wordt hem echter groot onrecht aangedaan. De inhoud van de “Eigenschappen” is schriftuurlijk, Christocentrisch, praktikaal en pastoraal. Talloze christenen zijn er in de afgelopen tweeënhalve eeuw in de middellijke weg uit onderwezen, vermaand, bemoedigd en vertroost, tot op de dag van vandaag. Het is mijn hartelijke wens dat ook in onze tijd dit boek niet alleen aangeschaft, maar ook gelezen wordt. De Heere zou het kunnen gebruiken, tot eer van Zijn Naam, en tot heil van onze ziel.


Volgende week: ”Het nieuwe Jeruzalem” van Willem Teellinck

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 juni 2010

De Saambinder | 16 Pagina's

Boektitel: “Eigenschappen des geloofs”

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 juni 2010

De Saambinder | 16 Pagina's